26 399 Jaarrapportage procedureregeling Grote Projecten

Nr. 16 BRIEF VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 mei 2016

Hierbij biedt de vaste commissie voor Financiën u de jaarlijkse rapportage aan over de werking en toepassing van de Regeling Grote Projecten in 2015.1 De commissie heeft de jaarrapportage in haar procedurevergadering van 28 april 2016 vastgesteld. In artikel 21 van de Regeling Grote Projecten is vastgelegd dat de commissie voor de Rijksuitgaven, waarvan de taken momenteel zijn ondergebracht bij de commissie Financiën, jaarlijks op de derde woensdag in mei (Verantwoordingsdag) een rapport uitbrengt over de werking en toepassing van de regeling.

Begin 2015 waren tien eerder door de Kamer aangewezen grote projecten in uitvoering, gedurende het jaar is daar één groot project aan toegevoegd en zijn er geen grote projecten beëindigd.

De Kamer kan besluiten tot aanwijzing van een groot project indien zij van mening is dat haar controlerende taak vereist dat toegesneden informatie periodiek door de regering wordt verstrekt. De criteria die de Kamer in acht neemt voor het aanwijzen van grote projecten zijn omschreven in artikel 2, tweede lid, van de genoemde regeling.

Bij de grote projecten ERTMS (European Rail Traffic Management System), EHS (Ecologische Hoofdstructuur) en RRAAM (Rijks-regioprogramma Amsterdam-Almere-Markermeer) waren rapporteurs actief namens de desbetreffende vaste commissies. Bij vijf grote projecten zijn in 2015 veranderingen aangebracht, waarover in paragraaf 3.4 van het jaarverslag meer informatie te vinden is.

Tot slot wil ik u wijzen op het feit dat de commissie Financiën de Regeling Grote Projecten momenteel laat evalueren. De resultaten van deze evaluatie zijn naar verwachting in het najaar van 2016 bekend.

De voorzitter van de commissie, Duisenberg

De griffier van de commissie, Berck

Jaarrapportage 2015 Regeling Grote Projecten

1 Kernpunten

  • Eind 2015 is er een nieuw groot project aangewezen. De Tweede Kamer heeft op 15 december 2015 het project vervanging van de huidige Nederlandse onderzeeboten2 als groot project aangewezen. In 2016 zal een uitgangspuntennotitie worden opgesteld.

  • Er zijn in 2015 geen grote projecten beëindigd.

  • In totaal waren er in 2015 elf grote projecten in uitvoering. Bij de grote projecten ERTMS (European Rail Traffic Management System), EHS (Ecologische Hoofdstructuur) en RRAAM (Rijks-regioprogramma Amsterdam-Almere-Markermeer) waren rapporteurs actief namens de desbetreffende vaste commissies.

  • Bij vijf grote projecten zijn in 2015 veranderingen aangebracht. In paragraaf 3.4 van deze jaarrapportage wordt nader ingegaan op de uitkomsten van deze overleggen.

2 Opzet en achtergrond jaarrapportage 2015

De Tweede Kamer heeft op 22 juni 2006 de (huidige) Regeling Grote Projecten vastgesteld (Kamerstuk 30 351, nrs. 3 t/m 5). Artikel 21 van de Regeling luidt: «De commissie voor de Rijksuitgaven brengt jaarlijks op de derde woensdag in mei een verslag uit aan de Tweede Kamer over de werking en toepassing van deze regeling in het voorafgaande kalenderjaar.»

In deze jaarrapportage geeft de commissie Financiën3 een overzicht van de werking en toepassing van de regeling over het kalenderjaar 2015. Indien relevant worden ook enkele ontwikkelingen geschetst die zich na de rapportageperiode hebben voorgedaan. Deze aanvullende informatie is actueel tot en met 31 maart 2016.

