23 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor toestemming te verlenen voor het houden van een wetgevingsoverleg met stenografisch verslag:

  • -aan de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, op maandag 11 november 2024 van 17.00 uur tot 23.00 uur, over het begrotingsonderdeel Integratie;

  • -aan de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, op maandag 18 november 2024 van 17.15 uur tot 23.00 uur, over het begrotingsonderdeel Herstel Groningen.

Op verzoek van het lid Grinwis stel ik voor zijn motie op stuk nr. 552 (33037) opnieuw aan te houden.

Ik deel mee dat de aangehouden motie op stuk nr. 251 (31209) is vervallen.

Ik deel aan de Kamer mee:

  • -dat de vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp tot haar voorzitter heeft gekozen het lid Aukje de Vries en tot haar ondervoorzitter het lid Boomsma;

  • -dat de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken tot haar voorzitter heeft gekozen het lid Klaver en tot haar ondervoorzitter het lid Kamminga.

Op verzoek van de fractie van de VVD benoem ik in het Presidium het lid Becker tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacature. Van harte gefeliciteerd. Dat is een ongelofelijke promotie.

Ik deel mee dat de volgende debatten zijn komen te vervallen:

  • -het debat over Amerikaanse multinationals die de Nederlandse bijheffing op minimumbelasting ontwijken;

  • -het debat over de tarieven van huisartsen;

  • -het debat over het demonstratierecht in Nederland;

  • -het dertigledendebat over het rapport van het SCP over de leefwerelden van de rijkste en de armste Nederlanders.

Op verzoek van de fractie van de PVV heb ik de volgende benoemingen in commissies gedaan:

  • -in de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat het lid Rep tot lid in plaats van het lid Esser;

  • -in de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid het lid Esser tot lid in plaats van het lid Rep.

Op verzoek van de fractie van Nieuw Sociaal Contract benoem ik in de vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp het lid Boomsma tot lid in plaats van het lid Heite en het lid Heite tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Boomsma.

Op verzoek van de fractie van de ChristenUnie heb ik de volgende benoemingen in commissies gedaan:

  • -in de vaste commissie voor Asiel en Migratie het lid Ceder tot lid en het lid Bikker tot plaatsvervangend lid;

  • -in de vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei het lid Grinwis en het lid Ceder tot plaatsvervangend lid;

  • -in de vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening het lid Grinwis en het lid Ceder tot plaatsvervangend lid.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • -het tweeminutendebat Landbouw- en Visserijraad 23 september 2024, appreciatie vangstadviezen ICES en appreciatie werkprogramma Hongaars voorzitterschap (21501-32, nr. 1669), met als eerste spreker het lid Kostić van de Partij voor de Dieren;

  • -het tweeminutendebat Gezond en veilig werken (CD d.d. 26/09), met als eerste spreker het lid Kisteman van de VVD;

  • -het tweeminutendebat Justitieketen van het Caribisch deel van het Koninkrijk (CD d.d. 26/09), met als eerste spreker het lid Van Nispen van de SP;

  • -het tweeminutendebat Carbon Capture and Storage (CCS) (CD d.d. 26/09), met als eerste spreker het lid Postma van Nieuw Sociaal Contract.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu in de regeling van werkzaamheden graag het woord aan de heer Flach van de fractie van de Staatkundig Gereformeerde Partij, voor het doen van een belangwekkende mededeling.

De heer Flach (SGP):

Voorzitter. Dank voor de spannende aankondiging. Op 16 januari steunde vrijwel de hele Kamer mijn verzoek om een plenair debat te voeren naar aanleiding van het rapport van de Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen 2050. Daaraan gekoppeld werd een grondige voorbereiding afgesproken; die is inmiddels achter de rug. We hebben gesproken met de staatscommissie en er zijn vier rondetafelgesprekken geweest met experts. Dat betekent wel dat de termijnen verlopen zijn en ik het debat opnieuw moet aanvragen. Dat doe ik dus bij dezen. Ik wil graag nog dit kalenderjaar een plenair debat. Omdat dit veel terreinen raakt, waaronder economie, voorzieningen en migratie, zou ik willen verzoeken om een spreektijd van acht minuten per fractie. Het kabinet gaat over de eigen afvaardiging, maar ik denk dat het belangrijk is dat we dit debat voeren met de ministers van VRO, SZW, AenM en EZ.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Steun.

De heer Boon (PVV):

Ook steun.

De heer Krul (CDA):

Ik vind acht minuten wel wat ruig, maar mede namens de ChristenUnie steun voor dit verzoek.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

Mevrouw Becker (VVD):

Ik wil het ook steunen, maar ik vind acht minuten ook wel iets te ruim, ook gelet op alle andere belangwekkende onderwerpen waar we de agenda voor nodig hebben.

De voorzitter:

U gaat meedenken met de Voorzitter; veel gekker moet het niet worden!

Mevrouw Becker (VVD):

Het mag dus iets korter, wat ons betreft.

De heer Ergin (DENK):

Steun.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

Mevrouw Podt (D66):

Steun. Het mag van mij inderdaad ook wel een beetje korter.

De voorzitter:

Kijk eens aan.

Mevrouw Joseph (NSC):

Steun.

De heer Dijk (SP):

Steun; ik vind het wel mooi, acht minuten.

De voorzitter:

Ja, u wil nog meer volgens mij.

Mevrouw Patijn (GroenLinks-PvdA):

Steun.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De voorzitter:

We hebben een ruime meerderheid. Maar we gaan nog eens even goed praten over die acht minuten.

De heer Ergin. O nee, de heer Stoffer.

De heer Stoffer (SGP):

Ik heb een punt van orde. We hebben begrepen dat over het debatvoorstel van mevrouw Piri hoofdelijk gestemd wordt. Zou dat voorafgaand kunnen? Dan hoeft niet iedereen hier te gaan zitten wachten.

De voorzitter:

Dat wil ik best doen, maar ik ga wel aan het eind stemmen. We doen de stemming dus na afloop van de regeling. Ik vind het best om mevrouw Piri nu even het woord te geven. Het spijt me, meneer Ergin.

De heer Stoffer (SGP):

Maar het helpt natuurlijk niet als de stemming pas helemaal aan het einde is.

De voorzitter:

Ja, maar ik wil de regeling niet gaan opbreken voor een stemming.

De heer Stoffer (SGP):

Iedereen zit te wachten, voorzitter.

De voorzitter:

Dat begrijp ik, maar het is niet mijn schuld dat er om een stemming wordt gevraagd.

De heer Stoffer (SGP):

Nee, maar voor het welzijn kunnen we toch eerst stemmen?

De voorzitter:

We zitten natuurlijk ook met een termijn van drie uur. De heer Paternotte was zo vriendelijk om het om 14.00 uur aan te kondigen. 14.00 uur plus drie uur is nog steeds 17.00 uur.

De heer Stoffer (SGP):

Daarom ook het ordevoorstel. Als de collega's van de andere fracties het ermee eens zijn, dan kunnen we dat volgens mij nu doen. Dan kan iedereen gewoon zijns weegs gaan.

De voorzitter:

U houdt wel heel erg voet bij stuk. Ik geef even het woord aan mevrouw Van der Plas. Als u het ermee eens bent, hoeft u het allemaal niet te zeggen, hoor.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Kijk, er zijn nu ook allemaal mensen even weg, bijvoorbeeld nog even een telefoontje aan het plegen. Ja, een telefoontje aan het plegen; dat hoort u goed. Wij bellen nog steeds. Het lijkt me dus niet handig om het nu te doen, want dan moet iedereen in een soort paniek hiernaartoe komen.

De voorzitter:

Daarom zeg ik: laten we het gewoon vasthouden. Dan wil ik het wel na de regeling doen.

Meneer Ergin, in de herkansing. Ik heb de zaal voor u opgewarmd.

