29 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van de aanvragers stel ik voor de volgende debatten van de agenda af te voeren:

  • -het debat over woningcorporaties die winst maken op sociale huurhuizen;

  • -het debat over een fusiegolf in het mbo;

  • -het dertigledendebat over het rapport van de Nationale ombudsman over het demonstratierecht;

  • -het dertigledendebat over het aantal dodelijke experimenten met apen.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden:

33552-24; 29664-178; 34348-74; 34298-9; 33529-395; 33529-364; 31936-343; 31239-266; 34762-18; 31839-609; 28741-46 en 33861-25.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • -het VAO Tbs, met als eerste spreker de heer Markuszower namens de PVV;

  • -het VAO Internationalisering, met als eerste spreker de heer Özdil namens GroenLinks;

  • -het VAO Materieel Defensie, met als eerste spreker mevrouw Karabulut namens de SP;

  • -het VAO Staat van de Volkshuisvesting/Woningcorporaties, met als eerste spreker mevrouw Beckerman namens de SP;

  • -het VSO over het rapport Licht op schaduwonderwijs (31289, nr. 358), met als eerste spreker de heer Kwint namens de SP.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Marijnissen namens de SP.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Voorzitter. De dividenddoofpot moet open! We hebben zojuist een geheime briefing gehad en al wat daar gezegd is, hoort niet geheim te zijn. Dat hoort onderdeel te zijn van het publieke debat hier, want dat dient het maatschappelijk belang. We zaten bij die geheime briefing en gaandeweg die briefing komt er eerst een brief binnen van de minister-president waarin hij zegt dat de enige vraag die de afgelopen week aan hem gesteld is, toch niet correct beantwoord is. Vervolgens komt er nog een brief waarin hij zegt: "Nee, er moet niet meer openheid zijn. Nee, we gaan nog meer geheimhouden. Er komt nog meer geheime informatie."

De voorzitter:

En het verzoek is?

Mevrouw Marijnissen (SP):

Het verzoek is het volgende, voorzitter. Vanavond spreken we in de Kamer wederom over de stinkende deal met Shell en het afschaffen van de dividendbelasting. Wij bepleiten openheid van zaken voor dat debat.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Voorzitter. Als we af willen van de doofpotten, moeten we ook niet meedoen aan geheime briefings, want dan houd je die doofpot gesloten. Daarom heeft mijn partij ook niet meegedaan aan deze geheimzinnige achterkamertjespolitiek. We zouden ook zo snel mogelijk alles gewoon openbaar krijgen. Er is maatschappelijke onrust over de ruling met Shell en het is nu eindelijk aan de Kamer om daar een oordeel over te vellen.

De heer Asscher (PvdA):

Voorzitter, ik steun mevrouw Marijnissen en ik vraag het kabinet om, voordat we vanavond het debat voeren, een brief te sturen waarin het de afweging op basis van artikel 67, derde lid, over het gebruik van de discretionaire bevoegdheid ten aanzien van openbaarheid, op schrift stelt zodat we daar een oordeel over kunnen vellen.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter, namens de DENK-fractie steun voor het voorstel van mevrouw Marijnissen. Er is genoeg schimmigheid over dit dossier en het zou goed zijn voor de buitenwereld maar ook voor de gang van zaken dat stukken openbaar worden gemaakt. Dus van harte steun.

De heer Klaver (GroenLinks):

Voorzitter. Het kabinet beroept zich op artikel 67 om heel veel vragen niet te beantwoorden. Ik kan me voorstellen dat ze sommige zaken niet naar voren willen brengen, maar dat geldt niet voor alle vragen die we hebben gesteld. Daarom verwacht ik echt dat er nogmaals, zoals gevraagd de vorige keer, wordt ingegaan op artikel 67, derde lid, en dat wordt beargumenteerd op welke wijze het belang van de Staat bij al die vragen in het geding is. Want alles achterhouden ... Ja, sorry, dat kan echt niet.

De heer Wilders (PVV):

Voorzitter. Ook wij zijn niet naar die geheime achterkamertjesbriefing geweest, maar niettemin steun voor het voorstel van collega Marijnissen. Ik zie het probleem van het kabinet ook niet zo, want de president-directeur van Shell Nederland heeft gewoon al toegegeven dat er een deal was en hecht dus zelf als object niet aan die vertrouwelijkheid. Dus maak het gewoon openbaar. Ik zou u er overigens op willen wijzen, voorzitter, dat door al dat geklungel van de minister-president ons vertrouwen in hem tot op een dieptepunt is gedaald. Ik zou de collega's willen vragen om er rekening mee te houden dat we vanavond ook nog ergens over moeten stemmen.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter. Het wordt zo langzamerhand tijd dat er eens een afrondend integraal debat over dividendbelasting en alle toeters en bellen daaromheen plaatsvindt, want we hebben nu een feuilleton dat elke week een nieuwe aflevering kent. Op zich boeiend! Nu het verzoek om een brief: prima als dat de helderheid, duidelijkheid en voortvarendheid in dit debat kan dienen.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Prima als het kabinet een brief schrijft met zijn eigen afwegingen over de zaken die het wel en niet openbaar kan maken. Steun voor de aanvulling van collega Asscher, en dan niet alleen artikel 67, lid 3, maar ook artikel 67, lid 2 onder a, want dat is precies het artikel dat gebruikt is in de Kamerbeantwoording. Ik zou graag weten op basis van welke wet de informatie wél ontvangen is.

De heer Van Weyenberg (D66):

Voorzitter, het staat leden natuurlijk altijd vrij om een brief te vragen. Ook steun van mijn fractie, met de aanvullingen die zijn gedaan. Dan kan het kabinet schetsen wat het vanuit de geldende wet wel en niet met de Kamer meent te kunnen delen.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter, steun voor een brief met de afweging van geheel artikel 67.

De voorzitter:

Zo, dat is dan ook weer helder!

De heer Bruins namens de ChristenUnie.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Mevrouw Marijnissen heeft recht op een brief als zij die aanvraagt. Mijn steun doet er niet toe. Maar desgewenst steun.

Mevrouw Lodders (VVD):

Voorzitter, het staat ieder Kamerlid vrij om een brief te vragen.

De voorzitter:

Precies. Maar misschien worden er aanvullende vragen meegegeven. Dat is ook gebeurd. Dank u wel.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Mag ik nog één ding toevoegen aan de brief? Er wordt gevraagd om een brief. Ik denk dat het van belang is om in die brief ook heel duidelijk mee te nemen wie op welk moment waarvan wist, want die informatie hebben wij ook nodig om het debat vanavond goed te kunnen voeren.

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Dank u wel.

De heer Bruins namens de ChristenUnie.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Voorzitter. Vorige week had de commissie voor Infrastructuur een technische briefing over de luchtruimherziening boven Nederland. Daarbij hebben we onder andere de civiele en de militaire luchtverkeersleiding op bezoek gehad. We hebben veel geleerd. Een van de dingen die we daar hebben geleerd, is dat een luchtruimherziening niet alleen maar een opgave voor ingenieurs is met lijntjes op een kaart, maar ook een belangenafweging. Een belangenafweging is wat hier in de Tweede Kamer hoort plaats te vinden. Daarom vraag ik een debat aan met de minister van Infrastructuur en de staatssecretaris van Defensie over de Nederlandse luchtruimherziening, te plannen na het zomerreces.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter, dat lijkt me een uitstekend voorstel van collega Bruins, want het is een belangenafweging. Het is ook een technisch onderwerp. Ik kan me voorstellen dat we hier in september eerst nog een technische briefing aan wijden. Dan is ook de voortgangsrapportage van de minister er. Dan kunnen we het debat in oktober plannen. Mijn voorstel aan de heer Bruins zou zijn om dit debat voor oktober op de agenda te zetten.

De voorzitter:

Dus nu alvast, nog voor de zomer, een debat aanvragen voor oktober. Begrijp ik het goed?

Meneer Amhaouch.

De heer Amhaouch (CDA):

Voorzitter. Het is goed dat dit kabinet voortvarend te werk gaat met de herindeling van het luchtruim. Steun voor dit debat en steun voor het voorstel van D66 om dat dan in oktober te doen, zodat we ook de voortgang kunnen bespreken.

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Een uitstekend voorstel. Steun.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter. Regeren is vooruitzien, tenslotte, dus het debat in oktober houden is prima.

De heer Laçin (SP):

Steun.

De heer Wassenberg (PvdD):

Steun.

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Steun. Ik denk dat we tegen die tijd ook weer een AO Luchtvaart hebben ...

De voorzitter:

... en misschien ook iets met begrotingen, hè?

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Het zou kunnen. Maar laat ik de heer Bruins steunen.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Ook steun namens de GroenLinks-fractie.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Voorzitter. Defensie gaf een andere dynamiek aan veiligheid, dus wat ons betreft ook steun.

De voorzitter:

Dank u wel. U heeft een meerderheid, meneer Bruins.

Dan ga ik naar de heer Wassenberg namens de Partij voor de Dieren.

De heer Wassenberg (PvdD):

Dank u wel, voorzitter. De milieuschade die Nederland jaarlijks oploopt door de uitstoot van schadelijke stoffen bedraagt jaarlijks 31 miljard. Dat staat gelijk aan 4,5% van het bruto binnenlands product. Verkeer en intensieve veehouderij zijn de grootste vervuilers. Dat schreef het PBL afgelopen vrijdag. Ik wil daarover een debat aanvragen met de staatssecretaris van IenW en voorafgaand aan het debat zou ik graag een brief ontvangen waarin zij ingaat op het rapport.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Voorzitter. Normaliter zou ik hier steun aan geven, maar ik denk dat het nu al de vierde week achter elkaar is dat de Partij voor de Dieren over klimaat een debat aanvraagt. Nou is dat ook een heel aangelegen punt voor mij en mijn partij, maar er staan al heel veel dertigledendebatten hierover op de rol. Er komen ook nog een aantal debatten waarbij dit onderzoek weer een rol gaat spelen, om te beginnen dat over de Mijnbouwwet en volgende week dat over de afhandeling van de schade rond de aardbevingen. Ik denk dat ik op dit moment alleen de brief steun. Er komen nog genoeg momenten om dit mee te nemen, in alle debatten die al gepland staan.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van der Lee. De heer Ziengs.

De heer Ziengs (VVD):

Voorzitter, een brief. Wellicht dat we tijdens een procedurevergadering eens kunnen kijken of we al die dingen een keer in een totaaldebat kunnen gaan doen. Dan wordt het een stuk makkelijker voor de plenaire agenda.

De voorzitter:

Ja, dat zou heel mooi zijn.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, de lijn van de heer Ziengs lijkt mij een uitstekende.

De voorzitter:

Dat is dezelfde lijn als die van de heer Van der Lee.

De heer Bisschop (SGP):

Ja, alleen stelt de heer Ziengs voor om al die debatten nog eens even te reshuffelen en te kijken of er wat samengevoegd, opgeschoond en afgehecht kan worden.

De voorzitter:

Ja, prima. De heer Laçin, SP.

De heer Laçin (SP):

Mijn collega Futselaar had hier mondelinge vragen over aangemeld. Het is een belangrijk onderwerp, dus van harte steun voor het goede voorstel van de heer Wassenberg.

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Het is een belangrijk onderwerp, maar gezien de plenaire agenda wil ik het verzoek om de brief wel steunen en wil ik voorstellen om het gewoon te betrekken bij een algemeen overleg.

De heer Van Aalst (PVV):

Geen steun.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Volgens mij hebben de heer Van der Lee en de heer Ziengs hier mooie woorden over gesproken. Ik ben het daarmee eens. Geen steun. Alleen een brief.

Mevrouw Van Eijs (D66):

Voorzitter, daar kan ik me ook bij aansluiten. Geen steun voor een debat, wel voor een brief.

De heer Von Martels (CDA):

Ik val niet uit de toon: wel steun voor een brief, maar niet voor een debat.

De voorzitter:

Oké, dank u wel. Meneer Wassenberg.

De heer Wassenberg (PvdD):

Dat zijn zelfs geen 30 leden. Ik zou het trouwens ook prettig vinden om niet elke week een debat hierover aan te vragen, maar de kranten staan hier vol van en het is twee minuten voor twaalf. Dus waarschijnlijk zal dit niet het laatste verzoek zijn om een debat over klimaat te voeren, helaas.

De voorzitter:

Nee, maar er is ook gewoon een suggestie gedaan om heel veel debatten die met elkaar te maken hebben in een procedurevergadering te bespreken en ze misschien samen te voegen en er één debat van te maken, of twee debatten. Dat is ook constructief meedenken van collega's. Dank u wel.

Ik stel voor om het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

De heer Van Meenen namens D66.

De heer Van Meenen (D66):

Voorzitter. Afgelopen vrijdag hebben 354 examenleerlingen van het VMBO Maastricht het verschrikkelijke nieuws gekregen dat hun examenuitslag ongeldig is verklaard. Sindsdien is er natuurlijk heel veel verdriet en onzekerheid over hun diploma en over hun vervolgopleiding. We hebben daar afgelopen maandag even heel kort met de minister over kunnen spreken, althans hij heeft daar enkele mededelingen over gedaan. Hij is zeer zijn best aan het doen om de schade te repareren. Mijn verzoek is om daar donderdagavond een debat over te houden. Ik ben maar even heel precies. Ik zie dat er ook een debat over de Gaswet is, maar wellicht is dat naar voren te schuiven. Voorzitter, ik zou u willen verzoeken om donderdag aansluitend aan de behandeling van de wijziging van de Gaswet en de Mijnbouwwet dit debat in te plannen.

De voorzitter:

Het verzoek is dus om een debat te houden en dat debat op donderdagavond aanstaande te voeren.

De heer Van Meenen (D66):

Ja, zo is het.

De voorzitter:

Dan ga ik naar de heer Kwint namens de SP.

De heer Kwint (SP):

Voorzitter. Deze scholieren is een ongelofelijk onrecht aangedaan en zonder hun schuld zijn zij nu in diepe zorgen over hun toekomst.

De voorzitter:

Dus u steunt het?

De heer Kwint (SP):

Er is dus grote steun voor het debat. En eerlijk gezegd, wanneer dat is? Snel.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Hartstikke zuur voor die 354 leerlingen uit Maastricht. Wij steunen het debat van harte. Hoe eerder, hoe beter. En als dat donderdagavond kan, prima.

De heer Beertema (PVV):

Voorzitter. Ik vind het erg lang duren. Die kinderen willen gewoon zekerheid. Ik zou willen voorstellen om dat debat vanavond te houden en het debat over laaggeletterdheid dan maar te verschuiven naar volgende week. Hoe sneller, hoe beter.

De voorzitter:

Vanavond? In een algemeen overleg, bedoelt u?

De heer Beertema (PVV):

Ja, in een algemeen overleg met aansluitend een VAO.

De voorzitter:

Dat is ook een suggestie.

De heer Van Meenen (D66):

Mag ik daar even tussendoor op reageren, voorzitter? Het is natuurlijk een gedachte die anderen misschien ook hebben.

De voorzitter:

Nou, vooruit.

De heer Van Meenen (D66):

Het is duidelijk dat alles op het ministerie er nu op gericht is om de oplossing voor deze kinderen te vinden. Ik denk dat er ten opzichte van gisterochtend geen zinvol debat te houden is. Daarom is mijn verzoek ook zo specifiek voor donderdagavond.

De heer Beertema (PVV):

Voorzitter, ik weet bijna zeker dat we donderdagavond niet veel meer zullen weten. Dat wil ik de collega's voorhouden.

De heer Van Meenen (D66):

Ik wel. Ik denk het wel.

De voorzitter:

U weet het wel.

De heer Van Meenen (D66):

Nou, je spreekt nog weleens iemand.

De heer Beertema (PVV):

Nou ja, voorzitter, een debat zo snel mogelijk. Wat mij betreft vanavond, maar als dat niet gesteund wordt door de collega's, ...

De voorzitter:

Dan donderdagnacht.

De heer Beertema (PVV):

... dan donderdagavond.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter. Op dit moment wordt alles op alles gezet om de schade van die ramp die de leerlingen overkomen is, zo veel mogelijk te beperken. Daar moet op dit moment alle energie naartoe gaan. Ik heb niet de indruk, zeg ik in alle bescheidenheid, dat wij hier door middel van een debat kunnen bijdragen aan het oplossen van die problematiek. Ik zou wel achteraf daar het debat over willen hebben, als het proces keurig doorlopen is. Dus ik zou dat donderdagavond niet ingepland willen hebben. Bovendien zou dat rond half twaalf 's avonds ongeveer moeten beginnen.

De voorzitter:

Minstens, ja. Op z'n vroegst.

De heer Bisschop (SGP):

Dat lijkt mij ook niet het meest vruchtbare tijdstip voor dit soort doeleinden. Dus vandaar dat ik geen steun geef ...

De voorzitter:

U hebt wel een lange aanloop nodig vandaag.

De heer Bisschop (SGP):

Ja, maar ik hecht eraan om het goed te motiveren tegenover mijn vriend Van Meenen. Geen steun voor dit voorstel.

De heer Van Meenen (D66):

Dat is niet helemaal gelukt.

De heer Wassenberg (PvdD):

Voorzitter. Ongehoord dat dit heeft kunnen gebeuren. Ongehoord dat er honderden scholieren slachtoffer zijn. Dus wat de Partij voor de Dieren betreft snel een debat. Of dat donderdagnacht moet — want dat zal echt nachtwerk worden — weet ik niet, maar wel zo snel mogelijk.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Een enorm drama natuurlijk voor al die scholieren en hun ouders, die nog steeds in onzekerheid zitten. Dus steun voor het verzoek. Over de planning gaan wij natuurlijk uiteindelijk, ook in samenspraak met u, voorzitter. Ik wil me niet laten vastpinnen op wanneer dat moet. Zo snel mogelijkheid duidelijkheid voor die leerlingen, dat moet vooropstaan. Dat ben ik helemaal met de heer Van Meenen eens.

De heer Rog (CDA):

Voorzitter. Daarnet waren de leerlingen hier op het Plein. Zij gaven aan dat zij woensdag geïnformeerd worden over hoe nu verder. Het lijkt mij verstandig dat wij zo snel mogelijk daarna het debat voeren hier.

De voorzitter:

En daarna is?

De heer Rog (CDA):

Dat zou dus op donderdag uitstekend kunnen, wat de CDA-fractie betreft.

De voorzitter:

Dus u steunt het verzoek. Oké.

De heer Rudmer Heerema namens de VVD.

