Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | nr. 38, item 5 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | nr. 38, item 5 |
Aan de orde is het tweeminutendebat Armoede- en schuldenbeleid (CD d.d. 06/10).
De voorzitter:
Aan de orde is het tweeminutendebat Armoede- en schuldenbeleid. Het commissiedebat vond plaats op 6 oktober; dat is alweer een tijdje geleden. Een hartelijk woord van welkom aan de minister. Ze kucht, dus ik zou zeggen: geef haar een glaasje water. We hebben zeven sprekers van de zijde van de Kamer en de eerste is mevrouw Simons van de fractie van BIJ1.
Mevrouw Sylvana Simons (BIJ1):
Dank u, voorzitter. Ik heb één motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat er met betrekking tot de afhandeling van schulden niet altijd voldoende ruimte kan worden geboden voor maatwerk in individuele gevallen van multiprobleemhuishoudens, waardoor de menselijke maat onvoldoende geborgd wordt;
overwegende dat het voor multiprobleemhuishoudens vaak niet mogelijk is om al hun schuldverplichtingen na te komen, en dit tot precaire situaties leidt;
overwegende dat het in eenieders voordeel is dat schulden op duurzame wijze en met gepast maatwerk en perspectief afbetaald kunnen worden;
constaterende dat een zogenaamde time-outbevoegdheid ervoor kan zorgen dat complexe situaties van multiprobleemhuishoudens de ruimte krijgen om opgelost te kunnen worden en er dus middels maatwerk ruimte gecreëerd wordt om op een waardige manier schulden af te kunnen lossen, waarmee de escalatie van multiproblematiek kan worden afgeremd door onder andere huisuitzetting te voorkomen;
overwegende dat sommige gemeenten al gebruikmaken van een bepaalde vorm van de time-outbevoegdheid als onderdeel van het gemeentelijk schuldhulptraject en dit veelal positief wordt ontvangen, maar de bevoegdheden hierin nog niet altijd voldoende dekkend zijn en in bepaalde mate afhankelijk blijven van de medewerking van schuldeisers;
overwegende dat desondanks het besluit is genomen om wetgeving hiervoor niet door te zetten;
van mening dat het voordelig kan zijn om dit alsnog te doen, met name om de volledige potentie van een dergelijk instrument te kunnen benutten, en de opties rondom het gebruik hiervan te stroomlijnen voor iedereen die het nodig heeft;
verzoekt de regering om de eerder verkende wetgeving rondom time-outbevoegdheid alsnog voort te zetten,
en gaat over tot de orde van de dag.
Mevrouw Sylvana Simons (BIJ1):
Dat was 'm, voorzitter. Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel. Dan de heer Van Baarle van de fractie van DENK.
De heer Van Baarle (DENK):
Dank u wel, voorzitter. Ik wil graag een tweetal moties indienen.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de AFM concludeert dat Nederlanders met een migratieachtergrond, en met name die met een niet-westerse migratieachtergrond, gemiddeld financieel kwetsbaarder zijn dan Nederlanders zonder migratieachtergrond;
constaterende dat de AFM daarom adviseert om met onderzoek een fijnmaziger beeld te creëren van de financiële kwetsbaarheid van subgroepen en generaties in deze bevolkingsgroep, zodat beleidsinstrumenten gericht kunnen worden ingezet;
verzoekt de regering om ten behoeve van het armoedebeleid onderzoek te doen voor een fijnmaziger beeld van de financiële kwetsbaarheid van subgroepen en generaties binnen de groep Nederlanders met een migratieachtergrond,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de regering weigert om studenten te scharen onder de doelgroep van de energietoeslag;
overwegende dat de MBO Raad en JOB aangeven in toenemende mate geconfronteerd te worden met armoede onder mbo-studenten;
verzoekt de regering om met de MBO Raad, JOB en mbo-instellingen in gesprek te treden over de vraag hoe de armoedeproblematiek onder mbo-studenten kan worden verlicht, en hierbij aandacht te hebben voor de volgende onderwerpen:
-hoe kan het aandeel mbo-studenten dat toeslagen aanvraagt en belastingaangifte doet, worden vergroot;
-hebben bestaande initiatieven zoals het mbo-studentenfonds en de inzet van budgetcoaches voldoende bereik,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Van Baarle (DENK):
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
U bedankt. Dan mevrouw Kathmann van de Partij van de Arbeid.
