Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | nr. 65, item 3 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | nr. 65, item 3 |
Vragenuur
Vragen Dijk
Vragen van het lid Dijk aan de minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, viceminister-president over het bericht "Rode Kruis: aantal Nederlanders in voedselnood niet afgenomen".
De voorzitter:
We blijven bij deze minister. Ik geef graag het woord aan de heer Dijk van de fractie van de SP.
De heer Dijk (SP):
Dank u wel, voorzitter. In 2002 werd de eerste voedselbank in Nederland opgericht. Het was een schande dat dat nodig was. Wat zeg ik? Het is een schande dat dit nodig is. En de voedselbanken schoten als paddenstoelen uit de grond, de rijen werden steeds langer en er stonden steeds meer mensen in de rij voor de voedselbank. In 2021 was er een nieuw dieptepunt. Het Rode Kruis ging geld inzamelen tegen voedselnood in Nederland. Voedselnood! Het is een schande dat dit nodig is. In 2024 zijn bijna een half miljoen Nederlanders in voedselnood. Een schande dat dat nodig is. Mensen die niet te eten hebben, die met honger op bed gaan. Het is een schande. Iedere dag ontvang ik mailtjes van mensen die honger hebben, die met honger op bed gaan, die een maaltijd overslaan omdat hun kinderen iets te eten moeten hebben en waarvan hun kinderen ook met honger op bed gaan. Ik kan hier een heleboel voorbeelden gaan noemen van al die buurten en wijken waar de SP actief is en waar we deze mensen spreken, maar ik ga eventjes Henny uit de reportage van Hart voor Nederland uit 2022 aanhalen. Henny, dappere Henny, durfde op tv bij Hart voor Nederland toe te geven dat zij met honger naar bed gaat. Zij kreeg de vraag: wat doet u om die honger te stillen? En Henny zei: ik vul mijn buik met water. Henny gaf een glimlach vol schaamte; je zag het, gekrenkte trots, mensonterend. Het is een schande dat dit in dit land gebeurt. Het is een politiek probleem, door de politiek veroorzaakt, door de politiek verergerd de afgelopen jaren en de politiek moet dit oplossen. De miljarden vliegen je om de oren, gisteren ook weer. En waar zijn en blijven die miljarden voor Henny en al die anderen, is mijn enige vraag aan deze minister.
De voorzitter:
De minister.
Minister Schouten:
Voorzitter. Dank voor de vragen van de heer Dijk. Dank ook dat hij aandacht vraagt voor dit belangrijke vraagstuk, want gezond en voldoende voedsel zou voor iedereen beschikbaar moeten zijn. Dat ben ik helemaal met hem eens. Het is ook een basisvoorwaarde om te bestaan. We hebben helaas gezien dat het de afgelopen jaren voor veel mensen niet makkelijk is geweest, mede doordat de prijzen veel aan het stijgen waren. Dat leidt in sommige situaties tot hele schrijnende situaties. Dat vraagt ook om actie; dat ben ik eens met de heer Dijk.
Die actie is er de afgelopen jaren ook geweest. Wij hebben diverse maatregelen genomen om ervoor te zorgen dat de mensen in eerste instantie meer inkomen hadden zodat ze de rekeningen konden betalen of de boodschappen konden doen. We hebben het wettelijk minimumloon de afgelopen jaren verhoogd met ruim 10%, met daaraan gekoppeld de uitkeringen. Voor dit jaar was er voor de huurtoeslag en het kindgebonden budget bij elkaar een pakket van 2 miljard, om te zorgen dat mensen meer inkomen en koopkracht krijgen. We hebben het Noodfonds Energie gehad. Heel gericht op voedsel hebben we gezorgd voor een subsidie voor het Voedselvangnet Nederland, die gaat oplopen tot zo'n 16 miljoen. Het Rode Kruis krijgt 3 miljoen subsidie. We hebben de schoolmaaltijden. Het Armoedefonds krijgt ook ondersteuning. Dat zijn allemaal initiatieven die nodig zijn om mensen te kunnen voorzien van onder andere voedsel, maar ook andere zaken die zo nodig zijn.
We weten dat er nog steeds mensen zijn die desondanks echt in de problemen zitten. Dat zien we vandaag ook weer. Dat doet mij ook pijn, zeg ik maar gelijk. De inzet is er juist elke dag op gericht om die mensen wel te bereiken. Wij zien in de rapportage van het Rode Kruis, maar ook in de praktijk, dat het soms mensen zijn die zich vanuit schaamte bijvoorbeeld niet durven te melden voor hulp. Soms zijn het mensen die denken dat ze een te hoog inkomen hebben om voor hulp in aanmerking te komen, terwijl zij het wel zwaar hebben. Ik was onlangs nog op werkbezoek bij een stichting in Hoofddorp, die ook voedselpakketten verstrekt. Zij komen vooral mensen tegen die eigenlijk best een goed inkomen en een koophuis hebben, maar die door levensgebeurtenissen opeens te weinig geld hebben, waardoor zij op dat moment geen geld meer hebben om de boodschappen te betalen.
Voorzitter. Wij hebben dus al die partijen nodig om die mensen te bereiken: aan de ene kant de maatregelen die het kabinet neemt en aan de andere kant de maatregelen die deze stichtingen, die wij ook ondersteunen, nemen. Het probleem is hardnekkig en ik ben het met de heer Dijk eens dat we hier gewoon vol op moeten inzetten.
De heer Dijk (SP):
Het probleem is niet hardnekkig. Het probleem is vrij simpel. Een tekort aan geld is de kern van armoede, een tekort aan geld in je portemonnee om rond te kunnen komen. Dan kan een kabinet in een energiecrisis bedenken dat er energietoeslagen moeten komen. We kunnen een huurtoeslag verhogen. We kunnen een kindgebonden budget verhogen. U kunt allemaal kleine pleisters blijven plakken. U had het zelf over noodfondsen en schoolmaaltijden. Ik begon mijn verhaal net met de eerste voedselbanken, in 2002. Daarna begon ik erover dat het Rode Kruis geld aan het inzamelen is om voedselnood te voorkomen. Voedselnood! Dan krijg ik hier een antwoord dat ik al jaren hoor. Ik heb in de gemeentepolitiek gewerkt. Dan komen we met ontbijt op school. Ja, allemaal mooi hoor, dames en heren. Ik kijk ook richting de Kamer en niet alleen richting deze minister. Het is allemaal mooi, ja, maar dan blijft de vraag toch wel, zeker na gisteren, waarom het kabinet niet heeft besloten om reparatiewerk te gaan verrichten voor het bestrijden van echt diepe armoede en voedselnood. Waarom heeft het kabinet er niet voor gekozen om ook dit jaar wederom te proberen om bijvoorbeeld het minimumloon en alle uitkeringen te verhogen? Waar blijven de miljarden, vroeg ik net. Dat is eigenlijk mijn kernvraag. Daar wil ik een concreet antwoord op. Waar blijven de miljarden voor Henny en al die anderen?
Minister Schouten:
Als u de Voorjaarsnota heeft gelezen, die gisteren naar de Kamer is gestuurd, zult u hebben gezien dat er voor dit jaar bijna 1 miljard is opgenomen voor koopkrachtmaatregelen, onder andere door een verhoging van het wettelijk minimumloon en de koppeling van alle uitkeringen daaraan. Op dit moment wordt dat besproken in de Eerste Kamer.
De heer Dijk (SP):
Daarom wees ik ook daarheen.
De voorzitter:
De minister is aan het woord.
Minister Schouten:
Laat ik ook via deze weg een oproep doen aan de partijen die daar een stem in hebben. Dit toont nog maar eens aan hoe belangrijk dat wetsvoorstel is. Het komt van het kabinet. De Kamer heeft daar zelf ook een eigen stem in gehad. Het tweede voorbeeld is dat er vandaag een wetsvoorstel voorligt over de verhoging van de huurtoeslag voor dit jaar. Dat is ook een heel concreet wetsvoorstel. Als je die twee voorstellen bij elkaar optelt, komt dat uit op een klein miljard. Het zit erin. Sterker nog, ik moet het eruit gaan halen als die wetsvoorstellen worden weggestemd. Dat is de verantwoordelijkheid die hier en in de Eerste Kamer hopelijk wordt gevoeld.
De heer Dijk (SP):
Dan zijn de minister en ik het daar in ieder geval over eens. Daarom wees ik ook naar deze Kamer. Ik twijfel ook niet aan uw intenties, maar ik twijfel wel aan de oplossingen. Ik twijfel ook aan het gegeven of het überhaupt voldoende is, want dit gebeurt jaar na jaar. Ik somde dit net op. Vanaf 2002 waren er de eerste voedselbanken. Het is niet minder erg geworden; het is veel erger geworden. Het is mooi dat u nu deze ene maatregel neemt. Ik vraag de minister tot slot het volgende, want ik zit al in het rood. Denkt u dat de voedselnood volgend jaar opgelost is met deze maatregel die u nu opsomt?
Minister Schouten:
Elke stap die we kunnen zetten, hebben we nodig om dit probleem aan te pakken. Daarom via deze weg dus ook nog mijn verkapte oproep aan de Kamer om verantwoordelijkheid te dragen voor dit vraagstuk. Wij hebben de afgelopen jaren juist tegen de stroom in moeten roeien om ervoor te zorgen dat we op dit onderwerp stappen vooruit konden zetten. Het probleem is er nog niet mee weg, maar elke stap die we kunnen zetten, moeten we zetten.
Mevrouw Palmen (NSC):
De bestaanszekerheid is een onderwerp van zorg voor de overheid. We zien dat dat helaas nog steeds niet afdoende gelukt is. Ik weet dat de minister zich daar met hart en ziel voor inzet, wat ook heel erg belangrijk is. Hoe kan het dan dat een organisatie zoals het Rode Kruis moet helpen? Het Rode Kruis heeft initiatieven genomen zoals de boodschappenmaatjes. Hoe kan het dat juist een niet-overheidsinstantie mensen moet ondersteunen die echt zwaar in de problemen zitten, terwijl we nota bene net te horen hebben gekregen dat het wel meevalt met de armoedecijfers? Het Centraal Bureau voor de Statistiek zegt dat het armoedeaantal naar beneden is gegaan. Hoe kunnen we dit verklaren? Hoe zorgen we dat de leefwereld en de systeemwereld weer nader tot elkaar komen?
Minister Schouten:
Het klopt dat de armoedecijfers omlaag zijn gegaan. Deze cijfers zijn overigens niet gepubliceerd door instanties die ik aanstuur, maar dit zijn allemaal onafhankelijke instanties, zoals het CBS, het Nibud en het CPB. Zij zeggen allemaal dat de armoedecijfers de afgelopen jaren omlaag zijn gegaan. Ik zie in de rapportage van het Rode Kruis — en ik vertelde net ook dat ik dit in de praktijk zie — dat het gaat om mensen die niet per se onder de armoedegrens leven, maar door bepaalde omstandigheden, zoals levensgebeurtenissen of schulden, toch te weinig overhouden van hun besteedbaar inkomen om rond te komen. Juist bij deze groep merken wij vaak dat er schaamte zit en soms niet bekend is waar ze terecht kunnen. Laat ik dan ook via deze weg de oproep doen: zoek hulp, want er is hulp. Er is vaak veel meer mogelijk dan mensen zelf denken. Wij moeten gewoon maatregelen nemen op het gebied van de koopkracht, maar ook de stijging van de huren et cetera, om de bestaanszekerheid te vergroten. Juist met organisaties als het Rode Kruis, maar ook de voedselbanken en andere instanties, werk ik echt graag samen, omdat zij soms mensen kunnen bereiken die ik niet direct bereik. Dat vind ik het waardevolle van de samenwerking en daarom ondersteunen wij die partijen daarin. We moeten dit echt met elkaar doen.
De heer Mohandis (GroenLinks-PvdA):
Wij als politieke partijen hebben in de campagne de mond vol van bestaanszekerheid en er ligt een pakket. Ik ben het eens met de minister dat het dan niet helpt dat de BBB dit nu in de Eerste Kamer dreigt te torpederen. Dat helpt niet. Mijn vraag aan het kabinet is concreet. We weten niet hoelang de formatie gaat duren. Armoede is niet demissionair. Bent u dan bereid om, samen met een mogelijke meerderheid hier, te zoeken naar aanvullende maatregelen, zodat mensen gewoon weer meer te besteden hebben?
Minister Schouten:
Ik denk dat we juist in de Voorjaarsnota al hebben laten zien dat het niet zo is dat het kabinet op dit punt geen maatregelen neemt. Nogmaals, het gaat om een klein miljard, dat gewoon gisteren naar deze Kamer is gestuurd, afhankelijk van hoe u hier gaat stemmen en van hoe er in Eerste Kamer wordt gestemd. Het is uiteindelijk natuurlijk ook aan uw Kamer. Wij zijn zo missionair op een onderwerp als u ons gunt, dus dan is het ook aan deze Kamer om aan te geven waar de prioriteiten liggen.
De heer De Kort (VVD):
De VVD maakt zich al langer zorgen om de groep werkende armen, die steeds vaker tussen wal en schip dreigt te vallen. Ook de armoedeval is te groot. Juist deze groep kan vaak geen aanspraak maken op regelingen. Wanneer ze dat wel kunnen, is er die schaamte, waar de minister het ook over had. Mijn vraag is eigenlijk heel concreet: wat kunnen gemeenten in het bijzonder doen om deze groep wel te bereiken?
Minister Schouten:
Ik denk dat het juist op diverse plekken zo is dat niet alleen de gemeenten hierin een rol hebben. Ik denk niet dat we gelijk naar de gemeenten moeten kijken als er zaken zijn die niet goed gaan.
Het is natuurlijk wel zo dat er op diverse plekken hulp is, afhankelijk van de vraagstukken eronder. Als mensen echt in de problemen zitten, kunnen ze echt wel naar de gemeente gaan, afhankelijk van de situatie; ik kan nu niet overzien of er voor die situatie dan ook gelijk hulp is. Maar er kan altijd gekeken worden wat wel kan. Ik merk ook dat meer mensen dan aankloppen bij de vertrouwde omgevingen. We hadden het net al over religieuze organisaties, zoals kerken, moskeeën et cetera. Die hebben vrij directe contacten met de mensen die daar zitten. Maar je ziet het ook bij organisaties als het Leger des Heils en SchuldHulpMaatje. Mensen durven daar wel aan te kloppen. Op al die plekken weten die organisaties wat de mogelijkheden zijn en hoe ze bijvoorbeeld kunnen doorverwijzen naar een gemeente. Maar ik zei net ook dat er een hele grote verantwoordelijkheid bij ons ligt. Wij moeten als wetgever bekijken wat onze mogelijkheden zijn. Juist voor die groep werkende armen — ik herhaal het nog maar eens — zou het wetsvoorstel om het wml te verhogen buitengewoon kunnen helpen.
De heer Flach (SGP):
De financiële kant is net, denk ik, goed door de heer Dijk bevraagd. Mijn vraag zit aan de andere kant. Voedselbanken zijn helaas nodig in Nederland. Dat is waar. Aan de andere kant is het ook een dikke pluim waard voor al die duizenden vrijwilligers die er elke dag voor klaarstaan en die, gesteund door allerlei maatschappelijke organisaties en kerken, tijd en geld daarin steken. Daar zit ook mijn vraag. Zou de minister naar de sfeer van giftenaftrek willen kijken, namelijk of het mogelijk is om giften voor dit soort initiatieven te bevorderen? We hebben nu al een extra regeling voor bijvoorbeeld culturele giften, dus wil ze bekijken of het ook mogelijk is om giften in de sfeer van dit soort barmhartigheid en solidariteit anders te behandelen, waardoor dat gestimuleerd wordt, ook richting de Nederlander?