De heer Ergin (DENK):

Voorzitter. Jarenlang is het Cornelius Haga Lyceum beschuldigd van allerlei zaken. De minister-president deed zelfs een oproep om kinderen niet meer naar deze school te sturen. Achteraf gezien, na al die debatten die we hebben gevoerd, na al die beschuldigingen, na 50 rechtszaken die door het Cornelius Haga Lyceum zijn gewonnen, blijkt dat er gewoonweg sprake is van misbruik van bevoegdheden door de overheid. Twee weken terug besloot de rechter zelfs dat het Cornelius Haga Lyceum een schadevergoeding zou krijgen. Deze klopjacht moet stoppen. Daar wil ik graag een debat over met de minister van OCW en de minister-president.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik ga kijken of daar steun voor is. Dat is niet het geval.

Dan gaan we luisteren naar de heer Peter de Groot van de fractie van de VVD.

De heer Peter de Groot (VVD):

Dank u wel, voorzitter. Vorige week werd het aantal nieuwbouwwoningen bekend dat in het eerste kwartaal van 2024 is gerealiseerd. De bouwproductie loopt flink terug, terwijl die sinds 2014 juist gestaag omhoog bleef gaan. Sinds de maatregelen van het vorige kabinet, zo'n beetje vanaf 2022, vlakt de bouwproductie af. Dat is precies wat we niet willen en een hard gelag voor al die mensen die een woning zoeken. Daarom heb ik het verzoek om, net zoals we dat in 2023 hebben gedaan, het debat te voeren over de woningbouwopgave met de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, om het tij te keren.

De voorzitter:

Om het tij te keren nog wel.

Mevrouw Beckerman (SP):

Van harte steun.

Mevrouw Wijen-Nass (BBB):

Steun.

Mevrouw Welzijn (NSC):

Wij grijpen iedere gelegenheid aan om het hierover te hebben. Steun.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Van harte steun.

De heer Mooiman (PVV):

Het is belangrijk dat de woningbouwproductie omhooggaat, dus steun.

De heer Krul (CDA):

Steun, mede namens de ChristenUnie.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

De heer Vijlbrief (D66):

Steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Van harte steun.

De voorzitter:

You're in business. We plannen het in.

Mevrouw Rooderkerk van D66. O, maar mevrouw Podt verschijnt.

Mevrouw Podt (D66):

Ja, voorzitter. Het is even schrikken, want ik ben niet mevrouw Rooderkerk. Die zit helaas ziek thuis. We wensen haar veel beterschap.

De voorzitter:

Ach. We wensen haar beterschap.

Mevrouw Podt (D66):

Ik neem het heel even over, voorzitter. De klimaatcrisis blijft een van onze allergrootste problemen. Driekwart van de Nederlanders maakt zich zorgen, en terecht. Klimaatverandering zorgt voor hittegolven, hogere kosten voor onze dijken en duurdere boodschappen. Vorige week voorspelde minister Hermans dat haar eigen beleid niet voldoende zal zijn om de Nederlandse klimaatambities te halen. Voor die voorspelling hoef je geen helderziende te zijn. Dit kabinet schrapt verstandig klimaatbeleid en doet niets extra's. Eind oktober verschijnen de officiële PBL-cijfers, die de voorspelling van minister Hermans zullen bevestigen. We moeten zo snel mogelijk daarna een debat voeren, want het kabinet moet aan de bak en deze Kamer moet kunnen meebeslissen. Daarom doe ik het verzoek om dit debat in te plannen.

De voorzitter:

Heel goed.

De heer Vermeer (BBB):

Voorzitter. Wij steunen dit debat, maar we willen wel even wachten tot ook het PBL-rapport over de RES-monitor binnen is. Dat komt op 12 december.

De heer Erkens (VVD):

Voorzitter. Volgens mij behandelen wij de eerste Kamerweek na het uitkomen van de Klimaat- en Energieverkenning de begroting van Klimaat en Groene Groei. Wij steunen dit debat niet, want de snelste route is om het bij de begroting te betrekken.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):

Dit kabinet schrapt willens en wetens klimaatmaatregelen, terwijl alle seinen op rood staan, dus volledig steun voor dit debat.

De heer Kops (PVV):

Geen steun. Dit kan bij de begroting.

De heer Bontenbal (CDA):

Dit is een belangrijk onderwerp, maar ik denk dat het het beste bij de begroting behandeld kan worden.

Mevrouw Postma (NSC):

Steun voor het debat, maar ik zou het er ook graag over willen hebben bij de begroting.

De voorzitter:

Dat mag altijd.

Mevrouw Postma (NSC):

En-en.

Mevrouw Beckerman (SP):

Steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Steun.

De heer Stoffer (SGP):

Geen steun. Dit kan bij de begroting.

Kamerlid Kostić (PvdD):

De klimaatcrisis oplossen is een zaak van nationale veiligheid, dus van harte steun.

De voorzitter:

Er is een meerderheid. Sorry, er is nog geen meerderheid.

Mevrouw Podt (D66):

Missen we nog iemand, voorzitter? Is er nog iemand die niet is opgestaan?

De voorzitter:

Missen we nog iemand? Nee, er zijn geen absenten.

Mevrouw Podt (D66):

Ik kijk even rond.

De voorzitter:

Nee. Het spijt me, mevrouw Podt.

Mevrouw Podt (D66):

74 mensen? Wie maakt me los? Nee? Helaas.

De voorzitter:

Misschien kunt u nog even een rondje maken in de coulissen.

Mevrouw Podt (D66):

O, kijk eens. Daar komt iemand aan. Kijk nou, voorzitter.

De heer El Abassi (DENK):

Voorzitter. Ik wou bijna "geen steun" zeggen. Steun voor het debat.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid.

Mevrouw Podt (D66):

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

De heer Bushoff van GroenLinks-Partij van de Arbeid.

De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):

Dank u wel, voorzitter. Nadat de ziekenhuiszorgafdelingen in Brunssum en Kerkrade al zijn gesloten, dreigen nu ook de SEH, de geboortezorg en de ic uit Heerlen te verdwijnen. Ondanks dat de minister alle moties ontraden heeft, heeft de Tweede Kamer zojuist gelukkig de opdracht gegeven om het ziekenhuis in Heerlen volwaardig open te houden. Ik denk dat het heel erg belangrijk is dat we over twee weken, als de minister een ultieme poging heeft gedaan, als Tweede Kamer opnieuw in gesprek gaan over de toekomst van het Zuyderlandziekenhuis en de uitkomsten van het gesprek van de minister. Maar ik denk ook dat het belangrijk is dat we het debat iets breder trekken en dat we het hebben over de zorg in de mijnstreek, over de geboortezorg daar …

De voorzitter:

Ja.

De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):

… en over de gezondheidsachterstanden daar. Daar zou ik graag over ongeveer twee weken met de Tweede Kamer het debat over willen voeren.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

We hebben net echt een groot debat gevoerd, dus ik geef geen steun aan dit debatverzoek. Als de heer Bushoff een debat wil aanvragen over de algehele gezondheidstoestand in de mijnstreek, moet hij gewoon een nieuw verzoek indienen om daarover een debat te voeren. Wat ons betreft gaan we niet nog een keer …

De voorzitter:

Ja, ja; duidelijk.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

… over dit onderwerp debatteren, op deze termijn.

De heer Krul (CDA):

Daar ben ik het eigenlijk wel mee eens, maar ik denk dat het wel goed is dat het debat op de lijst komt. Het wordt toch niet snel ingepland en er zal ongetwijfeld een brief van de minister komen, dus wat dat aangaat, lijkt het me toch verstandig om het op de lijst te zetten. Mede namens de ChristenUnie wel steun voor dit verzoek. Dat zal niet over twee weken zijn, maar later.

De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):

En ook wat breder, hè.

Mevrouw Daniëlle Jansen (NSC):

Geen steun.

De heer Dijk (SP):

Steun.

De heer Claassen (PVV):

Dit is interessant, voorzitter, want de aanmelding op de lijst is een totaal ander verhaal dan wat meneer Bushoff nu zegt. Daarom dus al geen steun. Verder denk ik dat we over dat onderwerp nog genoeg te spreken zullen komen, wellicht bij de begrotingsbehandelingen of anders op een later moment.

Mevrouw Tielen (VVD):

De heer Bushoff vraagt nu om een breed debat over de toestand van de zorg. Het lijkt me heel goed om dat bij de begroting te betrekken. Over een paar weken kunnen we daarover dus goed met elkaar in debat.

De voorzitter:

Geen steun dus.

De heer El Abassi (DENK):

Het is inderdaad een breed en belangrijk debat, dus steun.

Mevrouw Paulusma (D66):

Wel steun voor het eerste deel van het verzoek. Ik was er namelijk onaangenaam door verrast dat de minister ná het debat nog in gesprek zou gaan. Ik ben dus net zo benieuwd naar de uitkomsten van dat gesprek als de heer Bushoff en daar hoor ik de minister graag over, maar geen steun voor het brede debat.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Steun.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid, meneer Bushoff.

De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):

Nee, voorzitter. Ik wacht nog heel eventjes op … Nee, niet dus. Dan in ieder geval een dertigledendebat; dan doen we dat.

De voorzitter:

Oké, we zetten het op de lijst. Ik had u al gehoord, mevrouw Van der Plas.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Dat weet ik, maar ik wil wel graag weten wat er dan op de lijst van dertigledendebatten komt te staan. Is dat een breed debat over de gezondheidszorg in de mijnstreek of is dat een debat over het Zuyderlandziekenhuis?

De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):

Nee. Zoals ik in mijn verzoek toelichtte, denk ik dat het heel belangrijk is dat we het hebben over de zorg in de mijnstreek. Daar hoort natuurlijk ook bij wat de uitkomst wordt van het gesprek van mevrouw Agema over de toekomst van het Zuyderlandziekenhuis.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Sorry, voorzitter. Ik heb toch een punt van orde. Het verzoek wordt ingediend om een debat te voeren over het Zuyderlandziekenhuis naar aanleiding van het gesprek van de minister in Heerlen, in Limburg. Vervolgens wordt het hier tijdens de regeling van werkzaamheden eigenlijk een soort ander debat. Dan gaan we het natuurlijk ook hebben over het Zuyderlandziekenhuis. Ik vind dat een hele rare manier. Of het gaat over het Zuyderlandziekenhuis, of er wordt een debataanvraag ingediend over de brede geboortezorg in Limburg.

De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):

Ik acht deze Kamer echt wel in staat om het te hebben over meer dan alleen het Zuyderlandziekenhuis als het gaat om de zorg in Limburg. Ik denk dat we daar best een breder debat over kunnen voeren. Het dertigledendebat staat.

De voorzitter:

Ja, volgend jaar dinsdag.

Mevrouw Beckerman van de SP. O, neem me niet kwalijk; de heer De Hoop is aan het woord. Neem me niet kwalijk, mevrouw Beckerman. Excuses.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Dank, voorzitter. Vorige week maandag liet een staatssecretaris van het kabinet weten dat hij nog steeds achter de "minder, minder"-uitspraak van de heer Wilders stond. Dat is niet alleen een rabiate uitspraak. Het is ook een uitspraak die veroordeeld is door de hoogste rechter van het land. Toen wij de staatssecretaris vroegen om daar afstand van te nemen, wilde hij dat wel als staatssecretaris doen, maar hij liet vooral ook doorklinken dat hij dat niet deed als persoon. De minister-president heeft glashelder uitgelegd dat dat niet kan, dat het staatsrechtelijk onzuiver is en dat je ook als persoon afstand dient te nemen. In alle brieven die de staatssecretaris en de premier naar de Kamer hebben gestuurd, weigert de staatssecretaris nog steeds om ook persoonlijk afstand te nemen. Hij heeft zelfs aan het ANP laten weten dat hij nog steeds weigert dat te doen. Dat is staatsrechtelijk onzuiver. Dat is iets wat we als Kamer niet moeten willen en waar we heel scherp op moeten zijn. Ik wil daarom ook dat de staatssecretaris zich daarover verantwoordt en dat we een debat hebben met de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de minister-president.

De voorzitter:

In uw aanvraag staat dat u dat debat vandaag wilt hebben.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Ja, ik vind dat we het niet langer boven de markt kunnen laten hangen.

De voorzitter:

Dus u wilt vandaag een debat.

De heer El Abassi (DENK):

Voorzitter. Ik wil dat er niet alleen politieke aandacht gaat naar het wel of geen afstand doen door de staatssecretaris van de uitspraak van de heer Wilders. Ik wil dat er ook aandacht uitgaat naar de racistische tweet die de staatssecretaris zelf heeft verstuurd. Ik wil dat daar onderzoek naar wordt gedaan en dat dat onderzoek in het debat meegenomen wordt.

De heer Léon de Jong (PVV):

Geen steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Als de heer De Hoop de vertrouwensvraag aan de orde wil stellen, krijgt hij daarvoor steun, mede namens de CDA-fractie.

Mevrouw Beckerman (SP):

Steun, mede namens de Partij voor de Dieren.

De heer Olger van Dijk (NSC):

Voorzitter. Het is volstrekt helder dat het refereren aan verwerpelijke en zelfs strafbare feiten uit het verleden niet past bij de constructieve bestuurscultuur die we met elkaar hebben afgesproken met de rechtsstaatverklaring. Tegelijkertijd zijn wij blij met het krachtige optreden van premier Schoof. Voor de staatssecretaris is het inmiddels volstrekt helder dat dit een kwestie was van "eens, maar nooit weer". Daar hebben we niet nog een debat voor nodig. Geen steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Geen steun.

De heer Stoffer (SGP):

Geen steun.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter. Je loopt niet rond met twee hoofden waarin twee totaal verschillende opvattingen bestaan, zeker niet over een onderwerp als dit: uitspraken die impliceren dat er mensen uit Nederland moeten worden verwijderd die hier zijn geboren. Steun dus voor het debat, maar ik constateer ook dat de heer De Hoop hier de vertrouwensvraag op tafel legt. Ik denk dus dat het goed is dat we ook even kijken naar de collega's die nu wel een betoog houden, maar vervolgens zeggen: ik hoef dat debat niet. Als je de vertrouwensvraag op tafel legt en er komt geen debat, dan blijft die in de lucht hangen en ik denk dat dat in niemands belang is.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Het is staatsrechtelijk onzuiver en verkeerd. Hier moeten we een debat over hebben, dus steun voor het debat vandaag.

Mevrouw Veltman (VVD):

Voorzitter. De brieven die hierover zijn gestuurd zijn voor onze fractie afdoende. Geen steun.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Ik sluit me aan bij mevrouw Veltman. Geen steun.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid, meneer De Hoop.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter, dat zie ik. Ik wil wel genoemd hebben dat we als Kamer heel zorgvuldig moeten zijn over de eenheid van het kabinetsbeleid. De staatssecretaris herhaalt een strafbare uitspraak in zijn functie. Volgens mij moet je daar verantwoording over afleggen. We hebben ook normen met elkaar vast te houden: fatsoensnormen en politieke, staatsrechtelijke normen. Ik vind het betreurenswaardig dat we dat met elkaar niet blijken te kunnen doen. Dank.

De voorzitter:

Mevrouw Beckerman, van de SP.

Mevrouw Beckerman (SP):

Voorzitter, goeiemiddag.

De voorzitter:

Goeiemiddag.

Mevrouw Beckerman (SP):

Vorige week stonden we hier ook met eigenlijk een heel simpel verzoek, namelijk dat de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening naar het debat over dakloosheid moet komen. Die minister heeft een briefje gestuurd waarin staat dat ze dat niet wil. Mevrouw Westerveld, van GroenLinks-PvdA, en ikzelf vinden het essentieel dat zij erbij is, want we denken dat we het probleem van dakloosheid enkel en alleen kunnen oplossen als we zorgen voor voldoende woningen. Daarom nogmaals het verzoek om een meerderheid in de Kamer te vinden om het verzoek aan de regering te doen dat de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening naar dit debat komt.

De heer Crijns (PVV):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Bruyning (NSC):

Steun voor het verzoek.

De heer Stoffer (SGP):

Ook steun voor het verzoek.

De heer Vijlbrief (D66):

Een minister van Volkshuisvesting die niet naar een debat over dakloosheid komt, is een wat vreemde figuur, dus steun.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Het is verbazingwekkend hoe ingewikkeld dit is. Steun.

De heer Peter de Groot (VVD):

Steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Steun, mede namens het CDA.

De heer El Abassi (DENK):

Voorzitter. Ik kan me nog steeds niet voorstellen dat de minister er niet bij aanwezig zou zijn. Steun voor het verzoek.

Mevrouw Wijen-Nass (BBB):

Steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Steun.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter. Het verzoek werd ook namens mij gedaan, dus volmondig steun. Het is misschien ook goed om te weten dat we tegen die tijd ook de cijfers hebben. Dat kan dus geen excuus zijn voor de minister om hier niet te komen.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De voorzitter:

We gaan de minister uitnodigen.

Mevrouw Beckerman (SP):

Fantastisch. Dat laat zien dat de aanhouder wint. Het is heel erg goed dat we dit nu met zo veel zetels nogmaals benadrukken, want dit probleem kunnen we echt alleen maar op deze manier oplossen. Dank u wel.

De voorzitter:

Mevrouw Podt, D66.

Mevrouw Podt (D66):

Voorzitter. Bizar nieuws, afgelopen week: ongedocumenteerde wordt uit ggz-kliniek Veldzicht gezet. Het kabinet zet mensen die, vaak door trauma's, mogelijk een gevaar zijn voor de veiligheid, gewoon op straat. We horen ook dat het kabinet probeert deze mensen op te laten vangen in de landelijke vreemdelingenvoorziening. Die opvang is daarvoor niet geschikt. En daarbij, het kabinet is die lvv's net om zeep aan het helpen. Het past ook in het patroon: gemeenten, los het maar op, want wij trekken onze handen ervanaf. Ondertussen worden hiermee hele gevaarlijke situaties gecreëerd. Dat is onacceptabel. Daarom graag een brief en een debat met de minister van Asiel en Migratie en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over hoe we dit op gaan lossen.

De voorzitter:

Heel goed. Ik ga kijken of daar een meerderheid voor is.

De heer Van Nispen (SP):

Voorzitter. Tikkende tijdbommen de straat op, dit is pokeren met de veiligheid. Ik ondersteun van harte dit verzoek en ik zou die brief eigenlijk nog wel deze week willen krijgen, met ook een aantal feitelijkheden erin: wanneer is dit precies besloten, door wie en op basis van welke informatie? Ik zou graag nog deze week die brief ontvangen.

De heer Van Baarle (DENK):

Steun om hier zo snel mogelijk een brief over te krijgen en het debat over te voeren.

Mevrouw Bruyning (NSC):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Van Zanten (BBB):

Geen steun.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter. Dit is pokeren met de veiligheid van de samenleving, dus steun.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Het gaat hier om de veiligheid van de openbare orde. Absoluut steun.

Mevrouw Rajkowski (VVD):

Steun voor het verzoek.

De heer Bontenbal (CDA):

Steun. Ik sluit me aan bij de woorden van de heer Ceder.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

Mevrouw Vondeling (PVV):

Geen steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Steun.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid.

Mevrouw Podt (D66):

Voorzitter, dan wil ik daar graag nog een verzoek aan toevoegen, omdat ik ook heb begrepen dat dit al per 1 oktober van kracht zou zijn. Het zou heel fijn zijn als we hier op zeer korte termijn over van gedachten kunnen wisselen.

De voorzitter:

U heeft kennisgenomen van de drukke agenda van ons.

De heer Van Baarle van DENK.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter. Na talloze bombardementen op Libanon is Israël, ondanks alle oproepen om niet te escaleren, een grondoffensief begonnen. Er zijn honderden Libanezen gedood, waaronder veel vrouwen en kinderen. Een enorm aantal mensen is op de vlucht. We moeten voorkomen dat Libanon door de Israëlische agressie een tweede Gaza wordt, zoals Israël zelf heeft aangekondigd. Er moet een staakt-het-vuren komen. We krijgen ook verschillende berichten van Libanese Nederlanders in Libanon die om hulp en evacuatie vragen. De Nederlandse regering moet wat ons betreft deze mensen bijstaan en evacueren. We vernemen net uit de media dat daarover blijkbaar iets is besloten in het kabinet. Als Kamer zijn we nog niet geïnformeerd. Daarom vraagt DENK, mede namens GroenLinks-PvdA en de SP, om vandaag nog een brief te sturen naar de Kamer waarin ingegaan wordt op de vraag hoe we mensen die op dit moment in Libanon zijn, gaan evacueren. Ook moet worden ingegaan op de vraag hoe Nederland zich gaat inzetten voor een staakt-het-vuren, zodat we deze week nog een debat kunnen voeren met de minister van Buitenlandse Zaken.

De voorzitter:

Deze week een debat.

De heer De Roon (PVV):

Voorzitter, namens de PVV-fractie steun voor het grondoffensief, niet voor het debat.

De heer Van der Burg (VVD):

Namens SGP, CDA, ChristenUnie en VVD geen steun.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter, ik ben het niet eens met alles wat de heer Van Baarle zegt, maar we hebben het hier over potentieel een gigantische oorlog met enorme consequenties voor ons.

De voorzitter:

En dus?

De heer Paternotte (D66):

Er staat geen enkel debat hierover op de agenda, geen commissiedebat, geen plenair debat. CNN maakt net bekend dat Iran waarschijnlijk later vandaag een raket richting Israël gaat sturen.

De voorzitter:

Steun dus.

De heer Paternotte (D66):

Het lijkt me goed dat we daar wel een debat over voeren.

De voorzitter:

Mevrouw Dobbe, deze aanvraag was ook namens u gedaan.

Mevrouw Dobbe (SP):

Bij dezen dan nog een keer steun.

De voorzitter:

Nog een keer. Twee keer steun van de SP!

De heer Kahraman (NSC):

Voorzitter, wij hebben donderdag een debat met de minister van Buitenlandse Zaken. Geen steun.

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

De heer Vermeer (BBB):

Geen steun. Het kan donderdag meegenomen worden.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid.

De heer Van Baarle (DENK):

Het is onbegrijpelijk hoe mensen wegkijken van het Israëlische geweld.

De heer Vermeer (BBB):

Voorzitter, ik wil wel even een punt maken. Dat heeft hier helemaal niets mee te maken. De heer Van Baarle doet gewoon een verzoek voor een debat en daar krijgt hij antwoord op. Daar hoeft hij geen show van te maken.

De voorzitter:

Mevrouw Piri.

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter. We hebben hier in deze Kamer de afgelopen drie jaar veel debatten gevoerd over Afghanistan. Sterker nog, op verzoek van deze Kamer is er na de val van Kabul een onafhankelijke onderzoekscommissie ingesteld die met aanbevelingen is gekomen. Die aanbevelingen heeft het toenmalig kabinet ter harte genomen, en deze Kamer ook. De motie van mijn hand om voor de laatste groep Afghanen, Afghaanse medewerkers van de Nederlandse Defensie, een oplossing te vinden en hen te evacueren is met 126 stemmen voor aangenomen. Drie van de vier huidige coalitiepartijen hebben dat toen, een jaar geleden, gesteund. Het vorige kabinet heeft besloten om die motie uit te voeren. Dit kabinet heeft ons met een heel kil briefje laten weten dat toch niet te doen en deze mensen in de steek te laten. Vandaar mijn verzoek om deze week een debat te voeren met de minister van Buitenlandse Zaken, de minister van Defensie en de minister van Asiel en Migratie, de drie verantwoordelijke bewindspersonen.

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Voorzitter. Het is schandalig. Schandalig dat dit kabinet mensen laat vallen die Nederlandse militairen met hun leven hebben beschermd. Daarom van harte steun voor dit debat.

Mevrouw Dobbe (SP):

Deze mensen mogen we niet in de steek laten, dus van harte steun voor dit debat.

De heer Kahraman (NSC):

Voorzitter. Mevrouw Piri wordt volgens mij op haar wenken bediend. Aanstaande donderdag hebben we een debat over datgene waarover het besluit is genomen. Dat debat is aanstaande donderdag gepland, dus geen steun ...

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Schaam je.

De heer Kahraman (NSC):

Maar wel steun om ...

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Kahraman.

De heer Kahraman (NSC):

Voorzitter, ik steun wel het verzoek om alle drie de ministers in dat debat aanwezig te laten zijn.

De voorzitter:

In een commissiebijeenkomst dus.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter. Een debat over mensen die gewoon onze hulp verdienen naar de commissie verwijzen ... Het gaat er wat mij betreft over of het kabinet beloftes en toezeggingen nakomt. Dat debat kan je niet in de commissie voeren. Volmondig steun voor het debat van mevrouw Piri.

De heer Dassen (Volt):

Voorzitter. Met een heel lullig briefje zegt dit kabinet tegen al die mensen die voor onze soldaten en voor onze diplomaten zijn opgekomen: dank voor jullie dienst, maar we hebben jullie niet meer nodig. Het is werkelijk waar verschrikkelijk dat het kabinet op deze manier met al die mensen omgaat. We hebben een ereschuld aan die mensen.

De voorzitter:

Ja, ja, ja.

De heer Dassen (Volt):

Daar moeten we aan tegemoetkomen, dus steun voor het debat.

De heer De Roon (PVV):

Wij staan achter de beslissing van het kabinet hierover en dus geen steun voor het debat.

Mevrouw Van der Wal (VVD):

Ook wat ons betreft geen steun. Het kan aanstaande donderdag in het commissiedebat worden besproken, het debat waartoe ook de motie is ingediend.

De heer Boswijk (CDA):

Dit is een debat met een lange voorgeschiedenis. Het is al genoemd waarom het zo belangrijk is. Het kan niet worden ondergeschoven in een debat over het al dan niet verstrekken van paspoorten. Dit gaat over iets veel groters, helemaal omdat in de brief de inhoudelijke reden een financieel rekensommetje is. Ik denk dat dat kil en guur is, dus van harte steun en ik hoop echt van harte dat partijen die reppen van "goed bestuur" en die vóór extraparlementaire kabinetten zijn, dit toch nog gaan heroverwegen.

De heer Vermeer (BBB):

Geen steun. Kan donderdag meegenomen worden in het debat.

De heer Paternotte (D66):

Er staat donderdag om 18.30 uur een debat gepland over consulaire zaken. Ik weet niet of iedereen weet waar dat over gaat. Dat gaat vooral over de paspoortverlening aan Nederlanders in het buitenland. We zagen gisteren op tv dat een Afghaanse bewaker, die met gevaar voor eigen leven daar heeft gestaan, Nederlanders heeft beschermd, gemarteld werd door de taliban. Dit is echt iets wat gaat over de vraag: waar staan wij als Nederland? Waar zijn wij goed voor? Daarom wordt het ook een ereschuld genoemd. Het feit dat dat wordt doorverwezen naar een commissiedebat op donderdagavond, vind ik echt, echt, echt schandalig.

De voorzitter:

U steunt dus de aanvraag, begrijp ik.

De heer Paternotte (D66):

Ik steun de aanvraag, maar ik zou ook aan iedereen willen vragen om, als er zo meteen een hoofdelijke stemming hierover komt, even goed na te denken of je echt wilt zeggen "ik blokkeer een debat hierover".

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Ereschuld, inderdaad. Die heeft de overheid en die moet worden ingelost. Daarom steun voor dit verzoek om een plenair debat.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid, mevrouw Piri.

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Ja, voorzitter, er zijn niet veel dagen dat ik mij schaam voor dit parlement, maar dit is er wel een. Het gaat hier over mensenlevens. We hadden net een debatverzoek over de evacuatie van Nederlanders uit Libanon. Dan wordt even gezegd "dat kunnen we donderdag wel in een commissiedebat doen". Het gaat hier om een kleine groep Afghanen, waarvan al vijftien mensen gedood zijn die voor de Nederlandse troepen hebben gewerkt. Het wordt weer verwezen naar een commissiedebatje van drie uur.

Voorzitter. Ik laat het er niet bij zitten. Wij zullen alles doen en ik hoop dat straks individuele leden van de fracties die nu nee hebben gestemd, alsnog dit debatverzoek zullen steunen. Die hoofdelijke stemming wil ik dus graag doorzetten.

De voorzitter:

Oké.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Ik wil even een klein punt van orde maken, want een commissiedebat van drie uur ... Kijk, je kunt zelf een verzoek indienen om een commissiedebat langer te laten duren. Ik wil hier niet het beeld laten ontstaan dat een commissiedebat minder waard is dan een plenair debat.

De voorzitter:

Oké.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Nee, dat zeggen we hier altijd en dan wordt in de beeldvorming naar buiten toe altijd gedaan alsof het in een achterafzaaltje is waar niemand acht op slaat. We zeggen het hier heel vaak, ook deze partijen: een commissiedebat is evenveel waard als een plenair debat. Het is gewoon een democratisch proces, openbaar; het is alleen in een andere zaal.

De voorzitter:

Helder. Mijn voorstel is om aansluitend op de regeling van werkzaamheden te gaan stemmen. We zijn nog wel even bezig, maar dat zou eerder kunnen zijn dan 17.00 uur. Ik kijk even of daar één fractie op tegen is. Dat is niet het geval. Dan gaan we dus aansluitend op de regeling van werkzaamheden hoofdelijk stemmen over het voorstel van mevrouw Piri.

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Mocht het zo zijn dat er straks ook bij een hoofdelijke stemming geen meerderheid is, kondig ik alvast aan dat ik een tweeminutendebat naar aanleiding van het commissiedebat donderdag wil doen, en daar uiteraard ook meteen over wil stemmen.

De voorzitter:

Donderdagavond zal dat zijn, denk ik. Goed, helder. Dan gaan we aansluitend op de regeling van werkzaamheden stemmen.

Het woord is aan de heer Van Meijeren van Forum voor Democratie.

De heer Van Meijeren (FVD):

Dank u wel, meneer de voorzitter. Aanstaande donderdag debatteren wij over de Uitvoeringswet digitaledienstenverordening, dus de wet tot uitvoering van die omstreden Digital Services Act, de EU-verordening waarmee het vrije internet nog verder aan banden wordt gelegd. Omdat dit voorstel ook tal van constitutionele vragen oproept op het gebied van de vrijheid van meningsuiting, wat er precies wordt verstaan onder "desinformatie", wat het voor onze privacy betekent, en andere zaken waarvoor de minister van Binnenlandse Zaken de eerstverantwoordelijke bewindspersoon is, zou ik het verzoek willen doen om ook de minister van Binnenlandse Zaken uit te nodigen voor dit belangrijke debat.

De voorzitter:

Ik kijk even of daar reacties op zijn. Zijn er mensen zijn die dit steunen?

De heer Van Meijeren (FVD):

Geen bezwaar.

De voorzitter:

Het wordt niet ondersteund. Maar ik stuur het wel door. Dat kan altijd.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter. Los van de vraag of ik het inhoudelijk eens ben met de heer Van Meijeren: als de heer Van Meijeren de minister van Binnenlandse Zaken wenst te spreken bij het debat, hebben wij daar geen bezwaar tegen.

De voorzitter:

Prima.

De heer Stoffer (SGP):

Voorzitter, wij kunnen een aanvraag voor een brief steunen, maar het debat op dit moment nog niet.

De voorzitter:

Heel goed.

De heer Van Meijeren (FVD):

De heer Stoffer heeft het verzoek verkeerd begrepen, denk ik, want het debat staat al geagendeerd. Dit verzoek richt zich op het uitnodigen van een extra bewindspersoon.

De voorzitter:

Ja, dat is allemaal helder. Dank u wel.

De heer Van Meijeren (FVD):

We gaan het doen, toch?

De voorzitter:

We zullen het doorgeleiden aan het kabinet, met de mededeling dat er bijzonder weinig steun was voor uw aanvraag.

De heer Van Meijeren (FVD):

Steunt de heer Krul het wel of niet? Hij liep namelijk naar de interruptiemicrofoon.

De voorzitter:

Nou, ik weet niet of dat voor de eeuwigheid zo veel uitmaakt.

De heer Van Meijeren (FVD):

Zeker. Hij steunt het.

De voorzitter:

We gaan luisteren naar mevrouw Mutluer van de fractie van GroenLinks-Partij van de Arbeid. O, u heeft nog een verzoek?

Uw tweede verzoek, meneer Van Meijeren. Gaat uw gang.

De heer Van Meijeren (FVD):

Dank u wel, voorzitter. Uit interne documenten van het ministerie van VWS die onlangs openbaar zijn gemaakt, blijkt dat het ministerie al in april 2021 werd gealarmeerd door het Lareb. Het Lareb gaf aan overspoeld te worden door een enorme hoeveelheid aan meldingen van ernstige tot zeer ernstige bijwerkingen, de werkdruk niet meer aan te kunnen, onderzoek niet te kunnen verrichten en niet de juiste mensen te hebben. In plaats van deze zorgen serieus te nemen, hier eerlijk en transparant over te communiceren en de vaccinatiecampagne op te schorten, heeft het toenmalige kabinet besloten om gewoon door te prikken en tegen beter weten in te blijven beweren dat die vaccins veilig zijn. Dat Nederlanders willens en wetens aan deze risico's zijn blootgesteld getuigt niet alleen van wanbeleid, maar dan kom je echt in de buurt van het strafrecht. Daarom wil ik hier heel graag zo spoedig mogelijk een plenair debat over.

De heer Stoffer (SGP):

Voorzitter. Ik had ook niet gezien dat de heer Van Meijeren twee verzoeken had. Wat ik zojuist zei, gold eigenlijk voor deze aanvraag. Ik kan een brief steunen, het debat op dit moment nog niet; dan moeten we eerst de brief hebben gehad.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Daar sluit ik mij bij aan. Op 21 november is het commissiedebat Medische preventie. We zouden de vraag kunnen stellen of die brief voor 21 november kan komen. Dan kan het in ieder geval eventueel daarbij betrokken worden.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid.

De heer Van Meijeren (FVD):

Nee. Wat kan ik daarover zeggen?

De voorzitter:

Niks.

De heer Van Meijeren (FVD):

Kortgeleden werd er nog heel lang gesproken over het afschaffen van bingoavondjes. Ondertussen wordt er nog iedere dag maximaal doorgeprikt. Kennelijk vindt iedereen het wel prima, maar dat is dan de constatering waarmee ik afsluit.

De voorzitter:

We gaan luisteren naar de heer Dijk van de SP.

De heer Dijk (SP):

Voorzitter. Weet u het allemaal nog? De bonuscultuur onder bankiers zorgde er in 2008 voor dat onze economie de afgrond in ging. Er waren bankiers die torenhoge risico's namen omdat ze dan een beetje meer bonus kregen. Ik lees in Het Financieele Dagblad van afgelopen zaterdag dat die bankiers heel graag willen dat die bonuscultuur weer terugkomt, "want een miljoen euro per jaar is onvoldoende om talent aan te trekken". Wat zien we dan in Het Financieele Dagblad van maandag? Het kabinet overweegt serieus waar om die bonuscultuur weer terug te brengen omdat er inderdaad voor een miljoen euro per jaar geen talenten bij banken te vinden zijn. De SP vindt dat dit soort talentloze bankiers buiten kunnen blijven; die mogen wegblijven. We willen heel graag een debat met de minister van Financiën over hoe we ervoor kunnen zorgen dat deze bonuscultuur nooit, maar dan ook nooit meer terugkeert.

De heer Van der Lee (GroenLinks-PvdA):

Wij hebben als maatschappij enorm geleden onder het in leven houden van banken. Die zijn nog voor een deel in staatshanden. We hebben gevochten voor een streng beloningsbeleid. Daar moeten we aan vasthouden, dus ik steun dit verzoek van harte.

De heer Vijlbrief (D66):

Goed dat de heer Dijk Het Financieele Dagblad leest en daar ook reclame voor maakt.

De heer Dijk (SP):

Altijd.

De heer Vijlbrief (D66):

Van harte steun voor dit verzoek.

Mevrouw Aukje de Vries (VVD):

Ik heb uit de media begrepen dat het om een reguliere evaluatie van het beleid gaat die we bij al het beleid doen. Het lijkt me goed om die evaluatie eerst af te wachten, dus geen steun.

De heer Dijk (SP):

Dan plannen we daarna meteen het debat in.

De heer Dassen (Volt):

Van harte steun voor het verzoek.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Voorzitter. We hebben morgen de Financiële Beschouwingen, twee dagen lang, dus daar kan de heer Dijk dit in kwijt. Voor ons hoeven die bonussen ook niet. Ik denk dat we morgen voldoende kans hebben met de minister van Financiën.

De heer Dijk (SP):

Als u dat wil, zal ik dat doen.

De heer Ergin (DENK):

Voorzitter, onbegrijpelijk en belachelijk, en daarom van harte steun.

De heer Van Oostenbruggen (NSC):

Precies wat de heer Van Dijck zegt. Geen steun.

De heer Vermeer (BBB):

Eens met de heer Van Dijck. Geen steun voor bonussen en geen steun voor het debat nu.

De heer Krul (CDA):

Mede namens de SGP: geen steun.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Voorzitter, in ieder geval zou ik graag, zodra de evaluatie is afgerond, een brief met de conclusies van het kabinet naar de Kamer willen hebben.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid, meneer Dijk, maar morgen hebben we de Algemene Financiële Beschouwingen.

De heer Dijk (SP):

Toch wil ik het op de lijst zetten, want ik weet dat die bankiers waar ik het net over had, hier constant op terugkomen. Die vinden hier veel te veel een gewillig oor.

De voorzitter:

Bij dezen.

Mevrouw Mutluer.

Mevrouw Mutluer (GroenLinks-PvdA):

Dank u wel, voorzitter. Ik zou wederom — ik zeg "wederom" omdat hij al een keer op de lijst stond, maar eraf is gevallen — een aanvraag willen doen voor een debat met de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de minister van JenV over het rapport van de Universiteit Twente, Leren van twee vuurwerkrampen. Ik wil een debat over de kabinetsreactie en het uitstelgedrag dat ik zie om de motie over landelijke regelgeving, die ik samen met NSC en de SP heb ingediend, uit te voeren, omdat dit kan leiden tot massa-explosies. Volgens mij staat er geen woord Spaans in dat rapport, dus wat mij betreft een debat daarover met de betreffende bewindspersonen.

Mevrouw Bruyning (NSC):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Beckerman (SP):

Inderdaad steun. Dit zorgt voor gevaarlijke situaties. Die Kamermotie is nog steeds niet uitgevoerd. Het is dus heel goed om hier het debat over te voeren.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter. Oorspronkelijk was het een verzoek voor een interpellatiedebat. Het is nu een gewoon debat. In dat geval: mede namens de ChristenUnie steun.

De heer Aardema (PVV):

Geen steun. We kunnen het ook in een ander debat doen.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

De heer El Abassi (DENK):

Steun.

De heer Buijsse (VVD):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Van der Werf (D66):

Steun.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Geen steun.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid.

De heer Ram van de PVV.

De heer Ram (PVV):

Dank, voorzitter. Los van het feit dat Israël een lijst van 108 medewerkers van UNRWA die lid zijn van Hamas heeft doorgestuurd naar de VN en los van het feit dat negen van de negentien verdachten die door de VN zijn onderzocht, direct betrokken zijn bij de aanslag van 7 oktober en er dus Nederlands belastinggeld direct naar Hamas is gegaan en nog steeds gaat, is gisteren Fateh al-Sharif, hoofd van de lerarenvakbond van UNRWA, in Libanon door Israël uitgeschakeld. Hamas heeft erkend dat Al-Sharif een hooggeplaatst lid was van hun organisatie. Deze onthullingen bevestigen wat Hillel Neuer, directeur van UN Watch, al eerder heeft aangetoond in zijn rapport, dat nota bene is gepresenteerd in de Tweede Kamer.

De voorzitter:

Ja, en dus?

De heer Ram (PVV):

We willen graag met spoed een debat hierover met de minister van Buitenlandse Zaken en de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Die spoed kan, want er is op 9 oktober een commissiedebat Humanitaire hulp. Daar past dit heel goed in, dus geen steun voor een plenair debat. Doe het in het commissiedebat, zou ik zeggen.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter. Er wordt internationaal een lastercampagne tegen UNRWA gevoerd. Met ongegronde aantijgingen wordt geprobeerd om deze organisatie kapot te maken. Er is volgende week een debat over humanitaire hulp. Dan kunnen we met elkaar in gesprek gaan. Geen steun.

De heer Paternotte (D66):

Over de hele oorlog die daar nu plaatsvindt, wil de PVV geen debat, maar, heel extraparlementair, over één hele foute medewerker van de 12.000 van UNRWA moet een heel apart plenair debat komen. Ik weet niet waar dit precies op gericht is ...

De voorzitter:

En dus?

De heer Paternotte (D66):

… maar mevrouw Van der Plas heeft gelijk. Er staat volgende week al een debat ingepland.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

Mevrouw Zeedijk (NSC):

Geen steun, voorzitter.

Mevrouw Kamminga (VVD):

Geen steun. Dit kan prima in dat commissiedebat. Op de agenda daarvoor staat nota bene ook een brief over UNRWA en het feit dat mevrouw Klever de financiering van UNRWA wil hervatten, dus volgens mij past het daar prima.

De heer Dassen (Volt):

Geen steun.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter, geen steun. Dat komt omdat we hier volgende week een debat over hebben. Ik zou wel graag voor dat debat een reactie willen op het overlijden van iemand die zowel voor UNRWA als voor Hezbollah lijkt te hebben gewerkt. Ik zou ook graag een reactie op het OIOS-rapport willen hebben. En ik zou ook graag de contracten willen hebben die tussen UNRWA en het ministerie zijn gesloten, voor het debat graag.

Mevrouw Hirsch (GroenLinks-PvdA):

Geen steun voor een debat.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid, meneer Ram.

De heer Ram (PVV):

Kan het wel een dertigledendebat worden?

De voorzitter:

Dat dan weer wel.

Mevrouw Paulusma.

Mevrouw Paulusma (D66):

Voorzitter, dank u wel. Als zorgbestuurders aangeven dat het beleid van het kabinet gevaarlijk spel oplevert, moeten alle alarmbellen in deze Kamer gaan rinkelen. Het gaat over de lange wachtlijsten in de zorg. Die zijn al enorm lang, maar als het eigen risico gehalveerd wordt, gaan deze wachtlijsten toenemen. Het plan van het kabinet om er met triage voor te zorgen dat mensen op tijd aan de beurt komen, wordt zowel door het zorgveld als door patiëntenorganisaties als een heel erg slecht idee bestempeld. Voordat we met een trein op deze muur af rijden en patiënten hiervan de dupe zijn, wil ik graag met de minister in debat over dit plan.

De voorzitter:

Dan gaan we kijken of daar een meerderheid voor bestaat.

Mevrouw Tielen (VVD):

Voorzitter. Het is leuk, want ik weet nu al wat elke partij bij de begroting gaat behandelen. Dat is het perfecte moment om het ook over dit onderwerp te hebben, dus geen steun voor een apart debat.

Mevrouw Beckerman (SP):

Steun.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

Mevrouw Daniëlle Jansen (NSC):

Geen steun.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Inhoudelijk ben ik het helemaal eens met mevrouw Paulusma, maar binnenkort hebben we inderdaad een begrotingsbehandeling. Daar zou ik het zeker in meenemen. Dat is, denk ik, de kortste klap.

De voorzitter:

Dus geen steun.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter, wel steun. Het wordt een hele drukke begrotingsbehandeling zo langzamerhand.

De heer Krul (CDA):

Naast die begroting zijn er nog ook gewoon zes à zeven grote niet-ingeplande plenaire debatten waar dit ook in kan worden behandeld. Dus geen steun, mede namens de SGP en de ChristenUnie.

De heer Claassen (PVV):

Ik sluit mij aan bij de woorden van mijn voorganger.

De heer Van Meijeren (FVD):

Belangrijk onderwerp, dat zeker een separaat debat verdient, dus van harte steun.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid, mevrouw Paulusma.

Mevrouw Paulusma (D66):

En volgens mij ook geen dertig leden, als ik goed meegeteld heb.

De voorzitter:

Dat dan weer wel.

Mevrouw Paulusma (D66):

O, kijk! Nou, dan heel graag een dertigledendebat. Ik ga dan graag het debat aan met deze Kamer.

De voorzitter:

Er gebeuren allemaal mooie dingen hier!

De heer Ceder.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Dank, voorzitter. Er zijn een hoop ontwikkelingen als het gaat om incasso en schulden. We hebben het vanmiddag in het vragenuur gehad over buy now, pay later, waar nog geen oplossing voor is. Dat kan een potentiële ramp zijn, want dat wordt losgelaten in de winkelstraten. Ook bleek uit de inspectie dat een groot deel van de incassobureaus niet voldoet aan de wettelijke richtlijnen die sinds dit jaar van kracht zijn. Ik heb al een dertigledendebat over schulden aangevraagd, maar gezien de urgentie zou ik graag willen vragen om dat om te zetten in een volwaardig debat. Ik wil ook vragen om dat, als het kan, in te plannen voor het einde van het jaar en, als dat niet lukt, in ieder geval voor eind januari 2025. De Kamer moet zich namelijk kunnen uitspreken over de gang van zaken en moet daar afspraken over maken.

Mevrouw Beckerman (SP):

Steun.

Mevrouw Van Eijk (VVD):

17 oktober is er een commissiedebat, dus geen steun.

De heer Stoffer (SGP):

Mede namens het CDA, ChristenUnie en de SGP steun.

De voorzitter:

Ook namens de ChristenUnie? Maar die staat hier al!

De heer Ceder (ChristenUnie):

Dat is fijn!

De heer Stoffer (SGP):

Wij dachten even onze verbondenheid te laten zien en te merken.

De heer Ceder (ChristenUnie):

We zijn een confessioneel blok, voorzitter.

De voorzitter:

Ga dan gewoon een keer fuseren!

Kamerlid Kostić (PvdD):

Het is belangrijk om de kwetsbaarste mensen te beschermen, dus steun.

Mevrouw Welzijn (NSC):

De schuldenindustrie trapt mensen die al op de grond liggen, dus van harte steun voor dit verzoek.

De heer Van Meijeren (FVD):

Ook steun namens Forum voor Democratie.

Mevrouw Lahlah (GroenLinks-PvdA):

Steun voor dit verzoek.

De heer Ergin (DENK):

Steun.

Mevrouw Paulusma (D66):

Steun.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

De heer Vermeer (BBB):

Steun.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid, meneer Ceder.

Mevrouw Van der Werf.

Mevrouw Van der Werf (D66):

Voorzitter. Eerder dit jaar vroegen wij een debat aan over anti-institutioneel extremisme. Daar was brede steun voor in deze Kamer. Het onderwerp blijft onverminderd actueel; dit weekend waren er opnieuw arrestaties van radicale soevereinen. Ik snap dat de begrotingen nu voorgaan, maar het lijkt me een goed idee om dit plenaire debat voor het einde van dit jaar te voeren.

De voorzitter:

U weet dat de agenda tot de kerst mudjevol zit met begrotingen, hè?

Mevrouw Van der Werf (D66):

Daarom gaf ik dat ook aan. Vanaf 2 december zou het wat mij betreft een goed idee zijn.

De voorzitter:

Oké.

De heer Six Dijkstra (NSC):

U zei het al, voorzitter, de agenda zit erg vol. Dit debat is er niet eentje waarvan we zeggen: die moet dit jaar nog.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

Mevrouw Vondeling (PVV):

Geen steun.

Mevrouw Mutluer (GroenLinks-PvdA):

Wel steun, met dien verstande dat ik denk dat we ook het debat over verward gedrag zo snel mogelijk moeten voeren. Maar ik snap de urgentie.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

Mevrouw Michon-Derkzen (VVD):

Ik ondersteun de urgentie, maar ik voel nog meer urgentie voor het debat over verward gedrag en over demo's. Met dien verstande zou ik willen dat we ook hierover voor kerst met elkaar het debat voeren.

De heer El Abassi (DENK):

Ik voel ook urgentie, dus steun.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Geen steun.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

Steun.

De voorzitter:

Er is een zekere urgentie, maar andere debatten gaan voor; dat is een beetje wat ik bespeur.

Mevrouw Van der Werf (D66):

Is dat een handreiking, voorzitter?

De voorzitter:

Dat is altijd een handreiking, ja. We gaan ons best doen, maar u kent het schema. We hebben het vandaag rondgestuurd; kijk maar eens hoe vol we zitten met begrotingen tot de kerst. We gaan ons best doen.

Mevrouw Van der Werf (D66):

Veel dank, voorzitter.

De voorzitter:

Altijd.

Mevrouw Bikker van de ChristenUnie.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

Voorzitter, dank u wel. Vandaag bereikte ons het bericht over agenten die geen Joodse objecten willen bewaken en dat de korpsleiding begrip heeft voor morele bezwaren. Dat zou capituleren voor antisemitisme zijn. Daarvan kan geen sprake zijn. Dit moet zo snel mogelijk de wereld uit. Daarom vraag ik een debat aan en natuurlijk eerst een brief van de minister van Justitie over de gang van zaken.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

De heer Ellian (VVD):

Steun.

De heer Six Dijkstra (NSC):

Steun.

De heer Krul (CDA):

Steun.

De heer Aardema (PVV):

Steun.

Mevrouw Van der Werf (D66):

Voorzitter. De reactie van de minister is er al. Wat ons betreft hoeft het niet plenair.

Mevrouw Helder (BBB):

Voorzitter. Dit is belangrijk. Normaal zou ik altijd zeggen: een commissiedebat is sneller. Maar dit moeten we wel goed bespreken, want dit is natuurlijk wel een hele vreemde neutraliteit. Doe je werk; dat moeten wij ook doen. Steun.

Mevrouw Mutluer (GroenLinks-PvdA):

Ik was ook blij met de reactie van de minister. Die was vrij stevig. Volgens mij is het helder dat iedereen in Nederland bescherming geniet. Wat mij betreft is het belangrijk dat we dit ook bespreken in het commissiedebat in december. Ik weet niet of het debat eerder kan, dus dan liever in een commissie.

De voorzitter:

Maar is dat steun of geen steun?

Mevrouw Mutluer (GroenLinks-PvdA):

Ik denk dat dit langer duurt, dus geen steun nu.

De voorzitter:

Geen steun. Helder.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Wij sluiten ons aan bij de woorden van GroenLinks-PvdA.

De voorzitter:

Er is een meerderheid, maar ik vertel er nogmaals bij dat het schema helemaal vol zit.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

Voorzitter, het kan een kort debat zijn. Ik denk zelfs dat een spreektijd van twee minuten genoeg is.

De voorzitter:

Kijk eens aan!

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

Daarmee geef ik u wat ruimte om het zo snel mogelijk in te plannen.

De voorzitter:

Kijk eens aan! Heel goed.

De heer Paternotte.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter. We zien in de laatste weken welke risico's er bestaan bij technologische afhankelijkheid, met name van elektronische apparaten uit onvrije landen of landen met een offensief cyberprogramma. In reactie daarop legt president Biden een wet op tafel met een verbod op Chinese software in auto's. Daarover zou ik graag een debat voeren met het kabinet. De drie bewindspersonen staan genoemd in de aanvraag. Ik doe deze aanvraag mede namens de fracties van GroenLinks-Partij van de Arbeid, NSC, het CDA, de SP, de SGP, de ChristenUnie, de Partij voor de Dieren, Volt en JA21.

De voorzitter:

Dank u wel. Is er ...?

De heer Paternotte (D66):

Het zijn er 76.

De voorzitter:

Dan heeft u al een meerderheid. We boeken het in. Ik vertel er nog even bij dat het schema helemaal vol zit.

Het laatste woord is aan mevrouw Westerveld van de fractie van GroenLinks-Partij van de Arbeid.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter. Er gaan vrouwen dood omdat we niets doen. Dat zei de Vereniging voor Radiologie vandaag in reactie op het voorpagina-artikel van de Volkskrant. Het gaat over vrouwen met dicht klierweefsel in de borsten, waardoor zij een verhoogde kans hebben op borstkanker. Daar is al vaker een debat over geweest tussen de voorgangers van de staatssecretaris en de Kamer. Wij komen daar niet uit. Daarom zou ik daar graag opnieuw een debat over willen hebben met de staatssecretaris Jeugd, Preventie en Sport. Er ligt al een brief van 6 september. Daarin schrijft de staatssecretaris dat vrouwen hier vaak niet van op de hoogte worden gesteld omdat aanvullende behandelopties ontbreken. Dat is nu juist het probleem, dus laten we daar opnieuw een debat over hebben.

Mevrouw Paulusma (D66):

Van harte steun, met de toevoeging dat ik ook graag een nieuwe brief van de staatssecretaris wil. Gisteren kwam het nieuws naar buiten van de radiologen dat capaciteit niet het probleem moet zijn voor deze vrouwen om een MRI te kunnen krijgen. Dus graag een brief van de staatssecretaris in reactie op dat artikel.

Mevrouw Tielen (VVD):

Ik had gehoopt dat u de mondelinge vraag zou toekennen, want dan hadden we heel kort een snelle reactie van de staatssecretaris kunnen hebben. Ik vind dit heel belangrijk, maar ik hoor ook de voorzitter. We hebben in november een commissiedebat over medische preventie. Ik ga er dan in ieder geval aandacht aan besteden. Dus geen steun voor een debat nu.

Mevrouw Rikkers-Oosterkamp (BBB):

Steun, voorzitter.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

Mevrouw Dobbe (SP):

Steun, ook voor een nieuwe brief.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

Voorzitter, mede namens het CDA en de SGP steun.

Mevrouw Daniëlle Jansen (NSC):

Geen steun. Het kan in een ander debat.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De heer El Abassi (DENK):

Steun.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter, er is in verschillende reacties vanuit de Kamer wel om een brief gevraagd. Zou u dat kunnen doorgeleiden, zodat we die brief in ieder geval snel kunnen krijgen?

De voorzitter:

Ja, ik zal dat in ieder geval doorgeleiden naar het kabinet. Dank u wel.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Sorry, ik zat heel even niet op te letten, maar steun. Of hadden we het al gesteund? Sorry, ik ben helemaal ...

De voorzitter:

Toch fijn dat uw fractie op één lijn zit.

Tot zover de regeling van werkzaamheden. Ik schors voor enkele minuten en dan gaan we hoofdelijk stemmen.

De vergadering wordt van 16.38 uur tot 16.43 uur geschorst.

Naar boven