Mevrouw Kathmann (PvdA):
Dank, voorzitter. Voor de mensen die net inschakelen, herhaal ik dat ik hier ook namens Senna Maatoug van GroenLinks sta. Zij kan er helaas niet bij zijn omdat ze ziek is. Ik wens haar ongelofelijk veel beterschap. Zij heeft ongelofelijk hard aan deze voorbereiding gewerkt, want ze vindt dit een superbelangrijk onderwerp.
We zijn nu eigenlijk vooral aan het reageren op een crisis, maar we moeten gaan regeren en dat is vooruitzien. Dat betekent dus dat we ervoor moeten gaan zorgen dat het sociaal minimum in Nederland gewoon toereikend is om je leven te kunnen betalen. Daarom dienen GroenLinks en de Partij van de Arbeid de volgende moties in.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het jeugdminimumloon voor volwassenen onvoldoende is om van te leven;
overwegende dat lang niet alle jongeren tussen de 18 en 21 jaar ouders hebben die hen financieel kunnen ondersteunen;
van mening dat volwassenen hetzelfde betaald moeten worden voor hetzelfde werk;
verzoekt de regering het jeugdminimumloon af te schaffen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Europese richtlijn voor eerlijke minimumlonen een norm bevat voor de hoogte van het minimumloon die voor Nederland ongeveer €14 betekent;
van mening dat iedereen die werkt recht heeft op een fatsoenlijk loon;
overwegende dat ook het sociaal minimum ontoereikend is;
verzoekt de regering het minimumloon te verhogen naar €14 per 1 januari 2023, met behoud van volledige koppeling;
verzoekt de regering deze verhoging te dekken met hogere lasten op vermogen en winst,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat steeds meer Nederlanders moeite hebben om rond te komen;
constaterende dat het kabinet aangeeft niet per se aan te willen koersen op bezuinigingen maar wel op zoek moet naar miljarden om de begroting in balans te brengen;
verzoekt de regering te garanderen dat er niet wordt bezuinigd op armoede- en schuldenbeleid,
en gaat over tot de orde van de dag.
De naam Maatoug is volgens mij nog nooit zo vaak gevallen als vandaag.
Dan gaan we luisteren naar mevrouw Kat van D66.
Mevrouw Kat (D66):
Dank u wel, voorzitter. We hebben er eerder over gesproken dat mensen die een minnelijk en een wettelijk schuldsaneringstraject hebben doorlopen, recht hebben op een schone lei, maar dat er ook sprake is van een BKR-registratie. Daarover wil ik graag een motie indienen. Die luidt als volgt.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat mensen na afloop van elke minnelijke schuldregeling nog vijf jaar geregistreerd blijven bij Stichting BKR;
overwegende dat dit schuldenvrije inwoners belemmert om andere kredieten te krijgen, bijvoorbeeld om een investering te doen in hun bedrijf of om een huis te kopen;
van mening dat mensen zonder schulden niet nodeloos achtervolgd moeten worden door een oude schuld en dat er geen verschil zou moeten zijn tussen de registratieduur van de minnelijke en de wettelijke schuldregeling;
verzoekt de regering om te zorgen dat BKR-registraties na afloop van een minnelijke schuldregeling sneller worden verwijderd en de registratieduur gelijk te stellen aan die van de wettelijke schuldregeling,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dan de heer De Kort van de VVD.
De heer De Kort (VVD):
Ik heb slechts één motie. Die dien ik samen met de heer Ceder van de ChristenUnie in. In verband met mijn visuele beperking verzoek ik de voorzitter om die voor te lezen.
De voorzitter:
Ik ga weer mijn best doen.
