4 Energieraad 11 juni 2021

Aan de orde is het tweeminutendebat Energieraad 11 juni 2021 (CD d.d. 03/06).

De voorzitter:

Thans is aan de orde het tweeminutendebat Energieraad 11 juni 2021. Op 3 juni jongstleden vond daarover een commissievergadering plaats. En we hebben een primeur! Want we hebben een nieuwe staatssecretaris, een nieuwe lente, een nieuw geluid! Ja, het overkomt ons maar weer even dat wij hier de staatssecretaris voor het eerst in ons midden hebben. Daar zijn we heel tevreden over. De Kamer ziet er anders uit vanaf die kant, nietwaar staatssecretaris? "Onwijs", zegt de staatssecretaris.

We hebben vijf deelnemers aan het debat, waarvan er vier iets gaan zeggen. De eerste is de heer Van Raan van de fractie van de Partij voor de Dieren. Hij heeft zoals iedereen twee minuten spreektijd. Ik geef graag het woord aan hem als eerste spreker.

De heer Van Raan (PvdD):

Voorzitter. En wat voor een staatssecretaris, een missionaire! Ik ga haar dus een aantal aanbevelingen en aansporingen meegeven voor de Energieraad; vijf stuks.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de staatssecretaris tijdens de Energieraad uit te dragen dat alleen groene waterstof duurzaam kan zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Raan.

Zij krijgt nr. 859 (21501-33).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat blauwe waterstof in werkelijkheid grijze waterstof is op basis van aardgas, gecombineerd met afvang en opslag van CO2;

constaterende dat deze vorm van waterstof geproduceerd wordt door bedrijven zoals Shell;

constaterende dat het Internationaal Energieagentschap zegt dat de zoektocht naar gas onmiddellijk gestaakt moet worden;

constaterende dat de rechter Shell net een flinke klimaatopgave heeft opgelegd, waar dit niet in past;

verzoekt de staatssecretaris tijdens de Energieraad uit te dragen dat blauwe waterstof onschuldig klinkt, maar zeker geen duurzame oplossing is en in de categorie "fossiele brandstoffen" valt,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Raan.

Zij krijgt nr. 860 (21501-33).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende de aangenomen motie-Van Raan/Leijten over voortaan de uitstoot door bijstook van biomassa meten;

verzoekt de staatssecretaris tijdens de Energieraad uit te dragen dat houtige biomassa op grond van werkelijke emissies geschrapt zou moeten worden uit RED II, en hier steun voor te zoeken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Raan.

Zij krijgt nr. 861 (21501-33).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Energy Charter Treaty (ECT) verkeerd uitpakt en bedrijven nu miljarden claimen uit Nederlands belastinggeld omdat het kabinet klimaatmaatregelen neemt om burgers te beschermen;

constaterende dat de meeste "transitiebrandstoffen" nog steeds koolstofgebaseerd zijn;

constaterende dat het kabinet investeringen in transitiebrandstoffen stimuleert, waarvan het zelf ook zegt dat er zo snel mogelijk van afgestapt moet worden ten behoeve van de klimaatdoelen;

overwegende dat het niet zo kan zijn dat de betrokken bedrijven straks op grond van het ECT claims kunnen indienen ter compensatie van de inkomstenderving die hiermee gepaard kan gaan, terwijl ze nu al kennis hebben over de kortst mogelijke tijdelijkheid van die investeringen;

verzoekt de staatssecretaris om in de Energieraad uit te dragen dat bedrijven zichzelf gewaarschuwd moeten achten voor die kortst mogelijke tijdelijkheid,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Raan.

Zij krijgt nr. 862 (21501-33).

De heer Van Raan (PvdD):

En dan de laatste motie, voorzitter. Ik ben mooi op tijd.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Energy Charter Treaty (ECT) verkeerd uitpakt en bedrijven nu miljarden claimen uit Nederlands belastinggeld omdat het kabinet klimaatmaatregelen neemt om burgers te beschermen;

verzoekt de staatssecretaris om in de Energieraad uit te dragen dat Nederland voornemens is het ECT te verlaten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Raan.

Zij krijgt nr. 863 (21501-33).

De heer Van Raan (PvdD):

Ik wens de staatssecretaris veel succes.

De voorzitter:

Nou, u had er zin in. Hoeveel moties waren dat? Ik heb ze niet geteld.

