3 JBZ-Raad 4 en 5 juni 2018 (deel Asiel en Immigratie)

Aan de orde is het VAO JBZ-Raad 4 en 5 juni 2018 2018 (deel Asiel en Immigratie) (AO d.d. 31/05).

De voorzitter:

Ik heet iedereen van harte welkom, ook de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. We beginnen met het VAO JBZ-Raad van 4 en 5 juni 2018. Ik geef de heer Jasper van Dijk namens de SP-fractie het woord.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Dank u, voorzitter. Ik heb één motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat geweld in Afghanistan aan de orde van de dag is en dat namens de Verenigde Naties wordt gesteld dat het land in oorlog is;

overwegende dat op korte termijn het ambtsbericht Afghanistan verschijnt;

van mening dat voorkomen moet worden dat mensen naar Afghanistan worden teruggestuurd, terwijl dit op basis van het nieuwe ambtsbericht niet nodig was;

verzoekt de regering een besluit- en vertrekmoratorium in te stellen tot de Kamer over het nieuwe ambtsbericht en het beleid ten aanzien van het terugsturen naar Afghanistan heeft kunnen spreken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Jasper van Dijk. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 514 (32317).

De heer Groothuizen zie ik nog niet, dus dan is het woord aan de heer Bisschop namens de SGP.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, dank u wel. Ik heb één motie, die betrekking heeft op de grensbewaking. We zijn er allemaal uiteraard van harte voorstander van dat de grenzen goed bewaakt worden. We zijn het er ook allemaal over eens dat daar op dit moment nog wel wat aan te verbeteren valt. Maar nu is er een verdrievoudiging van het budget voorgesteld en dat is ons wat te kort door de bocht, op dit moment tenminste, omdat de onderbouwing daarbij ontbreekt. Daarom deze motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Europese Commissie op 2 mei 2018 een meerjarige begrotingsnota heeft gepubliceerd voor de periode 2021-2027;

constaterende dat in deze begroting het budget voor grensbeheer, migratie en asiel wordt verdrievoudigd tot 35 miljard euro zonder dat daar een deugdelijke onderbouwing bij is gegeven;

van oordeel dat een deugdelijke onderbouwing van fundamenteel belang is voor onder meer het verwerven van draagvlak in de lidstaten;

verzoekt de regering om tijdens de toekomstige JBZ-Raden en andere overleggen in EU-verband in elk geval tegen de verdrievoudiging van het budget voor grensbeheer, migratie en asiel te stemmen, zolang voor deze verdrievoudiging geen deugdelijke onderbouwing is gegeven,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Bisschop. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 515 (32317).

De heer Azmani (VVD):

Ik heb toch een vraag aan de heer Bisschop, omdat ik de motie niet helemaal begrijp. We kunnen met elkaar een discussie voeren over de onderbouwing van voorstellen die de Europese Commissie doet in het kader van het nieuwe MFK, het Meerjarig Financieel Kader, en die discussie zal ook vast worden gevoerd in de debatten over het MFK. Maar ook de SGP zou toch blij moeten zijn dat de Europese Commissie besloten heeft om juist het budget voor grens- en migratiebeheer in de voorstellen te verdrievoudigen? Met andere woorden: de Commissie wil veel waarde hechten aan dit onderwerp.

De heer Bisschop (SGP):

Dat is een terechte vraag. Natuurlijk vinden wij dat er een goede grensbewaking moet worden opgezet met alles wat daarmee samenhangt, beter dan nu gebeurt. De eerste vraag is alleen of dat een verdrievoudiging van het budget vereist. Daar hebben we op dit moment geen inzicht in. De motie moet ook een beetje gezien worden in het licht van de claim die de Europese Commissie in die begrotingsnota legt over het verder ophogen van het budget. De vraag is of je dat extra geld niet elders uit het budget moet halen en of je niet tot een herschikking van taken moet komen. Daarom is het ons te kort door de bocht om op dit moment al van verdrievoudiging uit te gaan. In die zin heeft de motie ook duidelijk een signaalfunctie: mensen, let op!

De voorzitter:

Tot slot, heel kort.

De heer Azmani (VVD):

Ja, heel kort tot slot. Dat begrijp ik volledig, maar dat geldt integraal bij het MFK in zijn algemeenheid. De onderbouwing en de herschikking vindt daar plaats. Maar als de Commissie een voorstel tot een ambitie uitspreekt — dat is het eigenlijk — om meer te investeren in grensbewaking en migratiebeheer, dan moet u dat toejuichen. Dan zou ik tegen de heer Bisschop willen zeggen dat hij een motie moet indienen over het MFK in zijn algemeenheid en niet specifiek op dit onderdeel.