De heer De Kort (VVD):
Dank.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat te vaak de privacyregels in de weg zitten voor het vertraagd of helemaal niet delen van informatie bij beginnende schulden tussen instellingen zoals woningcorporaties, energiemaatschappijen en gemeenten;
constaterende dat iedere persoon die werkzaam is voor de overheid de ambtseed heeft afgelegd, en ervan uitgegaan kan worden dat ambtenaren naar eer en geweten handelen;
overwegende dat schulden voorkomen beter is dan het verhelpen van onomkeerbare schulden;
overwegende dat problematische schulden in veel gevallen voorkomen kunnen worden door een goed werkende gegevensuitwisseling bij vroegsignalering;
verzoekt de regering de richtlijnen met betrekking tot privacyregels binnen het betamelijke te verruimen, waardoor gegevensuitwisseling bij beginnende schulden geen vertraging oploopt bij vroegsignalering,
en gaat over tot de orde van de dag.
Tot zover de termijn van de heer De Kort. Dan gaan we luisteren naar de heer De Jong van de fractie van de Partij voor de Vrijheid.
De heer Léon de Jong (PVV):
Voorzitter, hartelijk dank. Heel veel mensen redden het niet meer, kunnen hun rekeningen niet meer betalen, kunnen hun energierekening niet betalen, kunnen geen boodschappen doen en hebben moeite met het betalen van de huur. Het is echt verschrikkelijk. Het kabinet zegt dat het daar maatregelen voor heeft genomen, zoals het prijsplafond. Maar we lezen in de krant dat dat voor heel veel mensen helemaal niet gaat werken, simpelweg door de manier van berekenen. We hebben het hier vandaag over armoede en schulden. Door dat soort trucjes komen mensen sneller in de armoede of worden ze niet echt geholpen. Ik wil daar iets aan doen. Daarom de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
verzoekt de regering de volumegrenzen te verruimen naar 2.000 kuub gas en 4.000 kilowattuur elektriciteit en de prijzen te verlagen naar €1 per kuub gas en €0,30 per kilowattuur elektriciteit;
verzoekt de regering tevens het prijsplafond met terugwerkende kracht in te voeren vanaf 1 januari 2022 en dit toe te passen op het volledige jaarlijkse energieverbruik tot aan de volumegrenzen, ongeacht het moment van verbruik gedurende het jaar,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Léon de Jong (PVV):
Voorzitter. Dan de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat steeds meer Nederlandse huishoudens worstelen met rondkomen, de alsmaar duurder wordende vaste lasten niet of nauwelijks nog kunnen opbrengen en er direct meer financiële hulp nodig is;
verzoekt de regering de btw op boodschappen en energie te verlagen naar 0%, de huren te verlagen en het eigen risico af te schaffen;
verzoekt de regering tevens ervoor te zorgen dat geen enkele Nederlander nog honger of kou hoeft te lijden,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Léon de Jong (PVV):
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel. Dan de heer Ceder van de ChristenUnie.
De heer Ceder (ChristenUnie):
Dank u wel, voorzitter. We hebben een aantal weken terug een goed debat gehad. Ik heb vele missies in mijn periode hier als Kamerlid. Een van mijn missies is om de muren tussen departementen in figuurlijke zin te slopen. We voeren heel vaak het debat met elkaar over het volgende. Dat heel veel stappen nog niet gezet worden, heeft ook te maken met departementen die niet alleen nog onvoldoende samenwerken, maar waartussen ook nog onvoldoende samenhang is. Dat zien we bij schulden. Dat zien we bijvoorbeeld bij de wanbetalersregeling, die met name bij het ministerie van VWS ligt. Maar we zien het bijvoorbeeld ook bij uithuisplaatsingen. Dat ligt dan weer bij Wonen. Incasso's liggen weer bij de gewaardeerde minister Weerwind van JenV. Ik hoop op meer samenhang. Ik zie dat minister Schouten er de aangewezen persoon voor is om die samenhang te bewerkstelligen. Ik hoop dat zij mee wil strijden om de muren te slopen met als doel om mensen te helpen. Vandaar de motie die ik nu samen met mevrouw Kat indien. Die gaat over het punt van huisuitzettingen. We hebben afgelopen jaar de discussie met elkaar gehad over hoe we omgaan met mensen en gezinnen die uit huis geplaatst dreigen te worden. We constateerden dat we eigenlijk nog onvoldoende instrumentarium hebben om mensen voldoende te beschermen. Dat willen we wel graag zien. Wij denken dat de verantwoordelijkheid met name bij deze minister ligt om ervoor te zorgen dat er snel een voorstel naar de Kamer komt dat recht doet aan mensen. Daarom de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat als gevolg van de gestegen inflatie, armoede of schulden betalingsproblemen kunnen ontstaan die huisuitzettingen tot gevolg kunnen hebben;
constaterende dat het kabinet in gesprek is met de betrokken partijen om huisuitzettingen te voorkomen, vergelijkbaar met afspraken die gemaakt zijn in coronatijd;
constaterende dat het kabinet nut en noodzaak inziet van aanvullende juridische maatregelen zoals een generiek moratorium op huisuitzettingen van mensen die aan een schuldhulpverleningstraject deelnemen;
verzoekt het kabinet deze aanvullende juridische maatregelen nader uit te werken, en het voorstel voor het voorjaarsreces naar de Kamer te zenden,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Ceder (ChristenUnie):
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
De laatste spreker van de zijde van de Kamer is de heer Van Kent van de SP.