De heer Van Raan (PvdD):

Ging het te snel, voorzitter? Moet ik ze nog een keer ...?

De voorzitter:

Nou, nee.

De heer Van Raan (PvdD):

Nee? Vijf stuks.

De voorzitter:

Vijf stuks. Dat viel mee. Dank u wel. Dan gaan we luisteren naar de heer Erkens van de fractie van de VVD.

De heer Erkens (VVD):

Dank u wel, voorzitter.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de EU-taxonomie technologieneutraal is en op basis van wetenschappelijke feiten moet worden vastgesteld;

overwegende dat kernenergie een koolstofarme energiebron is;

overwegende dat het Joint Research Center in zijn rapport van begin dit jaar aangeeft dat de effecten van kernenergie grotendeels vergelijkbaar zijn met die van waterkracht en hernieuwbare energiebronnen en we daarmee over de beoordeling beschikken om kernenergie toe te voegen aan de EU-taxonomie;

verzoekt het kabinet om in Europa samen met Frankrijk en andere lidstaten die zich inzetten voor kernenergie op te trekken om kernenergie onderdeel van de taxonomie te laten zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Erkens, Stoffer, Bontenbal en Eppink.

Zij krijgt nr. 864 (21501-33).

De heer Erkens (VVD):

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Nadat we een beetje hebben schoongemaakt, gaan we luisteren naar de heer Van der Lee van de fractie van GroenLinks.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Dank, voorzitter. Ik heb geen motie, zeg ik er alvast bij, en ik ga ook niet de twee minuten gebruiken. Omdat de staatssecretaris nu voor het eerst in vak-K zit — ik feliciteer haar daarmee —- wil ik wel de kans aangrijpen om nog even op een punt in te gaan ten aanzien waarvan ik in het commissiedebat helaas geen tijd had om er dieper op in te gaan. Dat is de discussie die met name door Duitsland is aangezwengeld, dat hele ambitieuze doelen heeft geformuleerd, zoals 65% reductie in 2030, fantastisch, maar ook aandringt op het introduceren van een CO2-heffing voor de gebouwde omgeving en mobiliteit. Ik ben toch een beetje in verwarring over waar de Nederlandse overheid precies staat op dit punt. We hebben er ook met de minister-president over gesproken tijdens het laatste debat over de Europese top. Om meerdere redenen zijn wij van mening dat dit niet een verstandige stap is. Het doet namelijk afbreuk aan vormen van beprijzing die we al kennen en het kan bovendien tot een gelehesjesreactie leiden "throughout Europe", waar we op dit moment in de transitie niet op zitten te wachten. Mijn vraag is dus waar Nederland precies staat op dit punt, dus om ten aanzien van de gebouwde omgeving en mobiliteit, net als bij ETS, een kleine CO2-heffing te voeren. Ik wil graag weten waar we staan, want ik vind het zelf geen goed idee en volgens mij moet de Nederlandse regering dat actiever uitdragen dan ze tot nu toe heeft gedaan.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan gaan we luisteren naar de heer Boucke van de fractie van D66.

De heer Boucke (D66):

Voorzitter. Allereerst een welkom aan de nieuwe staatssecretaris in deze zaal. In de Energieraad komen Europa en klimaatbeleid samen. Dat is een belangrijke combinatie, want samen kunnen we in Europa sneller en verstandiger klimaatbeleid maken. Ik daag de staatssecretaris dan ook uit om zich te voegen bij de koplopers in Europa. D66 is ervan overtuigd dat we in Nederland alles in huis hebben om bij die groene kopgroep te horen. Onze innovatiekracht, onze kennis en onze uitstekende geografische ligging zijn allemaal zaken die dat mogelijk maken, maar het vraagt wel om politieke moed. Het is ook een tijd van politieke moed, want te vaak moet de rechter eraan te pas komen als het om klimaatverandering gaat. Dat zagen we recentelijk nog bij de zaak tussen Shell en Milieudefensie. In het debat dat we eerder hadden, heeft de staatssecretaris aangegeven dat de uitspraak van de rechter nog bestudeerd wordt. Daar heb ik alle begrip voor natuurlijk, maar toch zou ik de staatssecretaris willen vragen om met een kabinetsreactie te komen op de uitspraak van de rechter en de gevolgen in Europees verband, want Shell is een internationaal opererend bedrijf.

Mijn tweede punt gaat over het Europese emissiehandelssysteem. D66 is groot voorstander van een eerlijke CO2-prijs, maar uit recent onderzoek van CE Delft blijkt dat de vervuiler niet heeft betaald maar heeft verdiend. Door slim handelen met een overvloed aan gratis rechten heeft men heel veel geld in eigen zak gestoken. Ik wil de staatssecretaris vragen om haar reactie op dit nieuws. Zal zij zich ook in de Energieraad opnieuw hard maken voor een beter werkend ETS-systeem en wat vindt zij ervan dat bedrijven geld verdienen dat eigenlijk moet naar de verduurzaming van onze planeet?

Ten slotte wil ik de staatssecretaris heel veel succes en wijsheid in Brussel toewensen.

Dank u wel.

De voorzitter:

Een vraag nog van de heer Van der Lee.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Even ter verduidelijking van het punt dat de heer Boucke maakt over de Shell-zaak. Er is al gevraagd om een reactie en er is een meerderheidsdebat geaccordeerd. Wat vraagt hij nou precies additioneel?

De heer Boucke (D66):

Ik vraag van de staatssecretaris dat ze het ook in Europees verband beziet, dat zij in haar reactie ook aangeeft wat deze uitspraak in Europees verband betekent.

De voorzitter:

Helder, dank u wel. Tot zover de termijn van de Kamer. Is de staatssecretaris al in staat om de moties te becommentariëren? Eén minuutje schorsen? Ik schors voor drie minuten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Het woord is aan de staatssecretaris.

Yeşilgöz-Zegerius:

Dank u wel, voorzitter. Heel spannend om aan deze kant te staan; dat kan ik niet ontkennen. Ook dank aan de Kamer dat dat al zo snel kan. Het is mijn tweede week.

De voorzitter:

Het is een voorrecht!

Yeşilgöz-Zegerius:

Ja, ik vind het heel bijzonder, maar ook spannend. Ik ga even kijken of ik het goed doe met de volgorde van de moties. Het is een overzichtelijk aantal, maar dat zou ook zomaar even ingewikkeld kunnen zijn.

De eerste motie van de heer Van Raan, op stuk nr. 859, gaat erover dat we in de Energieraad uitdragen dat alleen groene waterstof duurzaam is. Ik ben morgen bij de Energieraad. De heer Van Raan vraagt of we kunnen zeggen dat alleen groene waterstof duurzaam is. Sorry?

De heer Van Raan (PvdD):

Kan zijn.

Yeşilgöz-Zegerius:

Kan zijn. Ik begrijp die oproep wel. We hebben het er vorige week ook uitgebreid over gehad. Alleen zul je in deze transitiefase die andere kleuren waterstof, zoals grijs en blauw, wel nodig hebben. Dus nu heel hard zeggen "alleen groen kan duurzaam zijn, dus we moeten onze rug keren naar de andere kleuren waarbij je zegt dat koolstofarm nog even moet kunnen" ga ik om deze reden ontraden. Ik deel met de heer Van Raan dat groene waterstof ons ideaal is waar we naartoe werken.

De voorzitter:

Prima.

Yeşilgöz-Zegerius:

Maar ik erken ook wel dat we onderweg wel iets anders nodig hebben.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 860.

Yeşilgöz-Zegerius:

De motie op stuk nr. 860 gaat over hetzelfde onderwerp, dat blauwe waterstof alleen maar fossiele brandstof zou moeten heten. Ook deze motie ga ik helaas ontraden. "Helaas", zeg ik, omdat ik toch bij mijn eerste keer wel iets positiefs zou willen zeggen, maar om dezelfde reden als zojuist. De heer Van Raan weet het, we hebben het er vorige week uitvoerig over gehad. Dus deze motie is ontraden.

De motie op stuk nr. 861 gaat erover dat biomassa op grond van de werkelijke emissies geschrapt zou moeten worden uit RED II. Daarvan kan ik zeggen dat ik deze motie als zodanig op dit moment ontraad. Er komt een herziening aan van de RED. Het lijkt me verstandig om daarop te wachten. Ik wil opmerken dat het, als wij hier een voor een allerlei energiebronnen, technieken en maatregelen uitsluiten, vervolgens steeds lastiger en duurder wordt om die doelen te halen die we óók willen halen. Dus om deze reden zeg ik: nu ontraden en kijken waar Europa mee komt.

De voorzitter:

Een korte vraag van de heer Van Raan. Het woord is aan hem.

De heer Van Raan (PvdD):

Ik kan de staatssecretaris geruststellen. Er blijven genoeg vormen over. Besparing is overigens ook nog een groot …

De voorzitter:

En uw vraag?

De heer Van Raan (PvdD):

Mijn vraag is als volgt. De staatssecretaris leest denk ik over het volgende heen. Wij vragen niet om biomassa te schrappen, maar specifiek in dit geval houtige biomassa. Daar gaat het over. Bovendien hebben we wel degelijk nog invloed op het samenstellen van die RED II-lijst. Dus het is niet zo dat we dat moeten afwachten.

De voorzitter:

Helder. De staatssecretaris.

Yeşilgöz-Zegerius:

Voorzitter. Daar gaan we straks vier uur lang over debatteren in het commissiedebat, vermoed ik zomaar. Ik denk dat het op dit moment voor Nederland, als je kijkt naar al onze berekeningen, inclusief het Klimaatakkoord, waar we hier grotendeels met elkaar achter stonden … Dat neemt nog houtige biomassa op. Als daar al een verandering in plaats moet vinden, dan denk ik dat dat óf vanuit Europa moet komen, óf aan een nieuw kabinet is. Maar op dit moment laten de berekeningen niet zien dat het ons helpt als we dat zouden schrappen.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 862.

Yeşilgöz-Zegerius:

De motie op stuk nr. 862 gaat erover dat we in de Energieraad uit gaan dragen dat miljardenclaims op grond van het ECT niet meer mogelijk zouden moeten zijn als gevolg van investeringen in de transitiebrandstoffen. Uiteindelijk vraagt deze motie mij feitelijk om geen rechtsbescherming meer te geven aan bedrijven die nu gaan investeren in transitiebrandstoffen, wat ze op dit moment natuurlijk wel gewoon kunnen doen. En transitiebrandstoffen — het woord zegt het al — hebben we wel nodig.

De voorzitter:

Een korte vraag van de heer Van Raan.

De heer Van Raan (PvdD):

Ik vraag me af of de staatssecretaris de motie goed heeft gelezen. We zeggen niet dat de claims verboden moeten worden, we zeggen alleen maar: staatssecretaris, draag uit dat bedrijven zichzelf gewaarschuwd moeten achten voor de kortst mogelijke terugverdientijd. Bedrijven mogen claimen wat ze willen, maar we vragen de staatssecretaris om dat signaal uit te dragen.

Yeşilgöz-Zegerius:

Vanuit mijn rol kan ik alleen maar zeggen dat, als bedrijven zich genoodzaakt voelen om een claim in te dienen en om naar de rechter te stappen, we gelukkig in een rechtsstaat leven. Als partijen bepaalde dingen willen uitstralen, is dat volgens mij eerder aan hen dan aan mij.

Dan heb ik nog een motie op stuk nr. 863, die mij verzoekt om in de Energieraad morgen uit te dragen dat Nederland voornemens is het ECT te verlaten. Daar ben ik ook geen voorstander van, dus die motie ga ik ook ontraden. Volgens mij is het heel erg belangrijk dat de energiemarkten efficiënt werken. Er wordt gemoderniseerd en daar waar het beter kan, moet het ook beter. Ik snap de zorgen, maar het verlaten van het ECT lijkt mij niet verstandig.

Dat waren de moties. Of nee, er is nog de motie op stuk nr. 864 van de heer Erkens. Ik zoek de heer Erkens, maar ik denk dat hij het wel gelooft. Deze motie vraagt mij om mij in Europa samen met Frankrijk en andere lidstaten in te zetten voor kernenergie, en dat onderdeel van de taxonomie te laten zijn. Het is geen geheim dat ik kernenergie een mooie techniek, een mooie energiebron, een mooie methode vind. Maar we hebben als Nederland gezegd: laten we eerst afwachten wat de wetenschappers zeggen, zodat we op basis van feitelijkheden een standpunt kunnen innemen. Dat vind ik een heel verstandig standpunt dat mijn voorganger heeft ingenomen. Vorige week heb ik het overtuigd herhaald. Ik zou deze motie graag laten aanhouden, zodat we eerst dat onderzoek kunnen afwachten. Ik zou niet op één bron vooruit willen lopen, wat voor fan ik ook van kernenergie mag zijn.

De voorzitter:

Prima. Dan waren er nog een paar vragen.

Yeşilgöz-Zegerius:

Ja, de heer Van der Lee vraagt wat het kabinet vindt van de CO2-heffing die aangekondigd is of waar in ieder geval aan gewerkt wordt voor de gebouwde omgeving en de mobiliteit. Wij zijn in afwachting van die plannen en hebben nog niet gezien hoe ze eruit gaan zien. Het mag duidelijk zijn dat wij ze altijd zullen toetsen aan onze eigen, nationale doelen. We zullen waakzaam zijn of ze geen opstapeling betekenen, waardoor het uiteindelijk onhaalbaar en onbetaalbaar wordt voor Nederlanders. Volgens mij is dat ook de kern van de vraag. Nogmaals, op die manier zullen we het toetsen, maar de uitwerking hebben we nog niet.

De heer Boucke zegt: blijf bij de koplopers. Dat waren we als Nederland toen we jaren geleden naar Brussel gingen en zeiden dat we voor 55% wilden gaan. Nederland is onderdeel van de koplopergroep. De heer Boucke zegt: zorg dat je in die groep blijft, ook als het gaat over innovatie in je land, en blijf een vliegwiel vormen voor verduurzaming.

Ik kreeg ook een vraag over de Shelluitspraak. Daarvoor is een debat aangevraagd. Vorige week is aangekondigd dat er een analyse zal komen. Het kan zijn dat er voor de zomer van mij alleen een procedurele brief komt. Net na de zomer zal de analyse dan komen. Ik denk dat de heer Boucke met mij heel goed weet dat het een hele unieke en veelomvattende uitspraak is, dus daar moet gewoon een degelijke analyse op gemaakt worden. Zodra de analyse af is, komt zij sowieso naar de Kamer.

Dan heb ik nog één vraag en die gaat over de berichtgeving over de gratis rechten eerder deze week. Het ETS is er natuurlijk nooit voor bedoeld dat een bedrijf miljarden in zijn achterzak kan steken als hij gratis rechten heeft gehad. Die gratis rechten zijn juist ingericht om ervoor te zorgen dat het gelijke speelveld voor de bedrijven wereldwijd en in Europa op orde blijft, zodat we zowel de verduurzaming als de banen hier houden. De heer Boucke zegt terecht: als dat niet zo werkt, als bedrijven het in hun zak kunnen steken, dan moet dat aangescherpt worden. Dat wordt ook gedaan. Er is een herziening gaande. Het ETS bestaat op dit moment zo'n tien jaar en elke keer zie je dat het steeds scherper wordt. Dat zal ook absoluut de inzet van Nederland zijn. Het moet gewoon effectief functioneren. Dat betekent verduurzaming realiseren en banen hier houden. Ik neem deze vraag ook mee als oproep om die lijn door te zetten.

De voorzitter:

U heeft straks nog een debat van vier uur, begrijp ik. Tot zover dit debat. Hartstikke goed. Dank aan de staatssecretaris voor haar aanwezigheid bij haar … maidenspeech of zoiets, als bewindspersoon.

De heer Boucke (D66):

Ik heb nog een vraag.

De voorzitter:

Ik heb eigenlijk al afgesloten; ik moet door naar een volgend debat. De staatssecretaris heeft haar jas al aan. Nou, een heel, heel, heel korte vraag dan.

De heer Boucke (D66):

Mijn vraag aan de staatssecretaris is: waar gaat ze precies voor pleiten in Brussel?

De voorzitter:

Helder.

De heer Boucke (D66):

Want we weten dat de oplossing is: geen gratis rechten meer. Gaat de staatssecretaris daarvoor pleiten?

De voorzitter:

Prima. Waar gaat zij voor pleiten?

Yeşilgöz-Zegerius:

Ik zou in ieder geval pleiten voor een aanscherping, zoals we de afgelopen jaren hebben gedaan, waarbij het plafond steeds omlaag gaat en het steeds effectiever werkt. Dan zullen we met elkaar moeten kijken wat dan de beste manier daarvoor is. Maar dat zou ook zomaar iets voor het nieuwe kabinet kunnen zijn.

De voorzitter:

Prima. We gaan het allemaal volgen. Nogmaals hartelijk dank.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Dan gaan we door naar het volgende debat.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven