3 Vragenuur: Vraag Öztürk

Vragen van het lid Öztürk aan de minister van Financiën over verzekeringspremies voor taxichauffeurs.

De voorzitter:

Dan gaan we nu naar de vraag van de heer Öztürk namens DENK aan de minister van Financiën over verzekeringspremies voor taxichauffeurs.

De heer Öztürk (DENK):

Voorzitter. Een gelijk speelveld, dat is wat de taxichauffeurs willen. Ze willen hun passagiers op een nette manier vervoeren. Ze willen een eerlijke en rechtvaardige boterham verdienen. Maar wat krijgen de taxichauffeurs hiervoor terug? Hun bpm wordt afgeschaft, waardoor de regering taxichauffeurs pakt in hun portemonnee. Ze hebben last van oneerlijke concurrentie. Honderden zelfstandige taxichauffeurs dreigen hun verzekering te verliezen. Alleen tegen een torenhoge premie kunnen ze een nieuwe verzekering krijgen. Honderden taxichauffeurs komen hierdoor in grote financiële problemen. Verzekeringspremies gaan omhoog van €100 naar €250 per maand. Er moet zelfs €500 borg worden betaald. Er moet soms drie maanden vooruit worden betaald.

Waarom kiest dit kabinet weer voor de multinationals zoals Uber? Waarom laat dit kabinet de taxichauffeurs stikken? DENK vindt dit schandalig. De taxichauffeurs hebben het al niet makkelijk. Ze moeten twaalf uur per dag werken, hebben te maken met oneerlijke concurrentie, moeten zelf de lasten dragen als ze ziek zijn, en maken hoge kosten. Ik wil van de minister een duidelijk antwoord. Hoe kan het nou zijn dat de verzekeringspremies voor taxichauffeurs worden verdubbeld? Hoe kan het nou zijn dat een aantal verzekeringskantoren, -bureaus en -maatschappijen een monopolie creëren en deze taxichauffeurs het leven zuur maken? Hoe kan het nou zijn dat de bpm van taxichauffeurs wordt afgepakt? Hoe kan het nou zijn dat er niks wordt gedaan aan de oneerlijke concurrentie van Uber? Hoe kan het nou zijn dat chauffeurs door Uber worden aangepakt? Graag een duidelijk antwoord van deze minister, en geen slappe antwoorden naar de Kamer sturen, zoals net gebeurd is.

De voorzitter:

Dan geef ik het woord aan de minister van Financiën.

Minister Hoekstra:

Voorzitter, dank u wel. Laat ik beginnen met te zeggen dat het natuurlijk heel vervelend is dat de premie omhooggaat, in het bijzonder voor die taxichauffeurs die nooit schade rijden. Maar er zijn wel een paar dingen die bij dit verhaal ook gememoreerd moeten worden. Het eerste en toch het belangrijkste is dat de oorzaak van dit probleem natuurlijk ligt bij de hoge schadelast die door taxi's wordt veroorzaakt. Die is drie keer zo hoog als bij de autorijdende populatie als geheel. Bovendien is het zo dat verzekeraars in zekere mate — maar echt alleen in zekere mate — kunnen differentiëren, zodat degenen die minder schade rijden, ook minder premie betalen dan degenen die juist veel schade rijden. Maar op enig moment wringt dat natuurlijk met het kernprincipe dat we ook hebben in het verzekeringswezen, namelijk solidariteit. Met alle begrip voor de vragen die de heer Öztürk hier terecht naar voren brengt, is het in mijn optiek dus zo dat de oplossing het beste gevonden kan worden in preventie: minder schade rijden, minder ongelukken maken en daarmee dus ook zorgen voor lagere premies, nog los van het feit dat minder schade rijden en minder ongelukken maken voor de samenleving natuurlijk ook veel waard zijn.

De heer Öztürk (DENK):

Dat is toch beschamend? Het is toch beschamend dat de minister de bal teruglegt bij de taxichauffeurs? Als je twintig jaar lang schadevrij hebt gereden en van €110 naar €250 per maand moet gaan, is het toch beschamend dat de minister niet zegt: ik ga met die verzekeringsbureaus praten, ik ga met die verzekeringsmaatschappij praten en ik ga ze aanpakken? In het vervoer door KLM stopt deze minister bijna 1 miljard euro en over dat vervoer maakt hij ruzie met Frankrijk, maar als het gaat om die honderden, duizenden taxichauffeurs die de mensen moeten vervoeren nadat een KLM-vliegtuig op Schiphol is geland, zegt hij: jullie moeten wat rustiger rijden en daardoor zal de verzekeringspremie dalen. Beschamend! Ik hoop dat de minister beseft wat hij hier nu aan het doen is. Kiest de minister voor KLM, Uber, Shell, Unilever en AkzoNobel of kiest de minister voor al die taxichauffeurs die dag en nacht op een nette manier in Nederland mensen willen vervoeren?

Mijn vervolgvraag is: wat heeft u tegen taxichauffeurs? Zijn ze te klein? Stemmen ze niet op u? Waarom laat u ze in de steek? Waarom kiest u voor Uber? Waarom gaat u de multinational Uber niet aanpakken? Waarom durft u dat niet? Wat gaat u doen met het monopolie van verzekeraars? Geef daar duidelijk antwoord op.

Minister Hoekstra:

Ik heb bijna de indruk dat de heer Öztürk zich een beetje begint op te winden. Voor de goede orde benadruk ik toch nog een keer dat het zeker voor degenen die geen schade rijden, natuurlijk buitengewoon vervelend is. Het is vervelend voor elke taxichauffeur die zich geconfronteerd weet met een hogere premie, maar dat geldt wel in het bijzonder voor degenen die geen of weinig schade rijden. Maar de realiteit is — daar moeten we toch een streep onder zetten — dat er door taxi's gewoon drie keer zo vaak schade wordt gereden als door de hele populatie van voertuigen. Dan is het dus ook wel redelijk dat je daar onderscheid in maakt, want wat zou het alternatief zijn? Het alternatief zou zijn dat je tegen alle vervoerders zegt: het is vervelend, maar uw premie gaat omhoog omdat het nou eenmaal zo is dat taxichauffeurs drie keer zo veel schade rijden. Volgens mij is dat niet redelijk. Volgens mij moet de oplossing gevonden worden in preventie. Dat is goed voor de hele samenleving en dat is ook goed voor de taxichauffeurs en voor de premie.

Wat ik na alle positieve aanmoedigingen door de heer Öztürk wel zou willen toezeggen, is dat we bij het gesprek dat ongetwijfeld tussen de branche en de verzekeraars zal plaatsvinden, ook van rijkswege vanzelfsprekend kunnen aansluiten om te kijken of we daar een bemiddelende rol in kunnen spelen. Maar ik zeg daar wel nadrukkelijk bij: met inachtneming van de opmerkingen die ik net gemaakt heb.

De heer Öztürk (DENK):

Als het gaat om de problemen van de taxichauffeurs als gevolg van het feit dat de verzekeringsmaatschappijen met hun monopolie het de taxichauffeurs heel moeilijk maken, zegt de minister: ik ga bemiddelen. Maar dezelfde minister stopt bijna 1 miljard euro in KLM. Hoe kan dat nou zo zijn? Hoe kan het nou zo zijn dat de minister, op het moment dat het om grotere belangen gaat, wel alles doet en alle regels, daar waar nodig, probeert te rekken, maar dat hij niet opkomt voor de kleine ondernemer die dag en nacht voor dit land opkomt en al die mensen vervoert? Nogmaals, bent u bereid om daar waar nodig middelen in te zetten om het monopolie van de verzekeraars te breken en de taxichauffeurs te helpen?

Minister Hoekstra:

De heer Öztürk dringt aan, dus ... Kijk, als hij had gevonden dat het kabinet in de casus van Air France en KLM de regels voorbij het onredelijke oprekte, had hij tegen moeten stemmen. Maar dat heeft hij niet gedaan. Wat kan ik hem bij deze specifieke casus aanbieden? Ik herhaal nogmaals dat ik natuurlijk zie, net als de hele Kamer, dat die premies fors zijn gestegen en dat dat ingewikkeld is als je je werk hebt gemaakt van het uitbaten van een taxi. Het is in het bijzonder ingewikkeld voor diegenen die geen schade rijden. Ik herhaal ook dat we aanschuiven bij het overleg en dat we kijken of we daarin een bemiddelende rol kunnen spelen. Maar ik wil nogmaals op het volgende wijzen. Als ik me verplaats in het alternatief — en dat is echt: andere Nederlanders opzadelen met een deel van deze premie, omdat we die te hoog vinden — dan vind ik dat van de twee smaken die voorliggen de minder redelijke.

De voorzitter:

Dank u wel, en dank u wel, meneer Öztürk.

Dan geef ik nu het woord aan de heer De Jong namens de PVV voor zijn vraag aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid .... Nee, meneer Öztürk, u mag niet meer met de minister praten; het is klaar.

Minister Hoekstra:

O, excuus! Ik stond op de heer De Jong te wachten, maar die ging mij helemaal niks meer vragen. Ik zie de heer Koolmees nu ook.

De voorzitter:

Nee, en de heer Öztürk dacht: ik ga het gesprek voortzetten.

Minister Hoekstra:

Nee, de heer Koolmees stond al voor te dieselen!

De voorzitter:

Het is goed, dank u wel. Het geeft niet.

Naar boven