21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1721 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 februari 2017

Hierbij bied ik u aan de geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken van 7 maart 2017.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

GEANNOTEERDE AGENDA RAAD ALGEMENE ZAKEN (RAZ) VAN 7 MAART 2017

Voorbereiding Europese Raad (ER)

De RAZ zal spreken over de voorbereiding van de ER van 9-10 maart 2017. Hierbij zullen de richtsnoeren (st5575.en17) leidend zijn.

Europees Semester/Banen, Groei en Concurrentievermogen

Het Europees Semester is het jaarlijkse proces waarin EU-lidstaten in samenspraak met de Commissie hun economisch- en begrotingsbeleid coördineren. De Commissie presenteerde op 22 februari jl. de landenrapporten. Hierin gaat zij in op het economisch beleid van de lidstaten en beoordeelt zij de mate van economische onevenwichtigheden. Ook velt de Commissie een oordeel over de voortgang op landenspecifieke aanbevelingen uit het vorige Semester 2016.

De ER bespreekt in deze context de economische situatie in de EU en de groeiprioriteiten voor komend jaar, zoals neergelegd in de Annual Growth Survey (AGS) gepubliceerd op 16 november 2016. Deze prioriteiten omvatten net als in 2016 het doorvoeren van structurele hervormingen, gezonde overheidsfinanciën en het aanjagen van investeringen, ondersteund door een verdere verdieping van de interne markt. De Kamer is per brief geïnformeerd over de AGS, de appreciatie van het kabinet en het proces (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1170 d.d. 25 november 2016). De afgelopen maanden is in verschillende Raadsformaties gesproken over deze AGS en over thematische onderdelen van de landenspecifieke aanbevelingen van voorgaande Semestercycli. Deze discussies en eventueel daarbij behorende Raadsconclusies, worden door het Maltese voorzitterschap samengevat in een syntheserapport. Dit syntheserapport zal indien beschikbaar via de RAZ van 7 maart a.s. worden toegezonden aan de ER.

Tegelijk met de AGS presenteerde de Europese Commissie in november 2016 ook voorstellen voor aanbevelingen voor de Eurozone als geheel. De ER zal worden uitgenodigd om de Eurozone-aanbevelingen te bekrachtigen. Deze aanbevelingen heeft de Raad Economische en Financiële Zaken op 26 januari jl. behandeld en goedgekeurd. De Kamer is hier reeds over geïnformeerd (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1170; Kamerstuk 21 501-07, nr. 1410; en Kamerstuk 21 501-07, nr. 1412). De RAZ van 7 maart a.s. zal deze aanbevelingen doorgeleiden aan de ER. Na bekrachtiging door de ER zal de Ecofin Raad van 21 maart a.s. deze aanbevelingen formeel aannemen.

Ook zal de ER het belang onderstrepen van voortgang op verschillende voorstellen om de interne markt te versterken, waaronder voortgang op voorstellen onder de interne markt- en digitale interne markt strategieën, de kapitaalmarktenunie en de energie-unie. Tevens zal gesproken worden over enkele onderwerpen op het gebied van handelspolitiek.

Migratie

Dit onderwerp wordt grotendeels voorbereid in de RBZ op 6 maart 2017, waarvoor uw Kamer separaat een geannoteerde agenda toegaat. De RBZ zal spreken over de voortgang van de EU migratie-inzet op de gehele centrale Middellandse Zeeroute. Onderdeel daarvan zijn de recentelijk voorgestelde maatregelen gericht op Noord-Afrika en Libië in het bijzonder, maar ook de langere termijn trajecten zoals de Valletta Agenda en de migratiepartnerschappen met landen in sub-Sahara Afrika. Het kabinet steunt de door de Commissie ingezette lijn. Nederland bepleit daarbij een ketenbenadering, gericht op alle onderdelen van de route: in herkomst- en transitlanden, aan de grenzen van de EU en binnen de EU. Het kabinet acht het dan ook positief dat de gehele route nu geagendeerd is.

Daarnaast hebben de opvolging van bestaande Europese afspraken waaronder de afspraken over herplaatsing, evenals de effectieve en zorgvuldige implementatie van de afspraken tussen de EU en Turkije de onverminderde aandacht van het kabinet. Hierin onderstreept het kabinet het belang van gedeelde verantwoordelijkheid en solidariteit. Tenslotte blijft het kabinet zich conform de motie Verhoeven (Kamerstuk 34 648, nr. 6 d.d. 9 februari 2017) inzetten voor een spoedige herziening van het Gemeenschappelijk Europees Asielsysteem.