De heer Van Kent (SP):
Dank, voorzitter. Mede dankzij de kabinetten-Rutte is in Nederland sprake van brisante rijkdom, maar ook van bittere armoede. En een rondje bellen langs een aantal wethouders en raadsleden leert dat gemeenten te kampen hebben met financiële tekorten om noodhulp te bieden, om voldoende financiële ondersteuning te kunnen geven. Daarom de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat een groot aantal gemeenten aangeeft onvoldoende middelen te hebben om inwoners door deze koopkrachtcrisis heen te helpen;
verzoekt de regering aan gemeenten een aanvullend en naar eigen inzicht te besteden bedrag van 1 miljard toe te kennen voor het bestrijden van armoede,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Van Kent (SP):
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel. Tot zover de termijn van de Kamer. Ik schors een paar minuutjes, en dan gaan we luisteren naar de minister.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.
De voorzitter:
Het woord is aan de minister.
Minister Schouten:
Goedemorgen, voorzitter. Ik ben nog steeds een beetje verkouden, dus als ik in een of andere hoestbui uitbarst, dan ligt dat niet aan u, wil ik maar even zeggen.
De eerste motie is die van mevrouw Simons op stuk nr. 657. Dit gaat over de multiproblematiekaanpak. Het is inderdaad maatwerk voor multiproblematiek. Daarin is gekeken naar de effectiviteit van deze maatregelen, en met alle maatregelen die er in dat traject zaten, voegden deze niet zo veel toe. Maar, zo zeg ik er even bij, ik ga breder kijken hoe ik een pauzeknop in de schulden in den brede kan inzetten. Dus als ik deze motie zo mag interpreteren dat dat niet alleen specifiek voor de multiproblematiek is, maar dat we gewoon breder kijken naar de pauzeknop ... Ik moet dan eerst nog kijken of dat echt tot wetgeving moet leiden; het kan misschien ook op andere manieren. Dus hij is iets te absoluut geformuleerd, maar als mevrouw Simons in de motie zet "om in den brede te kijken naar het instrument van de pauzeknop bij schuldenproblematiek", dan kan ik oordeel Kamer geven.
Mevrouw Sylvana Simons (BIJ1):
De minister doet mij hier an offer that I cannot refuse. Ik ben heel blij met de verbreding die zij voorstelt. Ik zal een gewijzigde vorm van deze motie indienen.
Minister Schouten:
Dank u wel.
De voorzitter:
Die zien wij tegemoet.
Minister Schouten:
Ja, en met deze wijziging kan ik haar oordeel Kamer geven. Ik ben ook voornemens om daar meer werk van te maken.
