24 587 Justitiële Inrichtingen

Nr. 688 HERDRUK1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 april 2017

Alle Justitiële Jeugdinrichtingen (JJI’s) zijn tussen 2012 en 2015 doorgelicht door de vijf Rijksinspecties2. Er zijn verschillende aspecten onderzocht, o.a. het leefklimaat, de veiligheid en de kwaliteit en deskundigheid van het personeel. De meeste JJI’s zijn overwegend positief of positief beoordeeld. Uiteraard is er nog ruimte voor verbetering. Daarvoor hebben de Inspecties concrete aanbevelingen gedaan. In veel gevallen zijn directies en medewerkers van de instellingen daar snel mee aan de slag gegaan.

Uw Kamer is reeds geïnformeerd over de volgende doorlichtingen3:

In deze beleidsreactie zal ik ingaan op de afsluitende brief van de Inspecties over alle doorlichtingen (deel A) die op 20 januari jl. aan Uw Kamer is verzonden. Vervolgens besteed ik aandacht aan de doorlichtingen van de drie overige JJI’s (deel B): JJI Lelystad, JJI Het Keerpunt en JJI De Hunnerberg4.

Deel A: Reactie op de afsluitende brief

Uit doorlichtingen van de JJI’s komt een overwegend positief beeld naar voren, met name op het gebied van het leefklimaat. Dat vind ik van groot belang.

Vooral op het gebied van personeelsinzet, het tijdig opstellen van perspectiefplannen en beveiliging en controles zit volgens de Inspecties nog ruimte voor verbetering. Hier wil ik graag ingaan op de verbeterpunten die voor alle JJI’s gelden en toelichten wat de aanpak zal zijn.

• Personeelsinzet en ziekteverzuim

De Inspecties constateren dat het ziekteverzuim onder groepsleiders te hoog is. Bezetting en ziekteverzuim zijn aan de orde geweest tijdens het AO Justitiële Jeugd 18 januari jl. (Kamerstuk 28 741, nr. 31). Hierin heb ik verwezen naar DJI in getal. Dit wordt in mei gepubliceerd met recente cijfers van bezetting. De Inspecties constateren dat het beleid met veel inspanning tot resultaat leidt, maar nog niet voldoende. In de praktijk lukt het de JJI’s desondanks nog steeds om uitval van activiteiten te voorkomen. De JJI’s hebben afspraken gemaakt over een meer flexibele personeelsinzet om pieken en dalen in de bezetting efficiënter binnen elke inrichting te kunnen opvangen.

• Activiteitenprogramma

De inrichtingen bieden weliswaar allemaal een activiteitenprogramma dat qua duur boven het wettelijk minimum ligt, maar de verdeling van de uren, de invulling en de uitvoering hiervan liet ten tijde van de inspectiebezoeken nog te wensen over. Lesuitval, het onttrekken van de jongeren aan de lessen voor andere activiteiten en het tekort aan een passend aanbod voor de doelgroep waren hierin belangrijke oorzaken. Alle JJI’s zijn intussen bezig met het verbeteren van het activiteitenprogramma. Bij de meeste JJI’s is de afstemming tussen de leef-afdeling, behandeling en onderwijs de afgelopen tijd flink verbeterd. Zo onderzoeken ze of gesprekken en therapieën buiten de onderwijsmomenten kunnen plaatsvinden. In 2015 zijn alle JJI’s en scholen in geslotenheid gestart met het invoeren van een doorlopend en geïntegreerd dagprogramma. Daarbij wordt ingezet op een programma van 8:00–20:00, minimaal 48 weken per jaar5.

• Omgangsmethodiek

Een gevolg van lagere bezetting op de groepen is dat in meerdere inrichtingen onderwijs werd gegeven aan de jongeren die langer dan drie maanden in de inrichting verblijven. Alle inrichtingen hanteren YOUTURN als behandeling.

De JJI’s werken aan een passender aanbod voor oudere jongeren.

Het huidige behandelaanbod en de interventies zijn onder de loep genomen. Meerdere JJI’s hebben een specifieke aanpak ontwikkeld voor adolescenten. Zo zijn er JJI-jongeren die zelf al kinderen hebben en die verantwoordelijk zijn voor hun opvoeding. Daarom zijn de ontwikkelprofielen ouderschap en opvoeding toegevoegd aan de basismethodiek YOUTURN. Bovendien zijn adolescenten vaak niet meer leerplichtig. Er wordt bekeken of andere vormen van arbeidstraining en arbeidstoeleiding passend zijn. Het gebruik van de YOUTURN-methodiek wordt bezien in het kader van het VIV-JJ traject (Verkenning Invulling Vrijheidsbeneming Justitiële Jeugd).

• Visiteren en kamercontroles

Er worden dagelijkse, periodieke en gerichte kamercontroles uitgevoerd. Als medewerkers vermoeden dat er contrabande aanwezig is, wordt ook de jongere gecontroleerd. De frequentie van het (stelselmatig) visiteren in een aantal inrichtingen staat op gespannen voet met de regelgeving. Naar aanleiding van de aanbevelingen van de Inspectie op dit punt is er een pilot gestart met steekproefsgewijze visitering. Op basis van de resultaten is een nieuwe circulaire opgesteld in lijn met de bevindingen van de Inspectie. Verder is de frequentie van kamercontroles in een aantal instellingen verhoogd. De JJI’s gaan bij de controles en het visiteren steeds meer uit van maatwerk.

• Perspectief op terugkeer

Ten aanzien van de perspectiefplannen constateerden de Inspecties dat het de JJI’s niet lukte om perspectiefplannen van jongeren tijdig vast te stellen en/of te bespreken met de jongeren en zijn ouders of verzorgers. Dit punt heb ik benoemd in de brief die ik in april 2015 naar uw Kamer heb gestuurd betreffende «matched care» aanpak jeugdige delinquenten (Kamerstukken 28 741 en 29 270, nr. 25). Screening en Diagnostiek is bovendien één van de bouwstenen van VIV-JJ. Hierin wordt specifiek bekeken hoe er snel een zo volledig mogelijk plan voor en met de jongere kan worden opgesteld, met input van verschillende betrokken instanties.

• Klachtafhandeling

De Inspecties hebben vastgesteld dat de afhandeling van een klacht regelmatig langer duurde dan de vier weken die hier voor staan. Naar aanleiding van een rapport van de Kinderombudsman over het klachtrecht in JJI’s uit maart 2016 hebben alle JJI’s verbeterplannen opgesteld voor de doorlooptijden van de klachtbehandeling. Tijdens het AO Justitiële Jeugd op 18 januari jl. (Kamerstuk 28 741, nr. 31) heb ik toegezegd uw Kamer eind dit jaar te informeren over de voortgang van deze verbeterplannen.

• Omgaan met agressie en geweld

De Inspecties hebben meerdere malen vastgesteld dat de training van medewerkers in het omgaan met agressie achterbleef bij de planning.

Sommige JJI’s beschikken over een eigen Intern Bijstandsteam (IBT). Andere JJI’s kunnen een beroep doen op het IBT (van DJI) van een nabijgelegen penitentiaire inrichting. Voor alle medewerkers van de Rijks JJI worden de fysieke en mentale weerbaarheids-trainingen en de fysieke vaardigheidstoets structureel aangeboden. Daarnaast wordt de-escalerend optreden apart aangeboden. De norm van 30 minuten die de Inspectie hanteert is geen harde norm maar een richtlijn. Als daar vanaf geweken wordt moet dat onderbouwd worden. Het bevoegd gezag in de instellingen heeft in een convenant onderling afspraken gemaakt over de gewenste opkomsttijd6.

Deel B: Reactie op bevindingen drie afzonderlijke JJI’s

De drie JJI’s die als laatste zijn doorgelicht (JJI Lelystad, JJI Het Keerpunt en JJI de Hunnerberg) worden hieronder besproken. Ik zal kort ingaan op de verbeterpunten die de Inspectie heeft geformuleerd. Ik beperk me tot de punten die hierboven nog niet uitgebreid aan de orde zijn geweest.

Intermetzo/JJI Lelystad

In november 2014 is JJI Lelystad doorgelicht. Het algemene oordeel van de Inspectie was overwegend positief. De inrichting zet een positief leefklimaat neer waarin medewerkers de jongeren goed bejegenen. De verbeterpunten zagen op het opleidingsniveau van de groepsleider, de screening van de jeugdige, de analyse van het drugsontmoedigingsbeleid en de visitatie van jongeren. Op 17 oktober 2016 heeft de Inspectie Veiligheid en Justitie een tussentijds toezicht uitgevoerd. De Inspectie was daarin positief. Zij oordeelde dat het merendeel van de verbeterpunten uit het Inspectierapport is geïmplementeerd.

• Screening jeugdige

Het intakegesprek bij de medische dienst en de testassistent duurde ten tijde van de doorlichting in een enkel geval drie dagen. Dit kan volgens de Inspecties gezondheids- en veiligheidsrisico’s met zich meebrengen. Dit ging over de situatie dat een jongere op vrijdagmiddag binnenkomt in de JJI, geen medicijnen bij zich heeft en er geen zorgsignalen zijn. De medische dienst ziet deze jongere dan inderdaad pas op maandag. Indien er bij binnenkomst signalen zijn dat een jeugdige zorg behoeft in het weekend dan wordt uiteraard de medische dienst of de huisarts ingeschakeld. Uit het tussentijds toezicht van de Inspecties (uitgevoerd in juni 2016) bleek dat de jongeren binnen 24 uur gescreend worden door de medische dienst.

• Intern Bijstandsteam (IBT)

Uit het rapport van de Inspectie bleek dat het IBT niet in de JJI Lelystad oefent en niet altijd tijdig inzetbaar is. De Inspecties verwachten dat er snel wordt ingegrepen. Het is van belang dat dit team gewend is om in te grijpen in een inrichting en dat zij getraind zijn om in te grijpen in de betreffende inrichting.

Het IBT van PI Lelystad oefent niet structureel in JJI Lelystad maar er wordt wel in het kader calamiteiten gezamenlijk geoefend waarbij deze ook plaats kunnen vinden in de JJI. De norm die de Inspectie aanhaalt (30 minuten) komt uit het handboek IBT en dat is geen harde norm maar een richtlijn: het staat de bestuurder vrij om lokaal een langere beschikbaarheidstijd (of aanrijtijd) af te spreken wanneer dat voldoende veilig is. JJI Lelystad maakt gebruik van het IBT van de PI Lelystad en zij hebben de afspraak gemaakt dat het IBT binnen 60 minuten paraat is.

• Analyse drugsontmoedigingsbeleid

De Inspecties constateren dat JJI Lelystad een actief drugsontmoedigingsbeleid hanteert. Zij stellen echter dat de analyse nog verder verbeterd kan worden zodat het inzichtelijk wordt welk percentage van de controles laat zien dat er drugs zijn, hoe zich dit verhoudt tot de totale populatie en wat de invloed is van de steekproefsgewijze controles. In hun vervolgtoezicht hebben de Inspecties vastgesteld dat het drugsontmoedigingsbeleid is geanalyseerd en bijgesteld.

JJI Het Keerpunt (Cadier en Keer)

JJI Het Keerpunt is doorgelicht in maart 2015. Het bijbehorende rapport is mij op 25 februari j.l. aangeboden. Binnen de inrichting ligt de nadruk op het ontwikkelen van een positief leefklimaat en een positieve bejegening van de jongeren. De jongeren zijn tevreden over de sfeer en over hoe medewerkers met hen omgaan. Het algemene inspectieoordeel over JJI Het Keerpunt is redelijk positief. Hieronder ga ik in op enkele verbeterpunten.

• Toepassing van ordemaatregelen en disciplinaire straffen

Volgens de Inspectie komt het voor dat een jongere een ordemaatregel opgelegd krijgt in plaats van een disciplinaire straf, terwijl hij op dat moment geen gevaar is voor zichzelf of voor anderen.

Sinds de inspectiebezoeken is er binnen de instelling aandacht gevraagd voor de correcte toepassing van ordemaatregelen en disciplinaire straffen. Het Keerpunt heeft de procedure orde en straf geëvalueerd, er is aandacht besteed aan een interne scholing BJJ (Besluit Justitiële Jeugdinrichtingen) en de wijze waarop disciplinaire straffen worden geregistreerd. De medewerkers zijn geschoold in het toekennen van een disciplinaire straf of ordemaatregel.

• Screening jongeren

Het kan in JJI het Keerpunt langer dan 24 uur duren voordat een jongere een intake heeft gehad bij de medische dienst en een psychiatrische screening bij de test-assistent. Dit kan volgens de Inspectie gezondheids- en veiligheidsrisico’s opleveren voor jongeren (en medewerkers). Jongeren die worden overgeplaatst zijn bij binnenkomst al gescreend. Voor de anderen geldt dat zij binnen 24 uur gescreend worden, behalve in de weekenden (dan gebeurt dat op de eerstvolgende werkdag). Dit geldt ook voor de psychiatrische screening. Bij afwijkend gedrag of indien acute medische hulp noodzakelijk is, kan men terugvallen op de huisartsenpost of op de eigen kinder- en jeugdpsychiater (24 uur per dag bereikbaar).

• Overige verbeterpunten

Uit het rapport van de Inspectie blijkt dat niet alle medewerkers van Het Keerpunt bij binnenkomst worden gecontroleerd. De toegangscontrole is aangescherpt, elke medewerker moet door de detectiepoortjes heen (en kan bijvoorbeeld geen mobiele telefoon meer meenemen). De Inspectie brengt naar voren dat niet alle jongeren na het onderwijs door een detectiepoort hoeven en er tijdens het bezoekmoment onvoldoende toezicht is. Er is een detectie geplaatst in de onderwijsgang, waar jongeren doorheen lopen als ze de werkplaatsen verlaten.

