34 730 XIII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2017 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

Inhoudsopgave

A.

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

2

B.

BEGROTINGSTOELICHTING

3

1.

Leeswijzer

3

2.

Overzicht belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties

3

 

Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2017 (Eerste suppletoire begroting)

3

 

Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2017 (Eerste suppletoire begroting)

6

3.

De beleidsartikelen

7

 

Beleidsartikel 1 Goed functionerende economie en markten

7

 

Beleidsartikel 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en duurzaam ondernemen

8

 

Beleidsartikel 3 Een excellent ondernemingsklimaat

11

 

Beleidsartikel 4 Een doelmatige en duurzame energievoorziening

15

 

Beleidsartikel 5 Meerjarenprogramma Nationaal Coördinator Groningen

19

 

Beleidsartikel 6 Concurrerende, duurzame, veilige agro-, visserij- en voedselketens

21

 

Beleidsartikel 7 Groen onderwijs van hoge kwaliteit

26

 

Beleidsartikel 8 Natuur en biodiversiteit

27

4.

De niet-beleidsartikelen

29

 

Artikel 40 Apparaat

29

 

Artikel 41 Nominaal en Onvoorzien

30

5.

De agentschappen

30

 

Dienst ICT Uitvoering (DICTU)

30

 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl)

32

6.

Het Diergezondheidsfonds (DGF)

35

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2017 wijzigingen aan te brengen in:

  • 1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Economische Zaken;

  • 2. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie;

  • 3. de begrotingsstaat inzake het Diergezondheidsfonds.

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. Leeswijzer

Opbouw 1e suppletoire begroting 2017

Deze 1e suppletoire begroting geeft een geactualiseerd beeld van de begrotingsuitvoering 2017. Onderdeel B, de begrotingstoelichting, is als volgt opgebouwd:

  • 1) Leeswijzer.

  • 2) Overzicht belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties. De belangrijkste verplichtingenmutaties zijn toegelicht in de artikelen.

  • 3) De beleidsartikelen. Voor ieder beleidsartikel is de tabel «Budgettaire gevolgen van beleid» opgenomen. Hierin zijn de begrotingsmutaties voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten weergegeven.

  • 4) De niet-beleidsartikelen. In de budgettaire tabellen zijn de begrotingsmutaties voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten opgenomen.

  • 5) De agentschappen. In deze 1e suppletoire begroting zijn de aanpassingen in de agentschapsparagrafen van de Dienst ICT Uitvoering (DICTU) en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) opgenomen.

  • 6) Het Diergezondheidsfonds (DGF).

Ondergrenzen toelichtingen

Voor het toelichten van de begrotingsmutaties zijn in deze eerste suppletoire begroting de ondergrenzen gehanteerd zoals opgenomen in de onderstaande tabel.

Omvang begrotingsartikel

(stand ontwerpbegroting)

in € mln

Beleidsmatige mutaties

(ondergrens in € mln)

Technische mutaties

(ondergrens in € mln)

< 50

1

2

=> 50 en < 200

2

4

=> 200 en < 1.000

5

10

=> 1.000

10

20

In sommige gevallen, waar politiek relevant, worden ook posten toegelicht beneden deze ondergrenzen.

2. Overzicht belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties

Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2017 (Eerste suppletoire begroting)

Bedragen x € 1.000
 

Art. nr.

Uitgaven 2017

Vastgestelde begroting 2017

 

4.943.574

     

Belangrijkste suppletoire mutaties:

   

Invest-NL i.o.

2

15.000

Regionale knelpunten

2/4

20.000

Eindejaarsmarge leningen

3

122.871

Aanpassing kasritme leningen

3

– 45.340

ETS-compensatie

4

6.227

Regeling sportaccommodaties

4

6.000

Eindejaarsmarge meerjarenprogramma NCG

5

72.053

Aanpassing kasritme meerjarenprogramma NCG

5

– 60.025

Regeling bedrijfsbeëindiging melkveehouderij

6

23.000

Bijdrage VWS voor NVWA

6

3.800

Agrarisch Natuur- en landschapsbeheer en het Subsidiestelsel Natuur en Landschap

8

– 8.940

Negatieve eindejaarsmarge apparaat

40

– 8.850

Eindejaarsmarge 2016

41

26.905

Loon- en prijsbijstelling

41

60.906

Reservering middelen voor tegenvallers op de EZ-begroting

41

7.000

Overige mutaties

Div.

3.981

Totaal

 

244.588

     

Stand na 1e suppletoire begroting 2017

 

5.188.162

Invest-NL i.o.

Er is in 2017 € 5,5 mln aan de begroting toegevoegd voor de projectontwikkeling van Invest-NL. Daarnaast is € 4,5 mln beschikbaar gesteld voor de transitiekosten bij RVO.nl die samenhangen met de voorgenomen overheveling van regelingen van RVO.nl naar Invest-NL. Tot slot is als bijdrage in de opstartkosten van Invest-NL € 5 mln overgeheveld van de begroting van het Ministerie van Financiën naar de EZ-begroting.

Regionale knelpunten

Ter versterking van de regionale economische structuur in Nederland wordt een aantal projecten ondersteund, waaronder Internationaal Onderwijs, snel internet op scholen, Wageningen Campus en enkele Centers of Expertise (€ 15 mln op artikel 2). Voorts is € 5 mln beschikbaar gekomen ter aanvulling van het budget O&O Bodembeheer (artikel 4) naar aanleiding van een maatregelenpakket gericht op de na-ijlende effecten van de steenkoolwinning in Limburg.

Eindejaarsmarge leningen

De niet benutte middelen van het Toekomstfonds in 2016 worden conform de fondsconstructie toegevoegd aan het budget voor 2017. Het betreft voornamelijk begrotingsgeld voor de regelingen Dutch Venture Initiative, Seed-regeling, Innovatiekrediet, Fundamenteel en toegepast onderzoek en de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen.

Aanpassing kasritme leningen

Betreft het doorschuiven van middelen naar latere jaren naar aanleiding van het aanpassen aan de actuele uitgavenverwachtingen met betrekking tot diverse instrumenten, waaronder Innovatiekrediet, Dutch Venture Initiative, Startups/MKB en Co-investment venture capital instrument/EIF. Tevens worden de in 2016 gerealiseerde lagere ontvangsten in het kader van het Innovatiekrediet gecompenseerd.

ETS-compensatie

De niet bestede middelen in 2016 worden toegevoegd aan het budget voor 2017.

Regeling sportaccommodaties

Bijdrage van VWS aan EZ voor het uitvoeren van de subsidieregeling Energiebesparende maatregelen en Duurzame energie in de sport over 2017.

Eindejaarsmarge meerjarenprogramma Nationaal Coördinator Groningen (NCG)

De niet benutte middelen van het meerjarenprogramma Nationaal Coördinator Groningen worden toegevoegd aan de begroting 2017. Het betreft de regelingen Verduurzaming (€ 57,4 mln) en Fonds achterstallig onderhoud (€ 9 mln) en inzet woningmarkt en het werkbudget van de NCG (€ 5,7 mln).

Aanpassing kasritme meerjarenprogramma Nationaal Coördinator Groningen (NCG)

Betreft het doorschuiven van middelen naar latere jaren naar aanleiding van het aanpassen aan de actuele uitgavenverwachtingen met betrekking tot diverse instrumenten, waaronder de instrumenten Verduurzaming (€ 55 mln) en fonds achterstallig onderhoud en inzet Woningmarkt (€ 5 mln).

Regeling bedrijfsbeëindiging melkveehouderij

Het bedrijfsleven draagt € 17 mln bij aan de Subsidieregeling bedrijfsbeëindiging melkveehouderij, ook wel Stoppersregeling genoemd. Deze € 17 mln is aangevuld met € 6 mln binnen de EZ begroting die reeds bij nota van wijziging hiertoe was gereserveerd.

Bijdrage VWS voor NVWA

Het budget voor de NVWA is verhoogd met de bijdrage van VWS voor de financiële dekking van het opdrachtenpakket NVWA met € 3,8 mln in 2017 en € 6,6 mln in 2018 (TK, 33 835, nr 33).

Agrarisch Natuur- en landschapsbeheer en het Subsidiestelsel Natuur en Landschap

Overheveling van het budget in het provinciefonds voor de uitvoering van het Agrarisch Natuur- en landschapsbeheer en het Subsidiestelsel Natuur en Landschap door de provincies.

Negatieve eindejaarsmarge apparaat

De overschrijding van € 8,9 mln op de apparaatsuitgaven in 2016 wordt in mindering gebracht op de begroting van 2017.

Eindejaarsmarge 2016

Deze mutatie betreft de toevoeging van de eindejaarsmarge 2016 voor de programma-uitgaven van EZ.

Loon- en prijsbijstelling

Bij Voorjaarsnota 2017 is loon- en prijsbijstellingstranche 2017 uitgedeeld. De loonbijstelling betreft de vergoeding voor de stijging van de contractloonontwikkeling en de stijging van de sociale lasten en pensioenpremies voor de overheidswerkgevers. De prijsbijstelling betreft de verwerking van de stijging van de diverse prijsindexen.

Reservering middelen voor tegenvallers op de EZ-begroting

Reservering van € 7 mln op de EZ-begroting voor het opvangen van tegenvallers. Deze middelen worden bij ontwerpbegroting 2018 op de diverse artikelen ingezet voor problematiek.

Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2017 (Eerste suppletoire begroting)

Bedragen x € 1.000
 

Art. nr.

Ontvangsten 2017

Vastgestelde begroting 2017

 

3.770.862

     

Belangrijkste suppletoire mutaties:

   

Afrekening agentschap Telecom

1

8.300

Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij (NOM)

3

2.000

Aardgasbaten

4

– 250.000

Rijkscoördinatieregeling (RCR)

4

2.000

Onttrekking verliesdeclaraties garantieregeling aardwarmte

4

2.525

Regeling bedrijfsbeëindiging melkveehouderij

6

17.000

Overige mutaties

Div.

6.540

Totaal

 

– 211.635

     

Stand na 1e suppletoire begroting 2017

 

3.559.227

Afrekening agentschap Telecom

De inkomsten hebben betrekking op de afrekening van het Agentschap Telecom over het tweede halfjaar van 2016.

Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij (NOM)

Van de NOM is € 2 mln dividend ontvangen voortvloeiend uit de vorig jaar gemaakte afspraken rond de aandelenverkoop NOM. Deze € 2 mln wordt via het Provinciefonds overgeheveld naar de Provincie Drenthe als aanvulling op de jaarlijkse subsidie voor het Ontwikkelbedrijf van de NOM.

Aardgasbaten

Het kabinet heeft op 18 april jl. de voorbereiding in gang gezet om het productieplafond voor de gaswinning in Groningen ingaande het eerstvolgende gasjaar – dat gaat lopen vanaf 1 oktober 2017 – met 10 procent te verlagen. Hierdoor vallen de aardgasbaten lager uit dan bij de Miljoenennota 2017 werd verwacht.

