8 Raad Algemene Zaken d.d. 20 april 2021

Aan de orde is het tweeminutendebat Raad Algemene Zaken d.d. 20 april 2021 (CD d.d. 15/4).

De voorzitter:

Aan de orde is het tweeminutendebat over de Raad Algemene Zaken, met als eerste spreker mevrouw Maeijer van de PVV. Aan u is het woord.

Mevrouw Maeijer (PVV):

Dank u, voorzitter. Een week na de Tweede Kamerverkiezingen ziet ineens een Nederlands-Spaanse nota het licht, waarin het demissionaire kabinet een voorstel doet om te gaan onderzoeken op welke gebieden unanimiteit de Europese Unie in de weg zit om actie te ondernemen. Ongelofelijk. Daarom dien ik de volgende motie in.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het opgeven van vetorechten een nieuwe stap is in de richting van de Europese Unie als ultieme grootmacht;

van mening dat we pal moeten staan voor de belangen van ons land en onze nationale soevereiniteit en we vetorechten daarom moeten verdedigen en gebruiken;

verzoekt de regering op de aankomende Raad Algemene Zaken kenbaar te maken dat Nederland op geen enkel terrein zal instemmen met het opgeven van vetorechten en hier ook geen onderzoek naar wenst te doen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Maeijer en Wilders.

Zij krijgt nr. 2309 (21501-02).

Dank u wel.

Mevrouw Maeijer (PVV):

Voorzitter. Dan mijn tweede motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat op 7 mei 2021 de Social Summit zal plaatsvinden en dat daar gesproken zal worden over sociaal beleid en de sociale pijler;

verzoekt de regering op deze informele top uit te spreken dat sociaal beleid een nationale bevoegdheid is en moet blijven, niet in te stemmen met enig voorstel, enige maatregel of verklaring die daar afbreuk aan doet en zich actief te verzetten tegen EU-bemoeienis met ons sociaal beleid,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Maeijer en Léon de Jong.

Zij krijgt nr. 2310 (21501-02).

Dank u wel. Dan is nu het woord aan de heer Amhaouch van het CDA.

De heer Amhaouch (CDA):

Dank u wel, voorzitter.

Wij hebben geen motie, maar nog wel twee vragen. Ten eerste wil ik de minister danken voor de toezegging die hij deed in de commissievergadering dat we binnen een week een uiteenzetting van de minister kunnen verwachten waarin hij aangeeft hoe de burgers worden betrokken bij de conferentie over de toekomst van Europa. Op 9 mei start deze conferentie, dus dat is gewoon een harde deadline.

Ik heb daarover twee vragen. Wellicht kan de minister die ook meenemen in zijn brief. Beantwoordt de minister met deze brief ook de motie-Koole c.s. uit de Eerste Kamer, waarin de regering verzocht wordt om zich in te zetten voor een levendige en goed geïnformeerde publieksdiscussie over de Europese Unie en de inbreng en ambitie van Nederland daarbij, en deze discussie met extra financiële middelen te bevorderen en hierover voor 1 juli 2021 een uitgewerkt voorstel te doen toekomen aan beide Kamers? En kan de minister ook een tijdsplanning meenemen in deze brief, waarin hij ook meeneemt wanneer het voorzitterschap van de conferentie deze input verwacht?

Dat was ruim binnen de tijd.

De voorzitter:

Zeker. Dank u wel. Dat scheelt weer een minuut. Dan is nu het woord aan de heer Jasper van Dijk van de SP. Gaat uw gang.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Voorzitter. Ik heb een motie over het Franse onderzoek naar de begrotingsregels.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat in Frankrijk een studie is verschenen van de Conseil d'Analyse Economique (CAE) waarin de Europese begrotingsregels ter discussie worden gesteld, omdat "de budgettaire afspraken in Europa niet of nauwelijks nog geschikt zijn voor de huidige macro-economische omstandigheden";

overwegende dat de economische verschillen tussen lidstaten sinds het Verdrag van Maastricht zijn toegenomen, wat aanpassing van de financiële regels nog noodzakelijker maakt;

verzoekt de regering om op basis van het Franse advies te onderzoeken hoe de Europese begrotingsnormen kunnen worden gemoderniseerd,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Jasper van Dijk.

Zij krijgt nr. 2311 (21501-02).

Dank u wel. Dan is nu het woord aan de heer Sjoerdsma van D66. Gaat uw gang.

