4 Vragenuur: Vragen Hachchi

Vragen van het lid Hachchi aan de minister van Defensie over het bericht dat het Duitse leger de NH90 per direct aan de grond zet na de constatering dat er door designfouten kortsluiting kan ontstaan. 

Mevrouw Hachchi (D66):

Voorzitter. Een sterke krijgsmacht heeft sterk materieel nodig. Als het kabinet besluit om militairen in te zetten en de Kamer daarmee akkoord gaat, moeten onze militairen kunnen vertrouwen op het materieel dat zij gebruiken. Binnenkort hebben wij een debat over de aanschaf van de JSF-toestellen, een project met permanente problemen, want nog steeds is niet duidelijk wat het toestel kan, of het kan doen wat is beloofd en of het binnen het budget valt. Helaas is dit niet het enige hoofdpijndossier van onze luchtmacht. Ook de aanschaf van de nieuwste maritieme gevechtshelikopter kent talloze tegenslagen. Eerder werd de levering tijdelijk stopgezet nadat 100 problemen werden geïdentificeerd, zoals roest, overmatige slijtage en de geluidsbelasting voor vliegers. Voor 25% van alle problemen, dus voor een kwart, is nog geen oplossing gevonden. Na de toezeggingen van de fabrikant — overigens een zusterbedrijf van de Fyra-producent — besloot de minister de nieuwe gevechtshelikopter toch aan te schaffen. Voor de tussentijd is gezocht naar andere oplossingen, die de belastingbetaler minimaal 105 miljoen euro kosten. 

Wij zijn nu aanbeland bij probleem 101: de blusinstallatie in de motor veroorzaakt kortsluiting. Daarom besloot de Duitse krijgsmacht deze gevechtshelikopters aan de grond te houden. De Nederlandse helikopters hebben precies dezelfde motoren. Daarom de volgende vier vragen aan de minister. Wat betekent dit voor de helikopters die Nederland al in gebruik heeft? Hoe zit het met de nog te leveren toestellen? Wat zijn de kosten die deze zoveelste tegenslag meebrengt? Wie draait voor deze kosten op, Defensie of de fabrikant? 

Minister Hennis-Plasschaert:

Voorzitter. Dank aan mevrouw Hachchi voor de gestelde vragen. Het incident met de Duitse NH90 heeft plaatsgevonden in juni 2014 in Oezbekistan. We hebben daar uitgebreid over gesproken tijdens een AO op 17 december 2014. Het incident is veroorzaakt doordat een motor bij een herstart niet eerst is doorgeblazen met lucht. De piloten hebben daarna een melding gekregen van oververhitting van de motor, waarop ze de brandblusinstallatie hebben geactiveerd. Doordat zij de brandblusinstallatie te lang hebben geactiveerd, is oververhitting ontstaan in een bedieningspaneel. 

Duitsland en ook de industrie hebben vervolgens het voorval onderzocht. Op 6 februari heeft de inspecteur van de Duitse krijgsmacht geadviseerd om routinevluchten met de NH90 voorlopig te staken. Dat advies is door Duitsland opgevolgd. Ook Nederland is bekend met het voorval. Ik zei al dat we het met elkaar besproken hebben. We zetten echter de NH90 niet stil, omdat er een procedure is om het probleem te voorkomen, namelijk het kort bedienen van de brandblusinstallatie. De industrie heeft de gebruikers daarover geïnformeerd en de betrokken instanties bij Defensie hebben deze maatregel als afdoende beoordeeld. Als ik het heb over de betrokken instanties, dan doel ik op DMO en de MLA, de Militaire Luchtvaart Autoriteit. 

Kortom, er zijn geen kosten aan verbonden, maar wij houden natuurlijk nauw contact met onze Duitse collega's. 

Mevrouw Hachchi (D66):

Belangrijk is dat we nu eerst helderheid krijgen over het bericht. Ik heb begrepen dat het om een recent geval gaat en dat vorige week donderdag door de Duitsers is besloten om die toestellen aan de grond te houden. Als ik het verkeerd heb, hoor ik dat graag van de minister. Heeft zij geen nieuwe berichten gekregen van haar Duitse collega dat de NH90 bij de Duitsers nieuwe problemen heeft laten zien, waardoor zij besloten hebben om dit toestel aan de grond te houden? Als we dat misverstand uit de wereld kunnen helpen, heel graag. Dat hoor ik dan graag van de minister. 

Voor de rest kan ik niet vaak genoeg benadrukken dat militairen moeten kunnen vertrouwen op het materieel waarmee zij werken. De luchtmacht kampt nu eenmaal met een aantal uitdagingen, als ik het zo kan formuleren, wat het materieel betreft. Over de JSF gaan we nog spreken. Vandaag begreep ik dat de onbemande vliegtuigen duurder worden en over de gevechtshelikopters heb ik de minister vandaag vragen gesteld. Ik begrijp dat zij eigenlijk zegt: voor onze huidige helikopters zal wat er in Duitsland is geconstateerd, geen effect hebben. Ik hoor toch graag een duidelijk antwoord van de minister op de vraag wie uiteindelijk de extra kosten gaat betalen. Is dat de fabrikant, ja of nee? Dat is een heel belangrijke vraag, ook gezien de inzet vanuit deze Kamer om extra geld voor Defensie vrij te maken. 