Rijkscoördinatieregeling (RCR)

De uitgaven van projecten van de Rijkscoördinatieregeling worden door middel van exploitatie-overeenkomsten doorberekend aan initiatiefnemers van energieprojecten.

Onttrekking verliesdeclaraties garantieregeling aardwarmte

Naar verwachting bedraagt het uit te keren bedrag in 2017 aan verliesdeclaraties € 2,5 mln. Dit bedrag wordt onttrokken uit de begrotingsreserve aardwarmte.

Regeling bedrijfsbeëindiging melkveehouderij

Betreft de bijdrage van het bedrijfsleven aan de regeling bedrijfsbeëindiging van de melkveehouderij.

3. De beleidsartikelen

Budgettaire gevolgen van beleid,

Beleidsartikel 1 Goed functionerende economie en markten

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3)=(1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5)=(3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

VERPLICHTINGEN

188.943

 

188.943

1.102

190.045

696

681

681

681

UITGAVEN

185.726

 

185.726

1.102

186.828

696

681

681

681

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

99%

 

99%

 

99%

       
                   

Subsidies

     

188

188

       

Digitalisering regionale radio

     

188

188

       
                   

Opdrachten

7.503

 

7.503

– 2.510

4.993

– 628

65

315

474

Onderzoek en Opdrachten

1.199

 

1.199

296

1.495

16

474

474

474

PIANOo/TenderNed

644

 

644

– 344

300

– 644

– 409

– 159

 

Beleidsvoorbereiding en evaluaties Frequenties en Veiligheid

5.660

 

5.660

– 2.462

3.198

       
                   

Bijdragen aan agentschappen

22.909

 

22.909

2.938

25.847

1.377

1.102

852

693

Agentschap Telecom

13.173

 

13.173

1.806

14.979

       

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

9.736

 

9.736

1.107

10.843

1.377

1.102

852

693

DICTU

     

25

25

       
                   

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

151.395

 

151.395

578

151.973

210

65

65

65

Metrologie

9.458

 

9.458

 

9.458

       

Raad voor Accreditatie

132

 

132

 

132

       

ACM

448

 

448

65

513

65

65

65

65

CBS

141.357

 

141.357

513

141.870

145

     
                   

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

3.919

 

3.919

– 92

3.827

– 263

– 551

– 551

– 551

Nederlands Normalisatie Instituut (NEN)

1.212

 

1.212

 

1.212

       

Internationale organisaties

2.634

 

2.634

– 19

2.615

– 190

– 478

– 478

– 478

Raad van deskundigen voor de nationale meetstandaarden

73

 

73

– 73

0

– 73

– 73

– 73

– 73

                   

ONTVANGSTEN

30.900

 

30.900

8.300

39.200

       

High Trust

30.200

 

30.200

 

30.200

       

Diverse ontvangsten

700

 

700

8.300

9.000

       

Toelichting op de uitgaven

Opdrachten

Beleidsvoorbereiding en evaluaties Frequenties en Veiligheid

Deze bijstelling betreft met name een overdracht van budget aan het Agentschap Telecom ter dekking van de uitvoeringskosten van diverse projecten.

Toelichting op de ontvangsten

De ontvangsten hebben betrekking op de afrekening van het Agentschap Telecom over het tweede halfjaar van 2016, die in 2017 wordt ontvangen.

Budgettaire gevolgen van beleid,

Beleidsartikel 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en duurzaam ondernemen

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3)=(1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5)=(3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

VERPLICHTINGEN

2.357.764

– 200

2.357.564

887.258

3.244.822

27.579

– 6.171

– 39.481

– 40.232

Waarvan garantieverplichtingen

1.676.662

 

1.676.662

751.600

2.428.262

       

UITGAVEN

829.851

– 200

829.651

34.265

863.916

31.904

3.420

2.112

2.122

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

89%

 

89%

 

89%

       
                   

Garanties

65.780

 

65.780

 

65.780

       

BMKB

41.594

 

41.594

 

41.594

       

Groeifaciliteit

8.850

 

8.850

 

8.850

       

Garantie Ondernemingsfinanciering

11.745

 

11.745

 

11.745

       

Garantiefaciliteit Scheepsnieuwbouwfinanciering

3.591

 

3.591

 

3.591

       

Garanties MKB Financiering

                 
                   

Subsidies

113.606

 

113.606

3.655

117.261

307

982

1.000

1.000

Lucht- en Ruimtevaart

3.214

 

3.214

 

3.214

       

MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)

31.265

 

31.265

– 2.015

29.250

       

Eurostars

15.089

– 400

14.689

1.000

15.689

1.000

1.000

1.000

1.000

Bevorderen Ondernemerschap

6.942

– 700

6.242

– 229

6.013

– 1.393

– 18

   

Groene Groei en Biobased Economy

1.553

 

1.553

– 785

768

       

Cofinanciering EFRO, inclusief INTERREG

42.916

 

42.916

 

42.916

       

Bijdrage aan ROM's

5.313

 

5.313

 

5.313

       

Overige subsidies

7.314

1.100

8.414

5.684

14.098

700

     
                   

Opdrachten

35.881

– 200

35.681

636

36.317

8.049

– 498

   

Onderzoek en opdrachten

3.897

800

4.697

25

4.722

       

Caribisch Nederland

1.044

 

1.044

164

1.208

164

164

   

ICT beleid

20.056

– 1.000

19.056

– 4.508

14.548

– 1.605

– 662

   

Regeldruk

2.221

 

2.221

24

2.245

– 475

     

Mainport Rotterdam

7.612

 

7.612

 

7.612

       

Regiekosten regionale functie

1.051

 

1.051

– 69

982

– 35

     

Invest-NL i.o.

     

5.000

5.000

10.000

     
                   

Bijdragen aan agentschappen

88.925

 

88.925

19.753

108.678

24.801

2.404

1.052

1.062

Bijdrage RVO.nl

83.978

 

83.978

9.693

93.671

5.801

1.742

1.052

1.062

Bijdrage Agentschap Telecom

2.710

 

2.710

60

2.770

 

662

   

Bijdrage Logius

2.237

 

2.237

 

2.237

       

Invest-NL i.o.

     

10.000

10.000

19.000

     
                   

Bijdragen aan ZBO's/RWT’s

235.662

 

235.662

572

236.234

472

472

   

Bijdrage aan TNO

131.361

 

131.361

100

131.461

       

Kamer van Koophandel

104.301

 

104.301

472

104.773

472

472

   
                   

Bijdragen aan medeoverheden

3.914

 

3.914

8.100

12.014

       

Sterke Regio's en Nota Ruimte

3.914

 

3.914

8.100

12.014

       
                   

Bijdragen aan (inter-) nationale organisaties

286.083

 

286.083

1.549

287.632

– 1.725

60

60

60

Internationaal Innoveren

33.771

 

33.771

– 50

33.721

– 1.235

     

PPS-toeslag (voorheen TKI-toeslag)

99.396

 

99.396

225

99.621

25

     

TO2 (excl. TNO)

31.745

 

31.745

 

31.745

       

Topsectoren overig

41.612

 

41.612

1.275

42.887

– 65

     

Ruimtevaart (ESA)

64.766

 

64.766

500

65.266

       

Bijdrage NBTC

8.554

 

8.554

 

8.554

       

Bijdragen organisaties

6.239

 

6.239

– 401

5.838

– 450

60

60

60

                   

ONTVANGSTEN

114.332

 

114.332

2.114

116.446

       

BMKB

33.000

 

33.000

 

33.000

       

Groeifaciliteit

8.000

 

8.000

 

8.000

       

Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)

13.000

 

13.000

 

13.000

       

Garantiefaciliteit Scheepsnieuwbouwfinanciering

4.000

 

4.000

 

4.000

       

Luchtvaartkredietregeling

8.447

 

8.447

 

8.447

       

Rijksoctrooiwet

37.681

 

37.681

 

37.681

       

Eurostars

4.238

 

4.238

 

4.238

       

Joint Strike Fighter

2.500

 

2.500

 

2.500

       

Diverse ontvangsten

3.466

 

3.466

2.114

5.580

       

Toelichting op de verplichtingen

De verhoging van het verplichtingbudget met € 887,3 mln bestaat met name uit:

  • Garanties MKB financiering (€ 751,6 mln). Van de garanties uit het Aanvullend Actieplan MKB-financiering wordt de niet benutte garantieruimte uit 2016 aan de begroting voor 2017 toegevoegd.

  • Ruimtevaart (€ 98,0 mln). De mutatie betreft het naar voren halen van verplichtingenruimte in verband met het committeren van de inschrijvingen op de Ministerconferentie 2016.

  • Invest-NL i.o. (€ 15 mln). Er is in 2017 € 5,5 mln aan de begroting toegevoegd voor de projectontwikkeling van Invest-NL. Tot het moment waarop Invest-NL daadwerkelijk is opgericht zullen de uitgaven hiervoor worden verricht via het Nederlands Investerings Agentschap (NIA) dat is ondergebracht bij RVO.nl. Daarnaast is in 2017 € 4,5 mln beschikbaar gesteld voor de transitiekosten bij RVO.nl die samenhangen met de voorgenomen overheveling van regelingen van RVO.nl naar Invest-NL. Tot slot is als bijdrage in de opstartkosten van Invest-NL € 5 mln overgeheveld van de begroting van het Ministerie van Financiën naar de EZ-begroting. De bijdrage van EZ (€ 5 mln) en Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (€ 5 mln) in de opstartkosten staan voor 2018 geraamd.

  • Regionale knelpunten (€ 15 mln) waarvan € 4,5 mln onder «subsidies overig» en € 10,5 mln onder «Sterke Regio’s en Nota Ruimte». Ter versterking van de regionale economische structuur in Nederland wordt een aantal projecten ondersteund, waaronder Internationaal Onderwijs, snel internet op scholen, Wageningen Campus en enkele Centers of Expertise.

Toelichting op de uitgaven

De verhoging van het kasbudget met € 34,3 mln bestaat met name uit:

  • Invest-NL i.o. (€ 15 mln; zie toelichting onder verplichtingen).

  • Regionale knelpunten (€ 15 mln; zie toelichting onder verplichtingen).

  • Bijdrage RVO.nl (€ 9,7 mln). De verhoging van de bijdrage aan RVO.nl komt met name uit aanvullende opdrachten voor ICT-beleid

    (€ 5,4 mln voor onder andere Ondernemersplein, Mijn overheid voor Ondernemers, Berichtenbox bedrijven, eIDAS knooppunt en programmabureau e-factureren), de provinciale bijdrage aan het Nederlands Investeringsagentschap (€ 0,9 mln) en de bijstelling van de HGIS-budgetten voor loon- en prijsbijstelling, voor de fiscalisering van lokale medewerkers, hogere pensioenlasten en de ongunstige euro-dollarkoers (€ 2,0 mln).

  • MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT; -€ 2 mln). Dit betreft een overboeking van € 1,5 mln. naar het Provinciefonds ten behoeve van het deel van de MIT-regeling dat door de provincies wordt uitgevoerd. De overige € 0,5 mln betreft een overboeking naar de IPC-regeling. Hiermee wordt budget beschikbaar gesteld voor een regionale IPC-regeling die uitgevoerd wordt in samenwerking met de provincie Zuid-Holland en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Dit budget is beschikbaar gekomen door een beperkte onderuitputting in het regionale deel van de MIT-regeling in 2016 en gaat niet ten koste van de € 35 mln die EZ voor 2017 beschikbaar heeft gesteld.

Toelichting op de begrotingsreserves

Vooralsnog zijn er voor de begrotingsreserves van beleidsartikel 2 geen stortingen of onttrekkingen geraamd. Volledigheidshalve is aansluitend de stand van de reserves weergegeven.

Begrotingsreserve Borgstelling MKB-kredieten (BMKB)

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

58.633

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2017

58.633

Begrotingsreserve Groeifaciliteit

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

16.169

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2017

16.169

Begrotingsreserve Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

60.112

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2017

60.112

Begrotingsreserve Garantiefaciliteit Scheepsnieuwbouwfinanciering

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

10.136

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2017

10.136

Begrotingsreserve Garantie MKB-faciliteiten

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

9.000

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2017

9.000

Budgettaire gevolgen van beleid,

Beleidsartikel 3 Een excellent ondernemingsklimaat

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3)=(1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5)=(3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

VERPLICHTINGEN

94.489

 

94.489

178.471

272.960

5.202

– 7.049

– 11.949

– 24.459

UITGAVEN

145.118

 

145.118

75.415

220.533

9.751

24.251

12.851

2.841

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

69%

 

69%

 

68%

       
                   

Leningen

138.530

 

138.530

69.331

207.861

8.900

23.400

12.000

1.990

I Startups/MKB-FINANCIERING

                 

Volledig revolverend

                 

Dutch Venture Initiative/Fund of Funds

32.600

 

32.600

3.401

36.001

6.400

– 2.800

– 7.800

– 17.000

Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen

     

17.322

17.322

       

Co-investment venture capital instrument/EIF

     

10.000

10.000

10.000

10.000

10.000

10.000

                   

Gedeeltelijk revolverend

                 

Innovatiekrediet

51.358

 

51.358

3.161

54.519

1.200

10.000

0

0

Risicokapitaal (Seed capital)

20.263

 

20.263

28.073

48.336

13.000

20.000

19.000

19.500

Vroege fasefinanciering

11.309

 

11.309

1.174

12.483

– 3.200

700

800

1.500

Start ups/MKB

23.000

 

23.000

– 23.000

0

– 21.000

– 17.000

– 12.000

– 14.010

NL-Californië Duurzaam E-mobility fund

     

1.000

1.000

2.500

2.500

2.000

2.000

                   

II INVESTERINGEN IN FUNDAMENTEEL EN TOEGEPAST ONDERZOEK

Met vermogensbehoud

                 

Fundamenteel en toegepast onderzoek

     

25.700

25.700

– 7.500

– 7.500

– 2.500

– 2.500

Onco Research

     

2.500

2.500

2.500

2.500

2.500

2.500

Smart Industry

       

5.000

5.000

     
                   

III Staatsobligaties Toekomstfonds

                 
                   

Subsidies

     

5.700

5.700

800

800

800

800

IV Reëel rendement voor onderzoek

                 

V Overige subsidies

                 

Smart Industry

     

4.900

4.900

       

Haalbaarheidsstudies TO2 innovatieve starters

     

800

800

800

800

800

800

                   

Bijdragen aan agentschappen

6.588

 

6.588

384

6.972

51

51

51

51

Bijdrage Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

6.588

 

6.588

384

6.972

51

51

51

51

                   

ONTVANGSTEN

36.388

 

36.388

2.001

38.389

0

100

400

1.700

MKB-FINANCIERING BESTAAND INSTRUMENTARIUM

                 

Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen

3.000

 

3.000

2.000

5.000

       

Fund of Funds (DVI I/Business Angels)

100

 

100

1

101

 

100

250

900

Innovatiekredieten

25.288

 

25.288

 

25.288

       

Seed capital

8.000

 

8.000

 

8.000

       
                   

MKB-FINANCIERING INCIDENTELE MIDDELEN

                 

Ontvangsten DVI II

             

150

800

                   

Ontvangsten fundamenteel en toegepast onderzoek

                 
                   

Renteontvangsten Toekomstfonds

                 

Toelichting op de verplichtingen

Het verplichtingenbudget is met € 178,5 mln verhoogd. De voornaamste oorzaken hiervoor zijn:

  • Een verhoging van het verplichtingenbudget van € 132 mln als gevolg van het toevoegen aan de begroting 2017 van de niet benutte ruimte in het Toekomstfonds in 2016 en de ontvangstenmeevaller op de Seed-regeling in 2016, conform de afspraken die in het kader van het Toekomstfonds (100% eindejaarsmarge) zijn gemaakt. Het betreft de instrumenten Innovatiekrediet (€ 42,0 mln), Vroegefasefinanciering (3,1 mln), Seed-regeling (€ 5,9 mln), Onderzoek voor fundamenteel en toegepast onderzoek (€ 64,6 mln) en de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (€ 27,7 mln). Tevens worden de in 2016 gerealiseerde lagere ontvangsten in het kader van het Innovatiekrediet gecompenseerd (-€ 11,6 mln).

  • Daarnaast heeft de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport besloten om € 6 mln in 2017 beschikbaar te stellen voor een fonds dat investeringen kan doen in eHealth ondernemingen om impactvolle toepassingen op te schalen. In samenspraak met het Nederlands Investeringsagentschap (NIA) is besloten om hiervoor gebruik te maken van de Seed-regeling van het Ministerie van EZ. Bij Voorjaarsnota zijn de middelen (€ 6 mln) overgeboekt naar de begroting van EZ.

  • Verder is er verplichtingenruimte van in totaal € 59,5 mln van latere jaren naar het jaar 2017 gehaald. De belangrijkste reden hiervoor is het uitwerken van de middelen beschikbaar gesteld voor startups en MKB (€ 23,8 mln) en het uitwerken van het Co-investment venture capital instrument/EIF (€ 31,8 mln). Tegelijkertijd is in het kader van het Innovatiekrediet een budget van € 14,2 mln doorgeschoven naar het jaar 2018 afgestemd op het gepubliceerde plafond van € 60 mln in 2017. Daarnaast is voor het instrument Vroegefasefinanciering een budget van € 4,9 mln doorgeschoven naar latere jaren, omdat de middelen voor leningen aan TO2 innovatieve starters (in totaal € 6 mln) worden gespreid over de jaren 2017–2021.

    Door herschikkingen binnen het Toekomstfonds, zijn bij Voorjaarsnota de volgende nieuwe instrumenten gecreëerd binnen het Toekomstfonds:

  • Co-investment venture capital instrument/EIF:

    Om de toegang tot risicokapitaal voor snelgroeiende innovatieve ondernemingen te versterken, is in samenwerking met private investeerders en met inzet van EFSI-middelen dit instrument ontwikkeld. Het instrument is samen met het NIA en het EIF van een co-investment fonds van € 100 mln voor grotere risicokapitaal investeringen in Nederlandse ondernemingen. Het Ministerie van Economische Zaken en het EIF/EFSI leggen beide € 50 mln in (Zie TK, 22 112, nr. 2218).

  • NL-Californie Duurzaam E-mobility fund

    Op 9 januari 2017 heeft de Minister van Economische Zaken namens de Nederlandse overheid een samenwerking gesloten met de Staat Californië. Onderdeel hiervan is een Seed capital fonds voor smart mobility en E-mobility van € 20 mln met een bijdrage van € 10 mln van de Nederlandse overheid. Ondernemingen die in aanmerking komen, zullen zowel in Nederland als in Californië actief worden.

  • Co-investeringsregeling voor start ups/MKB en startups in de agrifood en tuinbouw

    Om de markt voor risicodragend kapitaal voor het MKB verder te versterken komt er binnen de bestaande Seed-regeling een co-investeringsfaciliteit van € 10 mln per jaar voor business angels. Verder is er eenmalig € 12 mln beschikbaar gesteld

    voor twee specifieke Seed capital fondsen om startups in de agrifood en tuinbouw sector beter toegang te geven tot risicokapitaal.

  • Haalbaarheidsstudies TO2 innovatieve starters

    Voor de haalbaarheidsstudies voor TO2 innovatieve starters is uit de middelen voor fundamenteel en toegepast onderzoek in totaal € 4 mln budget toegevoegd voor de periode 2017–2021. Daarnaast is het bestaande instrument Vroegefasefinanciering met in totaal € 6 mln verhoogd in de periode 2017–2021 ten behoeven van de TO2 innovatieve starters. De dekking van beide verhogingen van gezamenlijk in totaal € 10 mln komt uit de middelen voor fundamenteel en toegepast onderzoek, zoals aangekondigd in de Kamerbrief van 8 juni 2015 (TK, 31 288, nr. 474).

Binnen het onderzoeksdeel van het Toekomstfonds zijn de middelen, beschikbaar gesteld voor de thema’s Smart Industry, Haalbaarheidsstudies en leningen Vroegefasefinanciering voor TO2 innovatieve starters en Onco Research overgeboekt naar het desbetreffende instrument binnen het fonds.

Voor de nieuwe regeling Smart Industry is in totaal € 15 mln beschikbaar gesteld. Deze regeling bestaat uit een lening-deel (uit het Toekomstfonds) en een subsidie-deel (afkomstig van het amendement Van Veen; TK, 34 300 XIII, nr. 86). Bij de middelen voor haalbaarheidsstudies en leningen Vroege fasefinanciering gaat het om TO2 innovatieve starters, die een subsidie kunnen krijgen voor een haalbaarheidsstudie (fase 1); en als vervolg daarop een lening kunnen krijgen voor een vroegefasetraject (fase 2). Hiervoor wordt in totaal € 10 mln uit het Onderzoeksdeel van het Toekomstfonds ingezet (zie TK, 31 288, nr. 474).

Met Onco Research wordt gekeken naar de ondersteuning van faciliteiten ter bevordering van technology transfer op gebied van oncologie. De verwachting is dat er dit jaar overeenstemming wordt bereikt over de ondersteuning van drie fondsen binnen het Onco Research initiatief. Met deze fondsen zal worden geïnvesteerd in intellectueel eigendom, marktgerichte technologische ontwikkeling in de vroege ontwikkelingsfase en start-ups en kleine bedrijven in de oncologiesector.

Toelichting op de uitgaven

Het uitgavenbudget is met € 75,4 mln verhoogd. De voornaamste oorzaken hiervoor zijn:

  • Een verhoging van het leningenbudget in 2017 met € 117,8 mln als gevolg van het toevoegen van de niet benutte middelen van het Toekomstfonds in 2016 en de ontvangstenmeevaller op de Seed-regeling in 2016 conform de fondsconstructie. Het betreft begrotingsgeld voor de regelingen Dutch Venture Initiative, Seed-regeling, Innovatiekrediet, Vroegefasefinanciering, Fundamenteel en toegepast onderzoek en de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen. Tevens worden de in 2016 gerealiseerde lagere ontvangsten in het kader van het Innovatiekrediet gecompenseerd.

