8 Stemmingen moties Onjuiste berekeningen van WIA-uitkeringen door het UWV

Stemmingen moties Onjuiste berekeningen van WIA-uitkeringen door het UWV

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de onjuiste berekeningen van WIA-uitkeringen door het UWV,

te weten:

  • -de motie-Saris over komen met een herstelplan voor de gemaakte fouten bij het UWV (26448, nr. 776);

  • -de motie-Patijn over een regeling uitwerken voor een onverplichte tegemoetkoming voor snelle en belastingvrije compensatie (26448, nr. 777);

  • -de motie-Patijn c.s. over afzien van terugvorderingen bij het herstellen van door het UWV gemaakte fouten (26448, nr. 778);

  • -de motie-Ceder over de geleerde lessen samen met het UWV toepassen op het WIA-beleid (26448, nr. 779);

  • -de motie-Ceder c.s. over er bij het UWV op aandringen om jurisprudentie en regelgeving zo veel mogelijk in het voordeel van de uitkeringsgerechtigde uit te leggen (26448, nr. 780);

  • -de motie-Ergin/Patijn over 2006 als startjaar nemen bij hersteloperaties en onderzoeken naar fouten in de verwerking van WIA-uitkeringen (26448, nr. 781);

  • -de motie-Ergin over een laagdrempelig vraag- en adviespunt instellen bij de inrichting van de hersteloperatie van het UWV (26448, nr. 782);

  • -de motie-Ergin/Patijn over slimme software extern en onafhankelijk laten toetsen op het risico van willekeur (26448, nr. 783);

  • -de motie-Inge van Dijk c.s. over onderzoeken of een vorm van rechtsbescherming met belangenbehartigers binnen de organisatie kan worden opgezet bij het UWV (26448, nr. 784);

  • -de motie-Van Kent over vakbonden en belanghebbenden betrekken bij de hersteloperatie bij het UWV en geen consultancybureaus inhuren (26448, nr. 785).

(Zie vergadering van 1 oktober 2024.)

De voorzitter:

De motie-Saris (26448, nr. 776) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het UWV een onduidelijk en onvolledig beeld heeft en schetst van de omvang van de fouten gemaakt bij het UWV;

constaterende dat deze problemen zeer complex zijn en dat de les van het toeslagenschandaal en van Groningen is dat het wenselijk is om eerst een volledig beeld te hebben van de fouten voordat er overhaast besluiten genomen worden;

constaterende dat het herstel van fouten ook zijn doorwerking heeft bij Toeslagen, bij verzekeraars, bij pensioenen en bij werkgevers;

verzoekt de regering:

  • -uiterlijk in het voorjaar van 2025 opheldering te verschaffen middels een onafhankelijk, extern onderzoek naar alle problemen bij het UWV en de gevolgen die daaruit komen voor allereerst uitkeringsgerechtigden, maar ook voor werkgevers, pensioenfondsen en verzekeraars, en daarover open te rapporteren;

  • -er zorg voor te dragen dat mensen die recht hebben op een (hogere) uitkering dat recht ook zo spoedig mogelijk krijgen;

  • -zeer terughoudend te zijn met terugvorderingen conform de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep;

  • -verlagingen van uitkering zorgvuldig, stapsgewijs en met aandacht voor schrijnende gevallen te laten verlopen;

  • -niet zomaar (grote) nabetalingen te doen, voordat duidelijk is welke gevolgen dit heeft in individuele situaties op bijvoorbeeld toeslagen of schuldhulpverlening;

  • -ruiterlijk te erkennen richting mensen (uitkeringsgerechtigden en klokkenluiders binnen de organisatie) dat mensen onrecht is aangedaan;

verzoekt de regering met een herstelplan te komen, en de Tweede Kamer daarover in het voorjaar van 2025 te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt nr. 786, was nr. 776 (26448).

De motie-Van Kent (26448, nr. 785) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om de vakbonden en belanghebbenden te betrekken bij de hersteloperatie bij het UWV;

verzoekt de regering zo min mogelijk consultancybureaus in te huren voor de hersteloperatie,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt nr. 787, was nr. 785 (26448).

Ik stel vast dat wij nu over deze gewijzigde moties kunnen stemmen.

Er is een stemverklaring van mevrouw Saris.

Mevrouw Saris (NSC):

Voorzitter, dank u wel. Ik heb tijdens het debat namens Nieuw Sociaal Contract aangegeven dat de problemen zeer complex zijn, dat we moeten leren van de lessen van het toeslagenschandaal en Groningen en dat het wenselijk is dat we eerst een concreet beeld krijgen van de totale fouten voordat er overhaast besluiten worden genomen. In de komende tijd maakt de regering hiervoor een plan.

Ik wil twee zaken benoemen ten aanzien van de voorliggende moties. Nieuw Sociaal Contract vindt dat we zeer terughoudend moeten zijn met terugvorderingen, conform de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep. De minister heeft toegezegd deze uitspraak te respecteren. Dan kom ik bij de fouten van voor 2020. Nieuw Sociaal Contract vindt dat de onderste steen boven moet komen. De minister heeft in het debat aangegeven dat hij op onderdelen verder zal terugkijken dan de periode 2020-2024 als uit onderzoek blijkt dat dat nodig is. De antwoorden van de minister waren voldoende. De fractie van Nieuw Sociaal Contract zal daarom tegen de moties op de stukken nrs. 778 en 781 stemmen.

De voorzitter:

Heel goed.

In stemming komt de gewijzigde motie-Saris (26448, nr. 786, was nr. 776).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, GroenLinks-PvdA, de PvdD, DENK, Volt, D66, NSC, de ChristenUnie, de SGP, het CDA, BBB, JA21, FVD en de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de VVD ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Patijn (26448, nr. 777).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, GroenLinks-PvdA, de PvdD, DENK, Volt en FVD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Patijn c.s. (26448, nr. 778).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, GroenLinks-PvdA, de PvdD, DENK, Volt en FVD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Ceder (26448, nr. 779).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Ceder c.s. (26448, nr. 780).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Ergin/Patijn (26448, nr. 781).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, GroenLinks-PvdA, de PvdD, DENK, BBB en FVD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Ergin (26448, nr. 782).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Ergin/Patijn (26448, nr. 783).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, GroenLinks-PvdA, de PvdD, DENK, Volt en D66 voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Inge van Dijk c.s. (26448, nr. 784).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Kent (26448, nr. 787, was nr. 785).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, GroenLinks-PvdA, de PvdD, DENK, Volt, D66, NSC, de ChristenUnie, de SGP en BBB voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Naar boven