21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1667 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 september 2016

Hierbij bied ik u een aanvulling op de geannoteerde agenda aan voor de Informele Raad Buitenlandse Zaken over handel op 23 september te Bratislava. U bent u reeds eerder over de Informele Raad Buitenlandse Zaken Handel geïnformeerd in Kamerstuk 21 501-02, nr. 1653.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen

AANVULLING RAAD BUITENLANDSE ZAKEN HANDEL 23 SEPTEMBER 2016

Op 23 september a.s. vindt onder Slowaaks voorzitterschap de Informele Raad Buitenlandse Zaken over handel plaats in Bratislava. Na verzending van de geannoteerde agenda voor de Informele Raad Buitenlandse Zaken over Handel (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1653) aan uw Kamer en de bespreking daarvan in het Algemeen Overleg (AO) van 14 september jl., zijn op 18 september door het Slowaaks voorzitterschap enkele veranderingen aangebracht in de agenda.

Het betreft de toevoeging van bespreking van Verdrag over de handel in diensten (Trade in Services Agreement, TiSA) en Milieugoederenakkoord (Enviromental Goods Agreement, EGA). Deze agendapunten komen in plaats van het agendapunt over de modernisering van het handelsdefensief instrumentarium. De agenda ziet er dan als volgt uit: de onderhandelingen over het EU-VS handelsakkoord (TTIP), het EU-Canada handelsakkoord (CETA) en TiSA en EGA. Hieronder informeer ik u over de aanvullende agendapunten.

Verdrag over de handel in diensten (TiSA)

Tijdens de Informele Raad Buitenlandse Zaken over handel spreekt de Raad over de voortgang van de onderhandelingen over het Trade in Services Agreement (TiSA). TiSA is een plurilateraal handelsakkoord over de handel in diensten waarover de Commissie namens de Europese Unie momenteel met 22 WTO-leden onderhandelt, waaronder Australië, Canada, Chili, Taiwan, Colombia, Costa Rica, Hong Kong, Mauritius, Mexico, Nieuw Zeeland, Pakistan, Panama, Peru, Turkije, en de Verenigde Staten. De Raad heeft in maart 2013 het mandaat aan de Commissie voor de onderhandelingen verleend. Dit mandaat is door de Raad openbaar gemaakt.1 Naar verwachting zal het akkoord onder meer afspraken bevatten over internationale e-commerce, datastromen, telecommunicatie, transport, kennismigratie en betere regelgeving. De twintigste onderhandelingsronde vindt plaats van 19 tot 25 september 2016.

Nederland spant zich in om een ambitieus akkoord over de handel in diensten te bereiken. Nederland profiteert, met zijn open economie, sterke dienstensector en uitmuntende digitale infrastructuur, in grote mate van verdere versterking van de wereldwijde handel in diensten. 17% van het Nederlandse bbp is direct verbonden aan de export van diensten. Nederland spant zich in om de afspraken uit TiSA op termijn te integreren in de Wereldhandelsorganisatie (WTO). Tevens wenst Nederland de voordelen uit TiSA zonder tegenprestatie aan te bieden aan de minst ontwikkelde economieën. Voor Nederland en de EU is een goede bescherming van publieke diensten in TiSA cruciaal.

In de Raad is brede steun voor een spoedige afronding van TiSA. Veel lidstaten dringen aan om voor het einde van dit jaar een akkoord te bereiken. Tijdens het VAO over de Raad Buitenlandse Zaken over Handel op 15 september jl. (Handelingen II 2015/16, nr. 112, item 5) heeft lid Thieme een motie ingediend om de onderhandelingen over TiSA op te schorten (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1659). Deze motie is verworpen (Handelingen II 2015/16, nr. 112, item 13).

Milieugoederenakkoord (EGA)

Tijdens de Informele Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) over handel spreekt de Raad over de voortgang van de onderhandelingen over het Milieugoederenakkoord (EGA). Dit plurilaterale akkoord richt zich op de vrijmaking van de handel in goederen die bijdragen aan milieu- en klimaatdoelstellingen. Daartoe onderhandelt de EU met zeventien partijen over een lijst van «groene goederen», waarvan wordt afgesproken dat de importtarieven worden afgeschaft. Eveneens wordt getracht de aan deze producten gekoppelde diensten op termijn te liberaliseren. De onderhandelingen lopen sinds juli 2014 en sindsdien hebben vijftien onderhandelingsrondes plaatsgevonden.

Deze zomer heeft de voorzitter van de onderhandelingen een lijst met producten opgesteld die mogelijk onder het te sluiten akkoorden zouden vallen. Verder heeft de G20 zich op 4–5 september jl. uitgesproken over haar toewijding aan het Milieugoederenakkoord. De ambitie is om de onderhandelingen dit jaar af te ronden.

Nederland verwelkomt de inzet van de G20 om dit jaar tot een akkoord te komen. Tegelijkertijd hecht het kabinet aan een ambitieus akkoord dat van toepassing is op een groot aantal milieugoederen. Nederland zal de Commissie daarom oproepen tot het pleiten voor een productlijst met een groot positief milieu-effect en korte afbouwperiodes van importtarieven. Dit is in lijn met de aangenomen motie Verhoeven over het versterken van de handel in groene innovatie producten en technologieën (Kamerstuk 31 985, nr. 37).

Binnen de Raad is brede steun voor dit akkoord, hoewel verschillende lidstaten enkele defensieve belangen hebben.

Naar boven