De heer Sjoerdsma (D66):

Dank, voorzitter. Vanuit mijn kant twee moties.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat naast het Europees Bureau voor Fraudebestrijding (OLAF) het Europees Openbaar Ministerie (EPPO) is opgericht om fraude met Europees geld te voorkomen en dat het op 1 juni 2021 operationeel zal worden;

overwegende dat naast Nederland nog 21 andere lidstaten zijn toegetreden tot het Europees Openbaar Ministerie;

constaterende dat eerder afgewezen fraudeurs met EU-gelden toch in aanmerking lijken te komen voor EU-gelden en het Early Detection and Exclusion System te weinig wordt ingezet;

verzoekt het kabinet om samen met gelijkgestemde landen met voorstellen te komen om het antifraudemechanisme te versterken om fraudeurs van EU-gelden in de toekomst uit te sluiten, en deze plannen waar mogelijk in de Raad te presenteren;

verzoekt het kabinet om zich in te spannen dat andere lidstaten zich aansluiten bij het Europees Openbaar Ministerie teneinde fraude effectief te kunnen bestrijden in de hele Europese Unie,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Sjoerdsma.

Zij krijgt nr. 2312 (21501-02).

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter. Dan de tweede motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de minister-presidenten van Spanje en Nederland oproepen dat de EU het stemmen met gekwalificeerde meerderheid toe moet passen daar waar unanimiteit de capaciteit van de EU om effectief te handelen beperkt;

overwegende de aangenomen motie-Sjoerdsma c.s. (21501-20, nr. 1597) over het afstand doen van veto's voor EU-mensenrechtenverklaringen;

overwegende dat het kabinet de unanimiteitseis bij de besluitvorming op het Europese buitenlandbeleid wil opheffen voor een effectiever en eensgezinder Europees optreden in de wereld;

verzoekt het kabinet niet bij voorbaat verdragswijzigingen uit te sluiten als deze de belangen van Nederland en de Europese Unie behartigen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Sjoerdsma.

Zij krijgt nr. 2313 (21501-02).

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter. Dat waren mijn moties. Ik dank u.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan is nu het woord aan de heer Van Houwelingen van Forum voor Democratie. Aan u het woord.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Dank u wel, voorzitter. Als Forum voor Democratie zijn wij fundamenteel tegen de invoering van een EU-vaccinatiepaspoort. Daarover hebben wij twee moties, die ik nu ga indienen.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de meeste EU-landen, inclusief ons buurland Duitsland, reizigers vanuit Nederland verplichten een coronatest te doen voor binnenkomst;

constaterende dat Nederland op zijn beurt reizigers vanuit andere landen verplicht voor binnenkomst een coronatest te doen;

constaterende dat deze situatie, ongeacht het nut en de effectiviteit van coronatests, nooit semipermanent mag worden;

roept de regering op de testverplichting bij het inreizen in Nederland af te schaffen en de quarantaineplicht niet in te voeren;

roept de regering tevens op zich binnen de EU hard te maken voor het zo snel mogelijk uitfaseren van wederzijdse test- en quarantaineverplichtingen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Houwelingen.

Zij krijgt nr. 2314 (21501-02).

De heer Van Houwelingen (FVD):

Dan de tweede motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Europese Commissie een Digital Green Pass in wil voeren, waardoor mensen verplicht kunnen worden zich te laten vaccineren voor ze vrij kunnen reizen;

constaterende dat deze verplichting direct ingaat tegen de lichamelijke integriteit van het individu en het meermaals herhaalde voornemen van het kabinet om vaccinaties niet (indirect) verplicht te stellen;

roept de regering op zich binnen de EU in te zetten tegen het invoeren van een Digital Green Pass,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Houwelingen.

Zij krijgt nr. 2315 (21501-02).

Dank u wel. Dan is het woord aan de heer Van der Lee van GroenLinks. Niet? Dan tot slot mevrouw Piri, PvdA. Gaat uw gang.

Mevrouw Piri (PvdA):

Dank u, voorzitter. Ik heb één motie, over de mensenrechtensituatie in Turkije.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er in de meest recente conclusies van de Europese Raad wordt gesproken over modernisering van de douane-unie met Turkije;

van mening dat er alleen sprake kan zijn van deze modernisering bij verbeteringen op het gebied van mensenrechten in Turkije op basis van duidelijke benchmarks;

verzoekt de regering niet in te stemmen met de start van de onderhandelingen over de modernisering van de douane-unie zonder verbeteringen in de Turkse mensenrechtensituatie, en de Kamer te informeren over de benchmarks die de regering hierbij hanteert,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Piri, Sjoerdsma en Van der Lee.

Zij krijgt nr. 2316 (21501-02).

Dank u wel. Dan zijn we hiermee aan het einde gekomen van de inbreng van de kant van de Kamer. Ik schors voor enkele ogenblikken en dan luisteren we naar de beoordeling door de minister.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Ik geef de minister het woord.

