Besluit van 19 april 2011 tot wijziging van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen in verband met het wijzigen van bestaande decentralisatie- en integratie-uitkeringen en het introduceren van nieuwe decentralisatie- en integratie-uitkeringen (2009)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, van 16 november 2010, CZW/WVOB 2010-0000747599;

Gelet op artikel 13, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 20 januari 2010, nr. W04.10.0523/l);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 8 april 2011, CZW/WBI, 2011-2000019729, uitgebracht mede namens de Staatssecretaris van Financiën;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen wordt als volgt gewijzigd:

A

De artikelen 1, 2, 4, 11, 12, 15, 22, 28 en 30 en de bijlagen 1, 2, 4, 11, 12, 15, 22, 30a en 30b vervallen.

B

1. In § 1 worden de volgende artikelen opgenomen:

Artikel 2a. Alle troeven in handen, provincies

Ten behoeve van emancipatieprojecten ter versterking van het lokale emancipatiebeleid en het emancipatieproces van kwetsbare vrouwen in kleine gemeenten, ontvangen de provincies, genoemd in bijlage 2a, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 2b. Herstructurering bedrijventerreinen Moerdijk

Voor de herstructurering bedrijventerreinen Moerdijk ontvangt de provincie Noord-Brabant in 2009 eenmalig in totaal € 24.243.000.

Artikel 2c. Regionale luchthavens

Ten behoeve van de overgang van het bevoegde gezag over de regionale luchthavens naar de provincies ontvangen de provincies, genoemd in bijlage 2c, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 2d. Stimulering lokale klimaatinitiatieven (SLOK), provincies

Voor de stimulering van lokale klimaatinitiatieven ontvangen de provincies, genoemd in bijlage 2d, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

2. In de bijlage, behorende bij het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen, worden vóór bijlage 3 opgenomen de bijlagen die zijn opgenomen in bijlage I.

C

De bijlagen, behorend bij de artikelen 9, 18 respectievelijk 20 van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen worden vervangen door de bijlagen 9, 18 respectievelijk 20, die zijn opgenomen in bijlage II.

D

1. Na artikel 29 worden de volgende artikelen ingevoegd:

Artikel 29a. Aanpak Marokkaans-Nederlandse probleemjongeren

Voor de bekostiging van de aanpak van Marokkaans-Nederlandse probleemjongeren ontvangen de gemeenten genoemd in bijlage 29a, in het jaar 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29b. Alle troeven in handen, gemeenten

Voor emancipatieprojecten ter versterking van het lokale emancipatiebeleid en het emancipatieproces van kwetsbare vrouwen ontvangen de gemeenten, genoemd in bijlage 29b, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29c. Antillianengemeenten

De gemeenten genoemd in bijlage 29c, waarvoor tot 1 januari 2009 de Bestuurlijke Arrangementen Antilliaanse Risicojongeren golden, ontvangen in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29d. Budget 40+ wijken

Voor het preventiebudget voor problemen in wijken die niet behoren tot de 40 aangewezen aandachtswijken, ontvangen gemeenten, genoemd in bijlage 29d, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29e. Drugsoverlast Maastricht

Om de drugsoverlast in Maastricht tegen te gaan ontvangt de gemeente Maastricht in 2009 eenmalig € 150.000.

Artikel 29f. Eergerelateerd geweld

Voor de bevordering van een lokale preventieve aanpak van eergerelateerd geweld ontvangen de gemeenten, genoemd in bijlage 29f, in het jaar 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29g. Gezinscoaches overlastgevende Marokkaans-Nederlandse jongeren

Voor de bekostiging van gezinscoaches ten behoeve van de problematiek met overlastgevende Marokkaans-Nederlandse jongeren ontvangen de gemeenten Culemborg en Roermond in 2009 de in bijlage 29g genoemde uitkering.

Artikel 29h. Gezinsmanagers Gouda

Voor de bekostiging van gezinsmanagers ten behoeve van de problematiek met overlastgevende Marokkaans-Nederlandse jongeren ontvangt de gemeente Gouda in 2009 € 300.000.

Artikel 29i. Herbestemming aandachtswijken

Voor het stimuleren van herbestemming van waardevol en karakteristiek erfgoed en herontwikkeling van bijzondere terreinen in de veertig aandachtswijken ontvangen de gemeenten, genoemd in bijlage 29i, in het jaar 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29j. Herstructurering bedrijventerreinen

Voor de herstructurering van bedrijventerreinen ontvangen de in bijlage 29j genoemde gemeenten in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29k. Impuls brede scholen combinatiefuncties tweede tranche

Voor de realisatie van combinatiefuncties bij brede scholen ontvangen de gemeenten, genoemd in bijlage 29k, in het jaar 2009 voor de tweede tranche de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29l. Innovatietrajecten inburgering

Voor de uitvoering van een aantal innovatietrajecten, in het kader van het Deltaplan inburgering, ontvangen gemeenten, genoemd in bijlage 29l, voor de jaren 2008 en 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29m. Jeugdwerkloosheid

Voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid ontvangen de gemeenten, genoemd in bijlage 29m, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29n. Schuldhulpverlening

Voor de schuldhulpverlening ontvangen de gemeenten, genoemd in bijlage 29n, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29o. Spoorse doorsnijdingen tweede tranche

Voor het opheffen of verminderen van de barrièrewerking van het spoor ontvangen de gemeenten, genoemd in bijlage 29o, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29p. Stimulering lokale klimaatinitiatieven (SLOK), gemeenten

Voor de stimulering van lokale klimaatinitiatieven ontvangen de gemeenten, genoemd in bijlage 29p, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29q. Tijdbeleid

Voor de flexibilisering van de openings- en arbeidstijden van zorg- en dienstverleners ontvangt de gemeente Kampen in 2009 eenmalig een uitkering van € 50.000.

Artikel 29r. Veilige publieke taak 2009

Voor de ondersteuning en stimulering van de aanpak op lokaal niveau van de invoering en borging van veiligheidsbeleid op het gebied van agressie en geweld tegen werknemers met een publieke taak ontvangen de gemeenten, genoemd in bijlage 29r, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

Artikel 29s. Voorbeeldprojecten wijkeconomie

Voor de voorbeeldprojecten wijkeconomie, ontvangen gemeenten, genoemd in bijlage 29s, in 2009 de in die bijlage genoemde uitkering.

2. In de bijlagen, behorend bij het Besluit decentralisatie en integratie-uitkeringen, worden na bijlage 29 ingevoegd de bijlagen die zijn opgenomen in bijlage III.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt wat betreft het in artikel I, onderdeel D, genoemde artikel 29l en de bij dat artikel behorende bijlage terug tot en met 1 augustus 2008, en voor het overige tot en met 1 januari 2009.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 19 april 2011

Beatrix

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. P. H. Donner

De Staatssecretaris van Financiën,

F. H. H. Weekers

Uitgegeven de twintigste mei 2011

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten

Bijlage I, behorend bij artikel I, onderdeel B, van het Besluit van 19 april 2011 tot wijziging van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen in verband met het vaststellen van decentralisatie- en integratie-uitkeringen over het jaar 2009 en van enkele andere uitkeringen

Bijlage 2a., genoemd in artikel 2a. Alle troeven in handen, provincies

Provincie

Uitkering 2009

Groningen

€ 7.692

Fryslân

€ 7.692

Utrecht

€ 7.143

Noord-Holland

€ 7.143

Zeeland

€ 7.143

Totaal

€ 36.813

Bijlage 2c., genoemd in artikel 2c. Regionale luchthavens

Provincie

Uitkering 2009

Groningen

€ 7.952

Fryslân

€ 19.949

Drenthe

€ 7.132

Overijssel

€ 16.970

Gelderland

€ 17.353

Utrecht

€ 2.651

Noord-Holland

€ 28.174

Zuid-Holland

€ 13.992

Zeeland

€ 15.467

Noord-Brabant

€ 21.028

Limburg

€ 15.139

Flevoland

€ 5.301

Totaal

€ 171.108

Bijlage 2d., genoemd in artikel 2d. Stimulering lokale klimaatinitiatieven (SLOK) provincies

Provincie

Uitkering 2009

Groningen

€ 114.728

Fryslân

€ 135.381

Drenthe

€ 114.138

Overijssel

€ 148.957

Gelderland

€ 204.453

Utrecht

€ 129.869

Noord-Holland

€ 211.862

Zuid-Holland

€ 245.402

Zeeland

€ 74.898

Noord-Brabant

€ 163.955

Limburg

€ 135.920

Flevoland

€ 106.437

Totaal

€ 1.786.000

Bijlage II, behorend bij artikel I, onderdeel C, van het Besluit van 19 april 2011 tot wijziging van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen in verband met het vaststellen van decentralisatie- en integratie-uitkeringen over het jaar 2009 en van enkele andere uitkeringen

Bijlage 9., genoemd in artikel 9. Combinatiefuncties brede school sport en cultuur eerste tranche

Gemeente

Uitkering 2009 excl. looncompensatie

Looncompensatie

Uitkering 2009 incl. looncompensatie

Alkmaar

€ 154.423

€ 5.735

€ 160.158

Almelo

€ 130.492

€ 4.846

€ 135.339

Amersfoort

€ 272.246

€ 10.111

€ 282.357

Amsterdam

€ 1.110.101

€ 41.227

€ 1.151.328

Arnhem

€ 221.809

€ 8.238

€ 230.047

Breda

€ 283.580

€ 10.532

€ 294.112

Deventer

€ 170.156

€ 6.319

€ 176.475

Dordrecht

€ 206.868

€ 7.683

€ 214.551

Eindhoven

€ 312.086

€ 11.590

€ 323.676

Emmen

€ 183.633

€ 6.820

€ 190.453

Enschede

€ 249.187

€ 9.254

€ 258.442

Groningen

€ 223.377

€ 8.296

€ 231.672

Haarlem

€ 231.767

€ 8.607

€ 240.374

Heerlen

€ 129.005

€ 4.791

€ 133.796

Hengelo (O)

€ 144.177

€ 5.354

€ 149.532

Leeuwarden

€ 140.674

€ 5.224

€ 145.899

Leiden

€ 171.220

€ 6.359

€ 177.578

Lelystad

€ 136.907

€ 5.084

€ 141.991

Maastricht

€ 155.623

€ 5.780

€ 161.403

Nijmegen

€ 231.503

€ 8.598

€ 240.101

Rotterdam

€ 949.167

€ 35.250

€ 984.417

Schiedam

€ 124.638

€ 4.629

€ 129.266

’s-Gravenhage

€ 790.616

€ 29.362

€ 819.978

’s-Hertogenbosch

€ 222.961

€ 8.280

€ 231.241

Sittard-Geleen

€ 149.752

€ 5.562

€ 155.314

Tilburg

€ 323.691

€ 12.021

€ 335.713

Utrecht

€ 433.596

€ 16.103

€ 449.699

Venlo

€ 149.240

€ 5.543

€ 154.783

Zaanstad

€ 245.596

€ 9.121

€ 254.717

Zwolle

€ 201.909

€ 7.499

€ 209.408

Totaal

€ 8.450.000

€ 313.818

€ 8.763.818

Bijlage 18., genoemd in artikel 18. Pilot gemengde scholen

Gemeente

Uitkering 2009

Uitkering 2010

Uitkering 2011

Amsterdam

€ 100.000

€ 100.000

€100.000

Amersfoort

€ 35.000

€ 50.000

€ 50.000

Den Haag

€ 100.000

€ 100.000

€ 100.000

Deventer

€ 50.000

€ 50.000

€ 50.000

Eindhoven

€ 50.000

€ 50.000

€ 50.000

Leiden

€ 35.000

€ 50.000

€ 50.000

Nijmegen

€ 50.000

€ 50.000

€ 50.000

Rotterdam

€ 100.000

€ 100.000

€100.000

Schiedam

€ 35.000

€ 50.000

€ 50.000

Tilburg

€ 35.000

€ 50.000

€ 50.000

Utrecht

€ 100.000

€ 100.000

€ 100.000

Totaal

€ 690.000

€ 750.000

€ 750.000

Bijlage 20., genoemd in artikel 20. Polarisatie en radicalisering

Gemeente

Uitkering 2009

Uitkering 2010

Uitkering 2011

Alkmaar

€ 115.000

  

Amsterdam

€ 703.000

  

Apeldoorn

€ 79.750

€ 79.750

 

Bergen op Zoom

€100.000

€ 25.000

 

Breda

€ 56.800

  

Capelle a/d IJssel

   

De Bilt

   

Den Haag

   

Dronten (Flevoland)

   

Ede

€ 39.400

  

Enschede

   

Gilze en Rijen

   

Gouda

€ 505.000

  

Heemskerk

€ 66.617

  

Helmond

€ 362.000

€ 153.000

 

Rijswijk

   

Roermond

   

Rotterdam

€ 82.138

  

Stadskanaal

€ 50.000

  

Utrecht

€ 708.000

€ 508.000

 

Waalwijk

€ 23.000

  

Weert

€ 55.500

€ 49.000

€ 49.000

Zaanstad

   

Zoetermeer

€ 36.700

€ 27.500

€ 14.500

Totaal

€ 2.982.905

€ 842.250

€ 63.500

Bijlage III, behorend bij artikel I, onderdeel D, van het Besluit van 19 april 2011 tot wijziging van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen in verband met het vaststellen van decentralisatie- en integratie-uitkeringen over het jaar 2009 en van enkele andere uitkeringen

Bijlage 29a., genoemd in artikel 29a. Aanpak Marokkaans-Nederlandse probleemjongeren

Gemeente

Uitkering 2009

Amsterdam

€ 1.040.000

Culemborg

€ 81.000

Ede

€ 250.000

Eindhoven

€ 245.000

Gorinchem

€ 95.000

Gouda

€ 195.000

Helmond

€ 90.000

Leiden

€ 235.000

Lelystad

€ 225.000

Nijmegen

€ 137.000

Oosterhout

€ 120.000

Roosendaal

€ 100.000

Rotterdam

€ 960.000

’s-Gravenhage

€ 460.000

’s-Hertogenbosch

€ 239.000

Tilburg

€ 240.000

Utrecht

€ 600.000

Veenendaal

€ 130.000

Zeist

€ 76.000

Totaal

€ 5.518.000

Bijlage 29b., genoemd in artikel 29b. Alle troeven in handen gemeenten

Gemeente

Uitkering 2009

Arnhem

€ 3.846

Delft

€ 5.577

Deventer

€ 7.692

Dordrecht

€ 1.538

Eindhoven

€ 14.286

Groningen

€ 7.025

Haarlem

€ 7.692

Haarlemmermeer

€ 3.846

Leeuwarden

€ 3.846

Leidschendam-Voorburg

€ 3.846

Maastricht

€ 14.286

Nijmegen

€ 3.846

Rotterdam

€ 7.692

’s-Gravenhage

€ 3.846

’s-Hertogenbosch

€ 7.692

Sittard-Geleen

€ 6.538

Smallingerland

€ 1.923

Veenendaal

€ 2.708

Zaanstad

€ 7.665

Totaal

€ 115.392

Bijlage 29c., genoemd in artikel 29c. Antillianengemeenten

Gemeente

Uitkering 2009

Almere

€ 257.745

Amersfoort

€ 97.125

Amsterdam

€ 523.500

Breda

€ 74.520

Capelle a/d IJssel

€ 93.270

Den Haag

€ 560.500

Den Helder

€ 87.250

Dordrecht

€ 200.000

Eindhoven

€ 137.500

Groningen

€ 184.000

Leeuwarden

€ 57.500

Lelystad

€ 92.750

Nijmegen

€ 130.962

Rotterdam

€ 1.172.500

Schiedam

€ 130.000

Tilburg

€ 375.000

Vlaardingen

€ 60.000

Vlissingen

€ 47.500

Zoetermeer

€ 81.000

Zwolle

€ 99.000

Totaal

€ 4.461.622

Bijlage 29d., genoemd in artikel 29d. Budget 40+ wijken

Gemeente

Uitkering 2009

Almelo

€ 2.000.000

Amersfoort

€ 2.000.000

Breda

€ 2.000.000

Den Bosch

€ 2.000.000

Emmen

€ 2.000.000

Haarlem

€ 2.000.000

Heerlen

€ 2.000.000

Helmond

€ 2.000.000

Hengelo

€ 2.000.000

Leiden

€ 2.000.000

Lelystad

€ 2.000.000

Sittard-Geleen

€ 2.000.000

Tilburg

€ 2.000.000

Venlo

€ 2.000.000

Zwolle

€ 2.000.000

Totaal

€ 30.000.000

Bijlage 29f., genoemd in artikel 29f. Eergerelateerd geweld

Gemeente

Uitkering 2009

Arnhem

€ 100.000

Delft

€ 70.000

Den Haag

€ 160.000

Deventer

€ 130.000

Eindhoven

€ 100.000

Enschede

€ 90.000

Hengelo (O)

€ 140.000

Totaal

€ 790.000

Bijlage 29g., genoemd in artikel 29g. Gezinscoaches overlastgevende Marokkaans-Nederlandse jongeren

Gemeente

Uitkering 2009

Culemborg

€ 44.000

Roermond

€ 80.000

Totaal

€ 124.000

Bijlage 29i., genoemd in artikel 29i. Herbestemming aandachtswijken

Gemeente

Uitkering 2009

Amersfoort

€ 222.000

Amsterdam

€ 370.000

Arnhem

€ 192.000

Eindhoven

€ 147.000

Heerlen

€ 27.000

Leeuwarden

€ 27.000

Maastricht

€ 111.000

Rotterdam

€ 498.000

’s-Gravenhage

€ 406.000

Totaal

€ 2.000.000

Bijlage 29j., genoemd in artikel 29j. Herstructurering bedrijventerreinen

Gemeente

Uitkering 2009

Helmond

€ 5.000.000

Velsen

€ 5.000.000

Zaanstad

€ 4.000.000

Zutphen

€ 5.000.000

Totaal

€ 19.000.000

Bijlage 29k., genoemd in artikel 29k. Impuls brede scholen combinatiefuncties tweede tranche