De heer Rudmer Heerema (VVD):

Voorzitter. Het zijn natuurlijk allemaal persoonlijke drama's in Maastricht. We moeten zorgen dat we daar snel over kunnen praten. Donderdagavond zou niet mijn eerste voorkeur hebben, omdat er natuurlijk ook andere belangrijke debatten in deze Kamer gepland staan. En volgens mij moeten we wel een zorgvuldig debat hebben, met goede informatie, waar we ook over kunnen beschikken. Als er woensdag informatie naar de leerlingen gaat en wij bijvoorbeeld donderdag of vrijdag een brief kunnen krijgen, is het wat ons betreft ook prima om daar volgende week over te spreken.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Voorzitter, steun voor het debat. Qua timing zou ik inderdaad zeggen: geef eerst even ruimte aan de minister en alle medewerkers om daar de zaak goed op orde te brengen. Dan inderdaad een brief naar de Kamer en dan volgende week het debat plannen.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):

Steun voor het debat namens GroenLinks. Als dat donderdagnacht moet, dan vind ik dat ook wel prima.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Steun voor het verzoek van D66.

De voorzitter:

Dank u wel. Meneer Van Meenen, u heeft wel een meerderheid voor het houden van een debat, maar niet per se donderdag. Dus het kan ook later. Maar misschien ook na het reces. Ik weet het niet.

De heer Van Meenen (D66):

Voorzitter, ik leg het in uw wijze handen. Ik kan nu verder ook geen ijzer met handen meer breken.

De voorzitter:

Dank u wel. De heer Kwint.

De heer Kwint (SP):

Als ik één suggestie mag doen? Niet om een punt in de agenda te pinnen, maar ik kan me voorstellen dat we dat ook in overleg met het ministerie doen, omdat ik uiteindelijk de conclusie "de minister was heel druk met hier in de Kamer verantwoording afleggen, terwijl hij ook met Maastricht bezig had kunnen zijn" ook heel ongelukkig zou vinden. Er moet hier een debat over gevoerd worden. Er moet hier ook in de Kamer een conclusie getrokken worden, maar laten we in overleg kijken wanneer het goede tijdstip ervoor is. Als het maar voor het zomerreces sowieso gebeurt.

De voorzitter:

Oké. De heer Van Meenen wil het deze week.

De heer Van Meenen (D66):

Ik heb geprobeerd dat overleg te ...

De voorzitter:

De heer Kuzu.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Als ik zo kijk naar de Kamer, dan zie ik dat er een mate van urgentie is met betrekking tot in ieder geval het tijdstip. Ik proef in ieder geval wel een meerderheid voor deze week. Misschien niet exact op donderdagavond, maar het is wel van belang om de onzekerheid bij die leerlingen weg te nemen. Daarom wil ik er echt op staan om dit debat zo snel mogelijk te voeren.

De voorzitter:

Volgens mij heeft u ook het schema gekregen van deze week. De heer Van Meenen heeft er goed naar gekeken. Hij is inderdaad uitgekomen op donderdagnacht.

De heer Van Meenen (D66):

Ik ga er niet over, maar ...

De voorzitter:

Nee, jullie gaan er wel over.

De heer Van Meenen (D66):

... als je zou zeggen: de wijziging van de Gemeentewet halen we eruit. Dat heeft misschien minder haast. Dan schuift de Gaswet naar boven in de tijd en dan kunnen wij daarna.

De voorzitter:

Nee, hoor. De Gaswet blijft staan waar die staat.

De heer Van Meenen (D66):

Oké.

De voorzitter:

Dus, dank u wel.

De heer Van Meenen (D66):

Ik ga nooit zo vroeg naar bed, dus het maakt mij niet uit.

De voorzitter:

Even een dutje doen voordat u begint met het debat.

De heer Van Meenen (D66):

Komt helemaal goed, voorzitter.

De voorzitter:

Was er om een brief gevraagd? Nee, toch? Nee. Dank u wel. Er is een meerderheid. De heer Beertema.

De heer Beertema (PVV):

Er is dus een meerderheid voor donderdagavond?

De voorzitter:

Nee, nee, nee, nee, voor het houden van een debat.

De heer Beertema (PVV):

Ja, maar voorzitter, als we het over het reces heen tillen, dan gaan we napraten, terwijl er nu nog een politieke afweging op tafel ligt, namelijk het gebruik van de discretionaire bevoegdheid van de minister om de diploma's geldig te verklaren. En dat moet per se deze week gebeuren, wat mij betreft liefst vanavond, maar dan in ieder geval donderdagnacht. Niet over het reces heen tillen!

De voorzitter:

Oké. Donderdagnacht.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Voorzitter. Het is denk ik wel van belang om dit voor het zomerreces te doen, maar de suggestie van de heer Kwint om dit in overleg met de minister nader te bepalen, vond ik wel een hele verstandige.

De heer Rudmer Heerema (VVD):

Volgens mij heeft Kwint wijze woorden gezegd. In overleg met het ministerie lijkt mij het meest verstandig.

De voorzitter:

Oké. Dank u wel.

De heer Kwint (SP):

Voorzitter. Ik heb nu het idee dat er enigszins een andere interpretatie aan mijn woorden gegeven wordt.

De voorzitter:

Dan mag u het nu uitleggen.

De heer Kwint (SP):

Ik hecht aan een debat. Ik hecht aan een spoedig debat. Ik hecht er ook aan dat we dat debat niet voeren op het moment dat de minister anders bezig zou zijn met het oplossen van de rotzooi in Limburg. Ja, dus een debat dan.

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Van Meenen (D66):

En dat is donderdagavond.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Meenen.

Dan ga ik nu naar mevrouw Bromet namens GroenLinks.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):

Voorzitter. Gisteren presenteerde de commissie-Sorgdrager haar vernietigende rapport over de fipronilcrisis. Sector, NVWA en overheid hebben alle drie enorme steken laten vallen. Het is goed dat de regering aan de slag gaat met de aanbevelingen. GroenLinks vindt dat er geen twijfel moet zijn over de voedselveiligheid in Nederland. Wij hebben wat dat betreft geen tijd te verliezen. Met de zomer voor de deur stel ik voor om nog voor het zomerreces een debat met de ministers van LNV en VWS te houden over de aanbevelingen van de commissie-Sorgdrager.

De heer Futselaar (SP):

Voorzitter. Ik meen dat er al een debat stond, maar ik ben er zeer voor om dat nog voor het reces te houden. Wij beseffen dat er weinig tijd is voor het reces en veel agendapunten, maar ik vind dit van dusdanig zwaar gewicht dat we dat moeten doen. Dat mag ook wel volgende week. Het hoeft niet donderdagnacht na het onderwijs- en het gasdebat.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. Er staat inderdaad al een debat over dit rapport gepland. Ik vind het ook belangrijk dat dat debat gehouden wordt, maar mijn fractie heeft ook behoefte om te spreken met mevrouw Sorgdrager. We hebben wellicht op basis van het gesprek ook nog behoefte aan een schriftelijke vragenronde naar de beide ministers. Ik heb het verzoek vandaag gedaan om dat in te brengen bij de procedurevergadering volgende week. Dat betekent dat we dat zo snel mogelijk in september gaan doen na het reces.

De voorzitter:

Dus geen steun?

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Nee, geen steun.

Mevrouw Lodders (VVD):

Voorzitter. Ik sluit me aan bij mevrouw Dik-Faber.

De heer Geurts (CDA):

Voorzitter. Ik heb vernomen dat mevrouw Dik-Faber het verzoek gedaan heeft om met de commissie-Sorgdrager in gesprek te gaan. Dat lijkt me een goede stap voordat we dat debat gaan voeren. Dus ...

De voorzitter:

Geen steun.

De heer Geurts (CDA):

Ik heb er geen moeite mee om ... Maar geen steun op dit moment, denk ik.

De voorzitter:

Kan de onderwijsploeg wat stiller zijn? Meneer Rog. Meneer Van Meenen.

De heer Moorlag namens de PvdA.

De heer Moorlag (PvdA):

Voorzitter. Ik zie dat zich geen meerderheid aftekent voor dit debat. Waar de PvdA-fractie zeer aan hecht, is dat er een aanvullende brief komt van de minister waarin zij concreet in de vorm van een plan van aanpak duidelijk maakt hoe zij de problematiek zowel bij de NVWA als ...

De voorzitter:

Maar steunt u het verzoek van mevrouw Bromet?

De heer Moorlag (PvdA):

Ik steun het verzoek niet.

De voorzitter:

Niet, oké.

De heer Moorlag (PvdA):

Ik wil een grondige aanpak en daarom hecht ik meer aan een brief op korte termijn waarin een plan van aanpak is opgenomen om zowel de zelfregulering als de controle en het toezicht van de NVWA op orde te brengen.

De voorzitter:

Even kijken wie er aan de beurt is. De heer Bisschop namens de SGP.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, steun voor het verzoek van mevrouw Bromet. Als het mogelijk is dat het kabinet van tevoren nog met een plan van aanpak komt of een brief waarin de lijnen worden uitgezet, van harte mee eens.

De heer De Groot (D66):

Ook de fractie van D66 wil graag eerst met de commissie-Sorgdrager spreken en dan over het rapport, dus geen steun.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Voorzitter, er is ons verzocht om zo snel mogelijk duidelijkheid te krijgen. Wij hebben zelfs eieren aangeboden gekregen. Wat ons betreft steun voor dit verzoek. We hopen dat het zo snel mogelijk kan.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter, er zijn eerder rapporten met aanbevelingen geweest. Die voedselveiligheid is niet gegarandeerd zolang we deze problemen niet hebben opgelost. Dus nog een keer: zo snel mogelijk de boel op orde. Dus steun voor het debat. Zolang dat niet gebeurd is en we ook niet van het kabinet weten hoe het gaat voorkomen dat dit ooit nog een keer gebeurt, lopen we willens en wetens risico's.

De voorzitter:

Ik zit ook te kijken naar een debat van mevrouw Dik-Faber. Mevrouw Dik-Faber, u had ook een debat staan. Dat is dat debat, begrijp ik.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter, dat is inderdaad dit debat. Mijn voorstel is dus om eerst met de commissie-Sorgdrager te spreken, een schriftelijke vragenronde te doen en dan het debat te plannen.

De voorzitter:

Ja, nou snap ik het inderdaad. Dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. U heeft geen meerderheid, mevrouw Bromet, maar via de commissie worden er al stappen gezet, begrijp ik.

Dan ga ik nu naar de heer Laçin namens de SP.

De heer Laçin (SP):

Dank voorzitter. Op dit moment vindt er een grote milieuramp plaats in de Rotterdamse haven. Afgelopen weekend botste een olietanker tegen een steiger aan. Er is ruim 200 ton zware stookolie gelekt. We weten inmiddels ook dat er in stookolie allerlei giftige stoffen worden weggemengd. De havenmeester zegt dat hij in de afgelopen tien jaar geen waterverontreiniging op deze schaal heeft gezien. Kortom, een grote milieuramp, dus snel een debat met de minister van Infrastructuur en Waterstaat.

De heer Ziengs (VVD):

Voorzitter, volgens mij vindt er nog een onderzoek naar plaats, dus ik stel voor dat we gewoon om een brief vragen en dat we dan t.z.t. gaan kijken in welke debatvorm we dat gieten.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Voorzitter, wij hebben donderdag een AO Water. Ik zou heel graag de brief voor die tijd ontvangen en zo snel mogelijk over dit specifieke geval een debat willen.

De heer Wassenberg (PvdD):

Voorzitter, ongelooflijk en bizar dat dit heeft kunnen gebeuren. Die beelden van die vogels helemaal onder de drek, onder de smurrie, staan echt op mijn netvlies gebrand. Ik wil daar graag een debat over en ook graag een brief van de minister op korte termijn.

Mevrouw Van Eijs (D66):

Voorzitter, inderdaad een verschrikkelijk ongeluk. Heel erg schrikken, maar op dit moment willen we graag eerst een brief en dan zullen we verder kijken.

De heer Van Aalst (PVV):

Voorzitter, geen steun voor een debat. Aanstaande donderdag bij het AO Water lijkt mij de juiste plek.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Mijn collega Kröger had mondelinge vragen hierover aangemeld. Die zijn helaas niet doorgelaten vanwege het AO Water op donderdag. Daar kan het dus zeker besproken worden. Ik ben ook voor een brief vóór donderdag. Dan kunnen we daarna bekijken of er na de zomer nog een breder debat nodig is.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, geen steun voor het debat. Het kan uiteraard donderdag bij dat bestaande AO betrokken worden. Maar ik ben eigenlijk vooral benieuwd naar de bevindingen van het onderzoek dat gaande is. Op basis daarvan kan dan een debat aangevraagd worden.

De heer Von Martels (CDA):

Voorzitter, dank u wel. Dat geldt ook voor het CDA. Zeker een debat, in een later stadium. Laten we eerst even kijken wat nu ten grondslag ligt aan de ramp die zich heeft voltrokken. Dus later een debat.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Mijn fractie wil ook heel graag het onderzoek afwachten.

De heer Laçin (SP):

Voorzitter, dat onderzoek is niet voor donderdag afgerond. Dat kan ik u garanderen. Dus die brief die voor het AO Water komt, wordt een halve brief zonder bevindingen. In dat opzicht wordt het heel moeilijk om de brief te betrekken bij het AO Water. Maar indien nodig kom ik na de ontvangst van die brief terug met een nieuw verzoek.

De voorzitter:

Dan zie ik u graag terug. Dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

De heer Azmani. Voor een vooraankondiging?

De heer Azmani (VVD):

Ja, voorzitter, een vooraankondiging met het oog op de Europese top die donderdag en vrijdag gaat plaatsvinden. Ik doe namens de commissie Europese Zaken het verzoek om daarop terug te blikken. Dat zal volgende week plaats dienen te vinden, maar de leden geven ook wel aan creatief met de plenaire Griffie te willen meedenken over het moment waarop dat zal plaatsvinden en waar.

De voorzitter:

Misschien kan dat ook op een andere manier: in een notaoverleg of iets in die trant. Dat zou mooi zijn. Maar dan hoor ik het wel en anders houd ik het daarbij.

De heer Azmani (VVD):

Ja, we doen dat in overleg met elkaar.

De voorzitter:

Dank u wel.

Tot slot ga ik naar de heer Nijboer.

