6 Afscheid van de leden Bruins Slot (CDA) en Özdil (GroenLinks)

Aan de orde is het afscheid van de leden Bruins Slot (CDA) en Özdil (GroenLinks).

De voorzitter:

Aan de orde is het afscheid van twee collega's van ons: mevrouw Bruins Slot van het CDA en de heer Özdil van GroenLinks. Ik begin met de afscheidsbrief van mevrouw Hanke Bruins Slot. Waar zit je, Hanke? Daar, ja.

"Geachte Voorzitter, beste Khadija,

Negen jaar is het een voorrecht geweest om Tweede Kamerlid te zijn. Nu ga ik vertrekken om gedeputeerde voor de provincie Utrecht te worden. Daarbij kijk ik terug op een mooie taak in een bijzondere omgeving.

In die negen jaar heb ik de opgedane lessen uit mijn militaire loopbaan prima kunnen toepassen in de Tweede Kamer. Dan gaat het niet alleen om de praktische invulling van het werk als Tweede Kamerlid. Zoals bijvoorbeeld het gezegde: "Haast je als je tijd hebt, want dan heb je tijd als je haast hebt."

Het gaat verder dan dat. In mijn maidenspeech vertelde ik dat ik als oud-militair hecht aan de waarde van open en eerlijk zijn. Aan een stevige discussie op de bal en niet op de man. Aan leiderschap. Aan belangen afwegen. En aan het besef dat je het uiteindelijk voor anderen doet.

Als militair leer je dat gezag en vertrouwen staan of vallen met jouw eigen gedrag. Daar ben je zelf verantwoordelijk voor. Daar kan je anderen niet op aankijken. Dat geldt ook voor ons gezag als Tweede Kamer. Wij bepalen zelf in belangrijke mate of wij dit gezag en vertrouwen ook verdienen en krijgen. Politiek gaat wat mij betreft om het behouden van goede zaken en veranderen wat niet goed gaat. Daarbij draait het niet om ons, maar om al die andere inwoners van Nederland. Wat is het beste voor Nederland.

Eén militair is geen militair. Als Kamerlid ben je effectief door samen te werken met anderen. Mijn ervaring is dat er ergens in Nederland allang iemand is die een oplossing voor een probleem heeft bedacht. Het was een voorrecht om een bijdrage te leveren aan het naar voren brengen van die oplossingen. Dan ging het om meer aandacht voor preventie in de zorg, meer geld voor Defensie, meer erkenning, waardering en betere zorg voor veteranen, verduurzaming van sportverenigingen en de ondersteuning van vrijwilligers.

De samenwerking met collega's van andere partijen heb ik altijd erg gewaardeerd en plezier aan beleefd. Om resultaten te bereiken zijn meerderheden nodig. Mijn collega's in de CDA-fractie en onze medewerkers ga ik missen.

Bij dit alles is er ook een belangrijke rol voor de journalistiek weggelegd. Zij houden ons scherp en leveren een onmisbare bijdrage aan het aan de kaak stellen van misstanden. Ook vervullen zij een belangrijke rol bij het op de politieke agenda krijgen van maatschappelijke problemen.

De bodes, medewerkers van het Restaurantbedrijf, de griffies en de ondersteuning van de Tweede Kamer wil ik bedanken voor hun tomeloze inzet om de Tweede Kamer goed te laten functioneren. Daarbij wil ik ook de beveiligers, politieagenten en de militairen van de Koninklijke Marechaussee bedanken voor het zorgdragen voor onze veiligheid.

En nu mag ik mij namens het CDA gaan inzetten ten dienste van de inwoners van de provincie Utrecht. De provincie waar ik al meer dan de helft van mijn leven woon. En de provincie waar ik ga trouwen met een geboren en getogen Utrechtse. Utrecht is echt ons plekkie.