Gemeente

Uitkering 2009

Gemeente

Uitkering 2009

Gemeente

Uitkering 2009

Almere

€ 815.921

Hellendoorn

€ 134.878

Ridderkerk

€ 140.503

Alphen a/d Rijn

€ 269.390

Hellevoetsluis

€ 142.179

Rijssen-Holten

€ 161.644

Anna Paulowna

€ 56.686

Helmond

€ 330.275

Rijswijk

€ 129.120

Apeldoorn

€ 558.014

Heusden

€ 165.511

Roermond

€ 180.545

Arcen en Velden

€ 31.446

Hof van Twente

€ 129.966

Roosendaal

€ 274.551

Assen

€ 250.938

Hoorn

€ 257.210

Schagen

€ 66.808

Beek

€ 56.669

Houten

€ 209.502

Schijndel

€ 85.228

Boarnsterhim

€ 76.234

Hulst

€ 94.653

Simpelveld

€ 35.644

Borsele

€ 91.700

IJsselstein

€ 147.008

Soest

€ 169.377

Bronckhorst

€ 139.673

Kapelle

€ 50.115

Spijkenisse

€ 260.712

Capelle a/d IJssel

€ 232.933

Kerkrade

€ 132.538

Steenwijkerland

€ 163.851

Coevorden

€ 128.389

Langedijk

€ 108.095

Texel

€ 50.729

De Bilt

€ 154.442

Leidschendam-Voorburg

€ 234.443

Tiel

€ 166.257

De Wolden

€ 90.123

Leudal

€ 136.106

Tubbergen

€ 93.243

Delft

€ 272.991

Losser

€ 80.698

Twenterand

€ 136.172

Delfzijl

€ 93.708

Maarssen

€ 143.623

Tynaarlo

€ 115.612

Den Helder

€ 197.836

Medemblik

€ 104.477

Uden

€ 152.169

Dronten

€ 160.897

Middelburg

€ 170.605

Veenendaal

€ 258.339

Edam-Volendam

€ 112.807

Midden-Drenthe

€ 125.303

Velsen

€ 254.323

Ede

€ 434.802

Moerdijk

€ 129.800

Venray

€ 149.265

Eemsmond

€ 63.572

Niedorp

€ 48.754

Vlaardingen

€ 233.364

Etten-Leur

€ 148.286

Nieuwegein

€ 209.618

Vlissingen

€ 143.888

Gemert-Bakel

€ 105.821

Nieuwerkerk a/d IJssel

€ 90.007

Waalwijk

€ 159.968

Gilze en Rijen

€ 94.720

Nunspeet

€ 111.480

Weert

€ 166.523

Goedereede

€ 43.859

Oosterhout

€ 191.248

Wieringen

€ 30.152

Goes

€ 126.796

Opsterland

€ 116.043

Wieringermeer

€ 49.335

Gouda

€ 274.601

Oss

€ 280.940

Wijchen

€ 155.538

Haarlemmermeer

€ 557.068

Oude IJsselstreek

€ 148.518

Wijk bij Duurstede

€ 96.562

Hardenberg

€ 240.633

Overbetuwe

€ 179.549

Woerden

€ 195.596

Harenkarspel

€ 65.232

Pijnacker-Nootdorp

€ 197.869

Zijpe

€ 43.527

Harlingen

€ 56.520

Purmerend

€ 287.976

Zoetermeer

€ 442.783

Heerenveen

€ 152.534

Reimerswaal

€ 92.314

Zutphen

€ 175.749

Heerhugowaard

€ 200.110

Rheden

€ 139.989

Totaal

€ 16.413.716

Bijlage 29l., genoemd in artikel 29l. Innovatietrajecten inburgering

Gemeente

Uitkering 2008

Uitkering 2009

Alkmaar

€ 200.000

€ 238.000

Almelo

€ 200.000

€ 130.000

Almere

€ 50.000

€ 50.000

Amsterdam

€ 100.000

€ 137.000

Arnhem

 

€ 72.000

Assen

 

€ 8.000

Breda

€ 50.000

€ 82.000

Delft

€ 50.000

€ 58.000

Deventer

€ 100.000

 

Ede

 

€ 16.000

Eindhoven

€ 100.000

 

Enschede

 

€ 112.000

Gouda

 

€ 8.000

Groningen

€ 50.000

€ 50.000

Haarlem

€ 250.000

€ 50.000

Heerhugowaard

 

€ 8.000

Heerlen

 

€ 8.000

Helmond

€ 100.000

€ 77.000

Landgraaf

 

€ 104.000

Leeuwarden

€ 200.000

€ 276.000

Leiden

€ 200.000

€ 230.000

Maassluis

 

€ 16.000

Nijmegen

 

€ 40.000

Oldenzaal

 

€ 88.000

Oude IJsselstreek

 

€ 16.000

Overbetuwe

 

€ 8.000

Renkum

 

€ 8.000

Roermond

€ 200.000

€ 120.000

Rotterdam

 

€ 48.000

Schiedam

€ 200.000

€ 178.000

’s-Hertogenbosch

€ 50.000

€ 50.000

Stadskanaal

 

€ 16.000

Texel

 

€ 24.000

Tilburg

€ 50.000

€ 50.000

Utrecht

€ 200.000

€ 282.000

Waddinxveen

 

€ 16.000

Wageningen

 

€ 40.000

Zoetermeer

€ 200.000

€ 50.000

Totaal

€ 2.550.000

€ 2.764.000

Bijlage 29m., genoemd in artikel 29m. Bestrijding jeugdwerkloosheid

Gemeente

Uitkering 2009

Alkmaar

€ 2.100.000

Almere

€ 1.800.000

Amersfoort

€ 1.100.000

Amsterdam

€ 3.600.000

Apeldoorn

€ 2.000.000

Arnhem

€ 1.800.000

Breda

€ 2.100.000

Den Haag

€ 3.600.000

Doetinchem

€ 900.000

Dordrecht

€ 1.700.000

Eindhoven

€ 2.500.000

Emmen

€ 1.500.000

Enschede

€ 2.200.000

Goes

€ 1.200.000

Gouda

€ 800.000

Groningen

€ 3.000.000

Haarlem

€ 1.200.000

Heerlen

€ 2.600.000

Hilversum

€ 900.000

Leeuwaarden

€ 2.500.000

Leiden

€ 1.700.000

Nijmegen

€ 1.300.000

Rotterdam

€ 6.500.000

’s-Hertogenbosch

€ 1.900.000

Tiel

€ 800.000

Tilburg

€ 1.400.000

Utrecht

€ 2.800.000

Venlo

€ 1.900.000

Zaanstad

€ 1.100.000

Zwolle

€ 1.300.000

Totaal

€ 59.800.000

Bijlage 29n., genoemd in artikel 29n. Schuldhulpverlening

Gemeente

Uitkering 2009

Alkmaar

€ 211.800

Amersfoort

€ 80.000

Amsterdam

€ 380.000

Arnhem

€ 215.000

Den Haag

€ 46.000

Deventer

€ 225.000

Dordrecht

€ 218.900

Eindhoven

€ 310.000

Enschede

€ 278.000

Groningen

€ 125.000

Leeuwarden

€ 230.000

Maastricht

€ 71.310

Nijmegen

€ 213.505

Rotterdam

€ 564.400

Utrecht

€ 400.188

Totaal

€ 3.569.103

Bijlage 29o., genoemd in artikel 29o. Spoorse doorsnijdingen tweede tranche

Gemeente

Uitkering 2009

Barneveld

€ 423.601

Breda

€ 198.146

Groningen

€ 9.900.000

Haarlem

€ 1.023.343

Heerlen

€ 1.500.000

Hilversum

€ 596.573

Leerdam

€ 150.640

Maastricht

€ 300.000

Menaldumadeel

€ 53.370

Nijmegen

€ 1.990.620

’s-Hertogenbosch

€ 313.527

Sittard-Geleen

€ 909.099

Tilburg

€ 229.697

Wijchen

€ 395.532

Zevenaar

€ 1.765.375

Zutphen

€ 57.135

Totaal

€ 19.806.658

Bijlage 29p., genoemd in artikel 29p. Stimulering lokale klimaatinitiatieven (SLOK), gemeenten

Gemeente

Uitkering 2009

Gemeente

Uitkering 2009

Gemeente

Uitkering 2009

Aa en Hunze

€ 82.815,18

Dalfsen

€ 60.199,44

Heerde

€ 34.023,78

Aalburg

€ 17.496,78

Dantumadiel

€ 11.067,71

Heerenveen

€ 70.155,12

Aalsmeer

€ 30.610,02

De Bilt

€ 42.346,92

Heerhugowaard

€ 55.854,12

Aalten

€ 46.633,44

De Marne

€ 48.471,78

Heerlen

€ 28.755,59

Abcoude

€ 16.800,00

De Ronde Venen

€ 50.724,66

Heiloo

€ 24.934,56

Albrandswaard

€ 6.021,92

Delft

€ 95.980,92

Hellendoorn

€ 63.501,90

Alkmaar

€ 28.898,61

Delfzijl

€ 54.900,72

Hellevoetsluis

€ 47.227,74

Almelo

€ 83.281,38

Den Haag

€ 469.602,42

Helmond

€ 93.487,38

Alphen a/d Rijn

€ 79.875,18

Deurne

€ 55.165,32

Hendrik-Ido-Ambacht

€ 20.804,28

Alphen-Chaam

€ 21.509,88

Deventer

€ 120.275,82

Hengelo

€ 90.580,14

Amersfoort

€ 145.941,18

Diemen

€ 25.717,44

Het Bildt

€ 6.764,94

Amstelveen

€ 84.498,12

Dirksland

€ 23.471,70

Heumen

€ 19.083,96

Amsterdam

€ 708.796,82

Doetinchem

€ 70.314,72

Heusden

€ 57.898,26

Andijk

€ 16.800,00

Dongen

€ 24.004,26

Hillegom

€ 22.174,32

Anna Paulowna

€ 29.613,36

Dongeradeel

€ 45.961,86

Hilversum

€ 89.462,94

Apeldoorn

€ 219.808,68

Dordrecht

€ 133.859,88

Hoogeveen

€ 78.932,70

Appingedam

€ 16.800,00

Drechterland

€ 34.646,64

Hoorn

€ 76.159,44

Arnhem

€ 157.203,90

Drimmelen

€ 38.511,48

Horst aan de Maas

€ 63.782,46

Assen

€ 78.886,08

Dronten

€ 37.570,55

Houten

€ 55.803,30

Asten

€ 23.399,04

Duiven

€ 24.931,62

Huizen

€ 44.854,32

Baarle-Nassau

€ 16.800,00

Ede

€ 169.279,32

Kaag en Braasem

€ 39.196,08

Baarn

€ 7.793,72

Eemsmond

€ 56.080,50

Kampen

€ 80.977,26

Barendrecht

€ 45.590,16

Eersel

€ 34.654,20

Katwijk

€ 63.727,02

Barneveld

€ 85.622,04

Eindhoven

€ 218.546,16

Kerkrade

€ 51.142,56

Bedum

€ 16.472,40

Elburg

€ 35.002,38

Koggenland

€ 37.861,74

Beek

€ 20.339,34

Enkhuizen

€ 9.395,31

Kollumerland en Nieuwkruisland

€ 36.899,52

Beesel

€ 16.800,00

Enschede

€ 177.197,16

Krimpen a/d IJssel

€ 29.252,16

Bellingwedde

€ 24.053,82

Ermelo

€ 33.429,48

Laarbeek

€ 32.506,74

Bergeijk

€ 31.777,20

Etten-Leur

€ 39.545,52

Landgraaf

€ 10.041,56

Bergen NH

€ 50.404,62

Ferwerderadiel

€ 29.127,42

Landsmeer

€ 5.040,00

Bergen op Zoom

€ 64.220,94

Gaasterlan-Sleat

€ 39.743,34

Lansingerland

€ 57.511,86

Berkelland

€ 72.092,58

Geertruidenberg

€ 20.367,90

Leek

€ 31.767,54

Bernheze

€ 47.204,64

Geldrop-Mierlo

€ 42.641,34

Leeuwarden

€ 105.666,54

Bernisse

€ 5.775,21

Gennep

€ 26.640,18

Leeuwarderadeel

€ 16.800,00

Best

€ 5.884,58

Gilze en Rijen

€ 11.387,00

Leiden

€ 116.862,06

Beuningen

€ 33.941,04

Goedereede

€ 33.880,56

Leiderdorp

€ 27.439,44

Beverwijk

€ 9.318,71

Goes

€ 16.678,37

Leidschendam-Voorburg

€ 76.908,30

Bladel

€ 33.729,78

Goirle

€ 29.907,36

Lelystad

€ 68.788,69

Bloemendaal

€ 23.106,30

Gorinchem

€ 29.562,54

Lemsterland

€ 38.875,62

Bodegraven

€ 26.532,24

Gouda

€ 71.439,90

Leudal

€ 69.653,64

Bolsward

€ 16.800,00

Graft-De Rijp

€ 16.800,00

Leusden

€ 11.888,85

Borne

€ 19.674,48

Groningen

€ 190.689,66

Lisse

€ 24.327,24

Borsele

€ 51.280,32

Haaksbergen

€ 34.693,26

Littenseradiel

€ 38.130,54

Boskoop

€ 16.800,00

Haarlem

€ 146.843,34

Lochem

€ 76.575,66

Boxmeer

€ 11.798,89

Haarlemmermeer

€ 170.643,48

Loenen

€ 16.800,00

Boxtel

€ 42.177,66

Halderberge

€ 43.732,92

Loppersum

€ 12.575,64

Breda

€ 189.480,06

Hardenberg

€ 121.884,42

Maarssen

€ 44.024,82

Breukelen

€ 24.144,12

Harderwijk

€ 50.234,52

Maassluis

€ 32.214,84

Brielle

€ 16.912,14

Hardinxveld-Giesd

€ 16.800,00

Maastricht

€ 126.045,36

Bronckhorst

€ 96.052,74

Haren

€ 8.566,87

Marum

€ 17.586,24

Capelle a/d IJssel

€ 65.561,58

Harenkarspel

€ 26.659,92

Medemblik

€ 62.847,96

Castricum

€ 44.769,48

Hattem

€ 16.800,00

Menaldumadeel

€ 27.842,22

Cranendonck

€ 35.712,60

Heemskerk

€ 9.981,97

Menterwolde

€ 8.722,73

Cuijk

€ 27.226,08

Heemstede

€ 6.305,80

Meppel

€ 41.582,52

Middelburg

€ 44.217,18

Roermond

€ 15.696,20

Vlagtwedde

€ 38.684,94

Middelharnis

€ 10.545,69

Roosendaal

€ 75.547,92

Vlieland

€ 16.800,00

Midden Drenthe

€ 104.458,62

Rotterdam

€ 613.620,42

Voorschoten

€ 24.152,10

Midden-Delfland

€ 20.931,54

Rozenburg

€ 11.907,00

Voorst

€ 37.260,30

Moerdijk

€ 22.049,36

Rucphen

€ 26.960,64

Waalre

€ 16.800,00

Montferland

€ 55.772,22

Schagen

€ 22.249,08

Waalwijk

€ 57.731,52

Montfoort

€ 16.800,00

Scheemda

€ 28.699,02

Waddinxveen

€ 30.849,00

Nederweert

€ 37.099,44

Schermer

€ 5.521,45

Wageningen

€ 40.797,12

Niedorp

€ 24.617,46

Schiedam

€ 75.825,96

Wassenaar

€ 8.285,12

Nieuwerkerk a/d IJssel

€ 24.783,78

Schijndel

€ 9.172,67

Waterland

€ 9.229,50

Nieuwkoop

€ 44.838,78

Schouwen-Duiveland

€ 95.752,86

Weesp

€ 6.397,64

Nijefurd

€ 9.625,89

‘s-Hertogenbosch

€ 148.453,20

Werkendam

€ 38.830,26

Nijkerk

€ 15.650,21

Sint-Michielsgestel

€ 30.475,20

Wervershoof

€ 16.800,00

Nijmegen

€ 165.465,72

Sint-Anthonis

€ 24.210,90

Westland

€ 111.340,32

Noordoostpolder

€ 58.695,42

Sint-Oedenrode

€ 23.027,76

Westvoorne

€ 25.709,04

Noordwijk

€ 31.018,26

Sittard-Geleen

€ 108.658,62

Wierden

€ 32.437,02

Noordwijkerhout

€ 19.487,58

Skarsterlan

€ 71.246,28

Wijchen

€ 15.666,59

Nuenen c.a.

€ 8.635,03

Sliedrecht

€ 6.092,23

Wijk bij Duurstede

€ 9.845,13

Nunspeet

€ 52.482,78

Slochteren

€ 35.824,74

Winschoten

€ 5.253,69

Nuth

€ 22.057,56

Smallingerland

€ 23.650,07

Winsum

€ 34.838,58

Oegstgeest

€ 22.622,04

Sneek

€ 38.697,54

Winterswijk

€ 56.975,52

Oirschot

€ 29.325,24

Soest

€ 52.981,32

Woensdrecht

€ 30.457,14

Oisterwijk

€ 11.456,80

Someren

€ 26.276,46

Woerden

€ 65.246,16

Oldebroek

€ 42.454,44

Son en Breugel

€ 20.144,46

Wormerland

€ 7.373,27

Oldenzaal

€ 27.366,78

Spijkenisse

€ 76.777,68

Woudrichem

€ 18.826,92

Ommen

€ 16.393,73

Stadskanaal

€ 13.311,77

Wunseradiel

€ 76.580,70

Oost Gelre

€ 51.555,42

Staphorst

€ 32.843,58

Wymbritseradiel

€ 37.166,22

Oosterhout

€ 66.131,94

Stede Broec

€ 18.819,36

Zaanstad

€ 152.216,40

Oostflakkee

€ 32.198,04

Steenbergen

€ 42.020,58

Zaltbommel

€ 33.599,16

Ooststellingwerf

€ 21.715,09

Steenwijkerland

€ 32.561,17

Zandvoort

€ 5.350,58

Oostzaan

€ 16.800,00

Stein

€ 29.878,38

Zeevang

€ 17.598,84

Opmeer

€ 5.040,00

Ten Boer

€ 16.800,00

Zeist

€ 20.313,21

Opsterland

€ 75.921,72

Terschelling

€ 5.081,07

Zijpe

€ 31.417,68

Oss

€ 94.964,52

Teylingen

€ 40.425,00

Zoetermeer

€ 120.290,94

Oude IJsselstreek

€ 67.093,74

Tholen

€ 58.075,08

Zoeterwoude

€ 12.916,26

Ouder-Amstel

€ 16.800,00

Tilburg

€ 216.851,88

Zuidhorn

€ 44.508,24

Oudewater

€ 16.800,00

Twenterand

€ 54.571,86

Zundert

€ 34.346,34

Overbetuwe

€ 19.586,70

Tynaarlo

€ 18.359,08

Zutphen

€ 53.440,38

Papendrecht

€ 7.693,94

Tytsjerksteradiel

€ 64.644,30

Zwijndrecht

€ 11.223,33

Pekela

€ 17.823,12

Uden

€ 52.494,96

Zwolle

€ 134.289,54

Pijnacker-Nootdorp

€ 48.865,74

Uitgeest

€ 5.040,00

Totaal

€ 15.929.638

Putten

€ 40.293,12

Uithoorn

€ 23.592,66

  

Raalte

€ 53.598,30

Utrecht

€ 295.777,02

  

Reeuwijk

€ 22.574,16

Utrechtse Heuvelrug

€ 22.402,29

  

Reiderland

€ 20.730,36

Veendam

€ 43.302,84

  

Renswoude

€ 5.040,00

Veenendaal

€ 62.982,36

  

Reusel-De Mierden

€ 28.276,08

Veere

€ 50.701,98

  

Rheden

€ 46.461,66

Veghel

€ 51.560,46

  