Minister Schouten:
Ik sta hier vandaag in het vragenuurtje allerlei vragen te behandelen en ik mag nu ook weer wat gaan zeggen over de fiscaliteit. Ik word breed ingezet hier, merk ik.
De voorzitter:
Geniet ervan, zou ik zeggen!
Minister Schouten:
Ja, ik wou zeggen! Het is echt een machtige rol. Maar deze vraag zou ik dan ook echt met de staatssecretaris Fiscaliteit moeten bespreken. Het is wel belangrijk om in het verlengde van deze vraag het volgende te benadrukken. Wij zagen ook wat onzekerheden in het rapport van het Rode Kruis. Mensen die een uitkering hadden, dachten bijvoorbeeld dat het afgetrokken zou worden van die uitkering of wat dan ook als ze voedselhulp zouden krijgen. Ik zou hier willen zeggen: "Gemeenten, zorg ervoor dat je daar echt goed mee omgaat. We zijn de grens voor giften aan het ophogen, bijvoorbeeld in de Participatiewet. Maar ga hier nu niet heel strak mee om, want mensen hebben deze hulp nodig." Die mensen hoeven er ook echt niet bang voor te zijn dat dit van hun uitkering of iets dergelijks wordt afgetrokken, want dit is hulp die heel gericht nodig is voor dat specifieke doel.
De heer Van Houwelingen (FVD):
Elke week bereikt ons weer een nieuw signaal dat het water Nederlanders financieel gezien aan de lippen staat. We hebben het nu over voedselnood. Een paar weken geleden hadden we het tijdens het vragenuurtje over de schuldhulpverlening, die de vraag niet meer aankan. Hetzelfde geldt voor de voedselbank. Mijn vraag aan de minister is: hoe zou het toch komen dat er zo veel noodsignalen zijn, dat zo veel organisaties tegen ons zeggen dat Nederlanders het niet meer redden en de maand niet meer rondgebreid krijgen? Ik zou daar graag aan reflectie van de minister op willen horen.
Minister Schouten:
Er zijn diverse oorzaken. Ik had dit gesprek inderdaad de vorige keer ook met de heer Van Houwelingen. Uit het rapport van het Rode Kruis blijkt dat mensen zich schamen en dat ze het niet durven te benoemen. Er zit soms bepaalde problematiek achter, bijvoorbeeld wanneer iemand net zijn baan heeft verloren. Denk ook aan mensen die een onzeker contract hebben. Zij hebben de ene maand voldoende inkomen, maar krijgen in de volgende maand te weinig opdrachten, waardoor ze in één keer een probleem hebben en klem komen te zitten. Ook de kosten voor het leven zijn natuurlijk op veel fronten gestegen. Dat merken veel mensen die net rond konden komen, maar nu niet meer. Er is dus een heel palet aan oorzaken, waardoor dit veroorzaakt wordt. Het vergt een brede aanpak, niet alleen vanuit het departement van Sociale Zaken. We moeten ook naar zorg en wonen kijken. Dat proberen we op alle punten te doen, want dat is de enige manier waarop je dit probleem beter kunt aanpakken.
De heer Van Houwelingen (FVD):
Ik denk zelf dat de toegenomen kosten de voornaamste oorzaak is. Iedereen ziet dat op zijn boodschappenbonnetje.
Mijn vervolgvraag en laatste vraag aan de minister is: heeft het misschien ook wat te maken met het kabinetsbeleid, bijvoorbeeld rond klimaat? Dat kost ontzettend veel geld. Drijft dat de kosten niet op? Heeft het misschien ook te maken met migratie, waardoor de woningprijzen omhooggaan? Kortom, heeft het feit dat Nederlanders moeilijker rond kunnen komen niet ook te maken met het beleid dat dit kabinet heeft ingezet?
Minister Schouten:
Het grootste effect in de afgelopen jaren op de stijgende prijzen kwam door de oorlog in Oekraïne, die door Rusland is gestart. Wat is het kabinetsbeleid? We waren als kabinet net tweeënhalve maand onderweg toen dit gebeurde. De prijzen zijn daarna enorm gestegen. Er zijn meer zaken die meespelen, maar dit is een hele grote reden geweest waarom de inflatie en daarmee de prijzen enorm zijn toegenomen.
De heer Dijk (SP):
Het Rode Kruis zegt zelf dat de maatregelen van het kabinet onvoldoende zijn. Uit de eigen Voorjaarsnota blijkt dat ook. De armoede neemt volgend jaar toe, van 4,7% naar 5,4%. We kunnen er logischerwijs van uitgaan dat de voedselnood in Nederland ook toeneemt. Is de minister het met de SP eens dat er meer moet gebeuren en, zo ja, wat dan?
Minister Schouten:
Ik blijf mezelf een beetje herhalen. De eerste belangrijke stap is dat we hier wetsvoorstellen aannemen die de koopkracht van mensen verbeteren. Die liggen er vanuit het kabinet. We kijken op basis van de laatste cijfers in augustus wat er nog meer moet gebeuren. Dat is het moment waarop dat gebeurt. Laat ik heel helder zijn: als een aantal van die wetsvoorstellen nu worden weggestemd, dan wordt het probleem niet kleiner maar alleen maar veel groter.
De heer Dijk (SP):
Dat klopt. Wij doen hierbij nogmaals diezelfde oproep vanuit de SP-fractie. Maar die oproep doen wij ook richting het kabinet. U kunt dit wel zeggen, maar ook als die wetsvoorstellen worden aangenomen en worden meegenomen in de cijfers, neemt de armoede alsnog toe. Ik vraag deze minister, in haar nadagen ... Ik bedoel dat eerbiedig.
Minister Schouten:
Nadagen!
(Hilariteit)
De heer Dijk (SP):
Pardon, in haar mogelijk laatste dagen. Dat kan inderdaad nog heel erg lang duren. Maar niet twee jaar, meneer Mohandis, dat is mij echt te veel. Wat zou deze minister de Kamer willen meegeven? Zij is demissionair, maar de Kamer is dat niet. Als zij de armoedecijfers ziet die ik net opsomde, waaruit blijkt dat het percentage van mensen in armoede omhooggaat, wat moet er dan extra gebeuren bovenop datgene wat zij nu in het vragenuur heeft aangegeven?
Minister Schouten:
In de breedte moeten we kijken hoe we ervoor zorgen dat de armoedecijfers — daar zijn diverse mogelijkheden voor — in ieder geval niet gaan toenemen. Daarbovenop moeten we ook bezien hoe we regelingen eenvoudiger en beter toegankelijk kunnen maken. Want het punt is niet altijd dat deze regelingen er niet zouden zijn, maar dat ze moeilijk bereikt worden door de mensen die ze juist nodig hebben of dat ze heel complex zijn geworden. Dat is een discussie die ik ook met de commissie Sociale Zaken regelmatig voer. Dan zijn er diverse stappen die we moeten zetten. Ik ben bijvoorbeeld bezig met de aanpassing van de Participatiewet, die hopelijk binnenkort bij de Raad van State vandaan komt. Dan hoop ik dat we deze aanpassing snel in deze Kamer kunnen behandelen, want dat is het voorbeeld van een wet die op dit soort terreinen kan helpen.
De voorzitter:
Prima. We danken deze minister voor haar aanwezigheid en wensen haar een prettige voortzetting van deze werkdag.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20232024-65-3.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.