Dan de tweede motie, die op stuk nr. 658. We hebben het vaak gehad, ook met de heer Van Baarle, over de achtergrond van de financiële kwetsbaarheid van bepaalde groepen, met name die met een migratieachtergrond. Niet alleen de AFM maar ook de Ombudsman heeft daar volgens mij uitspraken over gedaan. Wij zijn bezig met het opzetten van een soort van monitor om te kijken hoe de armoede- en schuldenproblematiek zich ontwikkelt. Ik ben bereid om te kijken of het mogelijk is om daar meer groepen in mee te nemen. Voor of het dan ook precies gaat over de subgroepen, generaties en dat soort zaken, ben ik afhankelijk van bijvoorbeeld de gegevens van het CBS. Dus ik wil met hen ook het gesprek aangaan. Als ik in die geest deze motie mag lezen, ben ik bereid om die oordeel Kamer te geven. Wat ik daarin kan doen, zal ik ook proberen te doen.
De voorzitter:
De heer Van Baarle bevestigt dit.
Minister Schouten:
Dan de motie op stuk nr. 659. We weten dat er bij het mbo veel niet-gebruikers zijn van regelingen en dat daar eigenlijk veel meer mogelijk is om studenten te bereiken. Dus deze motie wil ik oordeel Kamer geven. Ik wil met de MBO Raad en anderen in gesprek om te kijken hoe we dat kunnen terugdringen.
Dan de motie op stuk nr. 660. Ik wil vanaf deze plek mevrouw Maatoug beterschap toewensen. Zij heeft ook zware weken achter de rug; ik heb haar ongeveer elk uur van de dag in deze zaal gezien. De motie verzoekt de regering het jeugdminimumloon af te schaffen. Deze discussie speelt al wat langer. Ook met mijn collega Van Gennip is die discussie al vaker gevoerd. Het kabinet heeft eerder al aangegeven dat het dit niet voornemens is te doen. Dus deze motie moet ik ontraden.
Dat geldt ook voor de motie op stuk nr. 661. Deze discussie hebben we ook bij de begrotingsbehandeling gevoerd en eigenlijk op meerdere plekken. Zoals het kabinet eerder heeft aangegeven, is de verhoging die per 1 januari wordt doorgevoerd een substantiële stap. Aangezien de motie daarin verder wil gaan, moet ik die ontraden.
De motie op stuk nr. 662 verzoekt de regering te garanderen dat er niet wordt bezuinigd op armoede- en schuldenbeleid. Dat is eigenlijk een motie "you can't refuse", om de woorden van mevrouw Simons te parafraseren, want dan haal ik het zogezegd al binnen voor mijzelf. Ik zou toch willen verzoeken om deze motie aan te houden, omdat dit gewoon echt hoort bij de grotere besluitvorming die nog gaat komen. Hoewel ik de geest van de motie zeer goed snap, verzoek ik mevrouw Kathmann deze motie dus aan te houden. En als zij dat niet wil, zou ik de motie nu moeten ontraden omdat die nog te vroeg komt.
De voorzitter:
Dan is de motie ontraden, want ik zie dat mevrouw Kathmann de motie niet gaat aanhouden.
Minister Schouten:
Dan hoop ik niet dat ze dan gaat zeggen: zie je wel, ze wil dat er bezuinigd gaat worden op het armoede- en schuldenbeleid. Dat is namelijk niet zo, maar het punt is dat deze motie niet op het juiste moment komt.
Dan de motie op stuk nr. 663 van mevrouw Kat over de BKR. Op dit moment loopt er een onderzoek vanuit Financiën. Dat gaat namelijk over de BKR, over de duur van zaken die worden opgenomen, over wanneer gegevens verwijderd worden et cetera. Ik heb begrepen van Financiën dat men in Q1 komt met een brief waarin men aangeeft hoe men het op al deze onderdelen al dan niet gaat meenemen in wijzigingen van de wet die bij Financiën in voorbereiding is. Dat gaat ook over de minnelijke schuldhulpverlening. Eveneens gaat dat dan over de wettelijke schuldhulpverlening. Daarover is eerder een motie van mevrouw Van der Plas aangenomen, waarop ik nog ga reageren, maar dat zal dan langs deze lijn zijn, in die zin dat het ook meegenomen wordt in het onderzoek door Financiën. De nu voorliggende motie vraagt om het nu al te verwijderen. Ik vind deze motie net te vroeg, omdat het onderzoek van Financiën in Q1 komt. Dus ik zou willen vragen om deze motie aan te houden, maar ik zal deze motie ook warm doorgeven richting Financiën zodat men ziet wat de intentie is van de Kamer op dit punt. Als dat onderzoek in Q1 er ligt, kan mevrouw Kat beoordelen of het rondom haar motie goed is vormgegeven.
De voorzitter:
Wil Q1 zeggen: het eerste kwartaal?
Minister Schouten:
Ja, excuus.
De voorzitter:
Dan wordt de motie op stuk nr. 663 aangehouden. Nee? Ik dacht te zien dat mevrouw Kat dat beaamde.
Minister Schouten:
Oké. Als de motie niet aangehouden wordt, moet ik die ontraden omdat die vooruitloopt op het onderzoek dat ze bij Financiën aan het afronden zijn. Dus dat gaat net een stap te snel omdat ze daar de conclusies nog aan het formuleren zijn. Maar nogmaals, ik ben wel voornemens om dit warm over te brengen richting Financiën. Als de motie niet in stemming wordt gebracht, kan ik ook op dit punt zeggen: kijk er goed naar, ook bij de informatie die jullie gaan leveren in het eerste kwartaal.
Mevrouw Kat (D66):
Ik begrijp eigenlijk het verschil niet. De vorige motie, de motie van mevrouw Van der Plas, had oordeel Kamer gekregen.
Minister Schouten:
Dat was een onderzoeksmotie.
Mevrouw Kat (D66):
Ja, dat was een onderzoeksmotie, met uiteindelijk de uitkomst om het na zes maanden te verkorten voor de Wsnp. De voorliggende motie gaat om het samentrekken van de registratieduur, dus om daar geen onderscheid in te maken.
Minister Schouten:
De motie van Van der Plas vraagt om te onderzoeken of dat sneller kan worden geregeld. Nogmaals, ik zal daar ook nog schriftelijk op reageren. Dat is precies wat Financiën aan het meenemen is in het onderzoek, waarover de Kamer dus in het eerste kwartaal geïnformeerd zal worden. Deze motie gaat net een stap verder, omdat hierin staat dat het sneller moeten worden verwijderd en dat de registratieduur gelijkgesteld moet worden daaraan. Nogmaals, ik snap de geest van deze motie heel goed, maar ik vind het richting de collega's van Financiën niet fair om nu hier al te zeggen dat we dat gaan doen, terwijl zij nog met een aantal stappen bezig zijn en dit heel netjes aan het doen zijn. In dat licht zou ik willen verzoeken om de motie aan te houden.
De voorzitter:
Dan de motie op stuk nr. 664.
Minister Schouten:
De motie op stuk nr. 664 gaat over de richtlijnen met betrekking tot de privacyregels binnen het betamelijke te verruimen. "Betamelijke" is een wat rekkelijk begrip, dus ik denk dat we iets meer moeten invullen wat de definitie van "het betamelijke" is. Als ik de motie zo mag lezen dat de vraag is of we de gegevensuitwisseling kunnen helpen om schulden geen vertraging op te laten lopen bij vroegsignalering, dan kan ik deze motie oordeel Kamer geven. Nogmaals, ik hecht wel aan de privacyregels. Ik word in deze Kamer aan de ene kant altijd gevraagd om er meer aan te doen en aan de andere kant wordt als we dingen doen altijd weer gezegd dat er te veel wordt uitgewisseld. Ik hecht er wel aan dat we dit heel goed bekijken, want het kan ook weer niet zo zijn dat mensen door die gegevensuitwisseling opeens met een stigma van schulden te maken krijgen, terwijl daar misschien op deze manier geen sprake van is.
De voorzitter:
Dan wil ik even weten of de heer De Kort de uitleg van de minister beaamt. Ja, die beaamt hij. Dan is de motie bij dezen oordeel Kamer.
Minister Schouten:
Dan kan ik haar oordeel Kamer geven.
De voorzitter:
Dan is er nog een vraag van de heer Van Kent.