Rhenen

€ 26.940,06

Veldhoven

€ 47.954,76

  

Ridderkerk

€ 23.163,00

Velsen

€ 17.757,69

  

Rijnwoude

€ 30.020,34

Venlo

€ 122.983,98

  

Rijssen-Holten

€ 16.399,03

Venray

€ 74.487,00

  

Rijswijk

€ 47.883,78

Vianen

€ 6.452,71

  

Roerdalen

€ 38.907,96

Vlaardingen

€ 73.728,90

  

Bijlage 29r., genoemd in artikel 29r. Veilige publieke taak 2009

Gemeente

Uitkering 2009

Amsterdam

€ 40.000

Bergen (L)

€ 7.650

Boekel

€ 1.493

Nieuwegein

€ 11.250

Roosendaal

€ 35.000

Utrecht

€ 80.000

Totaal

€ 175.393

Bijlage 29s., genoemd in artikel 29s. Voorbeeldprojecten wijkeconomie

Gemeente

Uitkering 2009

Amersfoort

€ 1.000.000

Breda

€ 800.000

Deventer

€ 800.000

Heerlen

€ 750.000

Hengelo

€ 650.000

Lelystad

€ 683.660

Schiedam

€ 509.907

Zwolle

€ 806.433

Totaal

€ 6.000.000

NOTA VAN TOELICHTING

A. Algemeen

Inleiding

Het voorliggende wijzigingsbesluit stelt de verdeling vast van een groot aantal decentralisatie- en integratie-uitkeringen uit het provincie- en gemeentefonds (hierna: de fondsen) op grond van artikel 13, eerste lid, van de de Financiële-verhoudingswet (Fv-wet) voor het jaar 20091. Het gaat hierbij om uitkeringen die uit de fondsen worden verstrekt, maar geen deel uitmaken van de algemene uitkering. Deze uitkeringen maken het mogelijk af te wijken van de verdeelmaatstaven die gelden voor de algemene uitkering uit de fondsen conform het Besluit financiële verhouding 2001.

Systematiek decentralisatie- en integratie-uitkeringen

Met de laatste wijziging van de Fv-wet, (Stb. 2008, 312) is er een belangrijke wijziging opgetreden ten aanzien van het verstrekken van uitkeringen uit de fondsen naast de algemene uitkering. In artikel 5, tweede lid, van de Fv-wet is, naast de al langer bestaande integratie-uitkering, de decentralisatie-uitkering toegevoegd. Een integratie-uitkering heeft als kenmerk dat de uitkering op termijn altijd wordt opgenomen in de algemene uitkering en deze heeft daarom een beperkte duur. Een decentralisatie-uitkering hoeft daarentegen niet op te gaan in de algemene uitkering. Omdat de decentralisatie-uitkering vaak wordt gebruikt voor tijdelijke uitkeringen, heeft deze in de praktijk veelal een korte looptijd van enkele jaren.

Deze uitkeringen worden toegevoegd aan de algemene middelen van de provincie of gemeente (artikel 13, tweede lid, van de Fv-wet). Omdat er over de besteding van een decentralisatie- of integratie-uitkering geen afzonderlijke financiële verantwoording wordt gevraagd – in tegenstelling tot de specifieke uitkering – kan de decentralisatie-uitkering een instrument zijn om de administratieve lasten voor decentrale overheden terug te dringen.

De decentralisatie-uitkering biedt het Rijk de mogelijkheid om maatwerk te leveren. De decentralisatie-uitkering maakt het mogelijk om extra financiële middelen te verstrekken aan provincies en gemeenten voor specifieke beleidsdoelen voor een beperkte tijd. Dit was vaak de reden voor het verstrekken van specifieke uitkeringen. In het terugdringen van het aantal specifieke uitkeringen kan de decentralisatie-uitkering een belangrijke rol spelen. Het is uitdrukkelijk de intentie van de regering om de zo min mogelijk bestedingsvoorwaarden aan de decentralisatie-uitkeringen te koppelen. De uiteindelijke situatie zal moeten zijn dat de bestedings- en verantwoordingsvrijheid niet wordt ingeperkt door nadere actieplannen, convenanten, kaders, etcetera. Weliswaar worden in de fase van de verstrekking van de uitkering momenteel nog voorwaarden aan de uitkering verbonden, maar de winst zit hem in de verminderde verantwoordingslasten van de decentrale overheden. Er kan geen afzonderlijke financiële verantwoordingsinformatie worden gevraagd over de besteding van vastgestelde uitkeringen. Evenmin kunnen uitkeringen worden teruggevorderd vanwege het niet nakomen van de afspraken. Het gaat hier immers om financiële middelen die voor een gemeente vrij besteedbaar zijn.

Consultatie

Evenmin als bij het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen, dat op 22 februari 2010 is vastgesteld, is bij het opstellen van dit wijzigingsbesluit een formele consultatieronde bij het Interprovinciaal overleg (IPO) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) gehouden. Al deze uitkeringen zijn in een eerder stadium bekendgemaakt aan alle provincies en gemeenten middels de circulaires voor het provinciefonds en het gemeentefonds. Tevens zijn veel van deze uitkeringen een uitvloeisel van bestuurlijke afspraken tussen het Rijk, provincies en gemeenten. De provincies en gemeenten zijn dus ruimschoots betrokken geweest bij het vaststellen van deze uitkeringen.

Medebetrokkenheid

Het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen is een besluit onder de Financiële-verhoudingswet, waardoor zowel het Ministerie van BZK als het Ministerie van Financiën verantwoordelijkheid hebben voor dit besluit. Over de circulaires, op grond waarvan dit besluit is opgesteld, bestaat overeenstemming tussen beide ministeries.

Toelichting afzonderlijke uitkeringen

De afzonderlijke uitkeringen worden in het artikelsgewijze deel toegelicht. Deze toelichtingen bevatten de volgende elementen:

  • a. het doel van de uitkering;

  • b. de wijze waarop men voor de uitkering in aanmerking kan komen en de criteria die daarbij gelden;

  • c. de wijze van verdeling van de beschikbare middelen;

  • d. indien nodig, een korte motivering van de verschillen in uitkering tussen gemeenten of provincies.

B. Artikelsgewijze toelichting

Artikel I

Onderdeel A

De in dit onderdeel opgenomen artikelen en de bijlagen zijn per 1 januari 2009 vervallen. De artikelen en bijlagen zijn komen te vervallen aangezien zij alleen gelding hadden in het jaar 2008. Voor sommige uitkeringen betekende dit dat zij ophielden te bestaan, voor andere gold een nieuwe wijze van verstrekking: zo vindt bijvoorbeeld vanaf 2009 de financiering van de antidiscriminatievoorzieningen (in het vervallen artikel 30) via de algemene uitkering uit het gemeentefonds plaats. Zie hiervoor de begroting van het gemeentefonds 2009, tabel 2.1.2 (Kamerstukken II, 2008/09, 31 700 B nrs. 1 en 2).

Onderdeel B
Alle troeven in handen, provincies

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) investeert in de landelijke spreidingvan effectieve emancipatieprojecten ter versterking van het lokale emancipatiebeleid van gemeenten en het emancipatieproces van kwetsbare vrouwen. Hiertoe zijn 18 best practices geselecteerd uit de projecten die op basis van de subsidieregeling emancipatieprojecten 2004–2007 gesubsidieerd zijn. Gemeenten met meer dan 50.000 inwoners en provincies (namens meerdere kleinere gemeenten) hebben tot 1 september 2009 de gelegenheid gehad om een aanvraag in te dienen. In totaal stelt de Minister van OCW in 2009 een bedrag van € 37.000 beschikbaar aan provincies. Dit is geregeld in artikel 2a van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage.

Herstructurering bedrijventerreinen Moerdijk

De Minister van Economische Zaken en de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) hebben met de provincie Noord-Brabant een overeenkomst gesloten met betrekking tot de brede gebiedsontwikkeling van de bedrijventerreinen Moerdijk. De doelstelling is ten eerste het creëren van ruimte voor economie door optimaal gebruik te maken van het bestaande industriegebied en door het realiseren van het Logistiek Park Moerdijk. Ten tweede wordt beoogd de kwaliteit van de leefomgeving op andere locaties binnen de gemeente Moerdijk te verbeteren, door met name in te zetten op versterking van de leefbaarheid, het milieu en de ruimtelijke kwaliteit. Op basis van artikel 2b van het Besluit decentralisatie- en Integratie-uitkeringen is voor de herstructurering € 24,243 miljoen als decentralisatie-uitkering in het provinciefonds gestort.

Regionale luchthavens

De Wet van 18 december 2008, houdende wijziging van de Wet luchtvaart inzake vernieuwing van de regelgeving voor burgerluchthavens en militaire luchthavens en de decentralisatie van bevoegdheden voor burgerluchthavens naar het provinciaal bestuur (Stb. 2008, 561) is per 1 november 2009 in werking getreden. Hierdoor zijn de provincies het bevoegd gezag geworden voor de gedecentraliseerde luchthavens. In 2006 zijn afspraken gemaakt over verdeling van de kosten tussen de provincies en het Rijk. Deze afspraken zijn bij brief van 7 februari 2006 (kenmerk DGTL/06.006525) bevestigd. De destijds afgesproken bijdrage is € 1,4 miljoen per jaar plus gedurende de eerste twee jaar een implementatiebijdrage van 10%. Voor het vaststellen van de bijdrage over het jaar 2009 is uitgegaan van het oorspronkelijk vastgestelde bedrag minus de normkosten van de vier niet gedecentraliseerde luchthavens. Daarbij gaat het om een zesde deel hiervan (er zijn zes luchthavens), aangevuld met 10% implementatiekosten. Op dit bedrag zijn de kosten van de commissies op grond van artikel 28 van de Luchtvaartwet in mindering gebracht, omdat de bijdragen voor het jaar 2009 al aan de commissies zijn overgemaakt. Voor 2009 bedraagt de toevoeging aan het provinciefonds € 171.000. Verdeling over de provincies vindt plaats op basis van het aantal luchthavens per provincie zoals bij de berekening in 2005 is gehanteerd.

Voor 2009 is de bijdrage vastgesteld in artikel 2c en de daarbij behorende bijlage.

Stimulering lokale klimaatinitiatieven (SLOK), provincies

Deze uitkering in artikel 2d van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen betreft middelen die door de Minister van VROM beschikbaar zijn gesteld aan provincies in het kader van structurele initiatieven voor duurzame en efficiënte energievoorziening en de reductie van broeikasgassen. De verdeling van de middelen is gebaseerd op de uitkomsten van een aanvraagprocedure. De aanvraag door gemeenten en provincies vindt plaats met behulp van een aanvraagformulier. Senternovem ontvangt en beoordeelt de aanvragen onder inhoudelijke verantwoordelijkheid van het Ministerie van VROM.

Onderdeel C

Dit onderdeel vervangt de bijlage bij het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en wel bij de hierna beschreven onderwerpen.

Combinatiefuncties brede school sport en cultuur

Het Besluit van 22 februari 2010, houdende regels over de verdeling van diverse decentralisatie- en integratie-uitkeringen aan provincies en gemeenten (Stb. 2010, 114), vermeldt in artikel 9 de bedragen die gemeenten ontvangen voor het bekostigen van combinatiefuncties ter bevordering van brede scholen met sport en cultuur voor de eerste tranche in de jaren 2008 en 2009. Voor 2009 zijn de bedragen zoals genoemd in dat besluit nog zonder loon- en prijsbijstelling. De indexatie vindt plaats met de Overheidsbijdrage in de Arbeidsontwikkeling (OVA). De bijdragen aan de deelnemende gemeenten betreffen voor 100% loonkosten. De deelnemende gemeenten worden gecompenseerd voor de gestegen loonkosten. De OVA bedraagt 3,42% voor het VWS-deel en 4,38% voor het OCW-deel voor 2009. Bijlage 9 bij het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen is hierop aangepast.

Pilot gemengde scholen

De Minister van OCW heeft vanaf 2008 via het gemeentefonds middelen beschikbaar gesteld voor het uitvoeren van pilots om segregatie in het basisonderwijs tegen te gaan. Ook de gemeenten Amersfoort, Leiden, Schiedam en Tilburg ontvangen voor de jaren 2009 t/m 2011 middelen in het kader van deze pilot. De gemeenten experimenteren met het opzetten van samenwerkingsverbanden tussen scholen om daarmee de contacten tussen leerlingen met verschillende achtergronden te bevorderen. Daarnaast zullen ouderinitiatieven worden gestimuleerd, zal de schoolkeuzevoorlichting aan ouders worden verbeterd en komen er in enkele gemeenten vaste aanmeldmomenten. Voor de uitvoering van de pilot gedurende (het resterende deel van) 2009, ontvangen deze gemeenten elk een bedrag van € 35.000. Voor de overige jaren (2010 en 2011) ontvangen zij een bedrag van € 50.000 per kalenderjaar. De betaling vindt plaats in de vorm van een decentralisatie-uitkering. De bijlage, behorend bij artikel 18 van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen, is hierop aangepast.

Polarisatie en radicalisering

Op 27 augustus 2007 heeft het kabinet het Actieplan Polarisatie en Radicalisering 2007-2011 aan de Tweede Kamer aangeboden. Doelen van het actieplan zijn:

  • het voorkomen van (verdere) processen van isolatie, polarisatie en radicalisering door het (weer opnieuw) insluiten van mensen die dreigen af te glijden of zich af te keren van de Nederlandse samenleving en democratische rechtsorde (preventie)

  • het vroegtijdig signaleren van deze processen door bestuurders en professionals en het ontwikkelen van een adequate aanpak (pro-actie)

  • het uitsluiten van mensen die duidelijke grenzen hebben overschreden, en ervoor zorgen dat hun invloed op andere zoveel mogelijk beperkt wordt (repressie)

De aanpak van polarisatie en radicalisering is vooral een zaak van het lokale bestuur en is gericht op preventie, signalering en interventie. De inzet vanuit het nationale niveau is erop gericht de lokale aanpak te stimuleren en te faciliteren. Hiervoor is in de jaren 2007–2011 in totaal € 17 miljoen beschikbaar. De wijze van ondersteuning en stimulering van de aanpak op lokaal niveau vindt plaats via het gemeentefonds in de vorm van een decentralisatie-uitkering.

In 2009 maakten 59 gemeenten gebruik van de decentralisatie-uitkering. Omdat enkele gemeenten mede namens andere gemeenten in de regio de aanvraag hebben ingediend, zal de uitkering feitelijk aan elf gemeenten verstrekt worden. Deze aanvragen betreffen o.a. verkennende onderzoeken, deskundigheidsbevordering (signaleringstrainingen), vergroten weerbaarheid van jongeren en stimuleren democratische waarden rechtsstaat. In 2008 ontvingen 16 gemeenten (namens 21 gemeenten) een decentralisatie-uitkering op het terrein van polarisatie en radicalisering. Een aantal van deze uitkeringen loopt nog door in 2009, 2010 en 2011. De bijlage, behorend bij artikel 20 van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen, is daartoe aangepast. Doelstelling is dat in 2011 alle gemeenten zicht hebben op de lokale situatie en de eventuele problematiek goed aanpakken.

Onderdeel D
Aanpak Marokkaans-Nederlandse probleemjongeren

In de kabinetsbrief «Grenzen stellen en Perspectief bieden, aanpak Marokkaans-Nederlandse probleemjongeren» (Brief van 30 januari 2009, Kamerstukken II, 2008/09, 31 268, nr. 13) is aangekondigd dat Rijk en gemeenten samen de problemen aan gaan pakken. Het Rijk stelt hiertoe middelen beschikbaar aan 22 gemeenten waar deze problematiek sterk speelt, te weten Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Gouda, Eindhoven, Tilburg, Leiden, ’s-Hertogenbosch, Amersfoort, Roosendaal, Helmond, Zeist, Nijmegen, Veenendaal, Ede, Lelystad, Culemborg, Schiedam, Gorinchem, Oosterhout en Maassluis. Vanuit het integratiebudget stelt de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie (WWI) hiertoe in 2009 een bedrag van € 5,518 miljoen beschikbaar ten behoeve van de inzet van straatcoaches en gezinsmanagers. De verdeling van het geld vindt voor het jaar 2009 nog plaats op basis van ingediende plannen van de gemeenten. Drie van de hierboven genoemde gemeenten hebben voor 2009 geen plannen ingediend/geen beroep gedaan op extra middelen. De verdeling van de uitkering over de overige negentien gemeenten is geregeld in artikel 29a van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage.

De door gemeenten op te stellen plannen, zullen de basis zijn voor afspraken tussen het Rijk en de groep van gemeenten over de te bereiken doelen. Van de steden wordt verwacht dat zij in overeenstemming met de uitgangspunten van de kabinetsbrief een integrale aanpak voeren en als toevoeging op de reguliere aanpak extra inspanningen leveren om de problematiek van de Marokkaans-Nederlandse jongeren te verminderen. De doelstellingen hebben betrekking op het terugdringen van de oververtegenwoordiging van de Marokkaans-Nederlandse jongeren bij voortijdige schoolverlaten, jeugdwerkloosheid, overlast en criminaliteit.

Alle troeven in handen, gemeenten

De Minister van OCW investeert in de landelijke uitrol van effectieve emancipatieprojecten ter versterking van het lokale emancipatiebeleid van gemeenten en het emancipatieproces van kwetsbare vrouwen. Hiertoe zijn 18 best practices geselecteerd uit de projecten die op basis van de subsidieregeling emancipatieprojecten 2004–2007 gesubsidieerd zijn. Gemeenten met meer dan 50.000 inwoners en provincies (namens meerdere kleinere gemeenten) hebben tot 1 september 2009 de gelegenheid gehad om een aanvraag voor een adoptie in te dienen. In totaal stelt de Minister van OCW in 2009 een bedrag van € 0,155 miljoen beschikbaar aan gemeenten. De verdeling van de uitkering aan de gemeenten is geregeld in artikel 29b van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage.

Antillianengemeenten

Op 31 december 2008 is de uitvoering van de Bestuurlijke Arrangementen Antilliaanse Risicojongeren geëindigd. De Taskforce Antilliaanse Nederlanders heeft op 1 september 2008 een advies uitgebracht inzake het vervolg op de Bestuurlijke Arrangementen. Om een soepele overgang van de Bestuurlijke Arrangementen naar de volgende periode te waarborgen, heeft de Minister van WWI aangegeven dat 2009 een financieel overbruggingsjaar zal zijn. De minister meldt in een brief aan de 21 Antillianengemeenten in juli 2008 (kenmerk DGW/I&I 2008066221) dat er voor de duur van één jaar een bedrag van in totaal € 4,462 miljoen beschikbaar is. De hoogte van het bedrag per Antillianengemeente is gelijk aan het voor 2008 beschikbaar gestelde bedrag. Dit bedrag is op basis van artikel 29c van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen via het gemeentefonds als decentralisatie-uitkering uitgekeerd.

