5 Vragenuur: Vragen Van Raak

Vragen van het lid Van Raak aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, vicepremier, bij afwezigheid van de minister-president, minister van Algemene Zaken, over de beantwoording van vragen over het lekken van plannen voor Prinsjesdag.

De voorzitter:

Dan geef ik tot slot het woord aan de heer Van Raak namens de SP voor zijn vragen aan de vicepremier, die de minister-president vervangt, over het lekken van plannen voor Prinsjesdag.

De heer Van Raak (SP):

2 miljard voor de woningmarkt, 3 miljard voor lastenverlichting en een investeringsfonds van 50 miljard: deelplannen voor Prinsjesdag vliegen ons weer om de oren. En hoe gaat dat dan? Er worden Kamerleden gebeld met de vraag om commentaar te geven maar dat kunnen we niet, want we hebben die plannen niet. We weten niet eens of het waar is. Waarom zet het kabinet de Kamer bewust buitenspel? Waarom kiest het kabinet ervoor om ons het werken onmogelijk te maken? En dan ga ik er nog van uit dat al die lekken waar zijn, die strategische lekken.

Maar stel dat het nou niet waar is, stel dat de Koning straks op Prinsjesdag niet gaat vertellen dat er een investeringsfonds komt van 50 miljard. Dan heeft het kabinet niet alleen de Kamer maar ook de kiezers voor de gek gehouden. Dan krijgen de kiezers, dan krijgt de bevolking allerlei verhalen, beloftes die weer niet worden waargemaakt. Wat denkt de minister dat dat doet met het vertrouwen in de politiek?

Als iets goed genoeg is om naar de krant te sturen, dan is het ook goed genoeg om naar de Kamer te sturen. En dan zegt de minister-president: nee, dat kan niet, want dan zit de Koning met Prinsjesdag bij de troonrede in zijn hemd, want dan zit hij allemaal oud nieuws voor te lezen. Als dat de reden is dat plannen niet naar de Kamer kunnen worden gestuurd, waarom kunnen ze dan wel naar de krant worden gestuurd? Als de Koning niet in zijn hemd moet zitten met Prinsjesdag, waarom werpt het kabinet dan zo ruw zijn kleren uit?

Ik heb drie vragen. Waarom heeft het kabinet geen respect voor de Kamer? Waarom heeft het kabinet geen respect voor de kiezers? Waarom heeft het kabinet geen respect voor onze Koning?

De voorzitter:

Het woord is aan de minister.

Minister De Jonge:

Voorzitter, dank. Ik begrijp heel goed de irritatie van de heer Van Raak als het gaat over mogelijke plannen rondom Prinsjesdag. Het is ook niet voor het eerst dat de heer Van Raak daar aandacht voor vraagt; ook in andere jaren is dat gebeurd en ook in schriftelijke vragen heeft de heer Van Raak daar aandacht voor gevraagd. De minister-president heeft gisteren deze vragen ook schriftelijk beantwoord.

Het punt is dit. Hoe irritant en hoe storend en verstorend het ook is onderweg naar de Prinsjesdagbesluitvorming, die besluitvorming is nog niet afgerond. Er is in die zin dus ook geen sprake van begrotingsstukken. De besluitvorming is niet afgerond. Op verhalen in de krant kan ik niet ingaan, zeker niet als ze worden geplaatst als zijnde verhalen die mogelijkerwijs onderdeel zijn van de Prinsjesdagbesluitvorming, omdat tussen Kamer en kabinet op gezette tijden is afgesproken dat de informatie in de richting van de Kamer wordt gedeeld. We hebben Prinsjesdag, de derde dinsdag van september, zowel grondwettelijk als ook in de Comptabiliteitswet vastgelegd als hét moment waarop het kabinet de Kamer informeert over de plannen van volgend jaar. Dat is dus ook dit jaar het geval. We hebben daarnaast de embargoregeling, die maakt dat de informatiepositie van de Kamer wordt gerespecteerd opdat men goed beslagen ten ijs kan komen bij de Algemene Politieke Beschouwingen. Dat zijn de afspraken zoals ze zijn gemaakt. Daar hecht het kabinet ook aan. Daarom delen we ook de irritatie zoals de heer Van Raak die naar voren brengt. En daar wil ik het voor nu bij laten.