Het lijkt mij geweldig om voor de inwoners van de provincie Utrecht aan de slag te gaan. Van groot belang is dat Utrecht een provincie blijft waar het goed wonen, werken en leven is. Daar wil ik graag een bijdrage aan leveren.

Met vriendelijke groet,

Hanke Bruins Slot."

(Applaus)

De voorzitter:

Geachte mevrouw Bruins Slot, beste Hanke,

Als kind had je twee dromen. Je vader was burgemeester en aan de keukentafel ging het vaak over politiek, maar jij had andere plannen. Je wilde rechten studeren, en je wilde officier in het leger worden. Beide dromen zijn uitgekomen. Je werd jurist en later commandant bij de Houwitsers.

Je werd uitgezonden naar Uruzgan in Afghanistan. Dat maakte veel indruk op je, en het was indirect ook de aanleiding om je in 2010 verkiesbaar te stellen voor de Tweede Kamer. Tijdens je uitzending zag je wat er mis kan gaan in een land waar een overheid afwezig is en het vertrouwen in de samenleving ontbreekt. Het maakte je eens te meer bewust van het belang van een goede en betrouwbare overheid.

Als kersvers Kamerlid ging je in 2010 terug naar Afghanistan. De stoffige wegen naar Chora waren vervangen door asfalt; in Tarin Kowt brandde overal licht. Je zag economische groei, mogelijkheden voor een betere toekomst voor de Afghanen.

Je noemde net al een paar lessen uit je militaire loopbaan die je hebt kunnen toepassen hier in de Tweede Kamer. Een belangrijke gelijkenis: het is allebei mensenwerk. Je moet vragen blijven stellen aan de mensen om je heen en in het land. Uiteindelijk komen de beste ideeën van onderop. En doe je het niet voor jezelf, maar voor anderen.

Boven op je allereerste meisjesdromen kwamen andere dromen uit. In 2005 werd je Nederlands kampioen zaalhockey. Daarover zei je tijdens een ochtend vissen met Algemeen Dagblad-journalist Jan Hoedeman: "De belangrijkste taak als keeper is ervoor te zorgen dat de bal niet bij je komt." Johan Cruijff had het niet beter kunnen zeggen. Maar net zoals bij hem denk je later: er zit toch een kern van waarheid in. Als Kamerlid gaf jij anderen de ruimte om het spel te spelen. Je trad niet op de voorgrond. Maar als het erop aankwam, stond je er. Een van de steunpilaren van het CDA, werd je in de afgelopen dagen in een krantenartikel genoemd.

Een van jouw grootste kwaliteiten is dat je lastige vragen kunt stellen. Dat lijkt heel gewoon voor Kamerleden, maar dat is het niet altijd. We zagen het toen je lid was van de tijdelijke commissie ICT-projecten bij de overheid, maar ook als je het woord voerde over defensie, sport of medisch-ethische vraagstukken. Je wist je tegenstanders op onderkoelde toon in moeilijke situaties te manoeuvreren, met kalmte en geduld. Je maakte je niet groot, maar je liet je ook niet wegzetten. Zoals die ene beruchte keer in het debat met de heer Thierry Baudet. Hij zei — ik citeer — dat hij het schattig vond dat je zo naïef in het leven staat. Je reageerde direct en scherp, en liet hem natuurlijk weten dat jij in Uruzgan diende toen hij nog studeerde.

Beste Hanke,

Ik hoop en denk dat je terugkijkt op een periode waarin je met jouw eigen "team-CDA" en andere collega's mooie resultaten hebt bereikt. Je insteek was om van systemen terug te gaan naar de mensen. Het ging jou vaak om hele praktische en tastbare oplossingen. Je gebruikte lokale voorbeelden om zaken in Den Haag concreet te maken, zoals toen je het voorbeeld noemde van sportverenigingen in Utrecht, want daar hoorde je dat de energierekeningen heel hoog waren. Daarmee heb je eigenlijk iets voor elkaar gekregen en veel betekend voor je stad en voor je regio. Die rol ga je nu verder kracht bijzetten als gedeputeerde in de provincie Utrecht.