Budget 40+ wijken

Voor het preventiebudget voor problemen in wijken buiten de veertig aandachtswijken2 wordt in de periode 2009–2010 een budget van € 60 miljoen vrijgemaakt. Dit budget is in twee tranches opengesteld voor projectaanvragen. Aan de in te dienen aanvragen zijn bij brief van 26 november 2007 (Kamerstukken II, 2007/08, 30 995, nr. 33) enkele voorwaarden gesteld. Hieronder zijn deze voorwaarden kort weergegeven.

  • Het dient te gaan om wijken met substantiële en cumulatieve problemen op meerdere terreinen van de wijkenaanpak op het gebied van wonen, werken, leren en opgroeien, integreren en veiligheid.

  • Gemeenten die een beroep willen doen op het preventiebudget, moeten een plan maken op wijkniveau met corporaties en andere relevante (lokale) partijen.

  • De gemeente, corporatie en eventuele andere (lokale) partijen dienen mede te investeren in het plan in de wijk. Deze investeringen moeten inzichtelijk zijn. Gemeenten kunnen voor deze investeringen voor een financiële bijdrage vanuit het Rijk in aanmerking komen. De bijdrage is maximaal 50% van de totale kosten (onrendabele toppen en kosten van de sociale en economische activiteiten) van het totale plan tot een maximum van € 2 miljoen per plan.

Als gevolg van de aangenomen motie -Van Bochove c.s. van 3 juli 2008 (Kamerstukken II, 2007/08, 30 995, nr. 52) worden nu in artikel 29d van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage de twee tranches van het preventiebudget als volgt ter beschikking gesteld. De eerste tranche in 2009 van € 30 miljoen is voor de G31-gemeenten; deze zijn hierover per brief van 10 juli 2008 (kenmerk DGWWI/W2008061861) geïnformeerd. De overige gemeenten komen in aanmerking voor de tweede tranche van € 30 miljoen in 2010.

Drugsoverlast Maastricht

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft eenmalig € 150.000 beschikbaar gesteld als een bijdrage aan het plan «Limburg trekt z’n grens». Het plan heeft onder andere als doel een einde te maken aan de (soft-) drugsoverlast waarmee Limburg als grensprovincie wordt geconfronteerd. Hiertoe krijgt de gemeente Maastricht op basis van artikel 29e van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage het genoemde bedrag.

Eergerelateerd geweld

De Minister voor WWI heeft met een aantal gemeenten afspraken ter bevordering van een lokale preventieve aanpak van eergerelateerd geweld gemaakt. De gemeenten zijn geselecteerd na uitvoering van een inventarisatie. Op grond van vooraf aan de desbetreffende gemeenten kenbaar gemaakte kaders, «door de gemeenten beschreven uitwerking» van de aanpak en na afspraken met de gemeenten worden in 2009 aan de gemeenten Arnhem, Eindhoven, Den Haag, Delft, Deventer, Enschede, en Hengelo op basis van artikel 29f van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage middelen verstrekt voor een lokale preventieaanpak van eergerelateerd geweld. Afspraken hebben betrekking op het realiseren een lokale aanpak op samenwerking tussen migrantengroepen en instanties (resultaatsafspraak 1) en een preventieaanpak met onderwijsinstellingen (resultaatsafspraak 2).

Gezinscoaches overlastgevende Marokkaans-Nederlandse jongeren

In 2009 is het praktijkteam overlastgevende Marokkaans-Nederlandse jongeren ingezet in Culemborg en Roermond. Naar aanleiding van de geconstateerde problematiek is besloten om in 2009 voor Culemborg middelen beschikbaar te stellen om de inzet van twee extra ketenregisseurs te bekostigen. Op basis van de problematiek in Roermond is besloten om daar in 2009 middelen beschikbaar te stellen voor de inzet van een straatcoach. Dit heeft in artikel 29g van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage vorm gekregen middels een aparte éénmalige decentralisatie-uitkering.

Gezinsmanagers Gouda

De veiligheids- en leefbaarheidsmiddelen (gevoed door de uitkeringen Van Montfrans en Leefbaarheid) worden in 2010 en 2011 onder veertig gemeenten verdeeld. Het betreft de G31, de vijf Ortega-gemeenten (Almere, Apeldoorn, Ede, Haarlemmermeer, Zoetermeer) en vier gemeenten met ernstige problematiek inzake overlastgevende Marokkaans-Nederlandse probleemjongeren (Culemborg, Gouda, Veenendaal en Zeist). BZK en WWI hebben op 9 juli 2009 in het Strategisch Beraad Veiligheid met de VNG afgesproken dat bij de inzet van de veiligheids- en leefbaarheidsmiddelen in 2010 en 2011 de focus wordt gericht op de aanpak van sociale overlast en fysieke verloedering. Tevens zijn de middelen die BZK aan Gouda heeft toegezegd voor het aanstellen van gezinsmanagers in 2010 en 2011 toegevoegd aan deze uitkering. Het gaat hier om een bedrag van € 300.000 per jaar. In 2009 zijn deze middelen nog via artikel 29h van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen als decentralisatie-uitkering gezinsmanagers Gouda uitgekeerd.

Herbestemming aandachtswijken

In de nota «Een cultuur van ontwerpen, visie architectuur en ruimtelijk ontwerp» is voor de periode 2009–2012 een impuls van € 8 miljoen aangekondigd voor het stimuleren van herbestemming van waardevol en karakteristiek erfgoed en herontwikkeling van bijzondere terreinen in de veertig aandachtswijken. De impuls is bedoeld als financiële bijdrage in de planontwikkelingsfase van herbestemmings- en herontwikkelingsprojecten. Het budget zal in twee tranches worden uitgekeerd aan gemeenten. Negen gemeenten ontvangen in 2009 op grond van artikel 29i van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage van in totaal € 2 miljoen. Op 3 september 2009 zijn hierover met de desbetreffende gemeenten bestuurlijke afspraken gemaakt.

Herstructurering bedrijventerreinen

Conform de Motie van Heugten (Kamerstukken II, 31 700 XI, nr. 16 herdruk) is in 2009 een Rijksbijdrage van € 19 miljoen verleend aan een aantal gemeenten voor de herstructurering van bedrijventerreinen, met als randvoorwaarden dat mede-overheden voor tenminste een gelijkwaardig bedrag mee-investeren en dat het project binnen drie jaar tot uitvoering komt. Een en ander is geregeld in artikel 29j, en de daarbij behorende bijlage.

Impuls brede scholen combinatiefuncties tweede tranche

De Impuls brede scholen, sport en cultuur richt zich op de realisatie van combinatiefuncties. Dit zijn functies waarbij een werknemer in dienst is bij één werkgever, maar werkzaam is in of ten behoeve van twee of meer sectoren. Met de inzet van combinatiefuncties worden de volgende doelen beoogd:

  • de uitbreiding van het aantal brede scholen met sport- en cultuuraanbod in het primair en voortgezet onderwijs, om te beginnen in de veertig aandachtswijken;

  • de versterking van sportverenigingen met oog op hun maatschappelijke functie en de inzet van sportverenigingen voor het onderwijs, de naschoolse opvang en de wijk;

  • het stimuleren van een dagelijks sport- en beweegaanbod op en rond scholen voor alle leerlingen;

  • het bevorderen dat de jeugd tot 18 jaar vertrouwd raakt met één of meer kunst- en cultuurvormen en het onder jongeren stimuleren van actieve kunstbeoefening.

Op 10 december 2007 hebben het Rijk (OCW en VWS), de VNG en vertegenwoordigers van de onderwijs-, sport en cultuursector bestuurlijke afspraken gemaakt met als doel de realisatie van in totaal 2500 (fte) combinatiefuncties in 2012. In 2008 is de eerste tranche van dertig gemeenten gestart (G30). Zie hiervoor het Besluit van 22 februari 2010, houdende regels over de verdeling van diverse decentralisatie- en integratie-uitkeringen aan provincies en gemeenten (Stb. 2010, 114), artikel 9. Per 1 januari 2009 is de tweede tranche gemeenten gestart. De samenstelling van deze tweede tranche en ook de derde tranche is bepaald op basis van het gemeentelijke inwoneraantal onder de 18 jaar. De tweede tranche betreft 98 gemeenten. Het bedrag dat op grond van artikel 29k van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen vanuit het Rijk beschikbaar is gesteld voor 2009, bedraagt voor de tweede tranche € 16,4 miljoen.

Innovatietrajecten inburgering

De Minister voor WWI heeft aan een aantal gemeenten financiële middelen toegezegd voor de uitvoering van innovatietrajecten, in het kader van het Deltaplan inburgering. In 2008 is voor de uitvoering van de innovatietrajecten een bedrag van € 2,550 miljoen beschikbaar gesteld. In 2009 is dat € 2,764 miljoen. Dit geld wordt verdeeld over de drie innovatietrajecten (wijkgerichte inburgering, inburgering en ondernemerschap, persoonlijk inburgeringsbudget) en de proeftuinen inburgeringstrajecten.

Wat betreft de proeftuinen inburgeringtrajecten, heeft de Minister voor WWI met een aantal gemeenten afspraken gemaakt over het uitvoeren van experimentele trajecten in zogenaamde proeftuinen. Daarin staat de kwaliteitsverbetering van inburgeringtrajecten centraal. In de experimentele trajecten worden organisatorische en didactische factoren (succesfactoren) uitgezet en gemonitord, dit om de effectiviteit en de efficiëntie van deze succesfactoren te meten. Naast het meten van de succesfactoren moeten de proeftuinen antwoord geven op de vraag in hoeveel tijd het taalniveau van het inburgeringexamen of het staatsexamen NT2 behaald kan worden. De Minister voor WWI stelt voor de uitvoering van deze proeftuinen éénmalig middelen ter beschikking welke in 2009 worden toegevoegd aan het gemeentefonds. De proeftuinen zijn beschreven in afzonderlijke projectplannen van de betreffende gemeenten en hebben een looptijd over de jaren 2009 en 2010. De verdeling vindt plaats op basis van artikel 29l van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage en is afhankelijk van het aantal klassen inburgeraars dat kan worden ingezet voor de proeftuinen. De financiële tegemoetkoming bedraagt € 8.000 per klas.