De heer Van Raak (SP):

Het is toch wel gênant hoe de minister hier staat te liegen, want hij stuurt die plannen gewoon naar de krant. Vorig jaar zei de minister-president: het zijn niet ambtenaren die lekken. Dat betekent dus dat er politici zijn die lekken. Elk lek heeft een vingerafdruk. We weten van welk ministerie het komt en we weten van welke politicus het komt. Waarom doet de minister geen onderzoek? Ik heb trouwens ook vernomen dat de plannen niet naar de Kamer worden gestuurd, maar dat blijkt dat sommige Kamerleden de voorstellen wel krijgen. Klopt het dat de Kamer niet wordt geïnformeerd, maar sommige Kamerleden wel? Die kunnen natuurlijk ook weer lekken. Ik weet niet of de minister Wie is de Mol? kent, dat televisieprogramma. Om lekken te voorkomen staat er een flinke boete op lekken, en dat lukt. Dit televisieprogramma lukt het om lekken te voorkomen. Dan is het toch gênant dat de Nederlandse regering dat niet kan voorkomen?

Ik wil nog een andere vraag stellen, over klokkenluiders bij ministeries. Als mensen terecht maatschappelijke misstanden melden, wordt er keihard opgetreden. Dan wordt er onderzoek gedaan en dan worden ze vervolgd. Maar als communicatiemedewerkers in opdracht van politici illegaal mooi weer spelen en strategisch lekken, dan wordt er geen onderzoek gedaan. Dan wordt er niet vervolgd. Hoe kan de minister deze dubbele moraal in de politiek verklaren?

Minister De Jonge:

Nogmaals, ik begrijp de irritatie van de heer Van Raak, maar hij gebruikt ook wel erg grote woorden.

De heer Van Raak (SP):

O ja, gaan we het zo doen.

Minister De Jonge:

Ik heb geen enkele aanwijzing om te weten waar stukken in de krant of waar bronnen voor stukken in de krant vandaan komen of in welke hoek we dat moeten zoeken. Dat maakt het ook ingewikkeld om er tegen op te treden. Dat is één. Twee: zoals ik al zei, kan er geen sprake zijn van begrotingsstukken om het simpele feit dat de besluitvorming rondom die begrotingsstukken nog niet is afgerond in het kabinet. Op dit moment buigt de Raad van State zich over de plannen van het kabinet. De adviezen van de Raad van State worden uiteraard betrokken bij de besluitvorming. Dat kan tot een reactie leiden, maar ook tot het aanpassen van plannen. Kortom, er is nog geen sprake van begrotingsstukken. Dat is twee. Dus hoezeer we de irritatie ook delen, kan ik niet anders dan zeggen dat wij de dingen doen zoals afgesproken. Om recht te doen aan de traditie van Prinsjesdag hechten we eraan om de plannen bekend te maken op de derde dinsdag. Dat zijn de plannen van het kabinet; dat zijn de begrotingen die het kabinet aan de Kamer stuurt. Om de gelijke informatiepositie van Kamerleden te garanderen bestaat al sinds jaar en dag de embargoregeling. Dat betekent dat u de stukken op vrijdag krijgt, opdat u allemaal goed beslagen ten ijs komt, zowel voor een eerste reactie op de plannen met Prinsjesdag alsook voor de Algemene Politieke Beschouwingen.

De voorzitter:

Tot slot, de heer Van Raak.

De heer Van Raak (SP):

Ja. De minister maakt de Kamer het werken onmogelijk, liegt tegen de kiezers en zet de Koning in zijn hemd. Dat gebeurt allemaal bewust en het gebeurt allemaal strategisch. Het enige wat de minister doet, is klagen over de toon van een Kamerlid. Ik vind het gênant. Óf het kabinet gaat optreden tegen de politici die opdracht hebben gegeven om deze informatie te lekken óf het kabinet doet dat niet, maar dat maakt het kabinet en deze minister vervolgens wel medeverantwoordelijk voor die lekken. Het is óf optreden óf het is aan deze Kamer om te kijken hoe we dit immorele gedrag aan de top van onze politiek kunnen stoppen.

De voorzitter:

Dank u wel.

Minister De Jonge:

Ik heb niets toe te voegen aan het antwoord dat ik heb gegeven.

De heer Van Raak (SP):

Daar was ik al bang voor.

De voorzitter:

Dank u wel. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van dit vragenuur. Ik schors de vergadering voor enkele ogenblikken. Daarna gaan we verder met de regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven