3 Landbouw- en Visserijraad 20 maart 2023 (eerste deel)

Landbouw- en Visserijraad 20 maart 2023 (eerste deel)

Aan de orde is het tweeminutendebat Landbouw- en Visserijraad 20 maart 2023 (eerste deel) (21501-32, nr. 1517).

De voorzitter:

Aan de orde is het tweeminutendebat Landbouw- en Visserijraad. De eerste spreker is mevrouw Vestering namens de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Vestering (PvdD):

Voorzitter. Aankomende zaterdag, 22 april, is het weer Nationale Zaaidag. De dag erna, 23 april, is het de laatste Nationale Bijenteldag. Deze dagen zijn bedoeld om het belang van bijen te erkennen, om bij te houden hoe het gaat met bestuivers in de steden en in de natuur en om inheemse bijvriendelijke bloemen te zaaien. Want zoals bekend gaat het slecht met bestuivers. En zoals bekend is dat niet goed voor zowel de voedselproductie als de natuur. Is de minister het ermee eens dat de oorzaken van bijensterfte aangepakt moeten worden, zoals landbouwgif en de tekorten aan natuur en bloemen mede als gevolg van de stikstofcrisis? Kan de minister aangeven hoe het staat met het invoeren van een registratieverplichting voor honingbijkasten? Klopt het dat Nederland wederom naar een uitzondering hiernaar zoekt en, zo ja, kan de minister aangeven wat voor uitzondering dan precies gezocht wordt en waarom die gezocht wordt? En op basis van wat en vooral voor hoelang wil Nederland dat deze uitzondering gaat gelden en per wanneer?

Voorzitter. Ik heb een motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat er grote zorgen zijn over de hoge sterfte onder bestuivers;

constaterende dat in de bijenstrategie concrete meetbare doelen zijn vastgesteld om te monitoren hoe het is gesteld met populatietrends onder bijensoorten en dat het eerste jaartal waarover gerapporteerd zou moeten worden 2023 betreft;

overwegende dat de Europese Commissie heeft voorgesteld jaarlijks te monitoren hoe het gesteld is met aantallen bijen-, vlinder- en zweefvliegsoorten, maar dat het de inzet van het kabinet is om "alleen makkelijk identificeerbare soorten jaarlijks te monitoren, en andere soorten driejaarlijks";

van mening dat populatietrends niet ingezet zouden moeten worden op soorten die "makkelijk" telbaar zijn, maar op indicatorsoorten;

verzoekt het kabinet met ingang van 2023 jaarlijks te rapporteren over de monitoring van bestuivers, en hierbij in te zetten op de indicator bijen-, hommel- en vlindersoorten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Vestering.

Zij krijgt nr. 1524 (21501-32).

Dank u wel, mevrouw Vestering. Dan is het woord aan mevrouw Van der Plas die zal spreken namens BBB.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Dank u wel, voorzitter. Ik houd het kort. Ik heb in dit tweeminutendebat een motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de visserijsector door recente regelingen fors gekrompen is;

overwegende dat dit impact heeft op de hele keten;

overwegende dat het voor doordachte keuzes in beleid voor de toekomst belangrijk is inzichtelijk te hebben welke impact beleidskeuzes hebben op de samenleving;

verzoekt de regering in beeld te brengen hoeveel vissers er exact gestopt zijn sinds 1 januari 2022, hoeveel werkgelegenheid hiermee verloren gegaan is, welk effect dit gehad heeft op de toeleverende en afnemende bedrijven en dit in een rapportage op waarde te zetten naar het verlies in economisch opzicht,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Plas.

Zij krijgt nr. 1525 (21501-32).

Dank u wel. Dan kijk ik naar de minister hoeveel minuten hij nodig zal hebben voor de beantwoording. Ik schors de vergadering voor vijf minuten.

De vergadering wordt van 10.20 uur tot 10.26 uur geschorst.

De voorzitter:

Goedemorgen. We gaan verder met het tweeminutendebat Landbouw- en Visserijraad. Het woord is aan de heer Adema. Hij heeft drie vragen en twee moties om te beantwoorden. Aan u het woord, minister.

Adema:

Dank u wel, meneer de voorzitter. De eerste vraag was van mevrouw Vestering. Die ging over de bijensterfte en de aanpak daarvan. Jazeker, ik ben het er zeer mee eens dat we de oorzaken van bijensterfte moeten aanpakken en dat het belangrijk is dat de bijenpopulatie wordt versterkt en behouden blijft. Daarom hebben we de Nationale Bijenstrategie ingezet. Daar staan heel veel maatregelen in om de bijensterfte tegen te gaan, bijvoorbeeld door te stimuleren dat er meer kruidenrijke akkerranden komen voor bijen enzovoort. Op die manier zetten we daarop in.

Dan heb ik de registratie van bijenkasten.

De voorzitter:

Een klein ogenblik. U heeft een interruptie van mevrouw Bromet.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):

Ik zou graag willen weten wat het oordeel op de motie dan is.

De voorzitter:

Er was nog geen motie. De minister gaf antwoord op de vraag.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):

O, dit is de beantwoording. Sorry.

Adema:

Ja, dit waren de vragen.

Dan de vraag over de honingbijenkastenregistratie. Het is niet zo dat Nederland per definitie uit is op een uitzondering. We hebben gewacht op de uitwerking van de verordening. Die is eind 2022 binnengekomen. Die verordening geeft aan onder welke voorwaarden je bijvoorbeeld uitzonderingen zou mogen toepassen. Dat werken we op dit moment uit, ook met de sector. Ik ben zeker van plan om de registratie te gaan invoeren. We zijn alleen wel met de sector in gesprek om te kijken hoe we de administratieve lastendruk daarvan zo veel mogelijk kunnen beperken. We willen de registratie gaan invoeren. We gaan in gesprek, want we hebben ook hele kleine hobbybijenhouders. Het zou voor hen een hele grote administratievelastendruk zijn. We moeten even kijken hoe we dat precies gaan inrichten, maar we gaan de registratieplicht wel invoeren.

Mevrouw Vestering (PvdD):

Het gaat met name om de enorme bijenkasten die nabij natuurgebieden staan. Soms zijn dat wel 2.000 van die honingbijenkasten, die een gigantische impact hebben op de wilde bijen. Ik ben ook nieuwsgierig of het de inzet van de minister is dat op het moment dat je dat gaat registreren, het uiteindelijk onwenselijk is dat we zulke grote, industriële honingbijenkasten nabij natuurgebieden plaatsen.

Adema:

Ik noemde net al de inzet van deze minister. Wij zetten in op registratie. Daarbij heb ik gezegd dat we moeten kijken naar de administratievelastendruk voor bijvoorbeeld de kleine hobbymatige bijenhouders. Ik ga ervan uit dat u nu spreekt over een beroepsmatige bijenhouder. Die valt wat mij betreft straks gewoon onder de registratieplicht.

De voorzitter:

Afsluitend op dit punt, mevrouw Vestering.

Mevrouw Vestering (PvdD):

Dat is hartstikke fijn. De minister gaf eerder in zijn beantwoording aan dat er een bijenstrategie is. Die heeft ook doelen voor 2023. Misschien kan de minister nog even reflecteren op de vraag of we het gestelde doel in deze bijenstrategie voor 2023 zullen gaan halen.

Adema:

We zetten alles op alles om die doelen te gaan halen. Dat is vanzelfsprekend. Of dat lukt, weet ik niet. Dat zal moeten blijken. Ik heb al aangegeven dat ik ook vind dat de bijensterfte, ook door pesticiden en dat soort zaken, moet worden tegengegaan. De oorzaken daarvan moeten worden weggenomen. Daarmee strijden we volgens mij aan dezelfde kant.

De voorzitter:

Ik zei al "afsluitend", maar vooruit.

Mevrouw Vestering (PvdD):

Hartstikke fijn. De minister zegt dus dat het nog maar de vraag is of we de doelstelling voor 2023 gaan halen. Dat is wel heel belangrijk. Heeft de minister nu al instrumenten om te kunnen beoordelen of we het doel in 2023 gaan halen? Zo ja of zo nee, wat gaat de minister doen om alsnog te kunnen bijsturen?

Adema:

De bijenstrategie is bedoeld om bijensterfte tegen te gaan. Daar zitten doelen in. Wij monitoren daar vanzelfsprekend op. Op dit moment kan ik nog niet aangeven of we het doel gaan halen of niet. De inzet is er vanzelfsprekend. We zullen straks na het jaar 2023 gaan kijken wat het jaar 2023 heeft opgeleverd.

De voorzitter:

Vervolgt u de beantwoording.

Adema:

Dan de motie op stuk nr. 1524 om jaarlijks te monitoren op de indicatoren en niet op de makkelijke soorten. Althans, jaarlijks op de makkelijke soorten en driejaarlijks op de indicator. U hebt daar een motie voor ingediend. Die geef ik oordeel Kamer.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 1524 krijgt oordeel Kamer.

Adema:

Dan heb ik nog de vraag en de motie van mevrouw Van der Plas. Dat gaat over de impact op de visserij, ook als het gaat om de maatregelen die in de afgelopen jaren zijn genomen. We hebben afgesproken dat er een impactanalyse komt van alle maatregelen ten aanzien van de visserij. Daarbij betrekken we vanzelfsprekend ook alle ontwikkelingen van de afgelopen jaren, zoals saneringsregelingen. Die nemen we mee in die impactanalyse. Of daarmee ook elke vraag die mevrouw Van der Plas stelt precies wordt beantwoord in de impactanalyse, moeten we nog even bekijken. Maar ook de impact van de afgelopen jaren wordt daarin meegenomen. Met deze toelichting is mijn appreciatie van de motie oordeel Kamer.

Voorzitter. Volgens mij ben ik daarmee klaar.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 1525 krijgt oordeel Kamer. Dan bent u zeker klaar. Dank u wel.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Dan kunnen we naadloos door met het tweede tweeminutendebat over de Landbouw- en Visserijraad.

Naar boven