22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 1636 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 juni 2013

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij tien fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).

Fiche 1: Mededeling groene infrastructuur (Kamerstuk 22 112, nr. 1635)

Fiche 2: Mededeling deelname van de EU aan de wereldtentoonstelling 2015 in Milaan

Fiche 3: Mededeling wetgevingspakket voor gezondere dieren en planten en een veiligere voedselketen (Kamerstuk 22 112, nr. 1637)

Fiche 4: Diergezondheidsverordening (Kamerstuk 22 112, nr. 1638)

Fiche 5: Verordening teeltmateriaal (Kamerstuk 22 112, nr. 1639)

Fiche 6: Controleverordening levensmiddelen- en diervoeder, dierenwelzijn, plantgezondheid, teeltmateriaal en gewasbeschermingsmiddelen. (Kamerstuk 22 112, nr. 1640)

Fiche 7: Verordening beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij Planten (Kamerstuk 22 112, nr. 1641)

Fiche 8: Richtlijn inzake toegankelijkheid van betaaldiensten (Kamerstuk 22 112, nr. 1642)

Fiche 9: Verslag EU-burgerschap 2013 en overzicht «vordering op weg naar een echt EU-burgerschap 2011–2013» (Kamerstuk 22 112, nr. 1643)

Fiche 10: Verordening markttoegang havendiensten en financiële transparantie van havens (Kamerstuk 22 112, nr. 1644)

De minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

Fiche: Deelname van de EU aan de wereldtentoonstelling 2015 in Milaan

1. Algemene gegevens

Titel voorstel

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s: Deelname van de EU aan de wereldtentoonstelling 2015 in Milaan, met als thema «Voedsel voor de planeet, energie voor het leven».

Datum ontvangst Commissiedocument

3 mei 2013

Nr. Commissiedocument

COM(2013) 255

Pre-lex

http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=202619

Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board

Niet opgesteld

Behandelingstraject Raad

Waarschijnlijk de Raad Algemene Zaken

Eerstverantwoordelijk ministerie

Ministerie van Buitenlandse Zaken

2. Essentie voorstel

Van 1 mei tot 31 oktober 2015 vindt in Milaan de wereldtentoonstelling (Expo) «Voedsel voor de planeet, energie voor het leven» plaats. Het idee van de Italiaanse regering is dat deze editie van de Expo een mijlpaal is in het wereldwijde debat over voedsel en duurzaamheid en een platform biedt voor politieke discussies en beleidsinitiatieven over deze kwesties. Ruim 120 landen doen mee. De EU is vaker aanwezig geweest op wereldtentoonstellingen.

Omdat volgens de Commissie dergelijke evenementen een grote invloed kunnen hebben op de beeldvorming over de EU, wordt voorgesteld nu weer mee te doen. De Commissie nodigt het Parlement en andere belangstellende EU-instellingen uit nauw samen te werken met de Commissie.

De Commissie noemt de volgende doelstellingen en voordelen van deelname van de EU:

Communicatie

De Commissie verwacht dat 20 miljoen bezoekers op deze manier worden geïnformeerd over de belangrijkste verwezenlijkingen van de EU op het vlak van voedsel en duurzaamheid. Voorbeelden van initiatieven en beleid van de EU die zich daarvoor lenen zijn: landbouw/internationaal jaar gezinsbedrijven in de landbouw; positie van de EU als grootste uitvoerder en verwerker van voedsel; de EU als grootste donor van ontwikkelingshulp en met name de draagwijdte van haar acties op gebied van voedsel- en voedingszekerheid in de meest kwetsbare gebieden van de wereld; de rol van de EU ten aanzien van voedselveiligheid en ten slotte het EU-beleid dat is gericht op duurzaamheid rond energie (gebruik en productie). In 2015 lopen de millenniumdoelstellingen ten einde en wordt gestart met het kader voor na 2015. Hierbij noemt de Commissie ook dat 2015 mogelijk het Europees jaar voor ontwikkelingssamenwerking wordt. De Europa 2020-strategie is dan halverwege;

Beleidsontwikkeling:

De Expo biedt volgens de Commissie een ideale gelegenheid voor open en toekomstgerichte uitwisseling met burgers. De Expo-organisatie werkt aan een publiek manifest inzake voedselzekerheid, voedselveiligheid, duurzaamheid en voedsel, vrede en cultuur; alle onderwerpen die cruciaal zijn voor veel EU-beleid en van invloed op het dagelijks leven van EU-burgers.

Educatie:

De Commissie wil dat deelname van de EU ook educatief is. Voedsel is een belangrijk onderdeel van het dagelijks leven. De bezoekers moeten oplossingen krijgen hoe ze hun levensstijl in positieve zin kunnen verbeteren.