Er dient zich een nieuw hoofdstuk, een nieuwe droom aan. Ik wens je daarbij heel veel geluk en alle goeds.

Heel veel dank.

(Applaus)

De voorzitter:

Dan is nu het afscheid van Zihni Özdil van GroenLinks. Ik begin met zijn brief.

"Beste Khadija,

Ik zal maar meteen met de deur in huis vallen: ik heb slecht nieuws. Ik vertrek uit de Tweede Kamer. Er is iets grondig misgegaan. En dat vind ik ontzettend spijtig. Als Kamerlid kwam ik in de knoop. Tussen fractiediscipline en de Grondwet, die "zonder last" voorschrijft.

In de afgelopen twee jaar heb ik met veel trots mijn Kamerlidmaatschap vormgegeven. Dat ging met veel pieken, maar ook met dalen. En daar baal ik van. Ik snap dat het nieuws je rauw op je dak viel. Maar ik wil benadrukken dat ik een mooie tijd heb gehad in deze Kamer. Ik heb in levenden lijve meegemaakt dat alle Kamerleden in dit huis, hoe ver ze ideologisch ook van elkaar afstaan, dag in, dag uit, kei- en keihard werken om vanuit hun perspectief Nederland nog mooier te maken. En dát ... dat is mooie politiek. Hele mooie politiek.

Uit mijn woorden proef je vast hoezeer ik de vrijzinnigheid van democratie waardeer. Vrije, democratische politiek hoort altijd over de inhoud te gaan en nooit over de personen. Maar ik maak vandaag graag een uitzondering ... Want ik heb aan mijn tijd in de Kamer ook nieuwe vriendschappen overgehouden. Enkele voorbeelden.

Neem die dekselse Texelaar Gijs van Dijk van de PvdA. Helaas is het ons niet helemaal goed gelukt een keer een biertje te drinken. Misschien komt dat nog een keer. Maar een ex-collega heeft me goedbedoeld, doch anoniem, geadviseerd het voorlopig bij een colaatje te houden."

(Hilariteit)

De voorzitter:

"Of Salima Belhaj van D66, met wie ik — hou je hart vast — aan het einde van een Kamerdag weleens een wijntje dronk om te praten over belangrijke zaken van landsbelang. Zoals hoe Amsterdam zoveel leuker is dan Rotterdam.

Gert-Jan Segers van de ChristenUnie noem ik liever een frenemy. Want hoe hij me jaren geleden uit de EO Bijbelquiz kieperde, verdient stiekem toch wel de schoonheidsprijs. Vooruit dan, laat ik hem daarom maar vergeven.

Hetzelfde geldt trouwens ook voor Frank Futselaar van de SP, iemand die gewoon humor heeft gedoceerd aan de hogeschool. Daar win je het in een debat dus nooit van qua spitsvondigheid. En daar baal ik echt van.

En wat te denken van twee franke Friezen: Harm Beertema en Theo Hiddema? Hou bij hen alstublieft een extra oogje in het zeil, Khadija. Want laten we nooit vergeten wat er is gebeurd in Dokkum ... Wordt het trouwens niet hoog tijd voor een Bonifatiuszaal in de Tweede Kamer?"

(Hilariteit)

De voorzitter:

"Ook Pieter Omtzigt. Een groot parlementariër die niet alleen zijn grondwettelijke controlerende taak zonder last en ruggenspraak ernstig neemt, maar dat ook in perfecte balans weet te brengen met de moderne verplichtingen van de partijdemocratie. Ik heb ervaren dat je het origineel niet kunt kopiëren.

En last but not least, mijn grote vriend, de altijd goedlachse, vriendelijke en behulpzame Zohie ... Zohoe ... Zohair. Afijn, die ene VVD'er met die moeilijke naam: Zohair.

