6 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor om het debat over de jaarcijfers van ziekenhuizen van de lijst af te voeren. 

Daartoe wordt besloten. 

De voorzitter:

Ik deel de Kamer mee dat de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie mevrouw Ypma tot haar voorzitter heeft gekozen. 

Het woord is aan mevrouw Dik-Faber van de ChristenUnie. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik wil graag rappelleren. Mijn fractie heeft vorig jaar op 30 oktober schriftelijke vragen gesteld over de nieuwe tropenopleiding. Die vragen zijn nog niet beantwoord. Mijn fractie stelt het op prijs als zij binnen twee weken worden beantwoord. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Ik geef het woord aan mevrouw Visser van de VVD. 

Mevrouw Visser (VVD):

Voorzitter. Ik wil graag rappelleren met betrekking tot schriftelijke vragen die ik met de heer Heerema op 10 november 2014 heb gesteld. De vragen zijn gericht aan de minister van Infrastructuur en Milieu en de staatssecretaris van Economische Zaken en gaan over de oversteekplaats voor otters. We willen de antwoorden op die vragen graag zo snel mogelijk ontvangen. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Ik geef het woord aan mevrouw Leijten van de SP. 

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Voor morgenavond staan twee dertigledendebatten geagendeerd. Het ene debat gaat over de zorgverzekeraars, die de spoedeisende hulp willen veranderen. Het andere gaat over de regierol van de zorgverzekeraars. Die debatten lijken qua inhoud zo op elkaar dat ik wil voorstellen om ze samen te voegen, zodat we in één debat over deze twee punten spreken. Ik doe daarbij wel het verzoek aan de Kamer dat we dan één minuut extra spreektijd per fractie krijgen. Uiteraard heb ik met mevrouw Klever, de indiener van het verzoek om het tweede dertigledendebat, hierover overlegd. Zij is akkoord met deze opzet. 

De voorzitter:

Ik ga het verzoek aan de Kamer voorleggen. Ik interpreteer het als volgt. Het verzoek is om van twee dertigledendebatten één meerderheidsdebat te maken waarvoor beide onderwerpen worden geagendeerd. De twee dertigenledendebatten zullen vervolgens van de lijst af gaan. 

De heer Van Wijngaarden (VVD):

Steun voor dit verzoek. 

Mevrouw Pia Dijkstra (D66):

Ik geef ook steun aan dit verzoek. Ik vind het wel een beetje gek dat we nu over een meerderheidsdebat spreken, want het gaat om twee dertigenledendebatten die worden samengevoegd. Vanuit het oogpunt van efficiency vind ik het echter wel een heel goed punt. 

De voorzitter:

Ik snap dat u dit gek vindt, maar ik moet ook kijken naar de mogelijkheden die er zijn binnen het Reglement van Orde. Het voorstel komt hier de facto op neer. Daarom leg ik het op deze manier voor. 

Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):

Steun voor het verzoek. 

De heer Van Vliet (Van Vliet):

Ik heb even een punt van orde. Dit betekent dus dat het de facto een meerderheidsdebat wordt als een verzoek wordt gedaan om twee dertigledendebatten samen te voegen? 

De voorzitter:

Nee. 

De heer Van Vliet (Van Vliet):

Maar in dit geval wel? 

De voorzitter:

Het heeft te maken met de uitbreiding van de spreektijd. In een dertigledendebat hebben de woordvoerders altijd drie minuten spreektijd. Als debatten worden samengevoegd, men meer spreektijd wil hebben en een meerderheid dat verzoek steunt, dan interpreteer ik dat zo dat het in dat specifieke geval een meerderheidsdebat wordt. Als de heer Van Vliet dit ordepunt verder uitgediscussieerd wil hebben, dan stel ik voor dat we dat niet in de regeling van werkzaamheden doen, maar in de commissie die we daarvoor in het leven hebben geroepen: de Commissie voor de Werkwijze der Kamer. Ik leg het nu zo voor. Het is een pragmatisch voorstel. Ik geef aan hoe het binnen het Reglement van Orde uitgelegd zou kunnen worden. 

De heer Van Vliet (Van Vliet):

Dan ben ik tegen het voorstel. 

De heer Recourt (PvdA):

Ik zie zomaar een wijziging van het Reglement van Orde aankomen, maar ik ben op dit moment voor dit praktische voorstel. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie kiest ook voor pragmatisme. Wij gaan akkoord. 

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Ik bedank de leden voor hun steun en u voor de gevonden oplossing om een en ander binnen het Reglement van Orde toe te passen. 

De voorzitter:

Tijdens dit debat van hedenavond zullen de woordvoerders dus vier minuten spreektijd hebben. 

Mevrouw Leijten (SP):

Nee, morgenavond. 

De voorzitter:

Excuses. Het debat vindt morgenavond plaats. Ik vergis me, omdat we deze week zo veel dertigledendebatten op de agenda hebben staan. 

Het woord is aan de heer De Rouwe van het CDA. 

De heer De Rouwe (CDA):

Mevrouw de voorzitter. U ziet mij niet zo vaak dertigledendebatten aanvragen. Ik vind dat ik debatten via de procedurevergadering moet en kan aanvragen. Dat lukt eigenlijk ook altijd. Dit keer lukte het echter niet. Gisteren heeft het CDA een verzoek gedaan tot het houden van een algemeen overleg over de chaos rond de energielabels. Ik vind het jammer dat we dat niet in een procedurevergadering konden regelen, want dat is de beste manier om de agenda voor de plenaire vergadering te ontlasten. Het is echter niet gelukt. Het CDA verzoekt daarom nu alsnog om een dertigledendebat of een gewoon debat over de chaos rond de energielabels te houden. Ik doe dit verzoek namens de PVV, 50PLUS, de SGP, GroenLinks, de fractie-Van Vliet en de Groep Kuzu/Öztürk. 

De heer Smaling (SP):

De SP mag aan het lijstje worden toegevoegd. Ondanks de chaos is er nu het grote voordeel dat iedereen in Nederland het woord "energielabel" tot zich genomen heeft. Er is dus alle reden om het proces goed te begeleiden. Volgens mij is dat ook de insteek van de heer De Rouwe. De SP steunt dat verzoek graag. 

De heer Van der Linde (VVD):

Wij hebben in de procedurevergadering van gisteren al ingestemd met het verzoek om een brief. Wij willen die brief gewoon even afwachten. Geen steun voor een debat. 

De heer Monasch (PvdA):

De PvdA-fractie heeft hiervoor gewaarschuwd, maar anderen wilden toch voor dit label stemmen, inclusief de aanvrager van dit debat. Laten we dus gewoon de brief afwachten. Dan kijken we weer verder. Dat hebben we gisteren ook afgesproken in de procedurevergadering. 

De voorzitter:

Mijnheer De Rouwe, u hebt niet de steun van de meerderheid voor het houden van een debat, maar u hebt wel voldoende steun voor het houden van een dertigledendebat. Ik stel voor om dit aan de lijst toe te voegen. Ik probeer dit zo snel mogelijk in te plannen. Deze snelheid wordt voor een deel bepaald door de lengte van de lijst, maar dat gaat best goed momenteel. Er zal drie minuten spreektijd per fractie zijn. Ik hoop dat de gevraagde brief voor het debat naar de Kamer komt, want ik denk dat dat uw bedoeling is. 

De heer De Rouwe (CDA):

Ja. Gezien er nu nog heel weinig beleid komt van het kabinet, denk ik dat wij sneller dertigledendebatten kunnen houden. Dat is dus goed. 

De voorzitter:

Het plannen van dertigledendebatten is doorgaans niet afhankelijk van de snelheid van het beleid, maar van de lengte van de lijst. Zoals ik al zei, ik heb daar goede hoop op. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet, omdat de deadline van de brief gekoppeld is aan het plannen van het debat. Ik weet nog niet precies wanneer dat is. 

Het woord is aan mevrouw Van Tongeren. Ik zie haar achterin de wandelgang. 

