Vragen van de leden Karabulut (SP) en Potters (VVD) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over import van imams uit Marokko en Turkije en bondgenootschap met de Marokkaanse en Turkse overheid voor integratie en de-radicalisering (ingezonden 15 juni 2015).

Vraag 1

Wie heeft het idee van Nederlandse lessen voor Turkse imams aangedragen? Welke rol speelt Diyanet hierin? Wat is uw doel met deze lessen? Worden deze lessen verplicht of dwingend opgelegd vanuit de autoriteiten? Dient het ook een doel tegen radicalisering? Zo ja, hoe dan en welke concrete doelen streeft u na? Is het de bedoeling dat er meer imams vanuit Diyanet worden gezonden naar Nederland?1

Vraag 2

Op welke manier gaat u de wenselijkheid en mogelijkheden van voorbereiding van Turkse imams op hun komst naar Nederland verkennen? Wanneer wordt deze verkenning afgerond en wanneer wordt de Kamer hierover geïnformeerd?2

Vraag 3

Hoe zit het met de financiering, organisatie en politieke beïnvloeding vanuit de door de Turkse Overheid rechtstreeks aangestuurde moskeeën via de Islamitische Stichting Nederland?

Vraag 4

Hoe staat het met het door u aangekondigde onderzoek naar de vorming van parallelle gemeenschappen? Bent u nog steeds bereid om de door u geconstateerde onduidelijkheid over de verschillende Turkse stromingen en organisaties weg te nemen? Bent u bereid de parallelle structuren, de bewegingen die erachter zitten en de vormingsagenda die ermee gemoeid is inzichtelijk te maken? Waarom beperkt u zich eigenlijk tot de Turks-Nederlandse gemeenschap?3 4

Vraag 5

Heeft u het functioneren van de Turks Religieuze Stromingen en Organisaties (TRSO’s) al in kaart gebracht door actief op zoek te gaan naar de organisatie, gelieerde organisaties, bestuursleden, uitingsvormen, voedingsbronnen, subsidies en financieringsstromen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat zijn de resultaten?5

Vraag 6

Op welke wijze gaat u de komende vijf jaar intensief vinger aan de pols houden zoals eerder door u toegezegd?6 7

Vraag 7

Wat hebben de gesprekken met de Turkse ambassadeur en Minister van Buitenlandse Zaken over de beschuldiging van racistische politiek vanuit Nederland jegens de Turks Nederlandse gemeenschap opgeleverd? Heeft Turkije de kritiek ingetrokken? Zo ja, bent u bereid er bij hen op aan te dringen de verklaring te verwijderen van de website of aan te passen? Zo nee, waarom niet?8 9

Vraag 8

Wat doen het Departement voor Turken in het buitenland en gerelateerde gemeenschappen in Nederland? Via welke organisaties werken ze in Nederland? Welke activiteiten worden ondernomen en waarom?10

Vraag 9

Zijn er verslagen van de door u gevoerde gesprekken met de TRSO’s en de Turkse autoriteiten? Zo ja, zou de Tweede Kamer die kunnen inzien? Zo nee, waarom niet?

Vraag 10

Wat behelst uw bondgenootschap met de vier TRSO’s? Kunt u aangeven welke afspraken u met de afzonderlijke organisaties heeft gemaakt of gaat maken?11

Vraag 11

Klopt het bericht dat u in december 2014 afspraken heeft gemaakt met het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO) om (meer) imams uit Marokko naar Nederland te halen tegen radicalisering? Zo nee, welke afspraken ter bestrijding van radicalisering en voor integratie heeft u het afgelopen jaar wel gemaakt met het CMO? Is de Marokkaanse overheid hier op enigerlei wijze bij betrokken geweest?12

Vraag 12

Wat bedoelt u met de opmerking dat het Marokkaanse opleidingscentrum voor imams en ter verspreiding van de gematigde islam interessant is voor Nederland? Onder welke categorie islam schaart u de reeds in Nederland opererende imams en moskeeën? Bestaan er banden met de Marokkaanse overheid via moskeeën of andere organisaties? Hoe zien die eruit?13

Vraag 13

Kunt u toelichten wat de Marokkaanse gematigde islam behelst en op welke wijze deze wordt gebracht bij de mensen? Bent u voornemens deze vorm van de islam te importeren naar Nederland? Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot de scheiding van kerk en staat? Zo nee, waarom werkt u dan mee aan het overhalen van imams uit Marokko naar Nederland in plaats van bijdragen aan het wegnemen van drempels in Nederland voor opleiden van Nederlandse imams?14

Vraag 14

Wie bepaalt volgens u de religieuze behoefte van mensen? Welke rol ziet u weg gelegd voor de overheid? Welke rol ziet u voor u als Minister van integratie?

Vraag 15

Wat zijn volgens u de oorzaken van radicalisering van jongeren? Welke strategie heeft u inzake de-radicalisering en waarom? Graag een uitgebreide toelichting.

Vraag 16

Bent u bereid de Tweede Kamer te informeren over de door u aangekondigde internationale bijeenkomsten over integratie en radicalisering, georganiseerd door Marokko? Wie zijn daarbij aanwezig, waar gaan deze bijeenkomsten over, wie wonen de bijeenkomsten bij met welke agenda?15

Vraag 17

Klopt het bericht dat u licht enthousiast bent over de komst van imams uit Marokko naar Nederland?16

Vraag 18

Welke lessen kan Nederland volgens u leren van Marokko wat betreft «het geven van een plek aan de gematigde islam in de samenleving»? Welke concrete plannen heeft u gemaakt naar aanleiding van uw bezoeken en gesprekken met Marokko?17

Vraag 19

Deelt u de conclusie van de parlementaire onderzoekscommissie Blok dat op het terrein van de godsdienstbeleving de Turkse en Marokkaanse overheden directe invloed uitoefenen op de moskee-organisaties, wat een rem kan zetten op de integratie? Hoe past de hernieuwde samenwerking met de Turkse en Marokkaanse overheid hierin?18

Vraag 20

Wordt de onwillige houding van moskeebesturen om in Nederland opgeleide imams toe te laten niet beloond door ondersteuning van import van imams uit Marokko en Turkije?19

Vraag 21

Klopt het dat Nederland wil aanhaken bij de jaarlijkse Marokkaanse bijles in essentiële eigenschappen van de Marokkaanse islam?20

Vraag 22

Met welke religieuze en niet-religieuze stromingen werkt het kabinet samen om concrete maatschappelijke vraagstukken op te lossen? Waarom zoekt het kabinet waar het de islamitische organisaties betreft naar aparte samenwerkingsvormen, verwijzend naar de «Deutsche Islam Konferenz»?

Vraag 23

Wat is uw reactie op de kritiek van universitair docent islam Jan Jaap de Ruiter over samenwerking met Marokko dat hij omschrijft als een autocratisch land dat middels een zeer repressief beleid radicalisering bestrijdt, waarbij volgens mensenrechtenorganisaties de afgelopen vier jaar 173 keer gevangenen, ook verdachten, zijn gemarteld, geslagen, bedreigd met verdrinking en verkrachting?21

Vraag 24

Denkt u niet dat import van imams uit Marokko of het Malikisme, de zogenoemde gematigde islam vanuit Marokko, de deur wagenwijd openzet voor de lange arm van de Koning van Marokko die aan het hoofd staat van de geestelijken en een politiek voert van eens een Marokkaan, altijd een Marokkaan, ook wanneer mensen dat niet willen?22

Vraag 25

Ziet u dit als belemmering voor de integratie? Zo nee, waarom niet?

Vraag 26

Komen radicaliserende of reeds geradicaliseerde jongeren veel in de moskee? Waar halen zij hun ideeën op, wat is de voedingsbodem van radicalisering? Graag een uitgebreide toelichting.

Vraag 27

Heeft u, of bent u voornemens, met de Turkse en Marokkaanse overheid verdragen te sluiten over integratie en de-radicalisering van Nederlanders van Turkse en Marokkaanse afkomst?


X Noot
1

Kamerstuk, 32 824, nr. 75

X Noot
2

Kamerstuk, 32 824, nr. 94

X Noot
3

Kamerstuk, 32 824, nr. 94

X Noot
4

Toezegging tijdens Algemeen overleg integratie van 12 november 2014

X Noot
5

Kamerstuk, 32 824, nr. 94

X Noot
6

Kamerstuk, 32 824, nr. 94

X Noot
7

Toezegging tijdens Algemeen overleg integratie van 12 november 2014

X Noot
8

Toezegging tijdens Algemeen overleg integratie van 12 november 2014

X Noot
11

Kamerstuk, 32 824, nr. 94

X Noot
12

Kamerstuk, 32 824 nr. 93

X Noot
13

Kamerstuk, 32 824 nr. 93

X Noot
14

Kamerstuk, 32 824 nr. 93

X Noot
15

Kamerstuk, 32 824 nr. 93

X Noot
18

Kamerstuk 28 689, nr. 9, pagina 545

X Noot
19

Bijlage bij kamerstuk, 33 400-VIII, nr. 132, pagina 127–128

X Noot
20

Kamerstuk, 32 824 nr. 93

Naar boven