Bestrijding jeugdwerkloosheid

Om de jeugdwerkloosheid te bestrijden heeft het kabinet met dertig regio’s (centrumgemeenten) afspraken gemaakt in regionale convenanten. Regio’s dienen plannen in waarin zij aangeven welke concrete resultaten de regio wil behalen conform de ambities van het kabinet, welke acties daarvoor in gang worden gezet en wat er gedaan wordt voor kwetsbare groepen. In totaal is er incidenteel voor deze regionale plannen € 153 miljoen beschikbaar voor 2009–2011. Voor 2009 is er in totaal € 59,8 miljoen beschikbaar voor alle regio’s. De verdeling is geregeld op basis van artikel 29m van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage en is gerelateerd aan het aantal schoolverlaters tot en met MBO-niveau en het aantal jeugdwerklozen in de regio, waarbij beide indicatoren even zwaar wegen.

Schuldhulpverlening

De uitkering is bedoeld voor het opzetten van een pilot waarin buurtdiensten of hulpverleners in de wijken en gemeenten op adequate en efficiënte wijze hulp kunnen bieden aan personen in de wijken die problematische schulden hebben of dreigen te krijgen. Hierbij kunnen ook vrijwilligers worden ingezet. Ten behoeve van concreet ingediende voorstellen met concrete doelstellingen zijn de middelen in artikel 29n van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen, met de daarbij behorende bijlage toegekend.

Spoorse doorsnijdingen tweede tranche

Op basis van de Regeling eenmalige uitkering spoorse doorsnijdingen is, zoals blijkt uit de evaluatie van de eerste tranche spoorse doorsnijdingen, aan meer dan zestig projecten in totaal ruim € 240 miljoen uitgekeerd. Deze projecten hebben als doel het opheffen of verminderen van de barrièrewerking van het spoor, ook wel spoorse doorsnijdingen genoemd. Mede door dit succes heeft het kabinet voor 2009 voor een tweede tranche middelen ter beschikking gesteld. Ook deze tweede tranche is erop gericht decentrale overheden te stimuleren om bestaande plannen op korte termijn uit te voeren. De inhoudelijk criteria (stedelijke bereikbaarheid, kwaliteit leefomgeving, veiligheid en spoorgebruik) blijven gehandhaafd, waarbij de plannen ten minste moeten scoren op stedelijke bereikbaarheid en één van de andere criteria. Gemeenten zijn ten aanzien van de criteria zelf verantwoordelijk voor een volledige aanvraag en moeten onveranderd aantonen dat het project voor honderd procent financieel gedekt is, inclusief een V&W-uitkering van ten hoogste 25 procent.

Onder meer op basis van de evaluatie van de eerste tranche is besloten om de uitvoering van de tweede tranche op enkele punten te wijzigen. Ten eerste zullen de uitkeringen als een decentralisatie-uitkering via het gemeentefonds lopen. Dit vermindert de administratieve lastendruk voor gemeenten.

Ten tweede worden de aanvragen door V&W op volgorde van binnenkomst beoordeeld voor zover het budget toereikend is (was een rangorde). Het moment van indienen van de aanvraag is daarom van belang. Onvolledige aanvragen worden pas in behandeling genomen en beoordeeld zodra zij volledig zijn en mits er nog budget beschikbaar is. Projecten die reeds uit de eerste tranche een uitkering hebben ontvangen worden uitgesloten van de tweede tranche.

Een en ander is geregeld in artikel 29o van het Besluit decentralisatie- en intergratie-uitkeringen, en de daarbij behorende bijlage.

Stimulering lokale klimaatinitiatieven (SLOK), gemeenten

De uitkering genoemd in artikel 29p van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage betreft middelen die door de Minister van VROM beschikbaar zijn gesteld aan gemeenten in het kader van structurele initiatieven voor duurzame en efficiënte energievoorziening en de reductie van broeikasgassen. De uitkering dient tevens ter ondersteuning van het met de VNG in november 2007 gesloten klimaatakkoord 2007–2011. De verdeling van de middelen wordt gebaseerd op de uitkomsten van een aanvraagprocedure. De aanvraag door gemeenten vindt plaats met behulp van een aanvraagformulier. Senternovem ontvangt en beoordeelt de aanvragen onder inhoudelijke verantwoordelijkheid van het Ministerie van VROM.

Tijdbeleid

Het kabinet wil de combinatie van arbeid en zorgtaken beter mogelijk maken, ondermeer door vergroting van de flexibiliteit in de openings- en arbeidstijden van dienstverleners in de gemeenten. Het gaat hierbij niet alleen om de dienstverlening van de gemeenten zelf, maar ook om andere zorg- en dienstverleners zoals de kinderdagopvang, buitenschoolse opvang, gezondheidszorg, vervoer. De ontvangende gemeenten zijn koplopers op het terrein van flexibilisering van openings- en arbeidstijden van de dienstverlening in hun gebied en ambiëren een verdergaande rol in het organiseren van een flexibel aanbod van dienstverlening in de eigen gemeente. De gemeenten zijn geselecteerd aan de hand van een analyse van de lokale situatie op de themagebieden publieke dienstverlening, private dienstverlening, kinderopvang en buitenschoolse opvang, gezondheidszorg, vervoer, werkgeverschap. De geselecteerde gemeenten vervullen een voorbeeldfunctie in het land voor hun tijdbeleid. De Minister van OCW heeft met de betrokken provincies en gemeenten convenanten afgesloten waarin afspraken zijn gemaakt over het te voeren tijdbeleid. Ter ondersteuning van de flexibilisering van het tijdbeleid ontvangt iedere deelnemende provincie en gemeente op grond van artikel 29q van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen eenmalig een bedrag van € 50.000.

Veilige publieke taak 2009

Werkgevers met een publieke taak, koepelorganisaties en samenwerkingsverbanden hebben tot 1 juni 2009 een aanvraag kunnen indienen voor de Stimuleringsregeling Veilige Publieke Taak. Het programma Veilige Publieke Taak stimuleert met deze regeling een effectieve aanpak van agressie en geweld door werkgevers met een publieke taak. Hiervoor is in de jaren 2009 tot en met 2011 in totaal € 2 miljoen beschikbaar gesteld. Het Rijk voorziet ook op lokaal niveau in een gedeeltelijke financiering van de totstandkoming, invoering en borging van veiligheidsbeleid op het gebied van agressie en geweld tegen werknemers met een publieke taak. De wijze van ondersteuning en stimulering van de aanpak op lokaal niveau geschiedt via het gemeentefonds in de vorm van een decentralisatie-uitkering Veilige publieke taak. In 2009 wordt aan zes gemeenten in totaal € 175.393 uitgekeerd voor het uitvoeren van de door hen ingediende veiligheidsprojecten. Een en ander is geregeld in artikel 29r van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen, en de daarbij behorende bijlage.

Voorbeeldprojecten wijkeconomie

Bij aanvang van het Grote Stedenbeleid III (GSB III) is € 10 miljoen gereserveerd voor kansen en bedreigingen tijdens de looptijd 2005 tot en met 2009. Hiervan resteert nog € 6 miljoen. Met de G4 en de G27 is afgesproken om dit bedrag te besteden aan voorbeeldprojecten wijkeconomie. Op 10 december 2008 heeft de Minister van Economische Zaken een brief gestuurd aan de 31 grote steden met het verzoek om voorstellen in te dienen voor de voorbeeldprojecten wijkeconomie. De door acht gemeenten (Zwolle, Hengelo, Lelystad, Breda, Amersfoort, Deventer, Heerlen en Schiedam) ingediende projectvoorstellen voldoen aan de in de bijlage van de brief opgenomen criteria. Zij ontvangen op grond van artikel 29s van het Besluit decentralisatie- en integratie-uitkeringen en de daarbij behorende bijlage via een decentralisatie-uitkering in totaal € 6 miljoen in 2009.

Artikel II

Inwerkingtreding

Dit besluit werkt voor één uitkering terug tot en met 1 augustus 2008. Dit is de uitkering ten behoeve van de Innovatietrajecten inburgering. Voor het overige werkt het besluit terug tot en met 1 januari 2009. De provincies en gemeenten ondervinden geen nadeel van de terugwerkende kracht, aangezien zij de toegezegde uitkeringen al als voorschot hebben ontvangen op basis van artikel 15 van de FV-wet. Daarnaast zijn de provincies en gemeenten over omvang van de uitkeringen tijdig geïnformeerd via de verschillende circulaires voor de fondsen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. P. H. Donner


X Noot
1

Een uitkering geldt eveneens voor het jaar 2008.

X Noot
2

De veertig aandachtswijken zijn in maart 2007 door de Minster voor Wonen, Wijken en Integratie bekend gemaakt. In april 2007 zijn voorts de 40+ wijken aangewezen. (Kamerstukken II, 2006/07, 30 995, nrs 1, 2 en 3).

XHistnoot
histnoot

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt met de daarbijbehorende stukken openbaar gemaakt door publicatie in de Staatscourant.

Naar boven