29 683 Dierziektebeleid

Nr. 145 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 maart 2013

Hierbij zend ik u, mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, op verzoek van de vaste commissie voor Economische Zaken van 6 februari jl., informatie ter voorbereiding van een debat over Q-koorts.

Deze brief is aanvullend op de brief omtrent de Q-koorts en alle communicatie tussen de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) en de betrokken ministers, die u separaat wordt toegezonden. De commissie verzoekt op onderstaande punten in te gaan. Deze zullen puntsgewijze worden behandeld;

• de uitvoering van de motie Van Gerven c.s. over een andere opzet voor de Gezondheidsdienst voor Dieren (Kamerstuk 29 683, nr. 129) en daarbij in het bijzonder in te gaan op de taken met betrekking tot diergezondheidsmonitoring, de wettelijke dierziektenprogramma’s en de ondersteuning bij verdenking en uitbraak;

• de roep om een schadefonds voor Q-koortspatiënten en de hierom gestarte rechtszaak;

• de vraag waarom de adressen van de geitenhouders, die nog altijd hun dieren niet gevaccineerd hadden tegen Q-koorts, niet openbaar gemaakt worden.

Motie Van Gerven c.s. over de Gezondheidsdienst voor Dieren

Naar aanleiding van het Algemeen Overleg over «dierziekten en antibiotica in de veehouderij» van 5 juli 2012 is de motie Van Gerven aangenomen, die de regering verzoekt «een einde te maken aan de huidige opzet waarin de private Gezondheidsdienst voor Dieren overheidstaken uitvoert en verzoekt de regering, deze taken terug te nemen van de Gezondheidsdienst voor Dieren, dan wel een overheidsdienst te maken van de Gezondheidsdienst voor Dieren» (29 683, nr. 129). Ik heb u over de uitvoering van deze motie geïnformeerd met mijn brief van 20 december 2012 (29 683, nr. 144). In deze brief heb ik aangegeven dat ik overheidstaken op het terrein van registratie terugneem van de GD, dat de taak van het laboratoriumonderzoek geborgd wordt door de bestaande wettelijke kaders en dat ik in aanvulling daarop een evaluatie wil doen van de basismonitoring van dierziekten. Deze basismonitoring, die als doel heeft opkomende dierziekten en zoönosen op te sporen, is de grootste niet-wettelijke taak die de GD uitvoert. Dit instrument is belangrijk voor de veterinaire veiligheid van Nederland.

De bij de GD belegde overheidstaken op het terrein van de registratie van varkens (I&R varkens) en de registratie van unieke bedrijfsnummers van bedrijven gericht op de handel, opvang en fokken van honden en katten worden op korte termijn teruggenomen.

De kwaliteit van het bij de GD belegde laboratoriumonderzoek naar de aanwezigheid van besmettelijke dierziekten is geborgd door EU regelgeving¹ en nationale regelgeving². De tijdige herkenning van een besmettelijke dierziekte is geborgd doordat laboratoria, zoals de GD, positieve testuitslagen direct aan de NVWA moeten melden. Ik zie daarom, zoals reeds gemeld in mijn brief van 20 december jl., geen aanleiding om deze taken terug te nemen.

Ik zal de taken van de GD tevens nader bezien in het kader van de opheffing van de PBO's aangezien de productschappen ook opdrachtgever zijn van de GD.

Schadefonds voor Q-koortspatiënten en rechtszaak

Het vorige kabinet stelde € 10 miljoen ter beschikking aan een onafhankelijke stichting die Q-koortspatiënten ondersteunt met bijvoorbeeld advies, begeleiding en onderzoek. De achtergrond en de stand van zaken is in de brieven aan de Tweede Kamer van 26 juni en 21 december 2012 toegelicht (28 286, respectievelijk de nrs. 569 en 610).

Bij mij is geen rechtszaak over het schadefonds voor Q-koortspatiënten bekend.

Openbaarmaking gegevens van geitenhouders

De Stichting Q-uestion, voor mensen met Q-koorts, heeft op 7 augustus 2012 een verzoek ingediend op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). De Stichting heeft gevraagd om openbaarmaking van namen en adressen van rechtspersonen en natuurlijke personen die in de NVWA-database per 1 augustus 2012 worden vermeld als zijnde niet te hebben voldaan aan de geldende vaccinatieplicht voor geitenhouders. Op de beslissing de gevraagde informatie niet openbaar te maken, is bezwaar ingediend door de Stichting Q-uestion.

Ik heb begrip voor het verzoek van de Stichting en ik wil – conform de Wet openbaarheid van bestuur – zo transparant mogelijk zijn over het handelen van de overheid. Daarbij dien ik echter op het gebied van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de voorkoming van onevenredige benadeling van personen en bedrijven de nodige zorgvuldigheid te betrachten. Die lijn heb ik ook toegelicht in het Algemeen Overleg over de NVWA op 30 januari 2013. Daarbij moeten meerdere factoren tegen elkaar worden afgewogen, waaronder ook het feit dat deze geitenhouders hun dieren, weliswaar te laat, alsnog hebben gevaccineerd.

Ik zal de definitieve beslissing op bezwaar binnen enkele weken nemen.

De staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

---

1 Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PbEU 2004, L 165)

2 Regeling erkenning en aanwijzing veterinaire laboratoria, van 16 februari 2006