De voorzitter:

Een heel korte reactie?

De heer Bisschop (SGP):

Zeker.

Het is in zekere zin terecht, zij het dat die motie — leest u het dictum nog even goed na — zich niet uitspreekt tegen de verdrievoudiging. De motie eist wel dat er een zorgvuldige onderbouwing komt. Pas dan kun je die afweging maken. Dat wordt dan uiteraard onderdeel van het hele debat over het budget in het MFK.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Maar juist over de onderbouwing verbaast de SGP me een beetje. Als ik ze de afgelopen jaren heb horen mopperen op Europa, was het in ieder geval zo dat in veiligheid en op het gebied van migratie moest worden geïnvesteerd. Als Europa in de ogen van de SGP nog ergens goed voor was, dan was het voor samenwerking op dit soort punten. Ik vind het dan zo raar dat u een motie indient dat daar geen geld naartoe mag.

De heer Bisschop (SGP):

Ik bestrijd het beeld alsof de SGP alleen maar in de sfeer van veiligheid en grensbewaking positief zou zijn over de EU. Wij hebben een veel bredere visie op en bredere waardering voor de EU. Wij hebben alleen wel stevige kritiek op bepaalde onderdelen van het EU-beleid, van het beleid dat de Europese Commissie voert, met rugdekking van de Raad. Ik wil toch indringend vragen om deze motie zorgvuldig te lezen. Het gaat niet om het afwijzen van budgetverhogingen. Het gaat er alleen om te onderstrepen dat, als je met verhogingen komt, die wel voorzien moeten zijn van een goede onderbouwing.

De voorzitter:

Dat heeft u inderdaad een paar keer gezegd.

De heer Bisschop (SGP):

Precies, maar die vraag is ook een paar keer herhaald.

De voorzitter:

Ja, dat klopt. Nu dus een andere vraag.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Waarschijnlijk komt dat omdat het onduidelijk is. Ik lees hier dat er weerstand wordt geboden door de SGP tegen een verhoging van het budget om iets te doen aan de asielproblematiek, terwijl dat, als ik de SGP in de afgelopen jaren hoorde, ongeveer het enige was waarvoor Europa goed was. Het is dus een beetje een vreemde motie.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, sorry, maar dit is ook weer een herhaling van een bepaald frame: de SGP is tegen de EU en alleen op terrein van asiel kan de EU in de ogen van de SGP nog goed doen. Excuses, voorzitter, maar ik wil dit beeld gecorrigeerd hebben. De SGP heeft veel positieve woorden over de EU, maar ook veel kritische woorden. De waardering voor de EU is veel breder dan op het gebied van de asiel- en migratieproblematiek en de nadruk op dat die goed aangepakt moet worden. Nogmaals, ik weet niet welke bril er opgezet wordt, maar er staat: in elk geval zolang die onderbouwing niet gegeven is. Dat betekent dus gewoon: er is ruimte voor, maar de EU moet zorgen voor een goede onderbouwing. Dat is volgens mij gewoon een kwestie van zorgvuldige besluitvorming.

De voorzitter:

Dat staat in de motie.

De heer Bisschop (SGP):

Ja, heel duidelijk. Iedereen kan het lezen, toch?

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dat hoop ik, inderdaad. Dank u wel. Dan geef ik tot slot het woord aan de heer Groothuizen namens D66.

De heer Groothuizen (D66):

Voorzitter, dank u wel, en mijn excuses dat ik iets te laat kwam, waardoor we de juiste volgorde niet konden aanhouden.

Voorzitter. Ik wil graag van de gelegenheid gebruikmaken om de staatssecretaris te vragen naar de resultaten van de JBZ-Raad. Ik heb de afgelopen dagen uit de media begrepen dat alle compromisvoorstellen die over Dublin op tafel lagen, helaas zijn gesneuveld. Hoe gaan we nu verder en wat is de inzet van de staatssecretaris?

