8 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor om geen Algemene Politieke Beschouwingen te houden op 20 en 21 september aanstaande, maar deze te combineren met het debat over de regeringsverklaring. 

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 21501-20-1221; 21501-32-1019; 27428-311; 34000-XIII-90; 33930-XIII-11; 31936-207; 27858-128; 27858-256; 27858-257; 27858-126; 28694-106; 27625-295; 27858-195; 27858-194; 21501-20-734; 27858-156; 27858-157; 27858-158; 21501-32-687; 28694-107; 29383-238; 34041-34; 31936-343; 34348-74; 34298-9; 30196-391; 30196-392; 32563-43; 32563-44; 26991-377; 21501-32-769; 33750-XIII-74; 28973-144; 34298-19; 34270-17. 

Aangezien voor de volgende stukken de termijn is verstreken, stel ik vast dat wat deze Kamer betreft de daarbij ter stilzwijgende goedkeuring overgelegde stukken zijn goedgekeurd: 34417-(R2068)-1; 34692-2; 34731-1; 23908-(R1519)-132. 

Ik stel voor de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 21501-08-528; 29614-39; 32043-314; 34351-18; 34275-16; 24515-289; 33400-XII-79; 34300-XII-72; 34300-XII-71; 34287-24; 21501-33-599; 30806-35; 31209-195; 34219-21; 18106-233; 25834-105; 25422-140; 34550-VI-86; 30950-115; 30950-116; 30950-106; 26150-159; 34725-IIB-6; 34725-VII-6; 34725-C-1; 21501-31-449; 21501-31-446; 21501-31-451; 21501-31-448; 34300-A-54; 23645-608; 33650-51; 2017Z08052; 21501-07-1450; 21501-07-1447; 2017Z09628; 31288-590; 21501-28-158; 26643-452; 26643-456; 26643-476; 26643-458; 27859-103; 27859-104; 27859-105; 33495-106; 34552-85; 31051-16; 31066-364; 31066-352; 29826-82; 24515-404; 34725-IIA-6; 34725-IIB-7; 34725-VII-7; 34725-VII-2; 34550-IX-7; 31865-77; 34426-27; 34426-28; 34440-1; 34725-V-2; 34725-25; 34725-B-1; 34725-VII-1; 29668-42; 34646-2; 30196-547; 31477-10; 31311-166; 31477-12; 31935-34; 31935-31; 32140-29; 32013-122; 32545-48; 32800-42; 32847-285; 33283-12; 33957-26; 33957-24; 34002-103; 34003-16; 34300-IX-26; 34023-12; 34036-44; 34002-109; 34036-57; 34300-IX-28; 34302-121; 34302-124; 34302-122; 34387-2; 34373-48; 34391-5; 34422-3; 34426-14; 34426-5; 34426-26; 34455-5; 34469-10; 34475-IX-6; 34475-IX-10; 34550-31; 34485-2; 34485-IX-3; 34550-33; 34550-34; 34550-32; 34550-44; 34550-IX-15; 34550-VIII-56; 34550-IX-8; 34552-9; 34552-5; 34552-15; 34552-38; 34552-71; 34555-10; 34552-69; 34555-9; 34599-3; 34604-12; 34620-1; 34620-IX-3; 2016Z19483; 21501-07-1346; 21501-07-1347; 22112-2066; 22112-2081; 22112-2116; 25087-115; 25087-128; 25087-136; 31066-298; 28165-254; 31066-334; 31789-88; 31789-87; 31789-89; 27863-71; 32429-6; 31271-27; 2017Z09041; 34550-XVI-143; 32279-109; 29689-834; 29477-433; 21501-03-106; 22112-2360; 21501-07-1446; 31289-350; 2016Z24107; 34563; 33130-10; 2016Z15571; 34744-1; 2015Z21729; 2017Z09418; 2017Z09266; 2016Z02869; 34725-VIII-14; 2017Z09630; 34550-IIB-7; 2017Z09402; 29338-156; 32827-104; 31568-186; 34550-IV-37; 31568-187; 31568-188; 31568-189; 34475-VII-2; 34475-III-2; 34475-IIA-2; 34475-IIB-2; 34475-I-2; 34475-C-2; 34475-B-2; 34361-5; 34400-3; 34078-4; 34247-7; 34270-19; 33354-7; 34288-13; 34300-X-110; 34300-B-23; 34288-12; 34300-B-20; 34300-B-21; 34300-B-19; 34300-B-18; 27859-92; 2016Z08633; 29362-252; 30111-97; 29544-705; 2016Z05175; 34300-VII-59; 34300-I-12; 34324-1; 33841-171; 34000-B-29; 34225-13; 34225-17; 28844-117; 34550-X-98; 34550-X-97; 34550-X-90; 34550-X-83; 34550-X-88; 34550-X-80; 34550-X-79; 27925-608; 27925-607; 27925-606; 23686-24; 30952-276. 

Aangezien voor de volgende stukken de termijnen zijn verstreken, stel ik voor deze stukken voor kennisgeving aan te nemen: 24515-288; 25422-148; 30079-71; 31289-348; 32011-58; 29689-827; 31083-53; 29628-710; 32847-297; 32605-206; 25422-202; 29477-431; 29689-830; 33118-94; 33652-53; 31224-39; 34728-1. 

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda: 

  • -het VSO Onderwijsachterstandenbeleid (27020, nr. 73), met als eerste spreker het lid Kwint namens de SP. 

Ik zie dat de heer Roemer nog wil reageren op een eerdere mededeling. 

De heer Roemer (SP):

Zeker, voorzitter. Uiteraard leggen wij ons neer bij meerderheidsafspraken over hoe wij hier in de Kamer vergaderen. Maar ik had u al laten weten dat wat ons betreft — er ligt een begroting — de Algemene Beschouwingen gewoon door hadden mogen gaan. 

De voorzitter:

Uw opmerking zal in de Handelingen worden opgenomen. 

Verder stel ik voor toe te voegen aan de agenda: 

  • -het VAO Fipronil in eieren, met als eerste spreker het lid Grashoff namens GroenLinks; 

  • -het VSO over de informele Raad voor Concurrentievermogen op 25 juli 2017 in Tallinn, Estland (21501-30, nr. 410), met als eerste spreker het lid Paternotte namens D66. 

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten. 

De voorzitter:

Dan geef ik nu mevrouw Van Eijs namens D66 het woord. 

Mevrouw Van Eijs (D66):

Voorzitter. Na mijn aanvraag voor een debat vóór het reces met de minister van SZW zijn er nieuwe berichten over de blootstelling van omwonenden rondom de fabriek Chemours/DuPont aan het licht gekomen. Ik zou daarom graag ook de staatssecretaris van Milieu bij het aangevraagde debat willen uitnodigen, en de titel van het debat willen verbreden naar "blootstelling werknemers en omwonenden aan gevaarlijke stoffen van Chemours/DuPont". 

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Steun van de VVD. 

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Steun van GroenLinks. 

De heer Laçin (SP):

Steun. 

De heer Von Martels (CDA):

Ook namens het CDA steun. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie steunt het verzoek. 

Mevrouw Arissen (PvdD):

Steun namens de Partij voor de Dieren. 

De heer Nijboer (PvdA):

Steun. 

De heer Van Aalst (PVV):

Steun namens de PVV. 

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Dan ga ik naar mevrouw Marijnissen namens de SP. 

Mevrouw Marijnissen (SP):

Voorzitter. Op de ouderenzorg is flink bezuinigd. Daar hebben wij hier vaak over gesproken. Nu blijkt dat deze bezuinigingen geen besparingen zijn. Het heeft netto geen cent opgeleverd. De SP denkt dat daar lessen uit getrokken moeten worden en daarom willen wij daar graag een debat over. 

Mevrouw Agema (PVV):

Fluent en Investico hebben eens anders naar de zorgkosten gekeken: wat kost de ouderenzorg nou per oudere? Dat vonden wij wel een goede inslag, dus wij hebben meteen Kamervragen gesteld. Toen kregen we dezelfde standaard copy-paste-antwoorden als altijd. 

De voorzitter:

Dus u steunt het verzoek? 

Mevrouw Agema (PVV):

Ik zou graag het debat willen steunen, want ik vond de beantwoording van de Kamervragen echt gewoon waardeloos. 

Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):

Steun, voorzitter. 

Mevrouw Kuik (CDA):

Het CDA is heel kritisch geweest op de hervormingen in de zorg. Wij zien dat die veel te snel zijn ingevoerd en dat dit niet tot de besparingen heeft geleid. Daarom zien wij graag een brief van de minister waarin hij hierop ingaat. 

De voorzitter:

Steunt u het verzoek om daarover een debat te houden of niet? 

Mevrouw Kuik (CDA):

Ik wil eerst een brief van de minister. 

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun. 

Mevrouw Arissen (PvdD):

Steun voor de aanvraag van de SP van een debat en voor de brief. 

Mevrouw Sazias (50PLUS):

Ook 50PLUS steunt de brief en het debat. 

De heer Kuzu (DENK):

Namens DENK steun voor het verzoek. 

Mevrouw Bergkamp (D66):

Het lijkt mij heel goed als wij van het kabinet een uitgebreide brief krijgen en op basis daarvan kijken of een debat of een algemeen overleg nodig is. Voor het zover is, nog geen steun. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Wel steun voor de brief, niet voor het debat. 

Mevrouw Hermans (VVD):

Geen steun voor het verzoek. 

De heer Nijboer (PvdA):

Steun voor de brief en het debat. 

De voorzitter:

Mevrouw Marijnissen, er is geen meerderheid voor het houden van een debat. 

Mevrouw Marijnissen (SP):

Dat begrijp ik, maar wel voor een dertigledendebat. Ik stel voor om dat ervan te maken. 

De voorzitter:

Ik zal dit debat toevoegen aan de lijst van dertigledendebatten. 

Er is ook een brief gevraagd. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan mevrouw Ellemeet namens GroenLinks. 

Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):

Voorzitter. Wij hebben vorige week in de krant kunnen lezen dat er een behandelstop dreigt voor ggz-patiënten in Zeeland. Dat betekent dat mensen in psychische nood niet de zorg krijgen die zij nodig hebben, dat zij mogelijk die zorg niet krijgen. GGZ-Nederland heeft vervolgens aangegeven dat deze behandelstop ook op andere plekken in Nederland dreigt. Om die reden vraag ik om een debat. 

Mevrouw Agema (PVV):

Ja, voorzitter, ook hier een al vele jaren terugkerend probleem van behandelstops, wachtlijsten en verzekeraars die niet voldoende inkopen maar wel een zorgplicht hebben. Wij worden er tureluurs van. Ik kan niet anders dan dit steunen, want je zal maar op zo'n wachtlijst staan. 

Mevrouw Keijzer (CDA):

Voor het reces hebben wij hierover met elkaar gesproken en eigenlijk is het schandalig dat dit nu weer in de krant staat. Want het is eigenlijk heel simpel: zorgverzekeraars hebben een zorgplicht. Als een instelling op een gegeven moment onvoldoende ruimte heeft, moet die ervoor zorgen dat de zorgverzekeraar ervoor zorgt dat iemand de zorg krijgt die hij nodig heeft. Eerder is door de staatssecretaris toegezegd dat het zo werkt. Ik wil graag een brief van de staatssecretaris waarin hij uitlegt wat hij gaat doen om ervoor te zorgen dat deze mensen de zorg krijgen die zij nodig hebben. Daarvoor heb ik geen debat nodig. Hier moet gewoon actie worden ondernomen. 

De voorzitter:

U steunt het dus niet. 

Mevrouw Sazias (50PLUS):

50PLUS wil wel graag een debat. Wij zijn nog maar net over de helft van het jaar en wij vinden dit belangrijk. 

De heer Nijboer (PvdA):

Het is ernstig dat mensen niet op tijd de geestelijke gezondheidszorg krijgen die zij wel moeten hebben. Alleen een brief is voor de PvdA-fractie niet genoeg. Dus wij steunen ook het debat. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik ben het eens met alles wat mevrouw Keijzer naar voren heeft gebracht. Ik weet ook dat er het afgelopen jaar sprake is geweest van onderuitputting in de ggz. Ik wil eerst heel goed weten wat hier precies aan de hand is, want de zorgverzekeraars hebben een zorgplicht en het geld is er. Dus een brief van het kabinet en dan kijken of wij het agenderen. Wij gaan dat agenderen, maar dan kijken we waar wij dat gaan doen. 

De heer Kuzu (DENK):

Dit is een terugkerend probleem. Eigenlijk worden wij ieder jaar geconfronteerd met hetzelfde nieuws. Het is eigenlijk ook een stelseldiscussie. Ik ben het van harte eens met het verzoek van mevrouw Ellemeet van GroenLinks. Daarom steunen wij dit als DENK. 

De heer Van der Staaij (SGP):

Ik wil ook graag het verzoek van mevrouw Ellemeet steunen. Het lijkt ons heel goed dat hierover kan worden doorgesproken. 

Mevrouw Kooiman (SP):

Ik ben wel klaar met die briefjes. Hoeveel brieven moeten er nog komen voordat deze mensen überhaupt een goede plek hebben? Het gaat hier soms om leven en dood. De SP steunt het verzoek van GroenLinks dus van harte. 

Mevrouw Arissen (PvdD):

Ook de Partij voor de Dieren vindt dit heel erg schrijnend. Van harte steun voor de aanvraag van GroenLinks. Steun voor het debat. 

De heer El Yassini (VVD):

Geen steun voor een debat. 

De voorzitter:

Niet? Oké. 

Mevrouw Diertens (D66):

D66 heeft ook al heel vaak zijn zorgen hierover geuit en is het er helemaal mee eens dat er nu echt iets moet gebeuren. Zij vraagt dan ook om wat concretere plannen van de minister om dit probleem op te lossen. Wij willen dus graag eerst een brief. 

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun? Oké. Net niet. Er is geen meerderheid. 

Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):

Net niet, nee. Ik hoop dat de partijen die nu alleen om een brief vragen, beseffen dat de behandelstop al binnen drie weken dreigt. Dat gezegd zijnde zou ik er graag een dertigledendebat van willen maken. 

De voorzitter:

Dank u wel. Verder stel ik voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan mevrouw Agema namens de PVV. 

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Voor het zomerreces hebben we een debat gehad over de wachtlijsten in de jeugdgezondheidszorg en de jeugdpsychiatrie en nu blijkt dat zelfs bij een veroordeling door de jeugdrechter er ook wachtlijsten zijn voor jeugdigen. Dat gaat nog een hele stap verder, want als je eenmaal veroordeeld bent door een jeugdrechter, zou de zorg toch direct moeten aanvangen. Ik zag dat het CDA daar Kamervragen over had gesteld, en die zijn ook beantwoord, maar de minister van Veiligheid en Justitie geeft alleen een procedureel antwoord, omdat je natuurlijk bij de staatssecretaris van VWS moet zijn. Ik zou daarom op korte termijn graag een debat willen voeren, om in ieder geval de jeugdgezondheidszorg voor veroordeelde jongeren beschikbaar te houden. 

De voorzitter:

Wie hierover? 

De heer Peters (CDA):

De vragen hebben we gesteld en de antwoorden hebben we gekregen. Daarin staat de richting van de oplossing ook al beschreven. 

Mevrouw Agema (PVV):

Nee hoor. 

De heer Peters (CDA):

Als ik een brief krijg waarin de staatssecretaris uitlegt hoe hij dat gaat oppakken, dan is het voor mij voldoende en dan is er geen debat nodig. 

Mevrouw Agema (PVV):

Dat is niet waar, voorzitter. Het is alleen een procedureel antwoord. 

De voorzitter:

Mevrouw Agema, ik ga eerst even polsen hoe het in de Kamer ligt en dan mag u daarna reageren. 

De heer Nijboer (PvdA):

Ik ben het op dit punt eens met mevrouw Agema en steun het debat. 

De heer Raemakers (D66):

Het is een groot probleem en we willen dat het opgelost wordt. Net als het CDA willen wij eerst graag een brief, dus voorlopig geen steun. 

Mevrouw Kooiman (SP):

Er zijn al antwoorden op schriftelijke vragen. Mijn ervaring met de staatssecretaris is dat hij mooie woorden heeft, maar dat het uiteindelijk niks helpt. Ik wil er graag over babbelen totdat er uiteindelijk een keer een oplossing is, dus steun. 

De heer El Yassini (VVD):

Steun voor de brief, niet voor het debat. 

De heer Kuzu (DENK):

Het is te zot voor woorden dat jongeren een jaar moeten wachten op hulp, dus daarom steunen wij het verzoek van mevrouw Agema. 

De voorzitter:

Dus u steunt het verzoek? 

De heer Kuzu (DENK):

Dat gaf ik net aan, ja. 

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):

Dit is een heel groot probleem, dus ook steun voor het debat. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voor de brief, maar niet voor het debat. 

Mevrouw Sazias (50PLUS):

Steun voor de brief en daarna kijken we of een debat noodzakelijk is. 

Mevrouw Arissen (PvdD):

Steun voor de brief en ook voor de aanvraag van een debat. 

De voorzitter:

Ook geen meerderheid, mevrouw Agema. 

Mevrouw Agema (PVV):

Dan gaan we maar weer voor een dertigledendebat, want het zal nog wel even duren voordat er een kabinet is. 

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Ik geef het woord aan mevrouw Agema, voor het volgende verzoek. 

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Het is natuurlijk verschrikkelijk dat al naar gelang de economische toestand van het land er al dan niet een minimumaantal zorgverleners aan het bed staat. We zien nu ook berichten dat de 37.000 mensen die ontslagen zijn uit de ouderenzorg, teruggevraagd worden, maar er is nog geen geld. We krijgen bij de begroting te zien of er überhaupt geld geregeld is, maar ik vind het nogal raar dat je mensen terug gaat vragen als je nog geen geld hebt. Dus ik zou daar graag een debat over hebben. 

De voorzitter:

Wie hierover? Volgens mij is dat dezelfde ploeg als daarnet. 

Mevrouw Marijnissen (SP):

Steun van de SP-fractie. 

De heer Kuzu (DENK):

Het wordt een beetje eenzijdig, maar ook voor dit onderwerp steun. 

Mevrouw Arissen (PvdD):

Steun, ook namens de Partij voor de Dieren. 

Mevrouw Kuik (CDA):

Steun voor een brief, met daarin opgenomen hoe groot het tekort is en welke acties daarop al zijn ingezet. 

Mevrouw Agema (PVV):

Maar dat weten we allemaal al van ActiZ, het Centraal Planbureau en de NZa. We weten hoe groot het probleem is. 

De voorzitter:

Nee, mevrouw Agema. 

Mevrouw Agema (PVV):

Ik verwacht van het CDA dat zij het geld gaan regelen. 

De voorzitter:

Het debat komt nog, als het goed is. 

Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):

Een heel belangrijk onderwerp. Wat GroenLinks betreft trekken we het breder en zouden we het hebben over de arbeidsmarkt en dus niet alleen over dit onderdeel. 

De voorzitter:

Dus u steunt het, of niet? 

Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):

Ja, als het breder getrokken kan worden. 

Mevrouw Bergkamp (D66):

Ik sluit mij aan bij de woorden van het CDA. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik steun de brief. Volgens mij hebben we een algemeen overleg over het arbeidsmarktbeleid. Op die manier zouden we het breder kunnen trekken en de brief daarbij kunnen agenderen, dus geen steun voor een plenair debat. 

De heer El Yassini (VVD):

Ook de VVD ziet dat het AO over de arbeidsmarkt in de zorg de juiste plek is om daar verder over te praten, dus geen steun voor het debat. 

De voorzitter:

Mevrouw Agema, u hebt geen meerderheid voor het houden van een debat. 

Mevrouw Agema (PVV):

Ik hoop dat de onderhandelaars die nu allemaal geen debat willen, wel die ruim 2 miljard euro regelen. Dat zullen we zien. Ik hoop dat het regeerakkoord er snel ligt. Voorzitter, ik hoop dat u daarna het debat kunt inplannen. Onze verwachtingen zijn hooggespannen. 

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Dan geef ik opnieuw het woord aan mevrouw Agema voor volgens mij haar laatste verzoek. 

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Voor de verkiezingen moesten we onze debatten van de lijst met langetermijnverzoeken afhalen. Daarop stond ook een verzoek van mij voor een debat over mensen die niet de keuze hebben om in hun laatste levensfase thuis te sterven. Dat was een meerderheidsdebat dat al een jaar lang op de rol stond en dat we hebben moeten annuleren omdat het niet mocht blijven staan. Als je in een stervensfase verkeert, vind ik dat je niet meer afhankelijk moet zijn van het systeem dat wij hier hanteren. Ik doe dus graag opnieuw hetzelfde debatverzoek, want het blijkt een jaar later, twee jaar later, een terugkerend probleem te zijn dat mensen niet kunnen sterven waar ze willen, thuis of in het ziekenhuis. 

Mevrouw Keijzer (CDA):

Als dit een verzoek is om een debat over dat er onvoldoende personeel is, dan sluit ik me aan bij wat de VVD-fractie net zei, namelijk dat je dit aan de orde moet stellen bij het brede onderwerp "arbeidsmarktbeleid", waar we binnenkort met elkaar over komen te spreken. Als het gaat over de vraag of er in de wijkverpleging voldoende ruimte is voor, zoals dat heet, palliatieve zorg, wijs ik erop dat we voor de zomer hebben afgesproken dat de NZa straks gaat monitoren hoe de inkoop geregeld is. Geld is het probleem niet. Er is voldoende geld voor de wijkverpleging, maar het moet wel geregeld worden. Debatteren erover verandert dat niet, dus daarom steunen we op dit moment het verzoek niet. Ik wacht het onderzoek af, of anders dat AO over arbeidsmarktbeleid. 

De heer Van der Staaij (SGP):

De SGP-fractie wil graag een brief hierover, omdat we het principe dat mensen moeten kunnen kiezen of ze thuis sterven en niet per se in een ziekenhuis moeten blijven heel belangrijk vinden. Dit wordt breed gedeeld, maar in de praktijk gaat het nog wel de nodige keren mis. We krijgen dus heel graag een brief over de stand van zaken nu. 

Mevrouw Bergkamp (D66):

De NZa zou hierop gaan letten. Wij verwachten ook dat de bewindspersoon de Kamer informeert over de vraag of er voldoende palliatieve zorg is ingekocht. Het lijkt me goed om te vragen naar de stand van zaken, hoever de bewindspersoon in dit proces is. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Mensen moeten kunnen sterven op de plek die zij wensen, ook als dat thuis is. Daar hebben wij veel over gedebatteerd. De NZa is genoemd. Er is ook voorgesteld om een brief te vragen van het kabinet. Dat steun ik. Er moet nu gewoon gehandeld worden in de praktijk. 

Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):

Ook hierbij gaat het om een tekort aan verpleegkundigen. In aansluiting op mijn vorige verzoek verzoek ik om er één debat over de arbeidsmarkt van te maken, in plaats van allerlei versnippering te krijgen en deeldebatjes erover te voeren. Het gaat namelijk eigenlijk allemaal over de arbeidsmarkt. 

Mevrouw Agema (PVV):

Het is ook een systeemprobleem. Ik wil mevrouw Ellemeet echt overhalen. Het gaat ook over de plaatsing van de palliatieve en terminale zorg in het systeem. Dat is breder weer dan ... 

De voorzitter:

Mevrouw Agema, heel even wachten. 

Mevrouw Agema (PVV):

Maar dit debat heeft al eerder een jaar op de rol gestaan. We zijn weer een jaar verder. Mensen kunnen gewoon niet thuis sterven als ze dat willen. 

De voorzitter:

We gaan geen discussie voeren over procedurele punten. Mevrouw Hermans. 

Mevrouw Hermans (VVD):

Ik sluit me aan bij de woorden van de D66-fractie. Ik ben benieuwd naar de informatie van de staatssecretaris. 

Mevrouw Marijnissen (SP):

Namens de SP steun voor het debat. Ik wil graag een heel korte opmerking maken in de richting van alle formerende partijen, die nu alle urgente dingen in de zorg afdoen met "doe maar een brief". We hadden het net over de stop in de ggz. Dat speelt over drie weken. We hebben het over personeelstekorten in de verpleeghuizen. Dat speelt nu. Ik snap dat de formatie belangrijk is en tijd kost, maar in de tussentijd draait de wereld wel door. 

De heer Kuzu (DENK):

De vorige verzoeken van mevrouw Agema hebben we gesteund, maar in dit geval vinden we een brief voldoende. 

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik wil een fundamenteler punt aansnijden. Dit debat heeft een jaar op de rol gestaan. Als je goede argumenten hebt om te zeggen dat we er, na alles wat er in de tussentijd gebeurd is, geen debat meer over hoeven te voeren, dan is er geen noodzaak om het opnieuw op de agenda te zetten. Dat is echter niet aan de hand. We steunen het verzoek van de PVV-fractie dus. Er was aanleiding voor dit debat. Er zijn dingen in de tussentijd gebeurd, maar de aanleiding voor dit debat is nog steeds niet verdwenen. Er zijn nog steeds vragen. Dan zouden we het ook wel fair vinden om te steunen dat dit opnieuw op de agenda komt. Dit kan niet bij alle debatten, maar wel waar dit echt aan de orde is. 

De heer Nijboer (PvdA):

Steun voor het verzoek. Maar het wordt weer een brief, zoals we hebben kunnen horen. 

De voorzitter:

Mevrouw Agema, ook nu heeft u geen meerderheid voor het houden van een debat. 

Mevrouw Agema (PVV):

God zij dank nu wel de steun voor een dertigledendebat! Ik vind het ontzettend verdrietig dat deze mensen in de wieken van het systeem belanden, alleen maar omdat formerende partijen hun woord niet kunnen houden als het gaat om een debat dat zij eerst wel wilden steunen. 

De voorzitter:

Dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan mevrouw Ouwehand namens de Partij voor de Dieren. Wat heeft u meegenomen? 

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Ik heb zojuist een aantal hartenkreten in ontvangst mogen nemen van mensen die ons oproepen om een einde te maken aan de afschuwelijke stalbranden. Niet alle collega's konden aanwezig zijn. Ik zal mijn presentje dus graag overhandigen aan degene die geïnteresseerd is. 

Ik sta hier omdat er in de afgelopen zomer, dus alleen al in deze zomer, weer meer dan 100.000 dieren zijn omgekomen in een stalbrand. Het kabinet heeft een brief gestuurd waarin eigenlijk staat: mwah, we gaan geen maatregelen treffen, we gaan maar weer een beetje verder onderzoeken. Omdat het nu al zo ontzettend lang duurt, stel ik voor om daar een plenair debat over te voeren. 

De heer De Groot (D66):

D66 heeft samen met de Partij voor de Dieren een motie ingediend om bij de evaluatie van die aanpak desnoods extra maatregelen te nemen. Na deze afschuwelijke zomer zijn we blij dat het kabinet met die extra maatregelen is gekomen. We gaan een debat niet tegenhouden, maar het lijkt me wel verstandig om een AO Dierenwelzijn te plannen, waarin dit onderwerp samen met nog andere onderwerpen goed en uitvoerig behandeld kan worden. Ik geef dat dus in overweging, ook omdat ik denk dat dit zeker iets zal zijn voor het nieuwe kabinet. Daar zal het nieuwe kabinet ook aandacht aan besteden. Het is dus handiger om dat met het nieuwe kabinet te plannen. 

De voorzitter:

Even voor de helderheid: u steunt het verzoek? 

De heer De Groot (D66):

Ja. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Stalbranden zijn afschuwelijk, voor de dieren maar zeker ook voor de boeren die hun levenswerk in brand zien opgaan. Er is een evaluatie van het actieplan. Het is belangrijk dat die er is. De producentenorganisatie doet nu zelf ook onderzoek. Ik wil de uitkomsten daarvan afwachten, want het is de sector zelf die dat onderzoek doet. Als dat binnen is, lijkt het me heel goed om met beide rapporten in de hand het debat te voeren. Ik steun dus het debat, maar het mag wat mij betreft ook een algemeen overleg worden. Het gaat erom wat beter past in de agenda en bij het onderwerp. Dat leg ik even bij mevrouw Ouwehand neer. 

De voorzitter:

Maar u steunt dus het debat. Dat is wat nu telt. 

De heer Graus (PVV):

Van harte steun. Er ligt al jarenlang een aangenomen motie-Graus ten behoeve van een stalbrandpreventieplan. We zijn ook met oplossingen gekomen. We zijn gekomen met valwanden om vluchtroutes te creëren om die dieren die marteldood niet aan te doen. Daar wordt niets mee gedaan. Ik wil daar heel graag, het liefst in een uitvoerig plenair debat, met de betrokken bewindspersoon over praten. 

De heer Futselaar (SP):

Het was inderdaad een verschrikkelijke zomer qua stalbranden. En de zomer daarvoor was ook een verschrikkelijke zomer qua stalbranden. Het lijkt eigenlijk een soort nieuwe normaal te worden dat we elk jaar honderdduizenden dieren verliezen. Dat moet ophouden. Dus steun voor een debat, en ook steun voor een debat dat snel gehouden wordt. We kunnen niet wachten op onderzoeken, want dan zijn we te laat om maatregelen te nemen voor komende zomer. Laten we nu dat debat een keer op tijd voeren. 

De heer Grashoff (GroenLinks):

Volgens mij zijn we het stadium van onderzoek hier allang gepasseerd. Het is een schrijnende situatie waarin honderdduizenden dieren de dood vinden. We moeten hier snel over spreken en ook snel tot maatregelen komen. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Het lijkt me goed en verstandig om dat debat te voeren. Het maakt mij eerlijk gezegd niet uit of dat hier in de plenaire zaal of in een AO is. Het gaat om de inhoud. Het zal mevrouw Ouwehand ook om de inhoud gaan. Voor mij is het wel van belang om die onderzoeken af te wachten. Die zullen snel plaatsvinden. Het is dus geen traineren. Daar zit belangrijke informatie in om dat debat goed te voeren. 

Mevrouw Lodders (VVD):

Ook de VVD ziet graag dat aanvullende onderzoek dat nog gedaan wordt door de sector zelf tegemoet om vervolgens een goed debat te voeren. Wat ons betreft kan dat in een algemeen overleg Dierenwelzijn. Dan hebben we ruimschoots de tijd. 

De heer Geurts (CDA):

De ervaring leert dat als we in een najaar van een jaar komen, de plenaire agenda vol zit. Mijn voorstel zou dus zijn om het in een AO Stalbrand of Dierenwelzijn te doen. Ik zal een plenair debat niet tegenhouden. Maar goed, er zijn nog wat aanvullende zaken die er dan wel bij moeten. Ik wil dus niet dat het volgende week wordt ingepland. 

De voorzitter:

Mevrouw Ouwehand, u hebt een meerderheid. 

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ja, voorzitter. Dank aan de collega's voor de steun. Als ik goed geluisterd heb, is de meerderheidssteun voor het debat en niet voor het debat pas als het onderzoek dat de sector zelf wil doen, gereed is. Ik verzoek u dus het toe te voegen aan de agenda. 

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Gaat u verder. 

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Het tweede verzoek gaat over een debat dat al sinds 2013 op de agenda heeft gestaan, over de gevolgen van het gebruik van landbouwgif voor omwonenden. Er is nieuw onderzoek verschenen in Nature waarin opnieuw de zorgen bevestigd zijn dat zwangere vrouwen die wonen in de buurt van landbouwpercelen waar veel gespoten wordt, risico lopen op geboorteafwijkingen bij hun baby's. Ik stel voor om het debat, dat van de agenda moest worden afgevoerd omdat er verkiezingen aan kwamen, opnieuw op de agenda te zetten. Er zijn allerlei stukken aangehouden, er zijn ook acties van het kabinet waarvoor wij het kabinet de ruimte hebben gegeven om die uit te voeren, aanvullend onderzoek. Ik stel dus voor om het debat over de gevolgen van landbouwgif voor omwonenden opnieuw te agenderen, met alle onderliggende stukken en het nieuwe onderzoek dat in Nature is gepubliceerd. 

Mevrouw Lodders (VVD):

Geen steun op dit moment voor de debataanvraag. Ik zou het kabinet willen vragen om eerst een brief naar de Kamer te sturen, waarin daarop ingegaan wordt en wij zicht krijgen op de acties die op dit moment lopen. 