De Expo zal volgens de Commissie niet alleen een culturele happening zijn maar ook een politieke: landen en internationale organisaties zullen samenkomen en spreken over de steeds belangrijker wordende thema's voedsel en duurzaamheid. De Commissie wil dat de EU haar rol als belangrijkere speler in het wereldwijde debat oppakt en van de gelegenheid gebruik maakt om samenwerking aan te gaan met andere belanghebbenden uit de openbare én de particuliere sector.

De EU wil gedurende de hele periode aanwezig zijn in een gebouw van 1.500 m2, met drie verdiepingen (tentoonstellingsruimte, vergaderzalen en terras). Gespreid over de jaren 2014 en 2015 is daarvoor een kernbudget nodig van ongeveer 10 miljoen euro.

In 2015 zullen extra middelen moeten worden vrijgemaakt voor de organisatie van thematische evenementen en tentoonstellingen binnen het kader van een bestaande of geplande begroting.

3. Wat is de Nederlandse grondhouding ten aanzien van de bevoegdheidsvaststelling, subsidiariteit en proportionaliteit van deze mededeling en de eventueel daarin aangekondigde concrete wet- en regelgeving? Hoe schat Nederland de financiële gevolgen in, alsmede de gevolgen op het gebied van regeldruk en administratieve lasten?

Bevoegdheidsvaststelling:

De deelname van de EU aan de wereldtentoonstelling kan worden gezien als een vorm van internationaal optreden van de Unie. De in de mededeling genoemde gebieden behoren, hetzij als (parallel) gedeelde, hetzij als ondersteunende bevoegdheid, tot die van de Unie. Met name kunnen genoemd worden de bevoegdheid van de EU op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (artikel 180 VWEU) en de bevoegdheid op het gebied van ontwikkelingssamenwerking (artikel 208 VWEU). De thema’s van de expo (duurzame ontwikkeling, verbetering milieu) vormen doelstellingen van het externe beleid dat de EU voert (artikel 21 EU-verdrag).

Nederland constateert dat de mededeling onvoldoende duidelijk maakt op welke wijze de besluitvorming over deelname door de EU aan de Expo is geregeld en is van mening dat, mede gelet op de politieke dimensie en de beleidsvormende doelstelling van de Expo, dit besluit genomen dient te worden door de Raad (artikel 16, lid 1 EU-verdrag).

Subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel:

Subsidiariteit: positief. Het besluit tot deelname van de EU staat volledig los van deelname van de lidstaten aan de tentoonstelling. Een besluit over deelname van de EU aan de wereldtentoonstelling kan enkel op het niveau van de EU genomen worden. De lidstaten kunnen dat niet zelf.

Proportionaliteit: negatief. Nederland is van mening dat geschatte kosten voor deelname van minimaal 10 miljoen Euro niet in juiste verhouding staan tot het doel. De deelname van de EU aan de Expo zou, juist in tijden van economische slapte, soberder dienen te worden ingekleed.

Financiële middelen

Er worden voor deze mededeling geen additionele middelen gevraagd. Gespreid over de jaren 2014 en 2015 is een kernbudget nodig van 10 miljoen euro. In 2015 zullen extra middelen worden vrijgemaakt voor de organisatie van thematische evenementen en tentoonstellingen binnen het kader van een bestaande of geplande begroting. Alle basismiddelen zullen uit de begrotingslijnen van landbouw en duurzaamheid (de belangrijke thema» s voor de expo) komen.

Nederland is van mening dat de middelen gevonden dienen te worden binnen de in de Raad afgesproken financiële kaders van de EU-begroting 2014–2020.

4. Nederlandse positie over de mededeling

Nederland is kritisch ten aanzien van de mededeling en de analyse over het nut van deelname van de EU aan de Expo in Milaan. Nederland is niet overtuigd van de meerwaarde van wereldtentoonstellingen in het algemeen en heeft dan ook besloten om zelf niet deel te nemen aan de Expo. Als voorwaarde aan Nederlandse deelname werd financieel commitment door het bedrijfsleven gesteld, maar dit bleef achterwege omdat ook het bedrijfsleven nauwelijks meerwaarde ziet in een Expo. In het verlengde hiervan ziet Nederland evenmin meerwaarde in deelname door de EU aan de Expo.

Daarnaast is in tijden van bezuinigingen de besteding van minimaal 10 miljoen euro ten laste van de EU-begroting discutabel. Bij de EU-jaarbegrotingen zal Nederland de hoogte van dit bedrag kritisch bezien. Indien de middelen binnen de kaders van de begroting gevonden kunnen worden en in de Raad blijkt dat er overwegend steun voor het voorstel is, kan Nederland instemmen met EU deelname aan de Expo. Hiermee wordt eveneens voorkomen dat de bilaterale betrekkingen met Italië onder druk komen te staan.

Nederland constateert dat de mededeling niet duidelijk is over het besluitvormingsproces en zal zich ervoor inzetten dat de Raad zal besluiten over EU-deelname.

Naar boven