Minister Hennis-Plasschaert:

Ik ben het geheel met mevrouw Hachchi eens dat militairen goed materieel verdienen. Het is mede daarom dat we investeren in een nieuw jachtvliegtuig. 

Het gaat om een incident dat zich in juni 2014 heeft afgespeeld. Naar aanleiding daarvan heeft een onderzoek plaatsgevonden en naar aanleiding daarvan heeft Duitsland besloten om de vloot aan de grond te houden. Ik vaar op de adviezen van de Militaire Luchtvaart Autoriteit (MLA) in Nederland, en die heeft gezegd dat niet nodig te vinden, omdat de kans klein is dat oververhitting van het bedieningspanel zich voordoet, omdat het volgen van de juiste procedure de brand voorkomt en omdat de brandblusinstallatie naar behoren functioneert. 

Wij houden nauw contact met onze Duitse collega's. Mocht dat leiden tot een aanpassing van het ontwerp, dan zal de industrie daarvoor moeten opdraaien. Ik herhaal echter dat de Militaire Luchtvaart Autoriteit het niet noodzakelijk acht om de NH90 aan de grond te houden. 

Volgens mij heb ik daarmee alle vragen beantwoord. 

Mevrouw Hachchi (D66):

De minister kan wel zeggen dat ze alle vragen beantwoord heeft. Zij gaat zelf over haar antwoorden, maar ik wil toch een helder antwoord op de volgende vraag. Betekent wat zij zegt dat de helikoptercapaciteit niet in het geding is of dat er in ieder geval geen nieuwe informatie is van de Duitsers die effect kan hebben op onze helikoptercapaciteit? Ook de minister vindt dat immers een cruciale capaciteit. 

Wat het geld betreft: zijn de extra kosten die gemoeid zijn met tegenvallers of problemen met de NH90-helikopter voor rekening van de fabrikant? Daar wil ik toch graag een helder antwoord op hebben. Ik heb net al benadrukt dat in dit huis door een aantal partijen moeite wordt gedaan om extra geld voor Defensie te vinden. Het kan niet zo zijn dat dat geld dan wordt besteed aan zaken die gaan op een manier waarop ze niet zouden moeten gaan. 

Minister Hennis-Plasschaert:

Ik ben natuurlijk heel blij met het enorme draagvlak in de Kamer voor een stijgend budget voor Defensie. Dat weet mevrouw Hachchi. Daar ben ik ook D66 zeer erkentelijk voor. Hier gaat het erom dat het Duitse ministerie besloten heeft om het advies van de eigen inspectie te volgen. Nederland volgt het advies van de Militaire Luchtvaart Autoriteit. Nogmaals, Duitsland houdt Nederland goed op de hoogte van de vordering van het onderzoek naar het incident dat in juni 2014 heeft plaatsgevonden. De fabrikant heeft gisteren, op 9 februari, nogmaals een instructie doen uitgaan over hoe om te gaan met het bedieningspaneel en met de brandblusinstallatie. In Nederland hebben de betrokken instanties gesteld dat de maatregel voldoende is. Daarom zet Defensie het toestel niet stil, net als Italië en Finland. Derhalve zijn er geen kosten aan verbonden. Als het onderzoek van Duitsland leidt tot een noodzakelijke aanpassing van het ontwerp, dan zal de industrie dat moeten financieren. Ik heb dat net ook al gezegd, dus daar ben ik zeer duidelijk in. 

De heer De Roon (PVV):

Ik vind nog een punt onduidelijk. Het risico bij de Duitse helikopters is hetzelfde als bij de Nederlandse. In Duitsland schat men de situatie zo in dat het niet verantwoord is om op dit moment met die helikopters te vliegen. Nederland zegt: als wij wat aan de procedure doen is het wel verantwoord om met die helikopters te vliegen. Dan rijst de vraag of Duitsland te voorzichtig is of wij te onvoorzichtig zijn. Moet er misschien nog even contact zijn tussen Nederland en Duitsland om duidelijk te maken waar de waarheid ligt? 

Minister Hennis-Plasschaert:

Er is heel goed contact tussen Duitsland en Nederland, zowel tussen beide ministers als op alle andere niveaus, zeker als het gaat om materieel dat de landen gezamenlijk in gebruik hebben, bijvoorbeeld de NH90. Het onderzoek in Duitsland loopt nog. Wij houden goed contact. Misschien dat Duitsland probeert om de industrie een beetje onder druk te zetten met het oog op een aanpassing van het ontwerp. Ik kan dat niet helemaal inschatten. Als dat zo is, dan zullen wij Duitsland daarin van harte steunen. De instructies die zijn uitgevaardigd, zijn in principe voldoende voor Nederland om gewoon met de NH90 te blijven vliegen. 

De voorzitter:

Ik dank de minister voor haar antwoorden en voor haar komst naar de Kamer. 

Naar boven