Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de Grondwaterwet (verbreding heffingsdoeleinden) (24546).

(Zie vergadering van 28 november 1996.)

De aanhef van artikel I wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Poppe (stuk nr. 15, I) tot invoeging van nieuwe onderdelen 0A en 0B.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de SP en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 15 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Onderdeel A wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen B en C worden zonder stemming aangenomen.

De aanhef van onderdeel D wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Reitsma (stuk nr. 7).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, de groep-Nijpels, het AOV, de Unie 55+, de CD, het GPV, de SGP, de SP en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Punt 1 wordt zonder stemming aangenomen.

Punt 2 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-H.G.J. Kamp/Van Waning (stuk nr. 8) tot toevoeging van een punt 3.

De voorzitter:

Ik constateer, dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt het nader gewijzigde amendement-Van Waning/H.G.J. Kamp (stuk nr. 11) tot toevoeging van een punt 3.

De voorzitter:

Ik constateer, dat dit nader gewijzigde amendement met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Reitsma c.s. (stuk nr. 14, I) tot toevoeging van een punt 3.

De voorzitter:

Ik constateer, dat dit gewijzigde amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit gewijzigde amendement de andere op stuk nr. 14 voorkomende amendementen als aangenomen kunnen worden beschouwd.

Aangezien de amendementen op de stukken nrs. 8, 11 en 14, I, zijn aangenomen, wordt de aanhef van het toegevoegde punt 3 vervangen door: "3. Toegevoegd worden drie nieuwe leden, luidende:".

Onderdeel D, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-H.G.J. Kamp/Van Waning (stuk nr. 8), het nader gewijzigde amendement-Van Waning/H.G.J. Kamp (stuk nr. 11) en het gewijzigde amendement-Reitsma c.s. (stuk nr. 14, I), wordt zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel I wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel II wordt zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Door de aanneming van het gewijzigde amendement-Reitsma c.s. (stuk nr. 14, II) is een nieuw artikel IIA toegevoegd.

Artikel III, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Reitsma c.s. (stuk nr. 14, III), wordt zonder stemming aangenomen.

De beweegreden wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de CD en de SP tegen dit wetsvoorstel hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Naar boven