De heer Von Martels (CDA):

Om mevrouw Ouwehand iets te ontlasten: geen debat. Zij moet al zo veel debatten voeren. Wij willen wel graag een brief. 

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik ben ontroerd door de zorg over mijn werklust. 

De heer Futselaar (SP):

Dit is een zeer belangrijk onderwerp. Ik wilde hierover oorspronkelijk mondelinge vragen stellen; dus zeker steun. Wij hebben net de algemene beschouwingen verschoven, dus ergens in september moet er een mooi gat zijn gekomen. 

De heer Grashoff (GroenLinks):

Van harte steun. Ik wilde het hier al veel eerder over hebben. Dat is ook al gememoreerd. Laten wij het doen. Dat neemt niet weg dat ik ook van harte steun dat het kabinet in een brief schrijft welke acties precies gaande zijn en wat de stand van zaken is. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Steun voor een stand-van-zakenbrief, maar niet voor een debat. Wij hebben heel veel AO's die over dit soort zaken gaan. Daarin kunnen die brief en de discussie volop terugkomen. 

De voorzitter:

De heer Madlener, welkom terug. 

De heer Madlener (PVV):

Dank u wel. Ik sluit mij aan bij de laatste spreker. Dus steun voor een brief. 

De heer De Groot (D66):

Geen steun voor een debat, wel steun voor een brief. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun voor een brief, niet voor een debat. 

De voorzitter:

Mevrouw Ouwehand, u hebt geen meerderheid voor het houden van een debat. 

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Nee, dat is jammer. Wel voor een stand-van-zakenbrief. Dat is hartstikke goed, die gaan wij vragen. Alhoewel ik terdege besef dat het zich helemaal niet leent voor een dertigledendebat, laat ik wel graag mijn dertigledendebat staan. Want u weet ook hoe het werkt: dan heb ik een stok achter de deur om in de procedurevergadering de collega's onder druk te zetten om er toch wel een AO aan te wijden. Dank u wel. 

De voorzitter:

Dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Nu de heer Wassenberg namens de Partij voor de Dieren. De eenden zijn afgevoerd van de lijst. 

De heer Wassenberg (PvdD):

Voorzitter. Nederland wordt volgens TNO mogelijk binnen vijf jaar netto-importeur van aardgas. Goed nieuws als wij de gaswinning in Groningen terugschroeven, maar ridicuul als wij dan gas gaan importeren en zo afhankelijk blijven van fossiele brandstoffen, zeker als wij miljarden moeten uitgeven om cv-installaties om te bouwen om ze geschikt te maken voor het nieuwe gas. Elke euro die wij daaraan uitgeven is weggegooid geld. Er moet een plan B komen. Daarover zou ik graag met de minister van Economische Zaken en met de minister voor Wonen en Rijksdienst in debat gaan. 

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ik steun dit van harte. Het is een enorm belangrijk onderwerp. Ik voeg er graag aan toe dat wij in hetzelfde debat ook kijken naar de pijpleiding, waarin nu weer geld wordt geïnvesteerd, om gas van Engeland naar Nederland te krijgen, terwijl wij met z'n allen zeggen dat wij van fossiele brandstoffen af willen. Dus van harte steun. 

Mevrouw Sazias (50PLUS):

Ook 50PLUS steunt van harte dit debat. 

De heer Bosman (VVD):

Ik zou graag een appreciatie hebben van het kabinet. Dus een brief en na de brief kijken wat we gaan doen. 

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Het is belangrijk om eerst helderheid te krijgen over de cijfers. Ik geef de collega's wat dat betreft in overweging dat wij een aantal partijen die verschillende cijfers presenteren, zouden kunnen uitnodigen voor bijvoorbeeld een rondetafel in de commissie om helderheid te krijgen over de cijfers en te horen hoe deze tegenover elkaar staan. Dus nu geen steun voor het debat; eerst graag een brief en wellicht deze suggestie om eens met elkaar te bespreken in de procedurevergadering. 

De heer Öztürk (DENK):

Steun voor het debat. 

Mevrouw Beckerman (SP):

Uiteraard steun voor het debat. 

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Er is altijd veel te zeggen over verschillende cijfers. Aankomende donderdag hebben we ook in wezen een debat over cijfers, dus ik steun de suggestie van de collega van D66 om daar eens een rondetafel aan te besteden. Dat lijkt ons heel zinvol. We zouden graag eerst een brief van de minister willen zien voordat we eventueel overgaan tot een debat, dus op dit moment geen steun voor een debat. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun voor de brief en op dit moment geen steun voor het debat. 

De voorzitter:

Dank u wel. Geen meerderheid voor het houden van een debat. 

De heer Wassenberg (PvdD):

Nee, maar als ik heel snel heb geteld, kom ik op 41. Dat is meer dan 30. 

De voorzitter:

Dat hebt u heel snel gedaan. Het klopt, 41 leden. Dan gaan we een dertigledendebat aan de lijst toevoegen. Verder stel ik voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

De heer Grashoff namens GroenLinks. 

De heer Grashoff (GroenLinks):

Voorzitter. Er ligt nu een rapport van Wageningen Universiteit dat aangeeft dat het mogelijk is om echt onze weidevogels te redden. We hebben intussen sinds 2015 deze zaak op de politieke agenda staan op basis van mijn motie, samen met de heer Leenders, tot twee keer toe. Er is een onderzoek en het wordt nu tijd om er echt mee aan de slag te gaan. Ik wil daar graag een debat over. Dat zal ongetwijfeld te zijner tijd met de nieuwe bewindspersoon plaatsvinden, maar hoe eerder we daarmee spreken, hoe eerder we tot echte actie kunnen overgaan. 

De heer Graus (PVV):

Ik deel de zorg van de heer Grashoff inzake weidevogels, maar kunnen we niet — die suggestie werd net ook al gedaan — een heel breed algemeen overleg over dierenwelzijn houden waar we dit in onderbrengen? Als dat kan, zou ik dat heel fijn vinden. Dus geen steun voor dit verzoek. 

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Van de Partij voor de Dieren wel steun. De allerbelangrijkste oorzaak van de teloorgang van weidevogels is de intensivering van de landbouw. Als nu nogmaals wordt bevestigd dat het goed komt met de weidevogels als we dat aanpakken, dan moeten we dat vooral heel snel gaan doen. 

De heer Futselaar (SP):

Het rapport van Wageningen biedt een aantal interessante scenario's om het probleem op te lossen. Ik denk dat het oneerlijk zou zijn om de onderhandelende partijen daaruit te laten kiezen zonder eerst de Kamer gehoord te kunnen hebben, dus dat debat moeten we voeren. 

De heer Geurts (CDA):

Geen steun voor het debat. Een AO Natuur of een AO Dierenwelzijn vinden we prima. We hebben recent nog de initiatiefnota van de heer Grashoff in de Kamer behandeld. Vlak voor de zomer is er ook nog geld vanuit de inkomensondersteuning overgeheveld naar het agrarisch natuurbeheer, waar dit ook bij hoort. Ik denk dat er dus voorlopig genoeg is gedaan. 

De heer De Groot (D66):

Wij hebben ook kennisgenomen van de scenario's en het heeft ons bevreemd dat die nog niet aan de Kamer zijn aangeboden. Daarom lijkt het goed dat deze nu met een brief aan de Kamer worden aangeboden. Dus nu geen steun voor het debat, wel voor een brief. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De D66-fractie neemt mij de woorden uit de mond. Het heeft mij ook bevreemd dat we nog niet langs officiële weg dit rapport hebben ontvangen. Dat zou ik op prijs stellen. Dan kunnen we in de procedurevergadering kijken waar we dat agenderen. Dus nu geen steun voor het debat. 

Mevrouw Lodders (VVD):

Geen steun voor het debat. De maatregelen die recent zijn genomen hebben nog niet eens effecten kunnen sorteren. Het is dus prima om het rapport naar de Kamer te krijgen; steun daarvoor. Dan kijken we verder. 

De voorzitter:

Mijnheer Grashoff, u hebt geen meerderheid. 

De heer Grashoff (GroenLinks):

Nee voorzitter, ik hoor het, ik ga in de procedurevergadering hierop in. Ik maak nog even één opmerking in weerwoord op mevrouw Lodders: er zijn geen maatregelen genomen; die moeten nog komen. 

De voorzitter:

Dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Mevrouw Beckerman namens de SP. 

Mevrouw Beckerman (SP):

Voorzitter. "Zonder Eneco haalt het nieuwe kabinet de klimaatdoelen nooit." Dat kopte De Correspondent vorige week. De SP-fractie maakt zich zorgen over de mogelijke verkoop van Eneco vanwege de klimaatdoelen, de werkgelegenheid en de betaalbaarheid van energie. Wij zouden daarom graag een Kamerdebat aanvragen. 

De heer Bosman (VVD):

Ik ben bereid om over alles te debatteren maar dit is een aangelegenheid van de aandeelhouders van Eneco. Daar gaan we niet over, dus geen steun voor een debat. 

Mevrouw Beckerman (SP):

De minister moet dit daadwerkelijk goedkeuren ... 

De voorzitter:

Nee, nee, nee. De heer Wassenberg. 

De heer Wassenberg (PvdD):

De Partij voor de Dieren steunt dit debatverzoek wel. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Er valt heel veel over te zeggen, maar vooral door de aandeelhouders. Die zijn het eerst aan zet. Dus ik hoop dat daar de besluitvorming op goede wijze zal plaatsvinden. Geen steun voor een debat hier. 

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Ik sta wel voor een dilemma want de aandeelhouders — dat zijn 53 gemeenten — beraden zich nu over de verkoop. Een dertigledendebat — daar draait het straks op uit want ik ga mevrouw Beckerman steunen — zal nog even op zich laten wachten. Ik denk dat het handig is dat zij en ik aanstaande donderdag in het debat over het lage aandeel hernieuwbare energie in Nederland al over de kwestie spreken met de minister. In ieder geval steun voor het debat. 

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

In dit huis kunnen veel maatregelen genomen worden om de klimaatdoelstelling van Parijs te halen, maar dit is echt aan de aandeelhouders. Ik kan me voorstellen dat eventuele overgebleven opmerkingen die mevrouw Beckerman daarover zou willen maken, aanstaande donderdag bij dat debat kunnen worden meegenomen, maar geen steun voor een apart debat hierover; dit is echt primair aan de aandeelhouders. 

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Ik deel de mening van D66 dat gemeenten ten aanzien van het klimaat best wel eisen zouden kunnen stellen. Die ruimte wil ik ze als CDA natuurlijk laten. Mochten we op een later moment toch een debat willen, dan kunnen we dat alsnog houden, maar op dit moment geen steun voor een debat. 

De voorzitter:

Mevrouw Beckerman. 

Mevrouw Beckerman (SP):

Ik vind het wel opvallend dat er heel veel gewezen wordt naar de aandeelhouders, want de Elektriciteitswet van 1998 stelt dat de minister goedkeuring moet geven voor verkoop. Het is dus daadwerkelijk een aangelegenheid van het parlement. Maar helaas is er niet voldoende steun voor mijn verzoek. We zullen het onderwerp betrekken bij het debat op donderdag over het aandeel hernieuwbare of duurzame energie. 

De voorzitter:

Geen discussie nu, mijnheer Bosman. 

De heer Bosman (VVD):

Maar er wordt hier een onjuistheid verteld. 

De voorzitter:

Dat is precies het probleem bij de regeling als er te veel wordt uitgeweid. 

De heer Bosman (VVD):

Maar de minister is pas aan zet op het moment dat er sprake is ... 

Mevrouw Beckerman (SP):

Nou, voorzitter, de heer Bosman wil dus blijkbaar wel een debat. Dus misschien kan hij ons verzoek alsnog steunen. 

De voorzitter:

Niet door elkaar. Mijnheer Bosman, u mag nog een korte opmerking maken om iets recht te zetten, maar u mag niet het debat aangaan met elkaar. 

De heer Bosman (VVD):

Daar was ik mee bezig. Feit is dat de minister aan zet is als er sprake is van een probleem van leveringszekerheid of van veiligheid. Dat is op dit moment niet aan de orde. Dus de aandeelhouders zijn nu gewoon aan zet. De SP moet bij de feiten blijven. 

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Beckerman. 

Dan geef ik nu het woord aan de heer Van Raak namens de SP. 

De heer Van Raak (SP):

Voorzitter. Morgenavond staat er een debat ingepland over de capaciteit bij de politie. Vanuit het ministerie heb ik begrepen dat er nog heel relevante informatie snel zit aan te komen. Daarom verzoek ik om dit debat niet door te laten gaan. Dan reken ik wel op de steun van de collega's dat als die informatie er is, we snel een overleg kunnen hebben. 

De voorzitter:

Dan moet u opnieuw een verzoek indienen, want het debat wordt nu van de lijst afgevoerd. 

De heer Van Raak (SP):

Zeker, voorzitter, daar hebt u helemaal gelijk in. 

De voorzitter:

Dan geef ik het woord aan de heer De Graaf namens de PVV. 

De heer De Graaf (PVV):

Voorzitter. NRC kopte met een artikel over financiering vanuit Koeweit voor Nederlandse moskeeën. Dat is nooit een goed idee. Er liggen nu wel wat bewijzen op tafel. We vinden dat een heel goed moment om er een debat over te voeren. Het liefst doe ik dat met de alsdan benoemde minister die over integratiezaken gaat in het nieuwe kabinet. Wellicht is het handig — maar daarover moeten de collega's meebeslissen — om daar ook de alsdan benoemde minister van Buitenlandse Zaken bij te betrekken. 

De heer Jasper van Dijk (SP):

Steun. 

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Wij zouden eigenlijk een brief willen hebben om te kijken wat nou precies de stand van de dag is ten aanzien van de uitvoering van verschillende moties die door de Kamer zijn aangenomen. Volgens mij is dat op dit moment de koninklijke weg. 

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Die brief lijkt mij prima, maar als ik het nieuws zo interpreteer — zoals de heer De Graaf dat doet, doen wij dat ook — klopt er heel duidelijk iets niet en is het ook niet in overeenstemming met de moties die er zijn. Dus steun voor een debat. 

De heer Öztürk (DENK):

Als wij de financiering van politieke partijen door buitenlandse xenofobe organisaties mee laten gelden in het debat, dan denk ik dat het goed is dat we zo'n debat organiseren, waar we dan ook de financiering richting de PVV in mee kunnen nemen. Dus steun. 

Mevrouw Van Engelshoven (D66):

Ik steun de lijn van het CDA: eerst een brief over de stand van zaken. 

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Steun voor een brief en een debat. 

De heer Azmani (VVD):

Het probleem is serieus, maar de koninklijke weg is inderdaad zoals verwoord door mevrouw Van Toorenburg. Ik steun dus het verzoek om een brief. 

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ik denk dat dat inderdaad een logische route is, ook in het licht van moties die we hier eerder besproken hebben en die ook in stemming zijn gebracht en aangenomen. 

De heer Bruins (ChristenUnie):

Geen steun. 

De heer De Graaf (PVV):

Ik was net als u aan het tellen, voorzitter. Ik zie dat 44 leden het verzoek steunen, dus ik zou er het liefst een dertigledendebat van maken. De pure winst van deze aanvraag is al dat de heer Öztürk nu heeft erkend dat moskeeën politieke organisaties zijn. Dat is waar de PVV al jaren voor strijdt. Pure winst. 

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan de heer Asscher namens de PvdA. 

De heer Asscher (PvdA):

Voorzitter. Gisteren is het sociaal overleg tussen werkgevers en de vakbonden geklapt. Vandaag zag ik de onderhandelaars reageren dat ze het jammer vonden. Maar, zei de VVD-onderhandelaar, wij komen er met elkaar wel uit; dit is niet het moeilijkste hoofdstuk. Dat roept natuurlijk de vraag op hoe serieus het allemaal was. Konden werkgevers achteroverleunen in afwachting van een rechts kabinet? Of hecht men daadwerkelijk aan draagvlak? Eind maart heb ik tegen Mark Rutte als VVD-leider gezegd: als het over de arbeidsmarkt gaat, die mensen zo raakt, zoek dan naar draagvlak en streef naar een sociaal akkoord; het is te belangrijk. De opdracht die we de informateur hebben meegegeven was ook: zoek naar een breed draagvlak. 

Ik verzoek de informateur om een brief waarin hij aangeeft wat er voor pogingen ondernomen worden om tot een sociaal akkoord te komen en waar die veronderstelde deadline vandaan kwam. We horen overal dat het nog weken kan duren, maar hier was sprake van een deadline. Ik verzoek hem ook om in die brief aan te geven welke onderliggende stukken de formerende partijen met de sociale partners hebben uitgewisseld en hoe hij er vanuit zijn opdracht van deze Kamer voor zorgt dat vanuit de formerende partijen beide kanten, werkgevers en werknemers, de druk voelen om tot een goed sociaal akkoord te komen in het belang van werknemers in Nederland. 

De voorzitter:

Ik wilde eigenlijk voorstellen om het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Maar de leden mogen er natuurlijk wel iets over zeggen. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Het lijkt me heel goed om te vragen om een brief. Volgens mij gaat echter niet de informateur over het sociaal akkoord, maar de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Eigenlijk zou ik hem dus willen vragen om een reactie op het klappen van het sociaal akkoord. 

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Het is eigenlijk alleen maar jammer dat het allemaal nog niet netjes geregeld is onder die minister van Sociale Zaken. Misschien kan hij nog een tandje bijzetten om ervoor te zorgen dat het ook nog rap wat gebeurt. 

De heer Van 't Wout (VVD):

Ik sluit me aan bij de SGP, die staatsrechtelijk altijd zeer zuiver is. Ondanks het feit dat hij demissionair is, hebben wij gewoon nog een verantwoordelijk minister van Sociale Zaken. Ik ben heel benieuwd naar zijn brief. 

De heer Klaver (GroenLinks):

Ik ben ook altijd heel erg benieuwd naar brieven van de minister van Sociale Zaken. Als partijen daar interesse in hebben, dan hadden ze dat vooral moeten aanmelden voor deze regeling. Collega Asscher heeft een vraag aan de informateur naar aanleiding van informatie, namelijk het klappen van het sociaal overleg. Dit is van belang voor de formatie. Ik zou dus graag een brief ontvangen van de informateur. Ik wil ook weten hoe het klappen van dit overleg met de sociale partners van invloed is op de planning die de informateur voor zich ziet. Hij heeft daar eerder een brief over gestuurd. Ik verwacht dus graag per ommegaande die brief van de informateur. 

De heer Van Weyenberg (D66):

Ook D66 is teleurgesteld dat er na veertien maanden praten — dat zeg ik toch even tegen de minister van SZW — nog steeds geen akkoord is. Ik steun het verzoek, maar ik ben ook erg nieuwsgierig naar de reactie van de minister van SZW op het mislopen van die onderhandelingen, want die zijn echt niet alleen van belang voor de formatie. Ze zijn van belang voor ons allemaal. 

De heer Van Kent (SP):

Een brief kan geen kwaad, dus steun voor het verzoek. 

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Ook 50PLUS steunt het verzoek van de PvdA. 

De heer Öztürk (DENK):

Steun voor het verzoek, maar ik ben ook benieuwd wat de minister van Sociale Zaken hiervan vindt. 

De voorzitter:

Dan stel ik voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar de informateur. We horen wel of het de informateur is die gaat antwoorden of het kabinet, of beide; dat kan ook. 

Hiermee zijn we aan het einde gekomen van de regeling van werkzaamheden. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Naar boven