Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de begroting van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, te weten:

- de motie-Irrgang/Duyvendak over het laten vallen van politieke ambtsdragers onder een vergelijkbaar stelsel van arbeidsongeschiktheidsverzekering als werknemers (30300 VII, nr. 8);

- de motie-Dubbelboer c.s. over een fonds voor de subsidiëring van de lokaal of regionaal vertegenwoordigende partijen (30300 VII, nr. 9);

- de motie-Fierens/Szabó over het spoedig reageren op klachten van burgers (30300 VII, nr. 10);

- de motie-Van Schijndel over de modaliteiten van een te creëren algemene bevoegdheid voor de burgemeester (30300 VII, nr. 14);

- de motie-Van Beek/Knops over het voorkomen van onwenselijk geachte precarioheffing (30300 VII, nr. 15);

- de motie-Van der Ham/Van der Laan over preventie als belangrijk onderdeel van de prestatiecontracten (30300 VII, nr. 18);

- de motie-Van der Ham/Van der Laan over democratische controle in het politiebestel (30300 VII, nr. 19);

- de motie-Slob c.s. over publieke verantwoordelijkheid voor een geïntegreerde en eenduidig aangestuurde meldkamer voor alle hulpverleningsdiensten (30300 VII, nr. 21);

- de motie-Albayrak/Duyvendak over het ongemoeid laten van het politiebestel tot ten minste 2008 (30300 VII, nr. 22);

- de motie-Albayrak/Algra over structurele financiering voor het instandhouden van opvangvoorzieningen en ZMOK-plus in Rotterdam (30300 VII, nr. 23);

- de motie-Boelhouwer over de zelfstandige positie van de waterschappen in de discussie over de bestuurlijke inrichting van Nederland (30300 VII, nr. 24);

- de motie-Boelhouwer/Knops over wijziging van de circulaire procedureregels bij burgemeestersbenoeming (30300 VII, nr. 25);

- de motie-Algra over aanvullende maatregelen tegen misbruik van het alarmnummer 1-1-2 (30300 VII, nr. 26);

- de motie-Algra/Irrgang over het niet vastleggen van maximumsnelheden in de brancherichtlijn verkeer voor de politie (30300 VII, nr. 27);

- de motie-Algra over bestemming van het gebied luchthaven Schiphol als zelfstandige veiligheidsregio (30300 VII, nr. 28);

- de motie-Van Beek c.s. over het formuleren van eigen bevindingen en aanbevelingen door de zogenoemde Holland Acht (30300 VII, nr. 29);

- de motie-Van der Ham c.s. over het beschikbaar komen van bestuursbeurzen voor politieke jongerenorganisaties (30300 VII, nr. 30);

- de motie-Eerdmans c.s. over het gebruik van internet bij het opsporen van verdachten (30300 VII, nr. 31);

- de motie-Eerdmans c.s. over een plan van aanpak om beleidsmakers bij de rijksoverheid meer in aanraking te brengen met de uitvoering van beleid (30300 VII, nr. 32);

- de motie-Van der Staaij c.s. over onafhankelijk onderzoek naar vestiging en functioneren van instellingen/woongroepen voor bijzondere doelgroepen (30300 VII, nr. 33).

(Zie vergadering van 1 december 2005.)

De voorzitter:

Aangezien de motie-Algra (30300-VII, nr. 26) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van behandeling meer uit.

Aangezien de motie-Boelhouwer (30300-VII, nr. 9) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van behandeling meer uit.

Op verzoek van de heer Algra stel ik voor, zijn motie (30300-VII, nr. 28) van de agenda af te voeren.

Op verzoek van de heer Van Schijndel stel ik voor, zijn motie (30300-VII, nr. 14) van de agenda af te voeren.

Op verzoek van mevrouw Albayrak stel ik voor, haar motie (30300-VII, nr. 22) van de agenda af te voeren.

Op verzoek van de heer Slob stel ik voor, zijn motie (30300-VII, nr. 21) van de agenda af te voeren.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

De motie-Boelhouwer (30300-VII, nr. 24) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat in de discussie over de bestuurlijke inrichting van ons land en het middenbestuur steeds op een mogelijke "bestuurlijke drukte" wordt gewezen;

van mening dat iedere bestuurslaag een goede vorm van democratische legitimatie en betrokkenheid van burgers behoeft;

van mening dat de democratische legitimatie van waterschappen en andere functionele besturen en de betrokkenheid van burgers daarbij kan worden verbeterd;

verzoekt de regering, in het kader van de discussie over "bestuurlijke drukte" en het middenbestuur, nadrukkelijk de zelfstandige positie van de waterschappen en andere functionele besturen te betrekken,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 40 (30300-VII).

De motie-Van der Ham/Van der Laan (30300-VII, nr. 18) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat preventie een belangrijk onderdeel moet zijn van de politietaken;

van mening dat de politie niet alleen beoordeeld moet worden op het aantal overtredingen en strafbare feiten dat is bestraft, maar ook op het aantal dat is voorkomen, en op het aantal agenten dat daadwerkelijk "op straat" is;

overwegende dat de minister van Binnenlandse Zaken tijdens het begrotingsoverleg van Binnenlandse Zaken de Tweede Kamer heeft toegezegd dat in de nieuwe prestatienormen ruimte zal komen voor meer preventie;

overwegende dat in het verleden de Tweede Kamer slechts na het vaststellen van de prestatiecontracten is geïnformeerd;

verzoekt de regering om preventie een belangrijk onderdeel te maken van de komende prestatienormen, met duidelijke maatstaven aan de hand waarvan de politiek kan worden beoordeeld, waarbij ook wordt meegewogen hoeveel agenten ondersteunend dan wel operationeel werk doen, en de Kamer ruim van tevoren aan te geven welke vorm dat zal krijgen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 37 (30300-VII).

De motie-Van der Ham/Van der Laan (30300-VII, nr. 19) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Kamer binnenkort zal beraadslagen over veranderingen binnen het politiebestel;

overwegende dat in het huidige bestel vaak noch de gemeenteraad noch de Tweede Kamer hun democratische controle kunnen uitvoeren;

van mening dat in elk politiebestel een belangrijke democratische controle moet zijn op het functioneren van de politie;

van mening dat, indien in de toekomst de politie meer centraal wordt aangestuurd, de Tweede Kamer niet het controleorgaan kan en moet zijn voor het lokale veiligheidsbeleid;

van mening dat de beste democratische controle van de politie op regionaal niveau kan worden uitgevoerd door de gemeenteraad;

verzoekt de regering om in een toekomstig politiebestel ervoor te zorgen dat er geen democratisch gat meer zal zijn bij de controle op de politie en dat de Tweede Kamer niet de details van het lokale veiligheidsbeleid moet controleren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 38 (30300-VII).

De motie-Albayrak/Algra (30300-VII, nr. 23) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat in Rotterdam sommige jongeren voor veel overlast zorgen en dat die overlast ook de scholen binnenkomt;

van mening dat tot de verantwoordelijkheid van de regering de preventie en bestrijding van jeugdcriminaliteit, overlast en het tegengaan van ontwrichtende opvoedsituaties in alle leefgebieden van jongeren behoren;

van mening dat een lokaal stelsel van opvangvoorzieningen en ZMOK-plus een bijdrage kan leveren aan een oplossing van de problematiek rondom ontwrichte jongeren;

van mening dat de verantwoordelijkheid voor dergelijke opvangvoorzieningen thans gedeeld wordt door de ministeries van OCW, van VWS en van Justitie, en dat de financiering van opvangvoorzieningen met onderwijskundige, jeugdzorggerichte en justitiële aspecten niet doenlijk is gebleken binnen de voor de afzonderlijk door deze ministeries gehanteerde beleidskaders;

van mening dat de gemeente Rotterdam aanvullende financiële ondersteuning verdient voor het instandhouden en uitbreiden van opvangvoorzieningen en ZMOK-plus;

verzoekt de regering, met ingang van 2007 zorg te dragen voor de structurele financiering van de genoemde voorzieningen door middel van één ministerie,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 39 (30300-VII).

In stemming komt de motie-Irrgang/Duyvendak (30300-VII, nr. 8).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Wilders, de LPF en de Groep Nawijn voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Fierens/Szabó (30300-VII, nr. 10).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van het CDA tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Beek/Knops (30300-VII, nr. 15).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, de Groep Wilders, de VVD, het CDA, de LPF en de Groep Nawijn voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van der Ham/Van der Laan (30300-VII, nr. 37).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de Partij van de Arbeid, D66, de VVD en het CDA voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van der Ham/Van der Laan (30300-VII, nr. 38).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, de VVD en het CDA voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Albayrak/Algra (30300-VII, nr. 39).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Wilders, het CDA, de ChristenUnie, de SGP, de LPF en de Groep Nawijn voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Boelhouwer (30300-VII, nr. 40).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Wilders, D66, de VVD en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Boelhouwer/Knops (30300-VII, nr. 25).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Wilders, het CDA, de ChristenUnie, de SGP, de LPF en de Groep Nawijn voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Algra/Irrgang (30300-VII, nr. 27).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de Groep Wilders, het CDA, de ChristenUnie, de SGP en de Groep Nawijn voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Beek c.s. (30300-VII, nr. 29).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, de Groep Wilders, de VVD, het CDA, de ChristenUnie en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Ham c.s. (30300-VII, nr. 30).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, het CDA, de ChristenUnie en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Eerdmans c.s. (30300-VII, nr. 31).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van GroenLinks tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Eerdmans c.s. (30300-VII, nr. 32).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de ChristenUnie tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Staaij c.s. (30300-VII, nr. 33).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.