De heer Van Kent (SP):
Om te kunnen weten hoe we hierover moeten stemmen, zou ik toch van de minister willen vragen wat ze dan precies gaat doen als deze motie wordt aangenomen.
Minister Schouten:
Wij kijken sowieso op welke plekken het begunstigend kan werken voor mensen als je gegevens uitwisselt met elkaar, dus hoe we dat kunnen helpen. Ik noemde al het AIO-voorbeeld van mensen die een aanvulling krijgen op hun AOW omdat ze een onvolledige AOW hebben. Daarvoor moet ik gegevens uitwisselen tussen het UWV en de SVB. Daar hebben we nu bijvoorbeeld ook een pilot op gezet om te kijken of we dat doen, zodat we mensen proactief kunnen benaderen. Hierbij is het ook zo dat bepaalde gegevens bijvoorbeeld wel voorhanden zijn bij een partij die niet aan vroegsignalering hoeft te doen en dat bijvoorbeeld bij een andere partij wel gegevens aanwezig zijn die het wel signaleert. Soms kun je daar een slimmere match mee maken, zodat je op die manier sneller kunt zien of iemand echt problematische schulden aan het opbouwen is, waardoor je ook eerder hulp kunt gaan bieden. Daar zit het op. Ik denk dat je dit ook echt kunt gebruiken. Een van de klachten die ik vaak krijg, is de volgende. Bij telecomservices kunnen de schulden heel hoog oplopen. Die hoeven niet mee te doen aan de vroegsignalering. Je kan soms wel op andere manieren zien of mensen al schulden hebben. Dan kun je misschien ook al breder kijken of iemand dan in de problemen raakt op andere onderdelen. Dan doel ik er niet op om dat precies zo uit te wisselen, maar wel om te kijken of je daar slimme dingen kunt doen waardoor je mensen eerder in beeld hebt.
De voorzitter:
Weet de heer Van Kent inmiddels wat hij moet stemmen? Wil hij een advies van de minister?
De heer Van Kent (SP):
Ik hoor de minister een aantal problemen noemen, maar niet zeggen wat er dan anders gaat worden als deze motie is aangenomen. Dat er af en toe de noodzaak is dat er gegevens bekend zijn en dat daar problemen zijn, begrijp ik. Maar welke privacyregels gaat de minister aanpassen als deze motie wordt aangenomen?
Minister Schouten:
Dat weet ik nu nog niet. Dat is precies wat wij moeten gaan bekijken op basis van deze motie, als die wordt aangenomen.
De heer Léon de Jong (PVV):
Ik maak mij toch een beetje zorgen hierover. Er staat "de richtlijnen met betrekking tot privacyregels binnen het betamelijke te verruimen", maar er zijn privacyregels en -richtlijnen.
Minister Schouten:
Zeker.
De heer Léon de Jong (PVV):
Ik weet dat de minister zich daar ook hard voor maakt, maar als deze motie wordt aangenomen zonder dat we weten wat er precies wordt veranderd … Dat is een heel onverantwoordelijk open boek voor mij, want je wil weten wat de minister dan van plan is te gaan doen. Dat staat namelijk niet in deze motie. De motie doet geen voorzet voor wat te doen. Is het dan niet handiger als de minister een brief stuurt met wat ze zelf van plan is om te doen, aangezien ze de motie oordeel Kamer heeft gegeven? Het is wel een heel ruim geformuleerde motie.
Minister Schouten:
Dat ben ik met de heer De Jong eens. Ik noemde het net als eerste: "het betamelijke" is nogal een rekkelijk begrip. Ik heb gewoon te maken met wetten en regels die ik echt wil respecteren. Tegelijkertijd bestaat soms de mogelijkheid, als iets begunstigend kan werken, dat je misschien meer kan dan we op dit moment doen. Het is ook iets wat we al in het actieprogramma voor armoede en schulden meenemen. Het is een van de lijnen die we proberen te verruimen. In die geest zie ik deze motie. Ik ben het eens met de heer De Jong dat hier een goede invulling aan moet worden gegeven, als het zover is, want er is nog geen invulling aan gegeven in de motie.
De voorzitter:
Afrondend, kort.
De heer Léon de Jong (PVV):
Het doel is dat mensen die in een problematische situatie zitten, sneller kunnen worden geholpen. Wellicht is er binnen die privacyregels al heel veel mogelijk. Zou het niet verstandiger zijn als de minister eerst binnen de huidige ... Ik wacht even tot de minister klaar is met hoesten.
Minister Schouten:
Sorry. Excuus.
De heer Léon de Jong (PVV):
Heel veel beterschap aan de minister.
Minister Schouten:
Dank u.
De heer Léon de Jong (PVV):
Is het niet beter om eerst te kijken waar we binnen de huidige regels tegen aanlopen en of we dat binnen de huidige regels kunnen oplossen? Als de minister erachter komt dat dat niet gaat, dan kan ze een voorstel doen aan de Kamer. Nu staat er echt dat de richtlijnen moeten worden verruimd. Dat is iets anders dan kijken hoe we ervoor kunnen zorgen dat privacy hulp niet in de weg staat.
Minister Schouten:
Ja, maar dan kom je op het punt: wat zijn nou "richtlijnen"? Nogmaals, de wet- en regelgeving is geen richtlijn. We hebben bijvoorbeeld convenanten lopen voor vroegsignalering. Er is ook een Landelijk Convenant Vroegsignalering. Ik lees deze motie zo dat we daarbinnen kijken wat er nog meer voor mogelijkheden zijn. Gemeentelijke betalingsschulden worden nu bijvoorbeeld ook meegenomen in dat convenant. Daarbinnen kun je kijken of er nog meer mogelijk is om een aantal zaken daarin mee te nemen. Dat lees ik als "de richtlijnen". Ik ga niet gelijk allemaal wetten en regels overhoopgooien, want die hebben een functie. Met die uitleg zou ik de motie dus oordeel Kamer kunnen geven.
Dan de motie op stuk nr. 665. De discussie over het prijsplafond heeft u ook uitvoerig gevoerd met collega Jetten van EZK. Deze motie moet ik ontraden, want volgens mij is dit voorstel al aangenomen in de Kamer.
Dat geldt ook voor de motie op stuk nr. 666. Die moet ik ook ontraden. Een aantal zaken, bijvoorbeeld verhuurverlaging in specifieke situaties, heeft de minister voor VRO al aangekondigd. Tot andere zaken die in de motie staan, heeft het kabinet niet besloten. Daar vindt op dit moment geen verandering in plaats, dus ik ontraad deze motie.
Dan de motie op stuk nr. 667, over aanvullende juridische maatregelen met betrekking tot het generieke moratorium op huisuitzettingen. Ik ben zo ongeveer het duizenddingendoekje van de heer Ceder aan het worden, want ik mag iets vinden van alle onderwerpen. Ik weet dat de minister voor VRO hierover zeer binnenkort met een brief zal komen. Dit loopt dus al. Ik zou aan de heer Ceder willen vragen om zijn motie aan te houden, omdat ik weet dat hier al een reactie op gaat komen.
De voorzitter:
Op verzoek van de heer Ceder stel ik voor zijn motie (24515, nr. 667) aan te houden.
Daartoe wordt besloten.
Minister Schouten:
Tot slot de motie op stuk nr. 668, van de heer Van Kent. Daarin wordt de regering verzocht om een aanvullend bedrag van 1 miljard voor het bestrijden van armoede beschikbaar te stellen aan gemeenten. We hebben onlangs structureel geld, 120 miljoen, aan gemeenten toegekend, juist om de armoede- en schuldenproblematiek breder aan te kunnen pakken. In deze motie wordt gevraagd om een miljard. Het kabinet heeft al gezorgd voor een pakket van in ieder geval 12 miljard voor koopkrachtmaatregelen, met daarbovenop nog een prijsplafond. Als het goed is, is er deze maand, gisteren, bij een aantal mensen al geld van deze regelingen op de betaalrekening gekomen. Ik zie ook geen dekking van de heer Van Kent voor dit voorstel, dus ik moet deze motie ontraden.
De voorzitter:
Tot zover dit debat.
De beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
Morgen stemmen wij over de moties.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20222023-38-5.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.