Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 9 november 2005 over geluidsbelasting AWACS-vliegtuigen.

De heer Verdaas (PvdA):

Voorzitter. Onlangs hebben wij een algemeen overleg gehad met staatssecretaris Van der Knaap en staatssecretaris Van Geel over de AWACS-vliegtuigen. Daarbij is ook ingegaan op de situatie in de gemeente Onderbanken. Staatssecretaris Van der Knaap zei dat het bos bij de gemeente Onderbanken daadwerkelijk zal worden gekapt als de Raad van State binnen nu en een paar weken uitspreekt dat een kapvergunning mag worden afgegeven. Dat is in strijd met de eerdere uitspraak van minister Dekker dat er pas gekapt zal worden als de juridische procedures zijn doorlopen. Deze tegenspraak is voor mij en mijn collega's De Wit van de SP en Jungbluth van GroenLinks reden om de volgende motie in te dienen. In de motie wordt de regering gevraagd om de beleefdheid op te brengen de procedures netjes af te wachten en dan pas te gaan kappen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het kabinet bij monde van de minister van VROM vorig jaar heeft aangegeven pas opdracht te geven tot het kappen van 6 ha bos in de gemeente Onderbanken nadat de juridische procedures zijn afgerond;

overwegende dat de commandant van de NAVO-basis Geilenkirchen onomwonden heeft aangegeven dat de veiligheid niet in het geding is;

overwegende dat het kappen van bomen een onomkeerbare ingreep is;

verzoekt de regering, haar eerdere belofte na te komen en het besluit tot kappen niet te effectueren totdat alle juridische procedures definitief zijn afgerond en onherroepelijk zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Verdaas, De Wit en Jungbluth. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 63(30300 XI).

De heer Koopmans (CDA):

Wat betekenen de woorden "alle juridische procedures"?

De heer Verdaas (PvdA):

Daarmee bedoelen wij alle nationale juridische procedures tot en met het eindoordeel van de Raad van State. Wij hebben de mogelijkheid van het Europees Hof, als die mogelijkheid al openstaat, buiten beschouwing gelaten.

De heer Koopmans (CDA):

Is dat inclusief de bodemprocedure bij de Raad van State? Betreft het verzoek alleen hetgeen nu aan de orde is of ook nadere procedures die als gevolg van allerlei andere zaken mogelijk zullen worden gestart?

De heer Verdaas (PvdA):

Het gaat om de procedure die nu aan de orde is. De toezegging is gedaan in de zaak ten aanzien van de nimbyprocedure. Daar lopen ook de bezwaren en beroepen tegen. De Raad van State is nu gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen. Daardoor kan de mogelijkheid ontstaan om tussentijds te kappen, terwijl de Raad van State aan het eind van de rit de mensen die beroep hebben aangetekend alsnog in het gelijk kan stellen. Dan is het bos gekapt. Daarom vragen wij om met deze forse en onomkeerbare ingreep te wachten tot de Raad van State een definitief oordeel heeft uitgesproken.

De heer Koopmans (CDA):

Voorzitter. Het algemeen overleg waar wij vandaag over spreken, heeft een aantal zaken opgeleverd. De staatssecretaris van Defensie heeft nadrukkelijk gezegd dat er sprake is van ongehoord veel lawaai in Zuid-Limburg. Er wordt een Commissie Deskundigen Vliegtuiggeluid ingesteld. Daarnaast komt er een vervolg op het gezondheidsonderzoek. De staatssecretaris heeft ook toegezegd dat hij zal komen met een uitwerking van de leasevariant en dat hij daar halfjaarlijks over zal rapporteren. Dat zijn allemaal kleine stappen op weg naar een echte oplossing van de geluidsproblemen. Er moet zo veel mogelijk druk worden uitgeoefend op de NAVO. De heer Brinkel, die namens het parlement lid is van de NAVO-assemblee, is in de assemblee aan de slag gegaan om te proberen om deze in beweging te krijgen. De afweging die de regering ingevolge de wet inzake de nimbyprocedure moet maken, is en blijft aan de minister. Daarom zal mijn fractie geen enkele motie op dit punt steunen.

Minister Dekker:

Voorzitter. Dit is een lang boek waaraan wij iedere keer weer een hoofdstuk toevoegen. Wij moeten er wel duidelijk over zijn welke hoofdstukken wij wel willen opnemen in dit boek en welke niet. Ik heb niet voor niets, gezien de lange looptijd en hetgeen aan de orde is, een nimbyprocedure in gang gezet. Ik heb besloten dat ik de verantwoordelijkheid moest nemen om dat te doen. Daar is voldoende over gezegd en gesproken in de afgelopen jaren. Mijn besluit is vorige week aan de orde geweest in een zitting van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Ik zal niet vooruitlopen op de uitkomst daarvan. Ik zal het oordeel van de voorzitter vanzelfsprekend volgen in de vervolgprocedure.

De heer Verdaas spreekt over kappen, maar daar hebben wij nooit over gesproken. Het gaat over afzagen. Het kappen valt onder de primaire verantwoordelijkheid van de staatssecretaris van Defensie, ook in de nimbyprocedure. Hij heeft daar al een aantal uitspraken over gedaan in het algemeen overleg van 9 november. Dit moet ik dus afwachten.

Ik ontraad aanvaarding van de motie. Het gaat er niet om dat wij alles afwachten wat er nog komt. Ik wacht wél op het oordeel van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Staatssecretaris Van der Knaap:

Mijnheer de voorzitter. Het zou ook niet logisch zijn om de motie van de heer Verdaas te volgen, en wel om de volgende redenen. Als de Raad van State het verzoek om schorsing toewijst, zullen wij de bodemprocedure afwachten. Als de Raad van State het verzoek om schorsing echter afwijst, hebben wij bereikt wat wij willen.

Het zou in dit licht heel raar zijn, als de minister een positief oordeel over deze motie zou hebben. Het is ons bij de afwijzing van de schorsing erom begonnen om zo snel mogelijk met zagen aan de slag te gaan in het bos, dus niet om het om te hakken. Ik heb aangegeven dat ik daarbij de koninklijke weg zou bewandelen en dat ik in overleg zou treden met het bevoegd gezag, in dit geval de burgemeester. Daarmee wil ik bereiken dat het lokale bestuur niet wordt overvallen door het feit dat medewerkers van mij en van anderen in het bos aan de slag gaan. De burgemeester zal daarvan op de hoogte gesteld worden. De burgemeester kan dit dan zo goed mogelijk begeleiden.

Ik ben er blij om dat er in de NAVO-Assemblee Kamerleden praten over het probleem van de overlast voor mensen in de omgeving van het vliegveld vanwege de ongehoorde herrie die de motoren van de AWACS-toestellen produceren. Ik vind dat ook heel verstandig. De internationale gemeenschap moet immers van alle kanten op dit probleem gewezen worden. Als dat gebeurt in het overleg van parlementariërs, kan dit er alleen maar toe leiden dat ook regeringen ermee geconfronteerd worden. Op dit moment is Nederland een van de weinigen zo niet de enige die dit probleem serieus wenst aan te pakken.

Ik herhaal dat ik graag bereid ben om de Kamer periodiek schriftelijk te informeren over de stappen die Nederland op dit gebied zet. Ik ben blij als de Kamer het desbetreffende initiatief breed wil ondersteunen. Ik ben met name blij als de parlementariërs ook in hun gremia dit probleem nadrukkelijk aan de orde stellen.

De heer Verdaas (PvdA):

Ik wil de volgende conclusie graag delen. Zelf houd ik ook van fair play. Het is dan ook legitiem om te zeggen dat inderdaad met de Kamer is afgesproken dat de juridische uitspraak wordt afgewacht. Ik begrijp heel goed dat ook een voorlopige voorziening of een schorsing, afhankelijk van het perspectief van waaruit dat bekeken wordt, een juridisch geldende uitspraak is. De nimbyprocedure zelf staat, hoe jammer ik dat ook vind, niet meer ter discussie.

Graag wil ik dat over het volgende nog helderheid verschaft wordt. Mocht de Raad van State binnenkort een uitspraak doen, los van de vraag of het om zagen of kappen gaat, dan staat toch vast dat de opdracht direct verstrekt wordt?

Staatssecretaris Van der Knaap:

Als de Raad van State de schorsing afwijst, zullen wij niet direct de volgende dag met een aantal militairen het bos ongecontroleerd in gaan. Dat vergt een goede voorbereiding. Daarbij past ook dat het plaatselijke bestuur op een ordentelijke wijze wordt geïnformeerd. De verwachting is dat de uitspraak er in de loop van volgende week is, maar dat kan ook nog deze week gebeuren. Nogmaals, als de uitspraak er is, is dat het moment om met het plaatselijke bestuur van gedachten te wisselen over de wijze waarop wij de actie beginnen.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik stel mij voor, dat er aanstaande donderdag over de motie gestemd kan worden.

De vergadering wordt enkele minuten geschorst.