De heer Nijboer (PvdA):

Dank u wel, voorzitter. Gisteren stonden de topmensen van Shell en Exxon en minister Wiebes te glimmen over de deal die zij hadden gesloten, een miljardendeal voor de belastingbetaler. Die had wat de PvdA betreft nooit gesloten mogen worden zonder instemming van het parlement vooraf, maar dat is wel gebeurd. Ik heb ook grote vragen bij het budgetrecht van de Kamer hierover. Over die deal zou ik graag een schriftelijke ronde willen houden met de minister en daarna een debat willen voeren. Ik weet dat er ook nog een dertigledendebat van mij staat over het openbreken van het regeerakkoord door de ChristenUnie. Dat wil ik daar wel voor intrekken of samenvoegen of hoe je het maar doet. Ik heb ook overleg met GroenLinks, die daar nog een debat over heeft staan. Daar kunnen we ook samen mee werken. Maar het is wat de PvdA betreft wel belangrijk dat dit een meerderheidsdebat wordt.

De voorzitter:

Een schriftelijke vragenronde gebeurt op commissieniveau.

De heer Nijboer (PvdA):

Zeker voorzitter, maar ik kondig hem alvast hier aan.

De voorzitter:

Dat is niet de bedoeling, maar goed. Dat moet echt via de commissie. Maar u vraagt om een debat. Ik ga eerst naar mevrouw Beckerman namens de SP.

Mevrouw Beckerman (SP):

Het is echt een absurde deal, waarbij Shell en Exxon weer geld krijgen ten koste van de belastingbetaler ...

De voorzitter:

Dus u steunt het verzoek?

Mevrouw Beckerman (SP):

... dus van harte steun voor het verzoek.

De heer Kops (PVV):

Donderdag hebben we al een debat, dus geen steun voor een extra debat.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter. Het lijkt me vooralsnog het handigste om dat donderdag bij het debat te betrekken. Mocht er daarna aanleiding zijn om er een vervolg aan te geven, dan kan dat via de gebruikelijke route aangevraagd worden.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Dank u wel, voorzitter. Ik steun het verzoek, met de kanttekening daarbij dat een deel van de informatie pas beschikbaar komt in de Miljoenennota. Dat debat zal dus over het reces heen getild moeten worden. Ik zeg toe dat wij gaan kijken naar de dertigledendebatten die er over dit onderwerp staan. Dat doen we na het debat volgende week, want dan kunnen we goed beoordelen wat eraf kan en wat we in het najaar echt moeten bespreken.

De voorzitter:

Prima. Dank u wel.

De heer Wassenberg (PvdD):

Voorzitter, je zou er bijna aan gewend raken dat het kabinet de Kamer links en rechts passeert of negeert ...

De voorzitter:

Dus u steunt het verzoek?

De heer Wassenberg (PvdD):

Ik steun het verzoek. Ik vind dat dit inderdaad op een heel verkeerde manier is gegaan, maar absoluut steun voor het verzoek.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Ik ben het zowaar eens met de PVV: gewoon komende donderdag betrekken bij het debat. Dan kan je het er zo snel mogelijk over hebben. Het raakt ook aan het onderwerp dat we donderdag bespreken en dan hoeven we hier dus ook geen apart debat meer over te voeren.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. Donderdag hebben we inderdaad een debat. Dat is een wetsbehandeling, dus de spreektijd is dan ook niet heel erg beperkt. Volgens mij kan de Partij van de Arbeid dus alle vragen stellen die zij heeft. Ik heb zelf ook nog vragen. Laten we dat gewoon donderdag in het debat brengen, want die onderwerpen hebben alles met elkaar te maken, zoals mevrouw Mulder al zei.

Mevrouw Yeşilgöz-Zegerius (VVD):

Wat hier wordt aangekaart is volgens mij zo belangrijk dat we dat donderdag uitstekend kunnen behandelen bij het wetsvoorstel waar deze afspraken ook uit voortvloeien. We willen dit dus gewoon donderdag bij de wetsbehandeling betrekken.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter. Dit is zo belangrijk dat het bij het debat van donderdag betrokken moet worden.

De heer Nijboer (PvdA):

Voorzitter. Ik ga het daar zeker over hebben donderdag, maar dat is een wetsbehandeling. Ik wil daar best 30 minuten spreektijd voor aanvragen. Ik heb nog een heleboel technische vragen. Het gaat over miljarden aan belastinggeld.

De voorzitter:

Nee, maar ...

De heer Nijboer (PvdA):

Het is echt geen gebruikelijke gang van zaken om bij een wetsbehandeling even zo'n deal te betrekken, voorzitter. Ik tel weer dertig leden. Dat debat laat ik dus toevoegen aan de lijst.

De voorzitter:

Oké. Doen we.

De heer Nijboer (PvdA):

Dit vergt echt wel een serieus afzonderlijk debat hoor, voorzitter. Ik sta er met verbazing naar te kijken.

De voorzitter:

Dank u wel. Daarmee zijn we aan het eind van de regeling van werkzaamheden gekomen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven