Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over grondrechten in een pluriforme samenleving, te weten :

- de motie-Eerdmans over de algemene vlaginstructie (29614, nr. 4);

- de motie-Klaas de Vries c.s. over kennis en begrip van onze grondrechten (29614, nr. 5).

(Zie vergadering van 24 februari 2005.)

De voorzitter:

De motie-Eerdmans (29614, nr. 4) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Nederlandse vlag het symbool is van de eenheid en onafhankelijkheid van het Koninkrijk der Nederlanden;

overwegende dat momenteel slechts op een beperkt aantal dagen wordt gevlagd vanaf de rijksgebouwen;

van mening dat hiermee onvoldoende gebruik wordt gemaakt van dit belangrijke symbool;

verzoekt de regering om ervoor te zorgen dat in de toekomst op elke werkdag wordt gevlagd vanaf de rijksgebouwen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze motie is voorgesteld door het lid Eerdmans. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 8 (29614).

De motie is rondgedeeld. Ik constateer dat er geen bezwaar is om daar direct over te stemmen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Eerdmans (29614, nr. 8).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de Groep Wilders en de LPF voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Klaas de Vries c.s. (29614, nr. 5).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, de Groep Lazrak, de ChristenUnie, de SGP en de LPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Naar boven