Minister Blok:

Dank u wel, voorzitter. Ik begin met de motie van mevrouw Maeijer op stuk nr. 2309. Die vraagt de regering kenbaar te maken dat Nederland op geen enkel terrein zal instemmen met het opgeven van vetorechten. Het is de Kamer bekend dat de Nederlandse regering al eerder heeft aangegeven op specifieke onderdelen van het buitenlands beleid over te willen gaan tot meerderheidsbesluitvorming. Ik ontraad deze motie dus.

De tweede motie van mevrouw Maeijer, op stuk nr. 2310, gaat over de Europese top van 7 mei. Ik zou sowieso willen vragen om de motie aan te houden, want ik heb al aangeven dat, zoals altijd voor een Europese top, de Kamer een brief krijgt over de inhoud en de inzet van de top. Mocht de motie niet worden aangehouden, dan ontraad ik haar.

De voorzitter:

Ik kijk even naar mevrouw Maeijer. Bent u bereid om de motie aan te houden? U brengt haar in stemming? Dan wordt zij ontraden.

Minister Blok:

De heer Amhaouch had geen motie ingediend maar heeft gevraagd om twee punten op te nemen in de toegezegde brief. Dat zal ik doen.

De heer Van Dijk verzoekt in zijn motie op stuk nr. 2311 de regering om op basis van het Franse advies te onderzoeken hoe Europese begrotingsnormen kunnen worden gemoderniseerd. Ik heb al aangegeven dat de discussie over de Europese begrotingsnormen, die tijdelijk zijn opgeschort vanwege covid, natuurlijk gevoerd zal worden, en dat collega Hoekstra als eerstverantwoordelijk minister de Kamer daar ongetwijfeld over zal informeren. Alleen, dat zal ongetwijfeld niet zijn op basis van het Franse advies, maar op basis van de Nederlandse afweging. Alle respect overigens voor het Franse advies — dat gaan we ook goed lezen — maar van de Nederlandse regering mag u verwachten dat wij met een standpunt komen op basis van de Nederlandse positie. Deze motie moet ik dus ontraden.

De heer Sjoerdsma verzoekt het kabinet in de motie op stuk nr. 2312 om zich ervoor in te spannen dat andere lidstaten zich aansluiten bij het Europees Openbaar Ministerie en voorstellen te doen om de antifraudemechanismen te versterken. Beide doelstellingen ondersteun ik zeer, dus laat ik het oordeel over deze motie graag aan de Kamer.

De motie op stuk nr. 2313 van de heer Sjoerdsma verzoekt het kabinet om niet bij voorbaat verdragswijzigingen uit te sluiten als deze de belangen van Nederland en de Europese Unie behartigen. Ik heb net in het debat ook aangegeven dat we gezien de praktische opgave die binnen de Europese Unie voor ons ligt, als kabinet vinden dat een discussie over verdragswijziging tijd en energie gaat kosten die niet bijdragen aan dringende praktische opgaven. In lijn daarmee ontraad ik deze motie.

De heer Van Houwelingen heeft allereerst de motie op stuk nr. 2314 ingediend, die de regering oproept de testverplichting bij het inreizen in Nederland af te schaffen. Dit ligt overigens niet echt op het terrein van de minister voor Europese Zaken, zoals ik net werd aangesproken. Dit leent zich dus meer voor het debat van later vanmiddag, maar ik ben wel bereid om de motie alvast te ontraden. Het lijkt mij heel onverstandig.

De motie op stuk nr. 2315 van de heer Van Houwelingen roept de regering op zich binnen de EU in te zetten tegen het invoeren van een digital green pass. Ik heb al aangegeven dat het een nationale bevoegdheid blijft om te beslissen over inreizen en quarantaineverplichtingen en dat het wel verstandig is om de criteria en de manier waarop die worden vastgelegd, Europees te coördineren. Daarom ontraad ik deze motie.

Dan de motie op stuk nr. 2316 van mevrouw Piri en de heren Sjoerdsma en Van der Lee, die de regering verzoekt om niet in te stemmen met de start van de onderhandelingen over modernisering van de douane-unie zonder verbeteringen in de Turkse mensenrechtensituatie en om de Kamer te informeren over de benchmarks die de regering hanteert. Het tweede heb ik toegezegd. Het eerste is heel stellig geformuleerd. Het sluit ook uit dat je wel met elkaar overlegt maar dit daarbij helder op tafel ligt. Een onderdeel van het overleg is ook vooruitgang op het gebied van mensenrechten en van de rechtsstaat. Omdat het zo stellig geformuleerd is, moet ik de motie per saldo ontraden, maar het tweede deel ervan had ik al toegezegd.

Voorzitter, hiermee hoop ik ook de vragen in de tweede termijn beantwoord te hebben.

De voorzitter:

Ik dank de minister voor de beantwoording en zijn komst naar de Kamer.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Over deze moties zal straks bij aanvang van de middagvergadering worden gestemd.

De vergadering wordt van 12.37 uur tot 13.15 uur geschorst.

Naar boven