30 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Aan de orde is de regeling van werkzaamheden.

Ik deel aan de Kamer mee dat de fractie van het CDA de heer Pieter Heerma tot haar fractievoorzitter heeft gekozen.

(Applaus)

De voorzitter:

Nu komt de heer Heerma binnen. U heeft het gemist, meneer Heerma! Nog een keer!

(Applaus)

De voorzitter:

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 35000-VI-41; 35148-10; 35000-J-25; 35000-A-48; 35000-A-46; 35000-A-14; 35000-A-12; 32852-68; 28089-83; 25422-236; 23645-678; 23645-677; 23645-676; 34775-XVI-99; 32813-134; 29614-81; 25883-303; 35000-J-19; 35000-J-18; 27625-462; 27625-461; 21501-32-1047; 32813-312; 32813-310.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan de heer Wilders namens de PVV. Gaat uw gang.

De heer Wilders (PVV):

Voorzitter. Aanrandingen, pogingen tot moord, geweldpleging. Het zijn allemaal serieuze criminele daden die door asielplegers zijn gepleegd en die onder het tapijt zijn gemoffeld. Daarom heb ik vorige week een hoofdelijke stemming aangevraagd om daar heel snel over te debatteren. Dat voorstel is toen verworpen. Maar nu net, vanmorgen, hebben wij een brief gekregen van staatssecretaris Harbers waarin hij ook toegeeft dat de zaken onder het tapijt zijn gemoffeld en waarin hij zelf ook zegt dat hij graag verantwoording aan de Kamer aflegt, het liefst vandaag nog. In de media staat zelfs dat hij van plan is om af te treden. Dat lijkt mij allebei een goed idee, dus ik stel u voor om dit debat vanmiddag nog, anders uiterlijk vanavond, in te plannen.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Ik heb het debat aangevraagd en ik heb gezegd dat ik het debat meteen wilde doen zodra de brief binnen was. Dus wat mij betreft doen we het direct na de regeling.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Voorzitter, steun voor het verzoek. Wij willen ook graag het verzoek doen om de minister-president erbij te vragen, omdat dit de zoveelste VVD'er is voor wie de waarheid slechts een optie blijkt en omdat wat ons betreft ook de rol van de minister-president als personeelschef van dit kabinet in dit debat ter sprake zal komen.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Voorzitter. Ik wil weten waarom dit zo mis heeft kunnen gaan, dus ik steun het debat. Het moet zo snel mogelijk plaatsvinden, dus vandaag.

De voorzitter:

Mevrouw Marijnissen voegde ook nog de mp daaraan toe, mevrouw Kuiken. Nee? Oké.

De heer Bisschop (SGP):

Steun voor het verzoek. Het lijkt mij goed om dat zo snel mogelijk te doen. Wat mij betreft hoeft de premier er niet bij te zijn.

De heer Krol (50PLUS):

Ook graag zo snel mogelijk en wat mij betreft ook met de minister-president.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (PvdD):

Steun voor het verzoek, met de minister-president.

De heer Groothuizen (D66):

Voorzitter, steun voor het verzoek. Wat mij betreft is de komst van de minister-president niet noodzakelijk.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter. Het debat kunnen we met de staatssecretaris doen. Steun voor het verzoek van mevrouw Van Toorenburg en meneer Wilders.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Ik had het debat het liefst morgenavond gehad, zo rond 22.00 uur, en met de minister-president. Maar ik zie de meerderheid van de Kamer. Laten we het met de minister-president doen, vandaag nog.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Steun voor het verzoek van collega Wilders, voorzitter.

Mevrouw Becker (VVD):

Voorzitter, steun voor het verzoek. Vandaag, zo snel mogelijk nog, het debat met de staatssecretaris.

De heer Hiddema (FvD):

Steun.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid om het debat vandaag te houden, een halfuurtje na de regeling. We hebben ook vanavond het Verantwoordingsdebat, dus ik wil ook kijken of er na het debat hierover behoefte is om aansluitend daaraan het Verantwoordingsdebat te houden of dat we kijken naar een ander moment. Dat wil ik ook even vragen en dat geef ik bij dezen even mee. We gaan het organiseren. Dank u wel, meneer Wilders.

Dan ga ik nu naar mevrouw Ouwehand namens de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter, even kijken of ik de aandacht van de collega's kan krijgen!

De voorzitter:

Nou, ik denk dat ik de veroorzaker ben omdat ik vroeg of zij kunnen nadenken over het debat vanavond met de minister-president en de minister van Financiën. Dus ze zijn aan het overleggen. Even kijken.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Wat zullen we doen?

De voorzitter:

Wat zullen we doen? Ik vind het wel mooi om te aanschouwen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik ook.

De voorzitter:

Ja.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Op zich is het een mooi rustmoment.

De voorzitter:

Zijn jullie eruit, heren? Ja?

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Het zijn allemaal mannen, observeer ik vanaf deze plek.

De voorzitter:

Oké, ze zijn eruit. Dan hoor ik wie de woordvoerder is namens jullie allemaal. De heer Van 't Wout.

De heer Van 't Wout (VVD):

Ik weet nog niet helemaal of ik namens iedereen kan spreken, maar ik hoorde in ieder geval veel mensen hetzelfde zeggen als ik, namelijk dat het Verantwoordingsdebat wat ons betreft prima naar volgende week zou kunnen.

De voorzitter:

Oké. U wilde het steunen, meneer Van Raan?

De heer Van Raan (PvdD):

Nee, voorzitter.

De voorzitter:

Dat dacht ik al.

De heer Van Raan (PvdD):

Ik wilde even melden dat ik het heel graag door wil laten gaan.

De voorzitter:

Goed, maar een meerderheid is het met elkaar eens om het volgende week te houden. Dan is dat ook helder. Nu wil ik alle aandacht voor mevrouw Ouwehand.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter, dank u wel. Ik heb een beetje een ingewikkeld verzoek. We spreken vanmiddag met de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de RBZ die maandag plaatsvindt. Vanwege een onderwerp dat op de agenda van de Raad staat, wil ik daarover deze week sowieso een VAO en stemmingen. Maar morgenochtend begint om 09.30 uur — Londense tijd, gelukkig; dat is 10.30 uur Nederlandse tijd — een vergadering van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling. Daar staat op de agenda een lening van 100 miljoen aan de Oekraïense kippenfabrikant MHP. We hebben daar vragen over gesteld, maar pas afgelopen vrijdag kregen we antwoord, negen weken na de indiening van de vragen. Er was dus geen gelegenheid om daar eerder over te spreken. Daarom zou ik heel graag vanavond in aansluiting op het AO het VAO doen, zodat we hierover een motie kunnen indienen. Dan is er een Kameruitspraak voordat het besluit morgen valt.

De voorzitter:

Dus eigenlijk zegt u: vanavond een VAO en aansluitend daarop de stemmingen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ja, dat zeg ik.

De voorzitter:

Ik denk dat het u vrijstaat om een VAO aan te vragen, maar voor de planning en zeker de stemming vanavond ga ik eerst naar de heer Bouali.

De heer Bouali (D66):

Voorzitter. Mevrouw Ouwehand zei het zelf al: dit is een ingewikkeld voorstel. Mevrouw Ouwehand dient altijd ingewikkelde voorstellen in. Dit staat niet op de agenda van de RBZ. De EBRD-beslissing is in een ambtelijk overleg dat morgen plaatsvindt en dat géén onderdeel is van de Europese Unie. Dus geen steun van D66.

Mevrouw Diks (GroenLinks):

Wel steun voor dit verzoek.

De heer Van Haga (VVD):

Geen steun namens de VVD. Wij gaan niet echt over EBRD. Een VAO is prima, maar dan gewoon volgende week. Dan gaan we er tegen die tijd over stemmen.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Geen steun, voorzitter.