JJI De Hunnerberg (Nijmegen)

JJI De Hunnerberg is doorgelicht in november en december 2015. Het rapport is op 3 januari jl. gepubliceerd. Het algemene oordeel over de kwaliteit van de taakuitvoering van JJI De Hunnerberg is wisselend. Op veel criteria voldoet de inrichting overwegend of volledig aan de verwachtingen van de Inspecties, maar op een aantal punten wordt zij (redelijk) kritisch beoordeeld. In de wederhoorreactie heeft De Hunnerberg al aangegeven dat er ontwikkelingen zijn die tot verbetering hebben geleid. Hieronder noem ik een aantal van die punten.

• Beschikkingen over straffen en maatregelen

Uit het rapport bleek dat de beschikkingen over straffen en maatregelen vooraf niet altijd duidelijk waren voor de jongeren. Dit veroorzaakte verwarring bij hen. Daarom is het registratiesysteem voor straffen en maatregelen aangepast. Op het moment dat een beschikking wordt geprint, staat duidelijk aangegeven of het een straf of een maatregel betreft.

• Screening op gezondheidsrisico’s

Een verbeterpunt is de tijdige screening op gezondheidsrisico’s van jongeren die op vrijdagavond binnenkomen. Als een jongere binnenkomt bij de Hunnerberg wordt altijd de vragenlijst «gezondheid bij binnenkomst» ingevuld. Tijdens kantoortijden wordt direct door de beveiliging een afspraak gemaakt met de medische dienst voor een medische intake. Buiten kantoortijd wordt met het geconsigneerd afdelingshoofd afgestemd als medische zorg noodzakelijk is. Vervolgens wordt contact opgenomen met de huisartsenpost, psychiater of gedragswetenschapper.

• Instructies bij calamiteiten

De instructies bij calamiteiten waren in de ogen van de Inspectie niet bij alle medewerkers voldoende bekend. De Hunnerberg doet mee met een landelijke pilot over een andere vorm van calamiteiten registreren. Medewerkers kiezen de betreffende calamiteit en kunnen digitaal bij alle benodigde informatie, formulieren en instructies. Het actualiseren van de map wordt hiermee vereenvoudigd.

• Toegangs- en goederencontrole

De Inspecties verwachten verbetering in het proces van de toegangscontrole en de controle op goederen die jongeren meebrengen naar de inrichting.

Sinds half mei moeten de mobiele telefoons voor de detectiepoorten worden opgeborgen in kluisjes. JJI de Hartelborgt werkt met een app binnen de beveiliging. Hierin is het mogelijk om via digitale invullijsten diverse controles uit te voeren. Deze app is in februari ingevoerd in de locatie De Hunnerberg. Alle goederen die het bezoek meeneemt voor de jongere worden gecontroleerd. Pas na controle ontvangt de jongeren zijn/haar goederen.

• Alertheid beveiliging

De Inspectie ziet een risico op het verslappen van de alertheid in de taakuitvoering doordat beveiligers niet rouleren tussen de beveiligingsposten. De medewerkers van de Hunnerberg regelen onderling zelf wie welke taak uitvoert. De teamleiders houden in de gaten of alle medewerkers op de hoogte zijn van de werkprocessen. Dit wordt besproken tijdens het teamoverleg.

Tot slot

Ik ben de Inspecties erkentelijk voor de uitgebreide doorlichtingen van alle JJI’s. Het biedt de instellingen handvatten om tot verbetering te komen van het leefklimaat, de veiligheid en de gezondheid en deskundigheid van het personeel. Door de grootschalige aanpak waren de Inspecties in staat om in de afsluitende brief een veelomvattend, integraal oordeel te geven dat verder ging dan de specifieke omstandigheden in individuele instellingen. Ook in de toekomst zullen wij baat hebben bij de doorlichtingen en aanbevelingen om JJI’s verder te ontwikkelen als lerende instellingen.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff


X Noot
1

I.v.m. het toevoegen van een voetnoot en enkele verwijzingen.

X Noot
2

De Inspectie Veiligheid en Justitie (Inspectie Ven]), de Inspectie Jeugdzorg (IJZ), de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ), de Inspectie van het Onderwijs (IvhO) en de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ISZW).

X Noot
3

JJI Den Hey-Acker werd in eerste instantie (zeer) kritisch beoordeeld, maar n.a.v. verbeteringen was het oordeel positief bij twee vervolgtoezichten. De drie andere JJI’s werden in eerste instantie al overwegend positief beoordeeld.

X Noot
4

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
5

Kamerstuk 31 497, nr. 141.

X Noot
6

Letterlijk staat in het handboek dat «wanneer er sprake is van IBT ondersteuning in het kader van regionale DJI samenwerking maakt het bevoegd gezag onderling afspraken over de gewenste opkomsttijd en legt deze vast in het convenant».

Naar boven