  • Daarnaast heeft de Minister van VWS besloten om € 6 mln in 2017 beschikbaar te stellen voor een fonds dat investeringen kan doen in eHealth ondernemingen om impactvolle toepassingen op te schalen (zie toelichting onder de verplichtingen).

  • Ten slotte is een bedrag van € 48,4 mln doorgeschoven naar latere jaren naar aanleiding van het aanpassen aan de actuele uitgavenverwachtingen met betrekking tot diverse instrumenten, waaronder Innovatiekrediet, Vroegefasefinanciering, Seed-regeling, Dutch Venture Initiative, Startups/MKB en Co-investment venture capital instrument/EIF.

Toelichting op de ontvangsten

Van de NOM is in 2017 € 2 mln dividend ontvangen. Daarnaast zijn bij Voorjaarsnota 2017 de nog niet geraamde ontvangsten in de kader van DVI I (business angels) en DVI II meerjarig geraamd.

Toelichting ijklijn gasbaten

Het Toekomstfonds wordt mede gevoed met eventuele meevallers uit de aardgasbaten. Er is sprake van meevallers wanneer de gerealiseerde aardgasbaten in een bepaald jaar hoger zijn dan de aardgasbaten zoals die voor dat betreffende jaar geraamd zijn in de Miljoenennota 2015. Deze raming wordt herijkt als er beleidsmatige aanpassingen van de gasproductie plaatsvinden (TK, 34 000 XIII, nr. 5).

In de jaren 2015 en 2016 is de oorspronkelijke raming herijkt als gevolg van diverse beleidsmatige aanpassingen van de gasproductie. De relevante ijklijn die van invloed is voor de bepaling van de voeding van het Toekomstfonds is vastgelegd en toegelicht in de EZ-begroting 2017 (pagina 70).

Op 18 april jl. heeft het kabinet de voorbereiding in gang gezet om het productieplafond voor de gaswinning in Groningen ingaande het eerstvolgende gasjaar – dat gaat lopen vanaf 1 oktober 2017 – met 10 procent te verlagen (TK, 33 529, nr. 331). Hierdoor vallen de aardgasbaten lager uit dan eerder bij de Miljoenennota 2017 werd verwacht. Deze beleidsmatige aanpassing van de gasproductie heeft effect op de ijklijn die van invloed is voor de bepaling van de voeding van het Toekomstfonds.

Naar aanleiding van de bovengenoemde wijziging bij Voorjaarsnota 2017 is er sprake van meevallers voor het Toekomstfonds wanneer de gerealiseerde gasbaten in een bepaald jaar hoger zijn dan de gasbaten zoals in onderstaande tabel is opgenomen (stand actuele ijklijn aardgasbaten Voorjaarsnota 2017).

Bedragen x € 1 mln
 

2016

2017

2018

2019

2020

2021

Ijklijn aardgasbaten Miljoenennota 2017

6.500

6.350

6.000

6.250

5.250

1.800

Bijstelling n.a.v. beleidsmatige aanpassingen (volume-effect) bij Voorjaarsnota 2017

 

– 50

– 250

– 300

– 300

– 250

Actuele ijklijn aardgasbaten Voorjaarsnota 2017

 

6.300

5.750

5.950

4.950

1.550

Deze actuele ijklijn wijkt af van de raming van de aardgasbaten op beleidsartikel 4 omdat voor het Toekomstfonds alleen de beleidsmatige aanpassingen van de gasproductie van toepassing zijn. Bij het vaststellen van de gasbatenraming op beleidsartikel 4 spelen onder andere de beursprijs van TTF-gas, de euro/dollar koers en de olieprijs een rol. Deze blijven bij de berekening van de ijklijn voor het Toekomstfonds buiten beschouwing.

Budgettaire gevolgen van beleid,

Beleidsartikel 4 Een doelmatige en duurzame energievoorziening

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3)=(1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5)=(3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

VERPLICHTINGEN

13.472.436

 

13.472.436

56.676

13.529.112

52.459

33.139

24.139

24.139

Waarvan garantieverplichtingen

66.600

 

66.600

 

66.600

       

UITGAVEN

1.902.455

 

1.902.455

22.754

1.925.209

3.024

3.024

3.024

3.024

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

83%

 

83%

 

86%

       
                   

Subsidies

1.663.412

 

1.663.412

7.774

1.671.186

– 3.225

– 3.225

– 3.225

– 3.225

Topsectoren Energie

                 

– tenderregeling Energie-innovatie

33.088

 

33.088

 

33.088

       

– SDE+projecten

48.600

 

48.600

 

48.600

       

Energie-innovatie (IA)

2.368

 

2.368

 

2.368

       

Green Deal

3.000

 

3.000

– 424

2.576

       

Energieakkoord

                 

– Demonstratie-regeling Energie Innovatie (DEI)

41.000

 

41.000

 

41.000

       

– Projecten Energieakkoord SER

4.089

 

4.089

– 500

3.589

10.000

     

MEP

187.847

 

187.847

 

187.847

       

SDE

613.605

 

613.605

3.780

617.385

– 10.000

     

SDE+

653.197

 

653.197

– 85.809

567.388

– 3.225

– 3.225

– 3.225

– 3.225

ISDE-regeling

     

77.800

77.800

       

Compensatie Energie-intensieve bedrijven (ETS)

61.045

 

61.045

6.227

67.272

       

CCS

4.362

 

4.362

 

4.362

       

Regeling Sportaccommodaties

     

6.200

6.200

       

Hoge Flux Reactor

8.111

 

8.111

 

8.111

       

Elektrisch rijden

     

500

500

       

Caribisch Nederland

3.100

 

3.100

 

3.100

       

Overige subsidies

                 
                   

Garanties

2.500

 

2.500

2.525

5.025

       

Storting in begrotingsreserve Aardwarmte

2.500

 

2.500

 

2.500

       

Verliesdeclaraties Aardwarmte

     

2.525

2.525

       
                   

Opdrachten

14.537

 

14.537

7.619

22.156

2.500

2.500

2.500

2.500

O&O bodembeheer

7.806

 

7.806

4.500

12.306

– 500

– 500

– 500

– 500

Joint implementation

410

 

410

210

620

       

Straling

46

 

46

– 46

 

– 46

– 46

– 46

– 46

Pallas

4.011

 

4.011

 

4.011

       

Onderzoek en opdrachten

2.264

 

2.264

2.955

5.219

3.046

3.046

3.046

3.046

                   

Bijdragen aan agentschappen

44.819

 

44.819

5.515

50.334

4.165

4.165

4.165

4.165

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

43.099

 

43.099

5.515

48.614

4.165

4.165

4.165

4.165

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

690

 

690

 

690

       

KNMI

1.030

 

1.030

 

1.030

       
                   

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

115.594

 

115.594

 

115.594

       

Doorsluis COVA heffing

111.000

 

111.000

 

111.000

       

TNO Bodembeheer

4.594

 

4.594

 

4.594

       
                   

Bijdragen aan mede-overheden

28.000

 

28.000

– 440

27.560

– 440

– 440

– 440

– 440

Uitkoop regeling

28.000

 

28.000

– 440

27.560

– 440

– 440

– 440

– 440

                   

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

33.593

 

33.593

– 239

33.354

24

24

24

24

ECN/NRG

32.236

 

32.236

200

32.436

       

Diverse instituten

1.357

 

1.357

– 439

918

24

24

24

24

                   

ONTVANGSTEN

3.426.661

 

3.426.661

– 244.275

3.182.386

– 247.000

– 347.000

– 347.000

– 347.000

COVA

111.000

 

111.000

 

111.000

       

Opbrengst heffing ODE (SDE+)

678.000

 

678.000

 

678.000

       

Onttrekking begrotingsreserve duurzame energie

77.000

 

77.000

 

77.000

       

Aardgasbaten

2.550.000

 

2.550.000

– 250.000

2.300.000

– 250.000

– 350.000

– 350.000

– 350.000

Ontvangsten zoutwinning

2.511

 

2.511

 

2.511

       

Diverse ontvangsten

8.150

 

8.150

5.725

13.875

3.000

3.000

3.000

3.000

Toelichting op de verplichtingen

De hogere verplichtingenramingen zijn met name het gevolg van het in overeenstemming brengen van de voor de tenderregeling innovatie beschikbare verplichtingenbudgetten met de voor deze regeling beschikbare kasmiddelen. Tevens is voor 2017 verplichtingenbudget toegevoegd door de overheveling van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) van de middelen voor de subsidieregeling Energiebesparende maatregelen en Duurzame Energie in de sport.

Toelichting op de uitgaven

Subsidies

SDE+

De verlaging van de uitgaven is met name het gevolg van de openstelling van de regeling Investeringssubsidie Duurzame Energie (ISDE) waarvoor in 2017 € 77,8 mln nodig is. Daarnaast is voor de jaren 2017 en verder budget overgeboekt naar het agentschap RVO.nl ter dekking van uitvoeringskosten van de SDE+ en de ISDE. Het budget voor 2018 is met € 10 mln extra verlaagd ter dekking van de kosten die in 2018 gemoeid zijn met de uitvoering van het Energieakkoord.

Investering Subsidie Duurzame Energie (ISDE)

Voor een toelichting wordt verwezen naar het daarover gestelde bij de SDE+.

Compensatie Energie-intensieve bedrijven (ETS)

De in 2016 onbestede begrotingsmiddelen zijn op basis van afspraken met het Ministerie van Financiën toegevoegd aan het voor 2017 beschikbare budget.

Regeling Sportaccommodaties

Het Ministerie van VWS hevelt de voor de subsidieregeling Energiebesparende maatregelen en Duurzame Energie in de sport benodigde middelen over naar het Ministerie van EZ.

Garanties

Ter dekking van de verwachte verliesdeclaraties op basis van de garantieregeling aardwarmte wordt het budget opgehoogd met € 2,5 mln. Dit bedrag wordt onttrokken aan de middelen van de begrotingsreserve aardwarmte (zie hieronder).

Opdrachten

O&O Bodembeheer

Ten behoeve van de financiering van het met de regio overeengekomen maatregelenpakket naar aanleiding van de na-ijlende effecten van de steenkolenwinning in Limburg wordt het budget opgehoogd (zie brief van 15 december 2016; TK, 32 849, nr. 97).

Onderzoek en opdrachten

Voor uitgaven op het gebied van projecten op grond van de Rijkscoördinatieregeling (RCR) wordt het budget vanaf 2017 met € 2 mln opgehoogd. Het budget voor planschade-uitkeringen wordt (eveneens vanaf 2017) met € 1 mln opgehoogd. Omdat deze uitgaven verhaald worden op initiatiefnemers van energieprojecten, vindt een evengrote verhoging van de ontvangsten plaats.

Bijdragen aan agentschappen

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

Ten behoeve van de uitvoeringskosten van de SDE+, ISDE, Hernieuwbare Energie Regeling en het loket Mijnbouwschade wordt het uitvoeringsbudget vanaf 2017 structureel opgehoogd. Daarnaast wordt het budget 2017 verhoogd voor de uitvoeringskosten van de subsidieregeling Energiebesparende maatregelen en Duurzame Energie. Dit laatste budget wordt overgeheveld vanuit de begroting van het Ministerie van VWS.

Toelichting op de ontvangsten

Aardgasbaten

Het kabinet heeft op 18 april jl. de voorbereiding in gang gezet om het productieplafond voor de gaswinning in Groningen met ingang van het eerstvolgende gasjaar – dat gaat lopen vanaf 1 oktober 2017 – met 10 procent te verlagen (TK, 33 529, nr. 331). Hierdoor vallen de aardgasbaten lager uit dan bij de Miljoenennota 2017 werd verwacht. In de Miljoenennota 2017 werd gerekend met een TTF-gasprijs van circa € 0,17 per m³. Op basis van de huidige prijsontwikkeling wordt rekening gehouden met een lichte daling van de gasprijs (€ 0,16 per m³). Het effect hiervan op de aardgasbaten is zeer beperkt.

Toelichting op de begrotingsreserves

Begrotingsreserve Aardwarmte

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

21.741

+ Geraamde storting

2.500

– Geraamde onttrekking

– 2.525

Stand (raming) per 31/12/2017

21.716

De begrotingsreserve voor de garantieregeling Aardwarmte is bedoeld om het budget voor het mogelijk uitbetalen van verliesdeclaraties meerjarig in te kunnen zetten en een eventuele mismatch in de tijd tussen inkomsten (premies) en uitgaven (verliesdeclaraties) op te vangen. Om gebruik te kunnen maken van de garantieregeling Aardwarmte betalen marktpartijen een kostendekkende premie aan de uitvoerder van de regeling (RVO.nl) die wordt gestort in de begrotingsreserve. De uit te betalen verliesdeclaraties worden onttrokken aan de reserve.

Begrotingsreserve Duurzame energie

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

1.473.847

+ Geraamde storting

309.735

– Geraamde onttrekking

– 77.000

Stand (raming) per 31/12/2017

1.706.582

De begrotingsreserve voor duurzame energie is bestemd voor onbesteed gebleven middelen als gevolg van vertraging bij of het niet doorgaan van projecten waaraan subsidie is toegekend op basis van de MEP, de SDE, de SDE+ of de ISDE. Via de reserve blijven deze middelen ook in de toekomst beschikbaar voor het stimuleren van hernieuwbare energieproductie. In 2017 zal naar verwachting zo’n € 309 mln onbenutte (kas)middelen in de begrotingsreserve gestort worden. De verwachte onttrekking van € 77 mln betreft de tranche 2017 van de tijdelijke onttrekking aan de begrotingsreserve die bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2015 aan de orde is geweest (zie hiervoor onder meer het antwoord op vraag 5 en 6 in TK, 34 210 XIII, nr. 4, blz. 5 – 7).

Begrotingsreserve ECN verstrekte leningen

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

6.600

+ Geraamde storting

0

– Geraamde onttrekking

0

Stand (raming) per 31/12/2017

6.600

De middelen in de begrotingsreserve risicopremie ECN/NRG zullen worden aangesproken als ECN – al dan niet tijdelijk – (gedeeltelijk) niet kan voldoen aan de terugbetalingsverplichtingen volgens de afgesloten leningsovereenkomst.

Budgettaire gevolgen van beleid,

Beleidsartikel 5 Meerjarenprogramma Nationaal Coördinator Groningen

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3)=(1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5)=(3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

VERPLICHTINGEN

77.600

200

77.800

8.560

86.360

12.000

7.000

7.000

7.000

UITGAVEN

77.600

200

77.800

8.560

86.360

12.000

7.000

7.000

7.000

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

0%

 

0%

 

73%

       
                   

Subsidies

64.000

 

64.000

3.301

67.301

12.000

7.000

7.000

7.000

Verduurzamingsopgave uit aardgasbaten

50.000

 

50.000

2.350

52.350

10.000

10.000

10.000

10.000

Verduurzamingsopgave overig (kader relevante uitgaven)

6.000

 

6.000

– 49

5.951

       

Instrumentarium woningmarkt

5.000

 

5.000

4.000

9.000

5.000

     

Scholenprogramma (kaderrelevante uitgaven)

3.000

 

3.000

– 3.000

0

– 3.000

– 3.000

– 3.000

– 3.000

                   

Opdrachten

13.600

200

13.800

5.210

19.010

       

Onderzoek en compensatie gemeenten en provincie

7.000

 

7.000

– 468

6.532

       

Werkbudget

6.600

200

6.800

5.678

12.478

       
                   

Bijdragen aan agentschappen

     

49

49

       

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

     

49

49

       

Toelichting op de verplichtingen

Voor een toelichting op de verplichtingen wordt verwezen naar de toelichting op de uitgaven.

Toelichting op de uitgaven

Subsidies

Verduurzamingsopgave uit aardgasbaten

De verhoging van de uitgaven wordt met name veroorzaakt doordat de niet benutte middelen in 2016 worden toegevoegd aan het budget voor 2017 (€ 57,4 mln). Daarnaast worden door middel van een herschikking van het kasritme de begrotingsstanden in overeenstemming gebracht met het te verwachten uitgavenpatroon.

Verduurzamingsopgave overig (kaderrelevante uitgaven)

De in 2016 niet benutte € 18,5 mln ten behoeve van het verduurzamen van woningen bij versterking zal bij ontwerpbegroting 2018 weer toegevoegd worden op basis van het te verwachten uitgavenpatroon in de komende jaren.

Instrumentarium woningmarkt

De verhoging van de uitgaven wordt met name veroorzaakt doordat de niet benutte middelen in 2016 worden toegevoegd aan het budget voor 2017 (€ 9,0 mln). Daarnaast worden door middel van een herschikking van het kasritme de begrotingsstanden in overeenstemming gebracht met het te verwachten uitgavenpatroon.

Scholenprogramma (kaderrelevante uitgaven)

Als gevolg van de gaswinning uit het Groningenveld moeten scholen aardbevingsbestendig gemaakt worden. Daarnaast is het gewenst dat in combinatie met dit aardbevingsbestendig maken tevens maatregelen genomen worden die bijdragen aan de toekomstbestendigheid van de onderwijshuisvesting in de regio. Er is een scholenprogramma gaswinningsgebied opgezet dat zich richt op het binnen vijf jaar aardbevings- en toekomstbestendig maken van 101 schoolgebouwen in de deelnemende 9 gemeenten in de provincie Groningen die te kampen hebben met de gevolgen van door gaswinning geïnduceerde aardbevingen.

In het kader hiervan is € 3 mln (de meerjarige vertaling van de bijdrage van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in het scholenprogramma) overgemaakt naar het Ministerie van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties om opgenomen te worden in het Gemeentefonds. Deze middelen komen via deze weg als decentrale uitkering beschikbaar aan de in het scholenprogramma deelnemende gemeenten.

Opdrachten

Werkbudget

Aan het werkbudget worden de in 2016 niet bestede middelen toegevoegd aan het budget 2017.

Budgettaire gevolgen van beleid,

Beleidsartikel 6 Concurrerende, duurzame, veilige agro-, visserij- en voedselketens

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3)=(1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5)=(3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

VERPLICHTINGEN

650.823

0

650.823

23.690

674.513

9.058

2.555

1.174

2.074

Waarvan garantieverplichtingen

120.000

 

120.000

 

120.000

       

UITGAVEN

538.382

0

538.382

24.442

562.824

9.072

2.520

1.244

2.074

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

95%

 

95%

 

96%

       
                   

Subsidies

24.674

7.000

31.674

15.013

46.687

– 300

0

0

0

Duurzame veehouderij

3.181

7.000

10.181

16.000

26.181

       

Bedrijfsbeëindiging melkveehouderij

(Stoppersregeling)

     

23.000

23.000

       

Maatregelen fosfaatreductie pakket

 

7.000

7.000

– 7.000

0

       

Investeringsregeling duurzame stallen

40

 

40

 

40

       

Regeling fijnstofmaatregelen

2.014

 

2.014

 

2.014

       

Overig

1.127

 

1.127

 

1.127

       

Plantaardige productie

7.937

 

7.937

180

8.117

       

Energie-efficiency en hernieuwbare energie glastuinbouw (EHG)

7.100

 

7.100

– 1.000

6.100

       

Marktintroductie energie innovaties (MEI)

789

 

789

1.000

1.789

       

Overig

48

 

48

180

228

       

Visserij

7.360

 

7.360

– 390

6.970

– 300

     

Regelingen onder het nieuwe EFMZV

7.360

 

7.360

– 390

6.970

– 300

     

Overige (uitfinanciering regelingen onder EVF)

                 

Agrarisch ondernemerschap

5.324

 

5.324

0

5.324

       

Brede weersverzekering

5.324

 

5.324

 

5.324

       

Investeringsregeling Jonge Agrariërs

                 

Overig

                 

Kennisontwikkeling en (agrarische) innovatie

872

 

872

– 777

95

       

Overig (onder meer tegemoetkoming Vamil

872

 

872

– 777

95

       

Apurement

                 

Regeling apurement

                 

Begrotingsreserves

                 

Begrotingsreserve landbouw

                 

Begrotingsreserve apurement

                 
                   

Garanties

5.515

– 3.000

2.515

600

3.115

1.125

1.125

0

0

Bijdrage begrotingsreserve Borgstellingsfaciliteit

3.008

– 3.000

8

7

15

7

1.607

1.607

1.607

Verliesdeclaraties Borgstellingsfaciliteit

2.500

 

2.500

600

3.100

1.125

1.125

0

0

Garantstelling Marktintroductie Innovaties (GMI)

7

 

7

– 7

0

– 7

– 1.607

– 1.607

– 1.607

                   

Opdrachten

111.866

 

111.866

– 8.639

103.227

– 1.966

– 1.315

– 1.196

– 294

Duurzame veehouderij

2.866

 

2.866

364

3.230

– 581

– 24

– 24

– 24

Mestbeleid

2.292

 

2.292

– 464

1.828

209

– 231

79

0

Plantaardige productie

2.306

 

2.306

– 275

2.031

– 15

0

0

0

Plantgezondheid

1.980

 

1.980

– 24

1.956

– 24

– 24

– 24

– 24

Diergezondheid en dierenwelzijn

5.654

 

5.654

– 944

4.710

– 548

– 338

– 222

– 222

Voedselagenda

20.000

 

20.000

– 12.472

7.528

– 900

– 900

– 900

0

Voedselzekerheid en internationaal en Europees landbouwbeleid

3.635

 

3.635

– 1.268

2.367

– 24

– 24

– 24

– 24

Visserij

1.029

 

1.029

– 120

909

       

Agrarisch ondernemerschap

2.398

 

2.398

45

2.443

       

Kennisontwikkeling en (agrarische) innovatie

69.706

 

69.706

6.519

76.225

– 83

226

– 81

 
                   

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

82.125

– 4.000

78.125

345

78.470

100

96

96

96

Medebewind en overige voormalige publieke PBO-taken

4.903

– 4.000

903

0

903

       

Wageningen Research kennisbasis

13.458

 

13.458

 

13.458

       

Wageningen Research wettelijke taken

62.060

 

62.060

967

63.027

96

96

96

96

Zon-MW (dierproeven)

0

 

0

4

4

4

     

College Toelating Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden

978

 

978

100

1.078

       

Centrale Commissie Dierproeven

726

 

726

– 726

0

       
                   

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

9.863

 

9.863

222

10.085

222

222

222

222

Diergezondheidsfonds

9.863

 

9.863

222

10.085

222

222

222

222

                   

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

9.378

 

9.378

689

10.067

446

662

662

662

FAO en overige contributies

9.378

 

9.378

689

10.067

446

662

662

662

                   

Bijdragen aan agentschappen

294.961

 

294.961

16.212

311.173

9.445

1.730

1.460

1.388

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

154.810

 

154.810

– 4.025

150.785

6.600

0

0

0

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

127.233

 

127.233

19.657

146.890

2.635

1.658

1.388

1.388

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu

5.620

 

5.620

580

6.200

210

72

72

0

Rijksrederij

7.298

 

7.298

0

7.298

       
                   

ONTVANGSTEN

57.398

 

57.398

17.613

75.011

1.125

1.125

0

0

Mestbeleid

7.209

 

7.209

 

7.209

       

Diergezondheid en dierenwelzijn

500

 

500

790

1.290

       

Voedselzekerheid en internationaal en Europees landbouwbeleid

15.926

 

15.926

 

15.926

       

Visserij

6.993

 

6.993

 

6.993

       

Agrarisch ondernemerschap

245

 

245

17.000

17.245

       

Kennisontwikkeling en (agrarische) innovatie

12.062

 

12.062

 

12.062

       

Garanties (provisies Borgstellingsfaciliteit)

1.800

 

1.800

600

2.400

1.125

1.125

   

Begrotingsreserves

12.663

 

12.663

– 777

11.886

       

Toelichting op de verplichtingen

De verplichtingen worden met € 23,7 mln verhoogd. Dit wordt met name veroorzaakt door de toevoeging van middelen van het bedrijfsleven aan de Subsidieregeling bedrijfsbeëindiging melkveehouderij.

Toelichting op de uitgaven

Subsides

Bedrijfsbeëindiging melkveehouderij

Het bedrijfsleven draagt conform afspraken bij aan de Subsidieregeling bedrijfsbeëindiging melkveehouderij (ook wel «Stoppersregeling» genoemd). Totaal is oorspronkelijk voor deze subsidieregeling € 50 mln aan uitgaven geraamd. Zie ook brief aan de Tweede Kamer (TK, 34 532, nr. 45). Omdat hier ook Europese middelen bij betrokken zijn, zijn niet alle uitgaven op de EZ begroting zichtbaar.

Een eerste bijdrage van het bedrijfsleven van € 17 mln is als ontvangst geboekt waarmee ook uitgaven worden gedaan. Deze € 17 mln is aangevuld met € 6 mln binnen de EZ begroting die reeds bij nota van wijziging (TK, 34 532, nr. 85) hiertoe was gereserveerd (totaal € 23 mln).

Maatregelen fosfaatreductiepakket

Van de € 7 mln die bij nota van wijziging was gereserveerd, wordt € 6 mln overgeheveld naar de Subsidieregeling bedrijfsbeëindiging en € 1 mln wordt overgeheveld Opdrachten/Duurzame Veehouderij. Deze € 1 mln wordt ingezet ten behoeve van uitvoeringskosten van de Producenten Organisatie Varkenshouderij (POV) voor het Actieplan vitalisering varkenshouderij als tegemoetkoming voor de bijdrage die de varkenshouderij levert aan het Fosfaatreductiepakket.

Opdrachten

Voedselagenda

Van het beschikbare budget voor de Voedselagenda (€ 20 mln) wordt totaal € 12,5 mln overgeheveld naar andere begrotingsonderdelen. Het gaat om de volgende begrotingsoverhevelingen:

  • € 4,6 mln voor de subsidieregeling «Duurzaam door/jong leren eten» door RVO.nl via het betreffende subsidie instrument «educatie» op artikel 7 (Groen onderwijs van hoge kwaliteit).

  • € 1,3 mln voor het project «Data en ICT-gedreven technologie voor een duurzaam voedselsysteem». Dit project wordt uitgevoerd binnen programmering Wageningen Research en de topsectoren Agri&Food (A&F) en Tuinbouw&Uitgangsmaterialen (T&U).

  • € 1,35 mln voor het project «Bestuivers en Groene gewasbescherming» dat wordt uitgevoerd binnen de programmering van Wageningen Research.

  • In 2017 wordt € 1,05 mln aangewend ten behoeve van het project nieuwe eiwitten dat wordt uitgevoerd binnen de programmering van Wageningen Research en Topsector A&F.

  • € 1,55 mln voor de doorontwikkeling van de aardappelveredelingstechniek dat wordt uitgevoerd binnen de programmering van Wageningen Research en topsectoren A&F en T&U.

  • Een meerjarige overboeking van € 0,9 mln naar VWS ten behoeve van het project «Gezonde School».

  • € 1,5 mln voor diverse projecten, zoals onderzoek uitgangsmaterialen topsector tuinbouw en transparantie in de voedselketen.

Kennisontwikkeling agrarische innovatie

Bij het onderdeel kennisontwikkeling worden onder meer voor de volgende projecten voor in totaal € 6,5 mln van de Voedselagenda uitgevoerd: project Data en ICT gedreven technologie voor een duurzaam voedselsysteem voor € 1,3 mln, bestuivers en groene gewasbescherming voor € 1,35 mln, nieuwe eiwitten voor € 1,05 mln, benutting topsector tuinbouw voor € 0,7 mln en doorontwikkeling van veredelingstechniek aardappelen voor € 1,55 mln.

Bijdrage aan agentschappen

Het budget voor de NVWA is verhoogd met de bijdrage van VWS voor de financiële dekking van de NVWA met € 3,8 mln in 2017 en € 6,6 mln in 2018 (TK, 33 835, nr 33). Daarnaast is een vrijgevallen budget van € 8 mln voor een NVWA opdracht 2017 overgeheveld naar het agentschapsbudget voor RVO.nl ter dekking van meerwerkopdrachten en het op orde brengen van het RVO.nl budget.

Het RVO.nl budget is verhoogd om het in overeenstemming te brengen met de opdracht voor 2017 en voorzien meerwerk voor onder andere het fosfaatdossier. De dekking komt met name uit het NVWA-budget (zie hierboven) en uit een verschuiving vanuit het RVO.nl budget op artikel 8 (Natuur en biodiversiteit).

Toelichting op de ontvangsten

Zie toelichting op de uitgaven. Het betreft hier met name de bijdrage (€ 17 mln) van het bedrijfsleven aan Subsidieregeling bedrijfsbeëindiging melkveehouderij.

Toelichting op de begrotingsreserves

Begrotingsreserve Visserij

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

18.656

+ Geraamde storting

0

– Geraamde onttrekking

0

Stand (raming) per 31/12/2017

18.656

Begrotingsreserve Landbouw

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

28.072

+ Geraamde storting

0

– Geraamde onttrekking

– 3.217

Stand (raming) per 31/12/2017

24.855

De onttrekking wordt gedaan om uitgaven voor verplichtingen die eerder zijn aangegaan, te kunnen doen. De grootste posten zijn uitgaven voor het landelijk meetnet mestbeleid en voor het aanhouden van een crisisorganisatie bij de Gezondheidsdienst voor Dieren, waardoor gekwalificeerd personeel aanwezig is bij verdenkingen van dierziekten.

Begrotingsreserve Borgstellingsfaciliteit

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

13.535

+ Geraamde storting

0

– Geraamde onttrekking

– 669

Stand (raming) per 31/12/2017

12.866

De onttrekking wordt gedaan voor de geraamde verliesdeclaraties.

Begrotingsreserve apurement

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

117.198

+ Geraamde storting

0

– Geraamde onttrekking

– 8.000

Stand (raming) per 31/12/2017

109.198

De op de begroting gereserveerde middelen voor de regeling apurement (voor eventuele correcties en boetes die worden opgelegd door de Europese Commissie) worden naar beneden bijgesteld, omdat de reserve naar huidige inzichten toereikend is.

Budgettaire gevolgen van beleid,

Beleidsartikel 7 Groen onderwijs van hoge kwaliteit

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3)=(1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5)=(3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

VERPLICHTINGEN

855.509

 

855.509

2.570

858.079

15

17

22

24

UITGAVEN

804.513

 

804.513

2.371

806.884

182

49

22

24

Waarvan juridisch verplicht

100%

 

100%

 

100%

       
                   

Garanties

                 

Schatkistbankieren

                 
                   

Bekostiging

776.346

 

776.346

– 1.817

774.529

30

30

30

30

WO-groen

185.670

 

185.670

32

185.702

30

30

30

30

HBO-groen

83.758

 

83.758

521

84.279

       

MBO-groen

163.098

 

163.098

 

163.098

       

Wachtgelden

14.404

 

14.404

 

14.404

       

VMBO-groen

327.046

 

327.046

 

327.046

       

Stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) voorheen Aequor

2.370

 

2.370

– 2.370

0

       
                   

Subsidies

26.692

 

26.692

4.188

30.880

152

19

– 8

– 6

Aanvullende onderwijssubsidies

25.303

 

25.303

– 412

24.891

152

19

– 8

– 6

Ontwikkeling en beheer natuurkwaliteit

1.322

 

1.322

 

1.322

       

Educatie

67

 

67

4.600

4.667

       
                   

Opdrachten

37

 

37

 

37

0

0

0

0

Kennisverspreidingsprojecten

37

 

37

 

37

       
                   

Bijdragen aan agentschappen

1.438

 

1.438

 

1.438

0

0

0

0

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

1.200

 

1.200

 

1.200

       

Bijdrage DUO

238

 

238

 

238

       

ONTVANGSTEN

75

 

75

 

75

0

0

0

0

Toelichting op de verplichtingen

De verhoging van de verplichtingen hangt grotendeels samen met de uitgavenmutaties.

Toelichting op de uitgaven

Bekostiging

Vanuit het onderdeel «bekostiging» wordt de bijdrage van € 1,8 mln voor de uitvoering van de wettelijke taken SBB (Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven) overgeheveld via de begroting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Subsidies

Vanuit artikel 6 onderdeel «Voedselagenda» wordt een bijdrage van € 4,6 mln voor het project «Duurzaam door/Jong leren eten» naar het onderdeel «subsidies» op artikel 7 overgeheveld. Dit deel van het programmabudget van de Voedselagenda wordt in 2017 besteed via het uitvoerend agentschap RVO.nl.

Toelichting op de begrotingsreserve schatkistbankieren

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2017

197

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2017

197

Budgettaire gevolgen van beleid,

Beleidsartikel 8 Natuur en biodiversiteit

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3)=(1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5)=(3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

VERPLICHTINGEN

124.509

 

124.509

– 14.558

109.951

– 3

– 3

– 3

– 3

UITGAVEN

125.645

 

125.645

– 14.568

111.077

– 187

– 3

– 3

– 3

Waarvan juridisch verplicht

84%

 

84%

 

84%

       
                   

Subsidies

3.399

 

3.399

0

3.399

0

0

0

0

Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit

1.805

 

1.805

 

1.805

       

Natuur en biodiversiteit op land

822

 

822

 

822

       

Beheer Kroondomein

772

 

772

 

772

       
                   

Leningen

29.745

 

29.745

– 2.000

27.745

       

Rente en aflossingen voor bestaande leningen (EHS & PNB)

29.745

 

29.745

– 2.000

27.745

       
                   

Opdrachten

25.208

 

25.208

– 1.749

23.459

– 271

– 87

– 87

– 87

Natuur en Biodiversiteit Grote wateren

9.674

 

9.674

– 1.833

7.841

– 1.093

– 1.093

– 1.093

– 1.093

Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit

8.044

 

8.044

– 115

7.929

366

500

500

500

Overige stelsel activiteiten

1.859

 

1.859

 

1.859

       

Internationale Samenwerking

3.785

 

3.785

– 758

3.027

– 244

– 194

– 194

– 194

Natuur en Biodiversiteit op land

1.351

 

1.351

957

2.308

700

700

700

700

Caribisch Nederland

495

 

495

 

495

       
                   

Bijdragen aan medeoverheden

7.621

 

7.621

– 6.100

1.521

0

0

0

0

Natuur en Biodiversiteit Grote Wateren

6.117

 

6.117

– 6.100

17

       

Caribisch Nederland

1.504

 

1.504

 

1.504

       
                   

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

25.446

 

25.446

0

25.446

0

0

0

0

Staatsbosbeheer

25.446

 

25.446

 

25.446

       
                   

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

1.081

 

1.081

221

1.302

84

84

84

84

Contributies

1.081

 

1.081

221

1.302

84

84

84

84

                   

Bijdragen aan agentschappen

33.145

 

33.145

– 4.940

28.205

0

0

0

0

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

23.638

 

23.638

– 4.940

18.698

       

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

9.507

 

9.507

 

9.507

       
                   

ONTVANGSTEN

69.282

 

69.282

1.600

70.882

0

0

0

0

Landinrichtingsrente

40.161

 

40.161

 

40.161

       

Verkoop gronden

25.000

 

25.000

 

25.000

       

Overige

4.121

 

4.121

1.600

5.721

       

Toelichting op de verplichtingen en de uitgaven

Leningen

De raming van het onderdeel «leningen» wordt verlaagd met € 2 mln. Door de lage rentestand hoeft voor lopende leningen die voor een nieuwe rentevaste periode worden overgesloten, minder rente betaald te worden.

Opdrachten

Het betreft hier een interne herschikking binnen het opdrachtenbudget van Agro en Natuur, overheveling van opdrachtenbudget naar andere departementen en een overheveling naar het Provinciefonds voor de inzet van het Agrarisch Natuur- en landschapsbeheer (ANLb).

Bijdragen aan medeoverheden

Het gereserveerde budget voor tegenvallers op het Westerscheldeproject (waaronder de Hedwigespolder) zal niet in 2017 benodigd zijn. Dit budget wordt ingezet voor de decentralisatie van het uitvoeringsbudget Agrarisch Natuur en Landschapsbeheer (ANLb) en voor de regeling kleine natuurbeheerders.

Bijdrage aan agentschappen

De verlaging van de bijdrage aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland heeft met name betrekking op de budgetoverheveling naar de Provincies voor de uitvoering van het Agrarisch Natuur- en landschapsbeheer en het Subsidiestelsel Natuur en Landschap.

Toelichting op de ontvangsten

De hogere «overige ontvangsten» zijn het gevolg van de afrekening van de opdracht van 2016 aan RVO.nl, omdat door vertraging in de uitvoering niet de volledige bijdrage is benut.

4. De niet-beleidsartikelen

Artikel 40 Apparaat

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3)=(1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5)=(3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

VERPLICHTINGEN

334.284

 

334.284

– 4.564

329.720

1.054

1.332

942

995

UITGAVEN

334.284

 

334.284

– 4.564

329.720

1.054

1.332

942

995

                   

Personele uitgaven

234.181

 

234.181

– 4.714

229.467

976

123

146

146

– waarvan eigen personeel

208.260

 

208.260

1.480

209.740

976

123

146

146

– waarvan externe inhuur

5.890

 

5.890

0

5.890

0

0

0

0

– waarvan overige personele uitgaven

20.031

 

20.031

– 6.194

13.837

0

0

0

0

Materiële uitgaven

100.103

 

100.103

150

100.253

78

1.209

796

849

– waarvan ICT1

7.065

 

7.065

0

7.065

       

– waarvan bijdrage aan SSO’s (exclusief DICTU)

30.494

 

30.494

0

30.494

       

– waarvan SSO DICTU

30.767

 

30.767

446

31.213

       

– waarvan overige materiële uitgaven

31.777

 

31.777

– 296

31.481

78

1.209

796

849

                   

ONTVANGSTEN

35.826

 

35.826

1.012

36.838

1.392

1.861

1.471

1.524

X Noot
1

Het totaal van de ICT-uitgaven van het kerndepartement en buitendiensten bestaan uit de ICT-uitgaven geraamd onder de post materiële uitgaven en de bijdrage aan de SSO DICTU.

Toelichting op de verplichtingen en uitgaven

Personele uitgaven

De mutaties bij het onderdeel «personele uitgaven» worden met name veroorzaakt door:

  • De negatieve eindejaarsmarge op apparaat door overschrijding van € 8,9 mln op de apparaatsuitgaven in 2016.

  • De teruggave van het aandeel van het surplus op het eigen vermogen van Shared Service Organisaties FM-Haaglanden en Rijksvastgoedbedrijf, totaal € 2,7 mln.

Toelichting op de ontvangsten

In 2016 is er door het kerndepartement op het materieel budget een kasschuif geboekt die met de NVWA verrekend moet worden. Het betreft de aflossing van de egalisatieschuld van de NVWA aan het Rijksvastgoedbedrijf. In de jaren 2017 tot en met 2024 worden deze kosten jaarlijks aan de NVWA doorberekend.

Artikel 41 Nominaal en Onvoorzien

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3)=(1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5)=(3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

VERPLICHTINGEN

0

0

0

94.811

94.811

59.263

58.689

58.350

58.028

UITGAVEN

0

0

0

94.811

94.811

59.263

58.689

58.350

58.028

                   

41.10 Prijsbijstelling

0

0

0

17.543

17.543

17.035

16.877

16.942

16.748

41.20 Loonbijstelling

0

0

0

43.363

43.363

42.228

41.812

41.408

41.280

41.30 Onvoorzien

0

0

0

33.905

33.905

0

0

0

0

41.40 Nog te verdelen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Toelichting

Loon- en prijsbijstelling

Bij Voorjaarsnota 2017 is de loon- en prijsbijstellingstranche 2017 uitgedeeld. De loonbijstelling betreft de vergoeding voor de stijging van de contractloonontwikkeling en de stijging van de sociale lasten voor de overheidswerkgevers. De prijsbijstelling betreft de verwerking van de stijging van de diverse prijsindexen. De loon- en prijsbijstellingtranche 2017 zal bij de eerst volgende begrotingsronde uitgedeeld worden aan de relevante loon- en prijsgevoelige onderdelen.

Onvoorzien

De verhoging van deze post met € 33,9 mln heeft betrekking op de uitkering van de eindejaarsmarge 2016 (€ 26,9 mln) voor de programma uitgaven en de gereserveerde middelen voor het opvangen van tegenvallers op de EZ-begroting (€ 7 mln). Deze middelen worden bij 2e suppletoire 2017 op de diverse artikelen ingezet voor problematiek.

5. De agentschappen

Dienst ICT Uitvoering (DICTU)

Exploitatieoverzicht baten-lastenagentschap DICTU

Suppletoire begroting 2017 (Eerste suppletoire begroting)

Bedragen x € 1.000

Omschrijving

(1)

Vastgestelde begroting

(2)

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting

(3)=(1)+(2)

Totaal geraamd

Baten

     

Omzet moederdepartement

189.000

25.836

214.836

Omzet overige departementen

40.000

– 9.259

30.741

Omzet derden

1.000

131

1.131

Rentebaten

     

Vrijval voorzieningen

     

Bijzondere baten

0

0

0

Totaal baten

230.000

16.708

246.708

       

Lasten

     

Apparaatskosten

211.900

13.872

225.772

– Personele kosten

124.000

10.359

134.359

Waarvan eigen personeel

60.000

13

60.013

Waarvan externe inhuur

4.000

– 3.020

980

Waarvan overige personele kosten

60.000

13.366

73.366

– Materiële kosten

87.900

3.513

91.413

Waarvan apparaat ICT

37.500

– 2.770

34.730

Waarvan bijdrage aan SSO's

15.100

– 1.000

14.100

Waarvan overige materiële kosten

35.300

7.283

42.583

Rentelasten

200

– 100

100

Afschrijvingskosten

16.900

3.136

20.036

– Materieel

8.000

3.376

11.376

Waarvan apparaat ICT

0

0

0

– Immaterieel

8.900

– 240

8.660

Overige lasten

1.000

– 200

800

– Dotaties voorzieningen

1.000

– 200

800

– Bijzondere lasten

0

0

0

Totaal lasten

230.000

16.708

246.708

       

Saldo van baten en lasten

0

0

0

Toelichting op de baten

De stijging van de omzet moederdepartement wordt veroorzaakt door een verwachte hogere omzet op infrabeheer, ontwikkelopdrachten, applicatiebeheer en werkplekservices. De verwachte stijging op infrabeheer (€ 10,6 mln) komt door een latere uitrol van de nieuwe Cloud infrastructuur dan gepland. Als gevolg hiervan moet langer gebruik worden gemaakt van de (duurdere) klassieke infrastructuur dan voorzien. De hogere verwachte omzet op ontwikkelopdrachten (€ 6,2 mln) komt door een hogere vraag naar ontwikkelopdrachten die ten tijde van de begroting nog niet was voorzien. De omzet op applicatiebeheer (€ 4,8 mln) valt hoger uit dan begroot door een hoger aantal te beheren applicatieservices door het moederdepartement. Tenslotte is er een verwachte hogere omzet op werkplekservices (€ 4,2 mln).

De daling van de omzet overige departementen wordt met name veroorzaakt door minder opdrachten van de grootste opdrachtgevers Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Inspectie van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ICT-ondersteuning van de bijzondere opsporingsdienst).