De heer Alkaya (SP):

Voorzitter. Het is wat onorthodox, want het staat inderdaad niet op de agenda, maar omdat het niet anders kan, wil ik het bij uitzondering vandaag toch steunen.

De heer Amhaouch (CDA):

Een VAO is goed, maar dat hoeft niet per se vandaag en dat geldt zeker voor de stemming.

De heer Bisschop (SGP):

Geen steun.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. Een VAO is goed, maar dat hoeft niet vandaag.

Mevrouw Van Weerdenburg (PVV):

Vanwege het onderwerp, waar we het hartgrondig mee eens zijn, wel steun.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid, mevrouw Ouwehand.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Nee, dat betekent dat voor dit onderwerp, dat niet op de Raadsagenda staat, de minister van Buitenlandse Handel wel instructies moet geven aan de Nederlandse bewindvoerder daar. Maar dan blijft staan dat over een onderwerp dat wel op de Raadsagenda staat, namelijk de handelsovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Latijns-Amerikaanse landen, morgen gestemd moet worden. Een VAO inclusief stemmingen moet dus sowieso toch nog morgen plaatsvinden. Ik vind het eigenlijk heel raar dat de Kamer zichzelf de mogelijkheid ontneemt om ook nog iets te vinden over die lening aan MHP. Maar tegen een VAO inclusief stemmingen over de Raad kan geen bezwaar zijn, want dat is gewoon een goed gebruik in deze Kamer. Dat moet dan morgen.

De voorzitter:

Dat is een ander type verzoek, want uw eerste verzoek ging over vanavond. Daar heeft u geen meerderheid voor. Morgen gaan we dus kijken. Dank u wel.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Nee, voorzitter.

De voorzitter:

Ik ga geen discussie beginnen, mevrouw Ouwehand, want dit is de derde of vierde keer dat we hierover praten en ik moet u eerlijk zeggen dat ik een beetje ben afgehaakt. Maar de woordvoerders kunnen u heel goed volgen en die hebben aangegeven dat ze daar geen behoefte aan hebben.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Maar dat ging over vanavond.

De voorzitter:

Ja, dat klopt.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik wil u dus vragen of een VAO inclusief stemmingen morgen dan wel doorgaat, want eigenlijk wordt in zo'n geval nooit aan de Kamer gevraagd of die het daarmee eens is. Dat is gewoon standaardpraktijk voordat er een Raad plaatsvindt. Ik zou het dus vreemd vinden als dat nu wordt afgeserveerd.

De voorzitter:

Nee, dat wordt helemaal niet afgeserveerd, want de Raad is maandag. Uw vraag is dus om morgen gewoon een VAO te houden.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Inclusief stemmingen.

De voorzitter:

Inclusief stemmingen. Heeft iemand bezwaar tegen stemmingen morgen? Dit is wel gebruikelijk.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Donderdag vergaderen we niet. Dat zeg ik tegen mevrouw Agema. Dan stemmen we voor het Europees Parlement. Dus morgen? Moet ik dan terugkomen naar de regeling?

De voorzitter:

Nee, het is vrij gebruikelijk en er is niemand die daar bezwaar tegen heeft gemaakt. Dus we gaan morgen gewoon stemmen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Dank u wel.

De voorzitter:

Graag gedaan.

De heer De Graaf namens de PVV.

De heer De Graaf (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Ik richt wederom mijn verzoek aan de Kamer om het debat over terugkeerjihadisten zo spoedig mogelijk in te plannen. We hebben er in het vragenuur al kort met de minister van Justitie en Veiligheid over gesproken. De Kamer mag nu heel blij zijn dat er na een heel lange tijd antwoord komt op de vragen van D66. We springen natuurlijk een gat in de lucht.

De voorzitter:

Het gaat om een bestaand debat, hè?

De heer De Graaf (PVV):

Ik zou het kort willen toelichten, voorzitter. Het probleem is nu — dat is al de hele tijd de reden waarom ik hier zo achteraan zit en hier zo bovenop zit — dat zonder enige controle van de Kamer de minister op de achtergrond al een hele tijd bezig is om terroristen en hun gevolg naar Nederland te halen. En hij maakt Nederland al onveiliger.

De voorzitter:

Het is duidelijk.

De heer De Graaf (PVV):

We moeten daar snel over spreken. We moeten dat als Kamer kunnen controleren, voorzitter.

De voorzitter:

Helder. Uw verzoek is duidelijk. Het verzoek is gewoon om een staand debat zo snel mogelijk in te plannen.

De heer De Graaf (PVV):

Het liefst volgende week.

De voorzitter:

Het liefst volgende week. Het is inderdaad heel belangrijk om dat erbij te zeggen. Mevrouw Kuiken namens de PvdA.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Ik zie wat dralen, maar ik wil — waarschijnlijk om andere redenen — het debat en het verzoek om het snel te doen, steunen.

De voorzitter:

Volgende week, zei de heer De Graaf.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Graag.

Mevrouw Laan-Geselschap (VVD):

De nationale veiligheid staat voorop, dus wederom steun voor dit verzoek.

De voorzitter:

En wanneer, mevrouw Laan-Geselschap?

Mevrouw Laan-Geselschap (VVD):

Dat is volgens mij aan u als voorzitter.

De voorzitter:

Nee, nee.

Mevrouw Laan-Geselschap (VVD):

Meneer De Graaf zegt: zo snel mogelijk en bij voorkeur volgende week. Maar volgens mij ligt het besluit bij de Griffier. En dit is al een paar keer gevraagd.

De voorzitter:

Nee hoor, het is echt aan de meerderheid. Als de meerderheid zegt "we willen het volgende week", dan gaan we gewoon kijken hoe we dat kunnen plannen. Als u zegt dat het over twee weken kan, dan doen we dat ook.

Mevrouw Laan-Geselschap (VVD):

Interessant, maar dan volg ik de heer De Graaf: volgende week.

De heer Bisschop (SGP):

Inderdaad, de bespreking van dit onderwerp heeft enige urgentie. Wat mij betreft moet dit zo snel mogelijk. Dat betekent dus uiterlijk volgende week.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Wat mij betreft ook zo snel mogelijk. En anders hebben we altijd nog een AO staan, volgens mij op 26 juni. Maar alles wat het eerder kan, is beter.

De voorzitter:

Dus ook volgende week is voor u geen probleem.

De heer Paternotte (D66):

Het is goed dat onze vragen eindelijk beantwoord zijn. Het debat kan volgende week plaatsvinden.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Ik steun het debat.

De heer Drost (ChristenUnie):

Ook steun.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid, meneer De Graaf.

De heer De Graaf (PVV):

Dank, allemaal.

De voorzitter:

Daar gaan we in de planning dus rekening mee houden. Mevrouw Van den Berg namens het CDA. U wilt een VSO?

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Ja, maandag moet de staatssecretaris naar Brussel toe, dus ik zou graag een vooraankondiging doen van een VSO inclusief stemmingen deze week.

De voorzitter:

Oké. Dat is dan morgen.

Dan ga ik naar mevrouw Westerveld namens GroenLinks.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):

Voorzitter. Vanochtend hoorden we het bericht dat mogelijk 20.000 leerlingen een verkeerd toetsadvies hebben gekregen. Dat is uiteindelijk ook van invloed op hun advies voor het vervolgonderwijs. Ik denk dat ouders, leerlingen, leerkrachten en schoolleiders daar nog veel meer van geschrokken zijn. Ik zou willen verzoeken om daar binnen twee weken een debat over te hebben met de minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs. Wellicht kunnen we bij dat debat ook een eerder debat betrekken dat we al zouden houden, namelijk een algemeen overleg over de overgang tussen het primair en het voortgezet onderwijs. Dat hebben we toen niet ingepland, maar het lijkt me verstandig om dat hierbij te betrekken. Hopelijk kunnen we dan binnen twee weken een debat inplannen.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Van harte steun voor het verzoek van mijn collega Westerveld en ook voor het daarbij betrekken van het thema "overgang van p.o. naar vo", dat inderdaad is uitgesteld. Deze zorgen moeten we zo snel mogelijk wegnemen, dus van harte steun.

De heer Beertema (PVV):

Steun, voorzitter.

De heer Van Meenen (D66):

Voorzitter. Ik ben het niet eens met het tweede deel van het verzoek ...

De voorzitter:

Ja, ik zag u kijken.

De heer Van Meenen (D66):

... want het lijkt me heel slecht om dat te combineren. Dit is op zichzelf staand. Dat moeten we scheiden. Ik zou eigenlijk willen zeggen dat het deze week nog gehouden moet worden. We kunnen wel "binnen twee weken" zeggen, maar de onrust is er nu. En als we er al iets van vinden ...

De voorzitter:

En met deze week bedoelt u morgen?

De heer Van Meenen (D66):

Precies. Vandaag mag ook nog.

De voorzitter:

Want we hebben morgen tot 17.30 uur de tijd en donderdag is een Kamervrije dag in verband met de verkiezingen.

De heer Van Meenen (D66):

17.30 uur, zei u? Stoppen we dan?

De voorzitter:

Ja, zoiets. Dan moeten we stoppen. Dat moet wel.

De heer Van Meenen (D66):

Nou ja, daar zit nog heel wat tijd voor. Ik ben er.

De voorzitter:

Ik ook, hoor. Goed.

De heer Kwint (SP):

Voorzitter. Mij is nog niet helemaal duidelijk welke extreme onzekerheid wij nu voor leerlingen weg kunnen nemen door hier morgen over te debatteren. Ik heb daar geen bezwaar tegen. Sowieso steun voor het debat, omdat het toch wel echt heel ernstig is dat kinderen en hun ouders nu zo in onzekerheid zitten.

De heer Bisschop (SGP):

Steun voor het verzoek. Wat mij betreft hoeft het niet halsoverkop. Als het over twee weken kan, is dat prima. De combinatie met dat andere AO is prima.

De voorzitter:

Ik ga niet over AO's, algemene overleggen, maar goed. Dan de heer Rudmer Heerema namens de VVD.

De heer Rudmer Heerema (VVD):

Voorzitter, steun voor het debat. Ik heb alleen een hele andere tijdlijn in mijn hoofd. Volgens mij kunnen wij als Kamer op korte termijn heel weinig doen. Ik had willen meegeven dat het wat mij betreft ruim voor het afnemen van de volgende eindtoets moet plaatsvinden en dat is ergens volgend jaar maart.

De voorzitter:

U snapt het, meneer Rog? Ja? U bent het ...?

De heer Rog (CDA):

Ik ben het eens met het verzoek dat mevrouw Westerveld hier neerlegt. Dus dat debat moet er komen. Ik ben het niet eens met de termijn die zij eraan koppelt.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Voorzitter, steun voor het debat. Inderdaad, het neemt niets weg van de onrust als wij er als Kamer over debatteren, dus er is geen haast bij. Ik wil sowieso eerst een gedegen brief en een analyse van wat er gebeurd is. Dus liever dat dan gillende haast.

De voorzitter:

Mevrouw Westerveld, u heeft wel een meerderheid voor het houden van een debat, maar geen meerderheid om het deze week te doen.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):

Voorzitter, ik vroeg ook niet deze week. Ik zei "binnen twee weken", juist vanwege de verkiezingen. Het is wel zo dat scholen, ouders en leerlingen nu in flinke onzekerheid zitten. Ik begrijp dat het niet op de heel korte termijn kan, maar ik wil dan wel verzoeken om het debat niet helemaal onder aan de lijst te plaatsen, want dan is het wellicht niet voor volgend jaar maart.

De voorzitter:

Het is echt de meerderheid die daarover gaat. Dat weet u. Er zijn ook heel veel belangrijke onderwerpen op de lijst. Toch, meneer Van Meenen? Dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daarmee zijn we aan het einde gekomen van deze regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt van 16.10 uur tot 16.45 uur geschorst.

Naar boven