Voorzitter. Ik wil de staatssecretaris danken voor zijn toezeggingen van vorige week om tijdens de Raad te pleiten voor het wegnemen van belemmeringen bij het bieden van perspectief aan vluchtelingen in Jordanië. We hebben daar toen uitgebreid over gesproken. Als we mensen willen opvangen in de regio, is het wat mij betreft heel belangrijk dat er geen bureaucratische hindernissen zijn voor onderwijs en werk. Zo hebben mensen perspectief en uitzicht op een menswaardig bestaan. Ik ben benieuwd wat de reacties waren op het opbrengen van dit punt en zou ook graag van de staatssecretaris horen wanneer we de resultaten tegemoet kunnen zien.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Groothuizen. Ik zie dat de staatssecretaris direct kan reageren. Het woord is aan de staatssecretaris.

Staatssecretaris Harbers:

Voorzitter. Ik begin met in te gaan op de beide vragen die de heer Groothuizen stelde. Hij heeft terecht in de pers gelezen dat er dinsdag geen besluiten zijn genomen, niet op onderdelen van het GEAS en dus ook niet over het GEAS-pakket als geheel. Hij gaf er de kwalificatie aan dat alles gesneuveld is. Dat is ook weer niet het geval, omdat bij alle onderdelen van de voorstellen lidstaten hebben aangegeven waar hun bedenkingen zitten. Gegeven die bedenkingen heeft het voorzitterschap vervolgens besloten om verder niet tot conclusies over te gaan en nu weer verder te gaan met de voorbereiding. De eerstvolgende gelegenheid om hierover verder te spreken is tijdens de Europese Raad van eind deze maand. Mocht daar niet tot overeenstemming worden gekomen, dan is dat op de informele JBZ-Raad half juli in Innsbruck. Dat neemt niet weg dat de opvattingen ver uit elkaar lopen. Dat is ook geen geheim. Ik heb er de vorige week in het AO eigenlijk al een voorbeschouwing over gegeven dat het ingewikkeld is om uiteindelijk een compromis hierover te bereiken dat ook voor Nederland een verbetering betekent ten opzichte van de huidige situatie.

Dan de vraag over Jordanië. Conform mijn toezegging heb ik indringend aandacht gevraagd bij de collega's voor het nakomen van alle afspraken in de EU-Jordanië-verklaring. Diverse vertegenwoordigers van lidstaten zag ik daarop knikken en vervolgens is in de conclusies actief ondersteund door de Europees Commissaris dat dit een inspanning is waar hij vanuit de Europese Commissie op toeziet en waarbij deze de lidstaten oproept om alle afspraken die daarin gemaakt zijn trouw na te komen.

Dan kom ik op de moties. De heer Van Dijk had zijn motie op stuk nr. 514 al aangekondigd. Over het desbetreffende onderwerp hebben we al gedebatteerd in het AO. De stand van zaken is dat binnenkort het thematisch ambtsbericht veiligheid er komt. Ik heb in het AO gezegd dat ik verwacht dat het er op 11 juni zou zijn, dus aanstaande maandag. Op basis van het laatste bericht dat ik heb, weet ik niet zeker of dat precies maandag gaat lukken. Er wordt de laatste hand aan gelegd, maar het zou enkele dagen later kunnen zijn. Als ik zeg dat het later komt, dan is het dus niet in termen van weken maar in termen van aan aantal dagen. We doen ons best om het er nog altijd medio volgende week te laten zijn. Dat ambtsbericht geeft weer een overzicht van de veiligheidssituatie nu. Wat ik ook eerder tegen de Kamer heb gezegd, is dat het nooit een statisch gegeven is. Het vorige ambtsbericht is van twee jaar geleden maar in de tussentijd zijn asielaanvragen niet alleen vanuit het vorige ambtsbericht en het geldend landenbeleid maar ook met inbegrip van de actuele situatie beoordeeld. Dat gaat door totdat we een nieuw landenbeleid hebben geformuleerd op basis van het komende ambtsbericht. Het is altijd een individuele toetsing of mensen bescherming nodig hebben en niet terug kunnen keren dan wel geen bescherming nodig hebben en wel terug kunnen keren. Om die reden zou ik de motie willen ontraden en niet over willen gaan tot een algeheel besluit en vertrekmoratorium.

Dan de motie van de heer Bisschop op stuk nr. 515. Ook dit onderwerp had hij aangekondigd in het AO. Bij het MFK werkt het zo dat voordat daar een algeheel besluit voor klaarligt na onderhandelingen in de komende periode, het vanzelfsprekend helder is dat we dan precies weten in het MFK waar het geld heengaat en voor welk doel dat wordt aangewend. Dus in die zin zegt de motie niets anders dan hoe de route op weg naar het nieuwe MFK zal zijn. Wat ik daarbij heb gezegd, is dat ik er groot belang aan hecht dat de Europese Unie de budgetten voor migratie en zeker voor grensbeheer gaat verhogen — de eerste aanzet daartoe zit in het eerste voorstel voor het MFK — en dat dit de komende tijd nog verder uitgewerkt wordt. Op alle onderdelen van het MFK volgen voorstellen over hoe dat geld gebruikt gaat worden. Dan bezie ik de motie in het licht van wat dit voor signaal zou zijn voor Europa. Ik heb de heer Bisschop goed beluisterd in zijn inbreng van zo-even. Hij zei ook dat deze motie een duidelijke signaalfunctie heeft. Juist om die reden zou ik niet het signaal willen geven van: Nederland heeft om te beginnen al bezwaren tegen het verhogen van het budget voor migratie en grensbeheer. Ik denk dan ook dat het toch verstandig is dat deze motie niet wordt aangenomen. Om die reden ontraad ik deze motie.

De heer Bisschop (SGP):

Ik zou die appreciatie toch van wat kanttekeningen willen voorzien. Ik ga de discussie uiteraard niet overdoen, maar ik vraag de staatssecretaris nadrukkelijk wel om te kijken naar het dictum. Daarin staat niet dat wij ons op voorhand tegen verdrievoudiging keren. Er staat alleen, wat ook is ingegeven door verhalen over inefficiency enzovoorts die je hoort, dat we wel zeker willen weten dat als we die 35 miljard gaan investeren, dit ook goed gebeurt en dat dit geld bijvoorbeeld niet opgaat aan massale bureaucratie, waar we absoluut geen steun aan zouden kunnen verlenen. Dus het is inderdaad gewoon een signaal om ervoor te zorgen dat je met een ijzersterke onderbouwing komt. Dan kan het ook op onze steun rekenen. Maar zolang dat niet het geval is, maken we een pas op de plaats. Dat zegt het dictum. Eigenlijk zou ik verwachten dat de staatssecretaris dit een vorm van ondersteuning van beleid zou kunnen vinden.

Staatssecretaris Harbers:

Dan ga ik toch een stap verder. Juist omdat voorstellen die in het uiteindelijke MFK-belanden altijd deugdelijk onderbouwd zijn, beluister ik de heer Bisschop heel goed als hij zegt dat hij deze motie indient, dat hij op papier zet hoe het tot nu toe altijd ging en hoe het in de toekomst altijd zou moeten gaan en dat hij wil dat daarover een motie wordt aangenomen als signaalwerking dat wij hier extra bovenop gaan zitten. Die motie wordt dan niet alleen in Nederland gelezen, maar ook in Brussel en andere lidstaten. Ik kan de heer Bisschop verzekeren dat er één signaal van uitgaat, namelijk datgene wat bijna iedere lidstaat in Europa wil: een verhoging van het budget voor asiel- en grensbeheer. Daar zet Nederland vraagtekens bij. Dan kan de heer Bisschop wel zeggen dat dit niet het signaal is dat hij bedoelt, maar dat is het signaal dat hij krijgt. Om die reden zou ik het hoogst onverstandig vinden om deze motie aan te nemen en ontraad ik deze.

De voorzitter:

Tot slot, de heer Bisschop.

De heer Bisschop (SGP):

Dan zou ik zeggen dat het voor de staatssecretaris en zijn staf een mooie uitdaging is om uit te leggen dat wij daar steun aan willen verlenen, maar dat wij niet willekeurig met allerlei voorstellen instemmen. Er moet een deugdelijke onderbouwing zijn. Er zit een groot risico dat het budget wordt verhoogd en dat wij denken dat het goed gaat komen, terwijl niet de effectieve maatregelen worden gekozen. Daarom wil ik extra zorgvuldigheid in deze budgetbepaling.

Staatssecretaris Harbers:

We blijven het debat overdoen, maar die maatregelen worden heus wel duidelijk voordat het MFK wordt vastgesteld. Wij weten waar de noden zitten. Wij weten dat de noden zitten bij Frontex, bij de Europese grens- en kustwacht, bij extra mensen die dat in de gaten houden. En vanzelfsprekend is het een opgave voor de Europese Unie op alle terreinen om ervoor te zorgen dat het geld efficiënt wordt ingezet.

De voorzitter:

Dank u wel. Daarmee zijn wij aan het eind gekomen van dit VSO.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Over de ingediende moties zullen wij vanmiddag stemmen.

De vergadering wordt van 10.31 uur tot 10.43 uur geschorst.

Naar boven