Veiligheid

Evenals het onderwerp migratie wordt dit thema voorbereid in de RBZ op 6 maart 2017. Hiervoor gaat uw Kamer separaat een geannoteerde agenda toe.

Buitenlandse Betrekkingen

De ER zal recente ontwikkelingen in de westelijke Balkan bespreken. Dit onderwerp wordt voorbereid in de RBZ op 6 maart 2017, waarvoor de geannoteerde agenda uw Kamer separaat toegaat.

Europees Openbaar Ministerie

Op 14 februari jl. hebben 17 lidstaten een brief ondertekend die is gericht aan de voorzitter van de ER, Donald Tusk (ST 4 2017 INIT). Hierin verzoeken deze lidstaten om de ontwerpverordening inzake het EOM voor te leggen aan de ER in overeenstemming met de procedure van artikel 86, lid 1, tweede alinea, VWEU (geïntensiveerde samenwerking). Nederland heeft deze brief niet ondertekend (Kamerstuk 32 317, nr. 458). De verwachting is op dit moment dat de ER kennis zal nemen van de uitkomst van de RAZ op 7 februari jl., waar de Raad vaststelde dat het de ontwerpverordening ontbrak aan de voor besluitvorming vereiste unanimiteit. Hierna zal de procedure voor nauwere samenwerking zoals omschreven in artikel 86 VWEU een aanvang kunnen nemen.

Voorzitter ER/Eurotop

De ER zal naar verwachting een besluit nemen over de voorzitter van de ER voor de periode 1 juni 2017 tot 30 november 2019. Ook zullen de lidstaten van de eurozone voor dezelfde ambtstermijn een besluit nemen over de voorzitter van de Eurotop. Deze persoon is in de regel dezelfde als de voorzitter van de ER.

Implementatie IIA

De RAZ zal spreken over de stand van zaken met betrekking tot de implementatie van het IIA (Inter-institutioneel Akkoord) Beter Wetgeven. Onder het Nederlands Voorzitterschap is het implementatieproces begonnen. Het Maltees voorzitterschap zal de Raad Algemene Zaken informeren over de stand van zaken met betrekking tot de implementatie. De Kamer is eerder geïnformeerd over de voortgang in de implementatie van het IIA in het verslag van RAZ van 18 oktober 2016, dat de Kamer per brief met Kamerstuk 21 501-02, nr. 1687 d.d. 24 oktober 2016 is toegegaan.

Het kabinet zal tijdens de RAZ benadrukken dat voortgang nodig is ten aanzien van de transparantie van het wetgevingsproces; in het bijzonder het register van gedelegeerde handelingen en de gemeenschappelijke database van de drie instellingen voor de stand van zaken van het wetgevingsproces. Beide onderwerpen zijn mede op Nederlands initiatief in het IIA opgenomen.

Overig

CVM

Het kabinet maakt van de gelegenheid gebruik om de Kamer te informeren over de stand van zaken inzake het Coöperatie- en Verificatiemechanisme (CVM). Op 25 januari jl. publiceerde de Europese Commissie de jaarlijkse rapporten over de voortgang die Roemenië en Bulgarije. Vóór de RAZ zal uw Kamer een brief toegaan die zoals gebruikelijk een samenvatting alsmede een kabinetsappreciatie van de rapporten bevat. Gestreefd wordt naar aanname van Raadsconclusies over de rapporten door de RAZ van 7 maart a.s. Nederland zet erop in dat deze Raadsconclusies zullen verwijzen naar de fundamentele waarden van de Unie, en dat zij een adequate weerspiegeling vormen van de geconstateerde voortgang en tekortkomingen. Voorts zullen deze conclusies moeten aandringen op een strikte opvolging van de aanbevelingen, waarbij het belang van de onomkeerbaarheid van de vooruitgang wordt benadrukt. Het CVM dient volgens het kabinet met de gebruikelijke rapportages worden voortgezet zolang nog niet alle aanbevelingen voor de ijkpunten zijn verwezenlijkt.

Naar boven