Toelichting op de lasten

De grootste stijging van de apparaatskosten (€ 13,9 mln) wordt veroorzaakt door een stijging van

de totale personele kosten (€ 10,4 mln). Binnen deze post is een daling zichtbaar van de verwachte externe inhuur (-€ 3,0 mln) en een stijging van de post overig personeel (€ 13,4 mln). De verwachte daling van de externe inhuur komt doordat DICTU in 2017 investeert in de eigen organisatie om daar kennis en vaardigheden te verankeren. De verwachte toename van de post overig personeel komt door de eerder toegelichte hogere vraag naar specifieke ICT-producten en diensten door opdrachtgevers. Om aan de (tijdelijke) hogere vraag naar ICT-dienstverlening te kunnen voldoen is het nodig om voor een deel van de werkzaamheden extra capaciteit en expertise uit de markt te halen, met name voor de implementatie van de nieuwe Cloud infrastructuur en Cloudwerkplek voor EZ.

De rentelasten vallen naar verwachting lager uit door de lage rente. De toename van de afschrijvingskosten (€ 3,1 mln) wordt veroorzaakt door gedane hogere investeringen in 2016.

Kasstroomoverzicht

Bedragen x € 1.000

 

Omschrijving

(1)

Vastgestelde begroting

(2)

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting

(3)=(1)+(2)

Stand 1e suppletoire begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2017

0

6.971

6.971

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

17.900

2.936

20.836

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

– 1.000

200

– 800

2.

Totaal operationele kasstroom

16.900

3.136

20.036

 

Totaal investeringen (-/-)

– 25.000

– 48.400

– 73.400

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

0

0

3.

Totaal investeringskasstroom

– 25.000

– 48.400

– 73.400

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

     
 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

     
 

Aflossingen op leningen (-/-)

– 16.900

– 3.136

– 20.036

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

25.000

48.400

73.400

4.

Totaal financieringskasstroom

8.100

45.264

53.364

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2017 (=1+2+3+4)

0

6.971

6.971

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl)

Exploitatieoverzicht baten-lastenagentschap RVO.nl

Suppletoire begroting 2017 (Eerste suppletoire begroting)

Bedragen x € 1.000

Omschrijving

(1)

Vastgestelde begroting

(2)

Mutaties (+ of –)1e suppletoire begroting

(3)=(1)+(2)

Totaal geraamd

Baten

     

Omzet moederdepartement

305.945

32.472

338.417

Omzet overige departementen

108.626

21.655

130.281

Omzet derden

27.369

 

27.369

Rentebaten

10

 

10

Vrijval voorzieningen

0

 

0

Bijzondere baten

0

3.493

3.493

Totaal baten

441.950

57.620

499.570

       

Lasten

     

Apparaatskosten

429.261

57.620

486.881

– Personele kosten

244.621

30.845

275.466

Waarvan eigen personeel

212.680

22.920

235.600

Waarvan externe inhuur

20.721

6.510

27.231

Waarvan overige personele kosten

11.220

1.415

12.635

– Materiële kosten

184.640

26.775

211.415

Waarvan bijdrage aan SSO's

92.948

8.051

100.999

Waarvan overige materiële kosten

91.692

18.724

110.416

Rentelasten

28

 

28

Afschrijvingskosten

12.661

 

12.661

– Materieel

2.360

 

2.360

– Immaterieel

10.301

 

10.301

Overige lasten

0

 

0

– Dotaties voorzieningen

0

 

0

– Bijzondere lasten

0

 

0

Totaal lasten

441.950

57.620

499.570

       

Saldo van baten en lasten

0

0

0

Toelichting op de baten

Omzet moederdepartement

De begrote omzet bij de ontwerpbegroting is gebaseerd op de eerste prognoses van het opdrachtenpakket voor 2017. De begroting wordt nu aangepast aan de definitieve opdrachtverlening 2017. Daarnaast is sprake van nieuwe of meerwerk opdrachten.

  • De omzet DG Agro & Natuur (A&N) is met € 12,6 mln verhoogd. Dit betreft een aanvullende bijdrage voor de reguliere opdrachten waaronder de vleeskalverregeling (€ 0,5 mln) en uitbreiding van budgetten voor technische bijstand (€ 1,2 mln) en voor nieuwe opdrachten zoals de uitvoering van het fosfaatreductieplan (€ 5,3 mln), waarvoor bij 2e suppletoire begroting naar verwachting eveneens extra middelen zullen worden geraamd.

  • De omzet DG Bedrijfsleven & Innovatie (B&I) stijgt met € 8,1 mln voor de uitvoering van diverse programma’s, zoals het Ondernemersplein, Berichtenbox voor Bedrijven, eIDAS (electronische Identificatie en Vertrouwensdiensten), Startup Delta, Nationale Iconen, de Hannover Messe en het Investor Relations Programma. Daarnaast is een bedrag van € 4,5 mln geraamd ter dekking van de transitiekosten voor de oprichting van de Nederlandse financierings- en ontwikkelingsinstelling Invest NL.

  • Aan de omzet van DG A&N en B&I is voorts € 4,2 mln toegevoegd aan HGIS-middelen ten behoeve van de buitenlandposten van RVO.nl. Het betreft compensatie voor de Brexit, fiscalisering, pensioenen en dollarkoers (€ 3,5 mln) en loon- en prijsbijstelling (€ 0,7 mln).

  • De omzet DG ETM neemt toe met € 6,6 mln in verband met de uitvoering van projecten in het kader van de Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+) (€ 4,2 mln) en diverse andere regelingen (€ 1,4 mln). Daarnaast is voor de opdracht PIANOo/TenderNed € 1 mln toegevoegd.

  • De omzet moederdepartement is verder gecorrigeerd voor een bedrag van € 3,5 mln ten gunste van de bijzondere baten. Zie voorts de toelichting onder Bijzondere baten.

Omzet overige departementen

Ook de omzet overige departementen is in lijn gebracht met de definitieve opdrachtverlening 2017 aan RVO.nl. Zo stijgt de opdracht van BZK met € 3 mln. Dat wordt onder meer veroorzaakt door verstrekking van de opdracht Politieke Prioriteiten (€ 1,9 mln) voor ondersteuning en uitvoering op een groot aantal onderwerpen als de agenda innovatie in de bouw, transitie circulaire bouw en verkenning energiebesparingspotentieel utiliteitsbouw.

Aan de opdracht van BuZa is € 19 mln toegevoegd voor de uitbreiding van nieuwe opdrachten, waarvan € 14 mln op het domein van Buitenlandse Economische Betrekkingen (BEB). Dit betreft onder meer de uitvoering van taken uit hoofde van de Brexit, de wereldtentoonstelling in Astana, Online Dienstverlening, publiek private samenwerking werkplaatsen, missies, het klantbeleid, het Dutch Trade and Investment Fund (DTIF) en de Subsidieregeling voor demonstratieprojecten, haalbaarheidsstudies en investeringsvoorbereidingsstudies (DHI).

Bijzondere baten

Door het nieuwe Rijkshuisvestingstelsel (vaste prijs per m2) zijn de huisvestingskosten van RVO.nl sinds 2016 gestegen. Evenals in 2016 ontvangt RVO.nl voor de gestegen kosten een compensatie van het Rijksvastgoedbedrijf (€ 3,5 mln).

Toelichting op de lasten

De hogere lasten van € 57,6 mln betreffen de uitvoeringskosten van de hierboven genoemde (toegevoegde) taken. De uitvoeringskosten bestaan uit personele- en materiële kosten. De personele kosten vallen uiteen in ambtelijke loonkosten en kosten van inhuur van externen. Met name de uitbreiding van werkzaamheden wordt door RVO.nl uitgevoerd met extern personeel.

De stijging van de materiële kosten betreft zowel de directe als de indirecte materiële kosten. De directe materiële kosten houden rechtstreeks verband met de uitvoering van de opdrachten. De indirecte materiële kosten betreffen met name de huisvestings- en ICT kosten voor een bedrag van € 8 mln.

Kasstroomoverzicht

Bedragen x € 1.000

 

Omschrijving

(1)

Vastgestelde begroting

(2)

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting

(3)=(1)+(2)

Stand

1e suppletoire begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2017

47.946

– 16.251

31.695

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

27.661

 

27.661

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

– 23.000

 

– 23.000

2.

Totaal operationele kasstroom

4.661

 

4.661

 

Totaal investeringen (-/-)

– 10.000

– 4.200

– 14.200

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

     

3.

Totaal investeringskasstroom

– 10.000

– 4.200

– 14.200

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

     
 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

     
 

Aflossingen op leningen (-/-)

– 3.700

1.917

– 1.783

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

10.000

9.300

19.300

4.

Totaal financieringskasstroom

6.300

11.217

17.517

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2017 (=1+2+3+4)

48.907

– 9.234

39.673

Het saldo rekening-courant is aangepast naar de realisatiestand per 1-1-2017.

Het beroep op de leenfaciliteit is verhoogd in verband met verwacht hogere investeringen (€ 4,2 mln) en herfinanciering van immateriële vaste activa (€ 5,1 mln).

6. Het Diergezondheidsfonds (DGF)

(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Mutaties via NvW, ISB, motie en amendementen

(2)

Stand vastgestelde begroting 2017

(3=1+2)

Mutaties 1e suppletoire begroting

(4)

Stand 1e suppletoire begroting

(5=3+4)

Mutatie 2018

Mutatie 2019

Mutatie 2020

Mutatie 2021

01 Bewaking en bestrijding van dierziekten en voorkomen en verminderen van welzijnsproblemen

                 
                   

Verplichtingen

32.550

 

32.550

11.696

44.246

       

Uitgaven

32.550

 

32.550

11.696

44.246

       

waarvan juridisch verplicht

73%

 

73%

 

73%

       

Beginsaldo

                 

Programma-uitgaven

32.550

 

32.550

11.696

44.246

       
                   

Opdrachten

32.550

 

32.550

11.696

44.246

       

1. Bewaking van dierziekten

18.314

 

18.314

0

18.314

       

2. Bestrijding van dierziekten

13.046

 

13.046

11.696

24.742

       

3. Voorkomen en verminderen van welzijnsproblemen

                 

4.Overig

1.190

 

1.190

0

1.190

       
                   

Ontvangsten

32.550

 

32.550

11.696

44.246

       

Ontvangsten van EZ

                 

Ontvangsten van EU m.b.t. salmonella bewaking en bestrijding

9.863

 

9.863

 

9.863

       

Ontvangsten van sector

(bewaking)

2.750

 

2.750

 

2.750

       

Ontvangsten van sector

(bestrijding)

11.102

 

11.102

 

11.102

       

Ontvangsten bestrijding

8.835

 

8.835

11.696

20.531

       

Toelichting

In 2016 is op de DGF-begroting een positief eindsaldo ontstaan van € 11,7 mln. Dit bedrag wordt in 2017 conform de gebruikelijke systematiek toegevoegd aan het uitgaven en ontvangsten instrument «bestrijding van dierziekten».

Naar boven