1

Dinsdag 30 januari 2024

Aanvang 14:00 uur

Voorzitter: Martin Bosma

Aanwezig zijn 145 leden der Kamer, te weten:

Aardema, Aartsen, El Abassi, Agema, Van Baarle, Bamenga, Baudet, Becker, Beckerman, Bikker, Blaauw, Bontenbal, Boon, Van den Born, Martin Bosma, Boswijk, Boutkan, Brekelmans, Bromet, Bruyning, Van der Burg, Bushoff, Van Campen, Ceder, Chakor, Claassen, Crijns, Dassen, Deen, Tony van Dijck, Dijk, Diederik van Dijk, Emiel van Dijk, Inge van Dijk, Olger van Dijk, Dobbe, Eerdmans, Van Eijk, Ellian, Ergin, Erkens, Esser, Faber-van de Klashorst, Flach, Gabriëls, Graus, Grinwis, Peter de Groot, Tjeerd de Groot, Van Haasen, Heinen, Helder, Hermans, Hertzberger, Heutink, Van Hijum, Van den Hil, Hirsch, Van der Hoeff, Holman, De Hoop, Van Houwelingen, Idsinga, Daniëlle Jansen, Jetten, Léon de Jong, Joseph, Kahraman, Kamminga, Kathmann, Keijzer, Van Kent, Kisteman, Klaver, Koekkoek, Kops, De Kort, Kostić, Kröger, Krul, Van der Lee, Maatoug, Maeijer, Markuszower, Martens-America, Van Meetelen, Van Meijeren, Meulenkamp, Michon-Derkzen, Mohandis, Mooiman, Edgar Mulder, Mutluer, Nijhof-Leeuw, Van Nispen, Nordkamp, Omtzigt, Van Oostenbruggen, Ouwehand, Palmen, Paternotte, Patijn, Paulusma, Pierik, Pijpelink, Van der Plas, Podt, Pool, Postma, Ram, De Roon, Six Dijkstra, Slagt-Tichelman, Smitskam, Sneller, Soepboer, Stoffer, Stultiens, Synhaeve, Teunissen, Thijssen, Tielen, Timmermans, Tseggai, Tuinman, Uitermark, Valize, Vedder, Van der Velde, Veldkamp, Veltman, Vermeer, Vijlbrief, Vlottes, Vondeling, De Vree, Aukje de Vries, Van Vroonhoven, Van der Wal, Welzijn, Westerveld, White, Wilders, Van Zanten en Zeedijk,

en de heer Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, mevrouw Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat, mevrouw Van Huffelen, staatssecretaris Koninkrijksrelaties en Digitalisering, de heer Jetten, minister voor Klimaat en Energie, viceminister-president, en de heer Van Leeuwen, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

De heer Bosma (PVV)

De voorzitter:

Ik open de vergadering van 30 januari. Deze week denken wij terug aan de Watersnoodramp van 1953 in Zuidwest-Nederland. Mevrouw Van den Hil inspireerde mij om hier enige aandacht aan te besteden. Dat wil ik laten samenvallen met een momentje parlementaire poëzie door het voordragen van het gedicht Watersnood van Gerrit Achterberg.

Beelden van Zadkine stonden moeders daar

babies boven de springvloed uit te beuren.

Zonen zagen hun vaders medesleuren

— wat wordt een ouder in je handen zwaar;

de schuren van de boerderijen scheuren.

Ratten en mensen klommen door elkaar.

Een kind zat om haar dode pop te zeuren

en was het ogenbliklijk zelf nog maar.

Het water steeg tegen het vee omhoog.

De koppen groeiden van geluid en dood.

Het wurgde zich; de balg ondersteboven.

Kippen vlogen als sneeuw de golven over.

Padvinders vonden later, vals en droog,

katten in bomen; een portret, een brood.

Aldus Gerrit Achterberg met een prachtig sonnet gewijd aan de Watersnoodramp van 1953. Deze week denken we daar even aan terug.

Naar boven