Als zijinstromer had ik het geluk, en misschien wel het ongeluk, om het politieke spel in dit huis ook te bekijken met de bril van de mensen thuis. En dan was er toch vaak iets opmerkelijks te aanschouwen, namelijk: een spel waarin Kamerleden worden gedwongen ... om de eerste te zijn; de snelste te zijn; een inflatie aan moties in te dienen, waarvan de stemmingsuitslag vervolgens per screenshot de wereld in wordt gegooid. Ik gebruik expres de term "gedwongen", want het is niet eerlijk om dit fenomeen alleen maar op het bord te leggen van degenen die erin moeten opereren.

Is het niet hoog tijd dat we ons gaan afvragen of we het politieke spel niet te veel tot doel an sich hebben verheven? Zonder ons meer af te vragen of de spelregels nog kloppen? Want hoe kun je het democratisch spel spelen wanneer je als Kamerlid tegen de honderden ambtenaren van een minister moet opboksen, terwijl je, als je geluk hebt, slechts één beleidsmedewerker voor jezelf hebt? Dat is een vraag die ik aan jou en al mijn collega's in dit huis wil achterlaten.

Khadija,

Jij was mijn steun en toeverlaat. Zoals wanneer jij mij tijdens een uit de hand lopende debataanvraag vermaande: "Meneer Özdil, het debat moet nog beginnen", terwijl je streng doch rechtvaardig uit je ooghoeken keek, waardoor ik alleen maar kon inbinden.

Ik baal echt dat ik moet vertrekken. Want politiek heeft behalve lelijke kanten ook mooie kanten, zoals iets kunnen betekenen voor studenten. Ik zie het ook als taak van de overheid om jonge mensen, die we als land in de toekomst zo hard nodig hebben, niet onnodig met een schuldenlast op te zadelen. Als politicus heb ik geprobeerd aan een eerlijk en rechtvaardig onderwijsstelsel bij te dragen. Maar alvast een waarschuwing. Ook als ex-politicus heb je nog niet het laatste van me gehoord. In de Twitter- en socialemediademocratie van vandaag de dag zal ik me ook buiten de Kamer blijven inzetten voor deze belofte van sociaal en links beleid.

Tot slot wil ik uit het diepst van mijn hart erkentelijkheid betuigen. Aan jou, Khadija, voor de waardige maar vooral fijne wijze waarop jij je Kamervoorzitterschap uitdraagt. Aan al mijn collega's met wie ik zowel mocht samenwerken als de degens mocht kruisen. En natuurlijk aan de stille motor van de Tweede Kamer, het ondersteunend personeel: van de schoonmakers tot de Griffie tot de catering.

Ik sluit af met de wijze woorden van een dierbare collega van een andere partij, die ook voortijdig vertrok: laat elkaar heel.

Groet,

Zihni"

(Geroffel op de bankjes)

De voorzitter:

Geachte heer Özdil, beste Zihni,

Er zijn momenten dat de politiek alleen verliezers kent. Dat was afgelopen week het geval, toen jij jouw vertrek aankondigde. Het is pijnlijk voor de Kamer, voor je partij maar vooral voor jou persoonlijk.

"De Tweede Kamer is niet altijd een comfortabele plek voor vrije geesten." Dat schreef Volkskrantjournalist Ariejan Korteweg op 15 mei, nadat je in Trouw pleitte voor de afschaffing van het leenstelsel. Jij bent zo'n vrije geest, en het was voor velen een verrassing dat jij je in 2016 kandideerde voor GroenLinks. Maar na je zoveelste optreden in een zaaltje in het land, waarin jij je opvattingen over de politiek verkondigde, zei iemand tegen je: waarom doe je het niet zelf?