Tot 2004 rapporteerde de commissie voor de Rijksuitgaven over grotere tijdvakken dan een kalenderjaar.4 In 2005 heeft de commissie voor de Rijksuitgaven besloten de jaarrapportages ook daadwerkelijk jaarlijks op te stellen en de jaarrapportage tegelijk met de departementale jaarverslagen uit te brengen op de derde woensdag in mei (Verantwoordingsdag). De jaarrapportages over de kalenderjaren 2004 tot en met 2014 zijn te vinden in Kamerstuk 26 399, nrs. 5 t/m 15. De opzet en indeling van de jaarrapportage zijn voor de onderlinge vergelijkbaarheid ieder jaar in grote lijnen hetzelfde gehouden.

3 Grote projecten in 2015

3.1 Aantal grote projecten en financiële omvang

Begin 2015 bevonden zich elf grote projecten in de uitvoeringsfase. De Tweede Kamer heeft op 15 december 2015 één nieuw groot project aangewezen, namelijk «Onderzeeboten». Er zijn in 2015 geen grote projecten beëindigd. Tabel 1 laat de ontwikkeling van het aantal grote projecten sinds 2004 zien.

Tabel 1. Ontwikkeling aantal grote projecten

Jaar

Aantal grote projecten (per einde jaar)

Waarvan nieuwe grote projecten

Waarvan afgesloten grote projecten

2004

15

1

6

2005

15

1

1

2006

14

1

2

2007

13

1

2

2008

11

0

2

2009

9

0

2

2010

9

1

1

2011

9

1

1

2012

9

0

0

2013

10

1

0

2014

10

0

0

2015

11

1

0

Tabel 2 biedt een overzicht van de budgetten van de grote projecten die zich in 2015 in de uitvoeringsfase bevonden.

Tabel 2. Budgetten grote projecten in uitvoeringsfase (x € mln.)

Commissie

Groot Project

Budget

Peildatum

DEF

Vervanging F-16/Verwerving F-35

4.500

31-12-2015

DEF

Pantservoertuigen

2.021

31-12-2014

DEF

Onderzeeboten1

EZ

Ecologische Hoofdstructuur2

I&M

HSL-Zuid

7.353

30-06-2015

I&M

Hoogwater Beschermingsprogramma (HWBP-2)

3.226

30-06-2015

I&M

Zandmaas / Grensmaas

371

30-06-2015

I&M

Project Mainport Rotterdam

1.298

30-06-2015

I&M

RRAAM

1913

30-06-2014

I&M

Ruimte voor de Rivier

2.382

30-06-2015

I&M

ERTMS

2.580

30-09-2015

X Noot
1

Voor het groot project Onderzeeboten is het budget nog niet bekend.

X Noot
2

De voortgangsrapportage over de Ecologische Hoofdstructuur (Kamerstuk 30 825, nr. 214) bevat geen informatie over het totale projectbudget.

X Noot
3

De bijdrage van het Rijk (via het Ministerie van BZK) is gemaximeerd tot de gerealiseerde opbrengst van de verkoop van rijksgrond voor maximaal 15.000 standaardkavels.

3.2 Voortgangsrapportages in 2015

In 2015 heeft de Tweede Kamer op basis van de Regeling Grote Projecten twaalf voortgangsrapportages en vier jaarrapportages (Ecologische Hoofdstructuur, Pantservoertuigen, PMR en RRAAM) ontvangen.

Op grond van de Regeling Grote Projecten maken commissie en bewindspersoon afspraken over frequentie en verschijningstijdstip. De afgesproken norm is maximaal drie maanden na de peildatum van de rapportages. In het geval van de voortgangsrapportages Verwerving F-355 en Ecologische Hoofdstructuur is afgesproken een langere termijn te hanteren, namelijk 3,5 en 8,5 maanden. In tabel 3 is de snelheid weergegeven waarmee de voortgangsrapportages na afloop van de rapportageperiode (peildatum) aan de Tweede Kamer werden aangeboden.

Tabel 3. Ontvangst voortgangsrapportages door de Tweede Kamer

Ontvangst

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

Binnen afgesproken termijn (standaard = 3 maanden)

4

(20%)

6

(30%)

4

(20%)

3

(17%)

8

(50%)

8

(53%)

7 (46%)

3 (25%)

8

(57%)

6

(43%)

7

(54%)

11

(69%)

Binnen 1 maand na afgesproken termijn

12 (60%)

8

(40%)

8

(40%)

13 (72%)

7

(44%)

7

(47%)

8 (53%)

8 (67%)

5

(36%)

7

(50%)

6

(46%)

3

(19%)

Meer dan 1 maand na afgesproken termijn

4

(20%)

6

(30%)

8

(40%)

2

(11%)

1

(6%)

0

(0%)

0 (0%)

1

(9%)

1

(7%)

1

(7%)

1

2

(13%)

Totaal

20

20

20

18

16

15

15

12

14

14

13

16

X Noot
1

De Tweede Kamer heeft de zevende voortgangsrapportage over de Ecologische Hoofdstructuur (Kamerstuk 30 825, nr. 214) niet in 2014 ontvangen; deze is in maart 2015 nagestuurd.

3.3 Accountantsrapporten in 2015

In artikel 13, lid 1, van de Regeling Grote Projecten staat: «Bij voortgangsrapportages wordt periodiek, op basis van een nader te bepalen frequentie, doch ten minste één maal per jaar, een accountantsrapport gevoegd met een oordeel over de kwaliteit en volledigheid van de financiële en niet-financiële informatie in de voortgangsrapportage en over de beheersing en het beheer van het project».

In lid 4 staat: «Het accountantsrapport wordt als afzonderlijk document aan de Tweede Kamer gezonden, uiterlijk twee weken na verschijning van de voortgangsrapportage waarop het accountantsrapport betrekking heeft».

Daarmee is de uiterlijke termijn waarop het accountantsrapport aan de Kamer moet worden aangeboden vier maanden na de verslagperiode.

Tabel 4. Ontvangst accountantsrapporten door Tweede Kamer (in maanden na verslagperiode)

Ontvangst

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

< 4 maanden

4

9

4

2

8

9

6

4

5

4

5

9

4 – 5 maanden

2

1

5

2

2

0

2

2

2

4

2

0

> 5 maanden

4

1

0

2

0

0

0

1

1

0

0

0

Totaal

10

11

9

6

10

9

8

7

8

8

7

9

In 2015 heeft de Tweede Kamer bij negen grote projecten accountantsrapporten ontvangen. In vergelijking met 2014 is de tijdigheid van het opsturen van accountantsrapporten in 2015 verbeterd. Alle accountantsrapporten zijn binnen de afgesproken termijn ontvangen.

3.4 Behandeling in 2015 en discussies over de status van grote projecten

De commissies hebben de mogelijkheid om voortgangsrapportages voor kennisgeving aan te nemen, dan wel ze te behandelen door feitelijke vragen te stellen en/of deze te agenderen voor een overleg (algemeen overleg, wetgevingsoverleg of nota overleg).

Over 8 van de 16 voortgangsrapportages zijn in 2015 feitelijke vragen gesteld. Daarnaast zijn 11 voortgangsrapportages geagendeerd voor een algemeen overleg. In de bijlage van deze evaluatie staat een overzicht van de exacte behandeling per voortgangsrapportage.

In 2015 hebben zich ontwikkelingen voorgedaan die betrekking hebben op de status van enkele grote projecten. Alhoewel deze jaarrapportage het jaar 2015 betreft, worden ook enkele ontwikkelingen beschreven die zich na de rapportageperiode hebben voorgedaan. Onderstaande informatie is actueel tot en met 31 maart 2016.

EZ: groot project Ecologische Hoofdstructuur (EHS)

De afgelopen jaren heeft het Groot project Ecologische Hoofdstructuur (EHS) in het teken gestaan van de decentralisatie van het natuurbeleid. De EHS, een belangrijk instrument van dit beleid, is overgeheveld naar de provincies. Daarmee is de democratische controle op de EHS, en haar opvolger het Natuurnetwerk Nederland (NNN) een zaak geworden tussen Gedeputeerde en provinciale staten. De Tweede Kamer wil, onder meer vanwege de verantwoordelijkheid van het rijk voor het behalen van internationale en Europese doelstellingen, goed geïnformeerd worden over de voortgang van het natuurbeleid.

De Staatssecretaris heeft in een brief van 1 november 2012 aangegeven dat een nieuwe monitoringssystematiek medio mei 2013 gereed zou zijn.6 Dit bleek echter niet het geval.7 Vervolgens heeft de Staatssecretaris in de brief «Evaluatie en monitoring Natuurpact» van 6 november 20138 aangegeven te willen stoppen met de jaarlijkse voortgangrapportages over de EHS. De commissie EZ heeft de Staatssecretaris er vervolgens op gewezen dat zij, vanwege de Groot projectstatus, niet eenzijdig kon stoppen met de voortgangsrapportages EHS.

In de procedurevergadering van 3 juni 2014 heeft de commissie EZ besloten om pas een besluit over de Groot projectstatus EHS te nemen als de Staatssecretaris duidelijkheid had gegeven over:

  • a. de evaluatie van het Natuurpact, en

  • b. de (nieuwe opzet van de) voortgangsrapportages.

Op 24 maart 2015 heeft de Staatssecretaris het evaluatiekader van het Natuurpact naar de Kamer gestuurd.9 De rapporteurs hebben in een notitie aan de commissie EZ op 17 april 2015 geconstateerd dat zij van mening zijn dat dit evaluatiekader een goede basis biedt om eens in de drie jaar de voortgang van het natuurbeleid te kunnen beoordelen. Over de (nieuwe opzet van de) voortgangsrapportages is echter nog geen duidelijkheid, omdat er nog geen eenduidige monitoringssystematiek bestaat. De Staatssecretaris heeft in zijn brief van 18 december 2015 geschreven dat hij met de provincies in overleg zal gaan om te komen tot een eenduidige systematiek voor het bepalen van de verworven hectares Natuurnetwerk, de uitkomsten daarvan zal opnemen in een overzichtskaart, en de Kamer daarover voor de zomer van 2016 zal informeren.10 De rapporteurs zullen na ontvangst van deze stukken de commissie EZ adviseren over het in gang zetten van de procedure ter beëindiging van de Groot projectstatus van de EHS.

I&M: groot project RRAAM

Om de afspraken over de informatievoorziening te herzien heeft de vaste commissie voor I&M in de procedurevergadering op 25 maart 2015 de Tweede Herziene Uitgangspuntennotitie Informatievoorziening Groot Project RRAAM opgesteld.11 De commissie wil de voortgangsinformatie voortaan in de context van de agglomeratiekracht van de Noordelijke Randstad geplaatst zien met verwijzingen naar bestaande verantwoordingsinformatie over de grondopbrengsten, de Rijksbijdrage aan het Fonds Verstedelijking Almere (FVA) en de beoogde en gerealiseerde resultaten van projecten die uit het FVA worden gefinancierd. De jaarlijkse voortgangsrapportage hoeft niet langer vergezeld te gaan van een afzonderlijk accountantsrapport. De Minister geeft aan dat met een «light» maatwerkinvulling van de eisen uit de Regeling Grote Projecten, wordt voldaan aan de behoefte van integraliteit en «serieusheid», zonder de organisatie onnodig te belasten.12

I&M: groot project PMR

In de procedurevergadering van de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu van 9 december 2015 is gesproken over de brief van de Minister van I&M over de rijksrol in het Project Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR) na 2015.13 De commissie gaat akkoord met een eenvoudiger governancestructuur voor het project, maar wenst wel dat de Minister een coördinerende taak voor het totale project handhaaft. De commissie stemt tevens in met het voorstel van de Minister de voortgangsrapportage over het project voortaan te laten bestaan uit de jaarlijkse monitorinformatie van de Tafel van Borging zonder afzonderlijk accountantsrapport. De commissie wenst de grootprojectstatus en de reikwijdte van het groot project PMR voorlopig te handhaven, vanwege de resterende aandachtspunten voor het gebruik van de Tweede Maasvlakte, de natuurcompensatie en de kwaliteit van de leefomgeving.

I&M: groot project ERTMS

De Staatssecretaris heeft op 14 januari 2016 aan de commissie laten weten14, het van belang te vinden dat het programma ERTMS meer tijd neemt voor de planuitwerkingsfase. Zij wijst hierbij op de gesprekken met de Europese Commissie en andere lidstaten over de planning van ERTMS tot 2030, de noodzaak om de aanbevelingen van de parlementaire enquête Fyra serieus te nemen en adequaat te borgen in het programma en de kritiek van de Auditdienst Rijk op de huidige programmabeheersing. De Staatssecretaris wil de onbenutte middelen inzetten voor actuele infrastructurele knelpunten. In het Algemeen Overleg Spoorveiligheid/ERTMS op 3 februari 201615 heeft de Staatssecretaris toegezegd dat zij in de zomer 2016 met een nieuwe planning komt. Voor de zomer zal zij de Kamer informeren over de eventuele toekenning van ERTMS-gelden aan station Schiphol.

Defensie: groot project Vervanging F-16/Verwerving F-35

De vaste commissie voor Defensie heeft in haar procedurevergadering van 3 april 2014 besloten tot het herijken van de informatievoorziening rondom het groot project Vervanging F-16. Daartoe heeft de commissie een uitgangspuntennotitie opgesteld. De Minister van Defensie en de Minister van Economische Zaken hebben middels twee brieven gereageerd op de notitie.16 Op 1 juli 2014 heeft de vaste commissie voor Defensie in een algemeen overleg17 met de Minister van Defensie gesproken over de uitgangspuntennotitie. Naar aanleiding van het overleg is de notitie aangepast en in de procedure vergadering van 3 juli 2014 door de commissie vastgesteld. De uitgangspuntennotitie18 vormt de basis voor halfjaarrapportages over het groot project Vervanging F-16. Aan deze uitgangspuntennotitie is een bijlage toegevoegd met de toezeggingen die de Minister in het algemeen overleg aan de Kamer heeft gedaan. In 2014 is tevens besloten de naamgeving van het project te wijzigen in «Verwerving F-35». Met ingang van 2015 is een rapportagefrequentie van twee maal per jaar afgesproken omdat het project in de (voorbereiding op de) test- en uitvoeringsfase is beland. Daarnaast is in de meest recente voortgangsrapportage19 een nieuw element toegevoegd, namelijk een hoofdstuk «Voorbereidingen op de invoering F-35 in Nederland».

Overige grote projecten

In de status van de overige grote projecten is niets veranderd.

3.5 Evaluatie van de Regeling Grote Projecten

De commissie voor de Rijksuitgaven heeft in 2015 besloten om de Regeling te evalueren. De voorgaande evaluatie dateert van 2005. Het presidium heeft op 3 december 2015 ingestemd met het voorstel van de commissie voor de Rijksuitgaven20 voor deze evaluatie. De commissie Financiën heeft op 14 januari 2016 een begeleidingscommissie ingesteld bestaande uit de leden (Aukje) De Vries (VVD) en Ronnes (CDA). Deze begeleidingscommissie heeft de uitvoering van de evaluatie ter hand genomen. In april 2016 is een extern onderzoeksbureau gevraagd de Regeling Grote projecten te evalueren. In het najaar van 2016 volgt een eindrapportage.

Bijlage 1. Grote projecten 2015

Ministerie

Groot project

Document

Kamerstuk

Peildatum

Verschenen op

Behandeld op

Behandelwijze

Kamerstuk

Rapporteur

DEF

Vervanging F16

VGR 2014

26 488, nr. 383

30-11-2014

30-3-2015

16-6-2015

feitelijke vragen

26 488, nr. 388

 
 

Vervanging F16

Accountantsrapport

26 488, nr. 383 bijlage

30-11-2014

30-3-2015

16-6-2015

feitelijke vragen

26 488, nr. 389

 
 

Verwerving F-35

VGR 2015

26 488, nr. 393

31-5-2015

15-9-2015

29-9-2015

algemeen overleg

26 488, nr. 398

 
 

Verwerving F-35

Accountantsrapport

26 488, nr. 393 bijlage

31-5-2015

15-9-2015

idem

idem

idem

 
 

Pantservoertuigen

16e VGR

26 396, nr. 100

31-12-2014

31-3-2015

10-6-2015

feitelijke vragen

26 396, nr. 103

 
 

Pantservoertuigen

Accountantsrapport 16e VGR

26 396, nr. 100 bijlage

31-12-2014

31-3-2015

11-6-2015

feitelijke vragen

26 396, nr. 104

 
 

Onderzeeboten

Brief over het aanwijzen van het project vervanging van de huidige Nederlandse onderzeeboten als groot project

34 225, nr. 2

 

9-12-2015

       

EZ

Ecologische Hoofdstructuur

7e VGR

30 825, nr. 214

31-12-2013

24-3-2015

23-3-2016

algemeen overleg

30 825/33 676, nr. 215

Van Veldhoven (D66)

Ziengs (VVD)

I&M

HSL-Zuid

36e VGR

22 026, nr. 477

31-12-2014

7-4-2015

29-4-2015

algemeen overleg

29 984, nr. 606

 
 

HSL-Zuid

37e VGR

22 026, nr. 481

30-6-2015

1-10-2015

19-11-2015

algemeen overleg

29 984, nr. 653

 
 

HSL-Zuid

auditrapport

22 026, nr. 485

30-6-2015

26-10-2015

idem

idem

idem

 
 

HWBP-2

7e VGR

32 698, nr. 21

31-12-2014

1-4-2015

8-6-2015

Feitelijke vragen

32 698, nr. 22

 
 

HWBP-2

8e VGR

32 698, nr. 23

30-6-2015

25-9-2015

4-11-2015

Feitelijke vragen

32 698, nr. 25

 
 

HWBP-2

       

30-11-2015

algemeen overleg

34 300 J, nr. 30

 
 

HWBP-2

Accountantsrapport 8e VGR

32 698, nr. 24

30-6-2015

9-10-2015

idem

idem

idem

 
 

Zandmaas/

Grensmaas

27e VGR

18 106, nr. 227

31-12-2014

1-4-2015

8-6-2015

feitelijke vragen

18 106, nr. 231

 
 

Zandmaas/

Grensmaas

Accountantsrapport 27e VGR

18 106, nr. 230

31-12-2014

20-4-2015

       
 

Zandmaas/

Grensmaas

28e VGR

18 106, nr. 232

30-6-2015

1-10-2015

30-11-2015

algemeen overleg

34 300 J, nr. 30

 
 

Project Mainport Rotterdam

14e VGR

24 691, nr. 123

30-6-2015

13-10-2015

5-11-2015

algemeen overleg

31 409, nr. 106

 
 

Project Mainport Rotterdam

Accountantsrapport 14e VGR

24 691, nr. 124

30-6-2015

27-10-2015

idem

idem

idem

 
 

Project Mainport Rotterdam

Rijksrol in het Project Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR) na 2015

24 691, nr. 125

 

9-11-2015

9-12-2015

schriftelijk overleg

   
 

RRAAM

Tweede herziene uitgangspuntennotitie informatievoorziening Groot Project RRAAM

31 089, nr. 116

 

26-3-2015

       
 

RRAAM

Reactie op Tweede herziene uitgangspuntennotitie

31 089, nr. 117

 

20-4-2015

20-5-2015

schriftelijk overleg

31 089, nr. 118

 
 

RRAAM

VGR 2015

31 089, nr. 119

30-6-2015

15-11-2015

24-3-2016

algemeen overleg

31 089, nr. 120

Jacobi (PvdA)

 

Ruimte voor de Rivier

25e VGR

30 080, nr. 75

31-12-2014

2-4-2015

8-6-2015

Feitelijke vragen

30 080, nr. 76

 
 

Ruimte voor de Rivier

26e VGR

30 080, nr. 77

30-6-2015

16-10-2015

30-11-2015

algemeen overleg

34 300 J, nr. 30

 
 

Ruimte voor de Rivier

Accountantsrapport 26e VGR

30 080, nr. 78

30-6-2015

26-10-2015

idem

idem

idem

 
 

ERTMS

2e VGR

33 652, nr. 31

31-12-2014

31-3-2015

2-6-2015

Feitelijke vragen

33 652, nr. 34

R. Dijkstra (VVD)

           

17-6-2015

algemeen overleg

33 652, nr. 35

 
 

ERTMS

Accountantsrapport 2e VGR

33 652, nr. 33

31-12-2014

28-4-2015

idem

idem

idem

 
 

ERTMS

3e VGR

33 652, nr. 36

30-6-2015

1-10-2015

15-1-2016

Feitelijke vragen

33 652, nr. 39

 
           

3-2-2016

algemeen overleg

33 652, nr. 40

 

X Noot
1

Regeling Grote projecten, zoals vastgesteld in de vergadering van 22 juni 2006; Handelingen II, 2005/06, nr. 94, blz. 5751, Kamerstuk 30 351.

X Noot
2

Kamerstuk 34 225, nr. 2 en Handelingen II 2015/16, nr. 37, item 16.

X Noot
3

Gelet op de samenvoeging van de taken van de commissie voor de Rijksuitgaven bij de commissie Financiën wordt de jaarrapportage Grote Projecten 2015 door de commissie Financiën opgesteld.

X Noot
4

1e rapportage over de periode 1996–1997 (Kamerstuk 26 399, nr. 1); 2e rapportage over de periode 1998–juli 2000 (Kamerstuk 26 399, nr. 2); 3e rapportage over de periode juli 2000–juli 2004 (Kamerstuk 26 399, nr. 3).

X Noot
5

Bij het project Verwerving F-35 zijn er twee termijnen: 1. 3 maanden voor de voortgangsrapportages die uiterlijk 1 maart binnen moet zijn (rapportageperiode 1 juni t/m 30 november). 2. 3,5 maand voor de voortgangsrapportage die op de derde dinsdag in september naar de Kamer wordt gezonden (rapportageperiode 1 december t/m 31 mei). De voortgangsrapportage van de derde dinsdag in september dient te worden vergezeld van een accountantsrapport over het voorafgaande boekjaar. Daarnaast geldt voor VGR 2014 Vervanging F-16 nog een termijn van 5 maanden.

X Noot
6

Kamerstuk 30 825, nr. 185.

X Noot
7

Zie ook Kamerstuk 30 825, nr. 192.

X Noot
8

Kamerstuk 30 825, nr. 206.

X Noot
9

Kamerstuk 30 825, nr. 214.

X Noot
10

Kamerstuk 33 576, nr. 58.

X Noot
11

Kamerstuk 31 089, nr. 116.

X Noot
12

Kamerstuk 31 089, nr. 117.

X Noot
13

Kamerstuk 24 691, nr. 125.

X Noot
14

Kamerstuk 33 652, nr. 39.

X Noot
15

Kamerstuk 33 652, nr. 40.

X Noot
16

Kamerstuk 26 488, nrs. 346 en 348.

X Noot
17

Kamerstuk 26 488, nr. 355.

X Noot
18

Kamerstuk 26 488, nr. 353.

X Noot
19

Kamerstuk 26 488, nr. 393.

X Noot
20

Op dat moment was de samenvoeging van de commissie voor de Rijksuitgaven met de commissie Financiën al een feit.

Naar boven