De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat er met betrekking tot de afhandeling van schulden niet altijd voldoende
ruimte kan worden geboden voor maatwerk in individuele gevallen van multiprobleemhuishoudens,
waardoor de menselijke maat onvoldoende geborgd wordt;
overwegende dat het voor multiprobleemhuishoudens vaak niet mogelijk is om al hun
schuldverplichtingen na te komen, en dit tot precaire situaties leidt;
overwegende dat het in eenieders voordeel is dat schulden op duurzame wijze en met
gepast maatwerk en perspectief afbetaald kunnen worden;
constaterende dat een zogenaamde time-outbevoegdheid ervoor kan zorgen dat complexe
situaties van multiprobleemhuishoudens de ruimte krijgen om opgelost te kunnen worden
en er dus middels maatwerk ruimte gecreëerd wordt om op een waardige manier schulden
af te kunnen lossen, waarmee de escalatie van multiproblematiek kan worden afgeremd
door onder andere huisuitzetting te voorkomen;
overwegende dat sommige gemeenten al gebruikmaken van een bepaalde vorm van de time-outbevoegdheid
als onderdeel van het gemeentelijk schuldhulptraject en dit veelal positief wordt
ontvangen, maar de bevoegdheden hierin nog niet altijd voldoende dekkend zijn en in
bepaalde mate afhankelijk blijven van de medewerking van schuldeisers;
overwegende dat desondanks het besluit is genomen om wetgeving hiervoor niet door
te zetten;
van mening dat het voordelig kan zijn om dit alsnog te doen, met name om de volledige
potentie van een dergelijk instrument te kunnen benutten, en de opties rondom het
gebruik hiervan te stroomlijnen voor iedereen die het nodig heeft;
verzoekt de regering om de eerder verkende wetgeving rondom time-outbevoegdheid alsnog
voort te zetten,
en gaat over tot de orde van de dag.
Sylvana Simons