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Voorzitter. Ik was net even in overleg met de voorzitter van de commissie voor Economische Zaken en deze aanvraag betreft ook onderwerpen in die commissie. Wij hebben van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid gehoord dat zijn rapport op 18 februari naar buiten zal komen. Dit is een rapport dat gedeeltelijk is uitgelekt. De Kamer heeft terecht gezegd dat over een uitgelekt, maar nog niet bestaand rapport niet met elkaar kan worden gesproken. Wij weten nu de definitieve datum. GroenLinks wil graag op zo kort mogelijke termijn na 18 februari en na de reactie van de regering daarop, een debat met minister Opstelten over veiligheid en met minister Kamp over energie. 

De voorzitter:

Er ligt een verzoek voor steun tot het houden van een debat, zo snel mogelijk na het verschijnen van het rapport op 18 februari … 

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

… en de reactie van de regering … 

De voorzitter:

… en de reactie van de regering op dat rapport van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid met betrekking tot het gasgebouw in Nederland in aanwezigheid van de minister van Veiligheid en Justitie en de minister van Economische Zaken. 

Mevrouw Klever (PVV):

De uitgelekte conclusies van dat rapport van de onderzoeksraad liegen er niet om. De PVV wil daarom het verzoek van mevrouw Van Tongeren van harte ondersteunen. 

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

D66 betreurt het erg dat er zo veel tijd ligt tussen de conclusies die er al liggen, de reactie van de regering en het moment dat het rapport dan definitief verschijnt. Laten we er dan daarna heel snel over spreken. Ik steun het verzoek. 

De heer Smaling (SP):

We bevinden ons middenin allerlei discussies over de gaswinning. Dit rapport hangt dus een beetje boven de markt. Ik denk dat wij dit debat moeten voeren zodra het er is. Ik steun het verzoek. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie betreurt het dat het zo lang duurt voordat het rapport, inclusief de kabinetsreactie, openbaar zal zijn. Ook wij willen daarover heel graag een debat voeren. Wij hebben eerder al voorgesteld om de minister van Veiligheid en Justitie daarvoor uit te nodigen. Wij gaan akkoord met dit verzoek. 

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

We komen net met elkaar uit de hoorzitting. Dit is een ontzettend belangrijk onderwerp. Wij hopen dat de voorzitter ernaar wil kijken om dit zo snel mogelijk in te plannen zodra de reactie van het kabinet op het rapport er is. 

De heer Jan Vos (PvdA):

Mijn fractie geeft er de voorkeur aan om het rapport te betrekken bij het debat dat wij nu voeren en bij de hoorzittingen die wij nu hebben. Het is heel goed dat wij het snel bespreken zodra het beschikbaar is. Het lijkt me beter om voortaan dit soort verzoeken te doen op het moment dat een rapport er daadwerkelijk is. Om nu te praten over een uitgelekt rapport — ik heb dat de vorige keer ook al gezegd — daar heeft niemand wat aan. 

De heer Leegte (VVD):

Geen steun. 

De voorzitter:

Ik moet constateren dat er op dit moment … 

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Jawel. De heer Vos zei dat hij in de toekomst graag zou willen dat wij een verzoek doen op het moment dat een rapport er ligt. Hij heeft niet gezegd dat hij het verzoek niet steunt. Ik wil dat dan graag nog van hem horen. 

De voorzitter:

Misschien kunt u het nog een keer zeggen, mijnheer Vos. 

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ik wil dan graag nog even van de heer Vos horen dat er geen steun is voor een debat over het rapport van de Onderzoeksraad. 

De voorzitter:

Mijnheer Vos. 

De heer Jan Vos (PvdA):

Mevrouw Van Tongeren weet ook dat, als wij het snel willen bespreken, wij dat in een AO moeten doen. Laten we het gewoon in een AO bespreken en effectief handelen in plaats van hier een politieke show te geven. Daar schieten wij niets mee op. 

De voorzitter:

Het lijkt me verstandig om in de regeling van werkzaamheden bij voorkeur over de feiten te spreken. Elke opmerking lokt weer een nieuwe opmerking uit. Ik stel vast dat degenen die al steun hebben gegeven, nu weer bij de interruptiemicrofoon staan, maar dat er op dit moment geen steun van de meerderheid is voor het nu al vastleggen van een plenair debat. Dat is de conclusie die ik trek. Ik zou het ongelofelijk plezierig vinden als wij het daar in deze regeling van werkzaamheden bij kunnen laten. Op 18 februari verschijnt het rapport. Ik weet zeker dat op 18 februari opnieuw dit verzoek zal worden gedaan. Zo heb ik dat ook gehoord. Ik hoor op dit moment geen steun van de meerderheid voor dit verzoek. Ik kan er niets aan veranderen en daarom verzoek ik u met klem om het hier nu bij te laten, anders worden deze regelingen heel langdurige discussies. Mevrouw Van Tongeren, ik dank u voor uw verzoek. U kunt nog een korte zin spreken en niet oproepen tot discussie, alstublieft. 

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ik zou dit dan nu willen omzetten in een dertigledendebat. Op het moment dat het rapport verschijnt, hoop ik dat de PvdA en de VVD ook bereid zijn om een plenair debat over dit belangrijke onderwerp met deze twee ministers te houden. 

De voorzitter:

U hebt voldoende steun voor het houden van een dertigledendebat. Ik voeg dat toe aan de lijst met dertigledendebatten. 

Het woord is aan mevrouw Gerbrands van de PVV. 

Mevrouw Gerbrands (PVV):

Voorzitter. Mede namens mevrouw Keijzer doe ik het verzoek om de twee voor vanavond geplande dertigledendebatten over de ouderenzorg samen te voegen tot één debat met een uitbreiding van de spreektijd met twee minuten. 

De voorzitter:

Voor het ene debat was u de aanvrager? 

Mevrouw Gerbrands (PVV):

Ja. Voor het andere was dat mevrouw Keijzer. Daarom doe ik dit verzoek mede namens haar. 

De voorzitter:

Dan ga ik dezelfde constructie toepassen die ik eerder heb toegepast, omdat het samenvoegen van dertigledendebatten alleen maar mogelijk is als er drie minuten spreektijd voor blijft staan, want voor een dertigledendebat geldt altijd een spreektijd van drie minuten. Het verzoek ligt voor om hedenavond twee debatten samen te voegen en om, als ware het een meerderheidsdebat, daarbij te spreken over twee onderwerpen die geagendeerd zouden zijn, met vijf minuten spreektijd. 

De heer Krol (50PLUS):

Wel zo praktisch en wel zo snel. Steun voor het debat. 

De heer Van 't Wout (VVD):

Wat ons betreft hadden die dertigledendebatten wel van de lijst gekund. Ze zijn een jaar geleden aangevraagd. Maar in ieder geval scheelt dit weer enige spreektijd op de drukke agenda voor vanavond, dus steun voor dit verzoek. 

Mevrouw Pia Dijkstra (D66):

Net als bij het vorige verzoek over morgenavond heeft ook in dit geval pragmatisme de overhand, dus steun. 

De heer Otwin van Dijk (PvdA):

Daarbij sluit ik me aan. Ook steun voor dit verzoek. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie steunt het ook. 

De voorzitter:

Ik stel vast dat een meerderheid het verzoek steunt. We zullen het op die manier agenderen en aan de bewindspersonen laten weten dat het één debat is, met vijf minuten spreektijd, waarbij zowel het ene als het andere onderwerp geagendeerd is. 

Het woord is aan de heer Van Nispen. 

De heer Van Nispen (SP):

Voorzitter. Sinds vorige week weten we dat de bezuinigingen op de gesubsidieerde rechtsbijstand niet kunnen doorgaan. Ik heb vorige week om een brief en een debat gevraagd. Een meerderheid steunde het verzoek om een brief over de gevolgen van het niet doorgaan van deze bezuinigingen. We hebben toen een deadline gesteld, die vanmiddag om 12.00 uur is verstreken. Daarom doe ik nogmaals een verzoek aan de regering om een brief te schrijven met daarin in ieder geval de bevestiging dat de bezuinigingen niet kunnen doorgaan, ook niet per 1 februari, zoals was voorzien. Dit heeft dus haast, want zondag is het 1 februari. De brief had er vandaag al moeten zijn, maar laten wij nu dan een nieuwe deadline stellen voor morgen om 12.00 uur. Ik doe dit verzoek mede namens mijn collega Oskam van het CDA. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Naar boven