In de laatste column die je voor NRC schreef voor je de Kamer in kwam, vertelde je over je drijfveren. Je schreef: "Dat de kleinzoon van een arme Turkse boer, die in een huisje van gedroogd mest en cement is geboren, NRC-columnist kon worden, bewijst welk verschil kansen kunnen maken. Dat de zoon van een immigrant kandidaat-Kamerlid kan zijn, illustreert de grootsheid van Nederland. Maar het illustreert bovenal waarom gelijke kansen zo belangrijk zijn en waarom we de groeiende ongelijkheid in Nederland een halt moeten toeroepen. Daar ga ik me voor inzetten."

Je kreeg — ik mag je niet aankijken! — de portefeuilles hoger onderwijs en sociale zekerheid. Zware portefeuilles, maar ook portefeuilles waarin je heel concreet je drijfveren en je ideaalbeeld van gelijke kansen voor iedereen, of ze nou Zihni heten of Henk, kon realiseren. Uit je vragen, moties en voorstellen sprak steeds je afkeer van marktwerking en rendementsdenken.

Jouw verhalen, hier in de Kamer en daarbuiten, worden altijd gekenmerkt door een wetenschappelijke onderbouwing. Je haalt je inspiratie uit literatuur van verlichtingsdenkers en Nobelprijswinnaars als Joseph Stiglitz en Paul Krugman, maar je citeert net zo makkelijk de Heilige Augustinus. Maar vooral Rosa Parks, het icoon van de zwarte Amerikaanse burgerrechtenbeweging, is een voorbeeld voor je. De vrouw die, in jouw woorden, "niet zielig in een hoekje van de bus bleef staan, maar haar burgerschap opeiste". Zij leerde je dat gelijkheid iets is waar je ook zelf aan moet werken.

In de debatten die je voerde, ging het soms hard tegen hard. Deels deed je dat zelf. Je waarschuwde er al voor in je maidenspeech, voor die Rotterdamse directheid. In een betoog over neoliberalisme zei je "achterlijke ideologie", en je noemde het ook "geouwehoer". Na afloop van je maidenspeech zei Lodewijk Asscher: "Ik houd er wel van, binnenkomen met een getrokken middelvinger naar iedereen om u heen."

Maar je felle toon had en heeft een reden. Een paar jaar geleden zei je in een interview in Trouw dat kritiek de hoogste vorm van liefde is; vrij naar Thomas Jefferson, de grondlegger van de Verenigde Staten. Je leverde kritiek omdat je van Nederland houdt. Een land waar je niet bent geboren, maar waar je je van jongs af aan altijd thuis hebt gevoeld. Dat kwam grotendeels door je vader, die koos voor een huis in Lombardijen, geen schotel wilde en erop aandrong dat je naar de beste vwo-school in Rotterdam zou gaan.

De hardheid van het politieke debat heb je ook ervaren toen er filmpjes van jou op Facebook werden gezet, waardoor je niet alleen zwaar werd aangevallen door Turkse media, maar ook uit Nederland tirades en bedreigingen over je heen kreeg. Het raakte je ontzettend. Dat dát kan in de Nederlandse politiek, dat vond jij onbegrijpelijk.

Maar je bleef weerwoord bieden. Zoals die keer dat je een hatelijk bericht kreeg op Twitter: "Ga terug naar waar je roots liggen." Waarop jij reageerde: "Nou moe, ik ben net naar Amsterdam verhuisd. En nu moet ik van jou alweer naar Rotterdam."

Het tekent wie je bent. Iemand die de confrontatie niet schuwt en het debat aangaat. Die staat voor zijn idealen.

Vandaag vertrek je uit de Kamer, maar ik ben ervan overtuigd dat je via het maatschappelijk debat nog veel van je zult laten horen, over gelijkheid, over identiteit en over burgerschap, om op die manier mee te bouwen aan en te knokken voor een empathische samenleving.

Ik wens je daarbij alle goeds.

Dank je wel.

(Applaus)

De voorzitter:

Dan schors ik de vergadering nu voor enkele ogenblikken.

De vergadering wordt van 15.32 uur tot 15.44 uur geschorst.

Naar boven