5 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor om aanstaande dinsdag ook te stemmen over de aangehouden motie-Fritsma (19637, nr. 1910) en over de moties zoals ingediend bij de wetgevingsoverleggen over het onderdeel Water van de begroting van I en M voor 2015, over het onderdeel Politie van de begroting van V en J voor 2015 en over het onderdeel Energie van de begroting van EZ voor 2015. 

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda: 

  • -het wetsvoorstel Wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs inzake overgang van de wettelijke taken van kenniscentra beroepsonderwijs bedrijfsleven naar de Samenwerkingsorganisatie beroepsonderwijs bedrijfsleven (34026); 

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de integratie van het leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs in het systeem van passend onderwijs (Integratie lwoo en pro in passend onderwijs) (33993); 

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet financiering sociale verzekeringen, de Participatiewet en de Wet op de huurtoeslag in verband met het toekennen van een inkomensondersteuning aan personen die een uitkering ontvangen op grond van de Algemene Ouderdomswet en intrekking van de Wet mogelijkheid koopkrachttegemoetkoming oudere belastingplichtigen (34015); 

  • -het wetsvoorstel Goedkeuring van het op 18 december 2013 te 's-Gravenhage tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika tot verbetering van de internationale naleving van de belastingplicht en de tenuitvoerlegging van de FATCA (Trb. 2014, 22 en 128.) (33985). 

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor, enkele door hen ingediende moties opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde genoemde termijn van twee maanden voor deze moties opnieuw gaat lopen: 29683-177; 26407-88; 33400-V-43; 31389-99; 33750-XVII-44; 28286-683; 29683-176; 31936-185; 33625-78; 28286-691; 33692-53; 29675-166; 33750-XIII-81; 33750-XIII-80; 21501-32-785; 29984-478. 

Ook stel ik voor, de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 29628-475; 29628-473; 29628-474; 29628-470; 29628-469; 29628-466; 29628-468; 29628-463; 29628-465; 29628-458; 29628-457; 32279-66;29247-191; 32279-65; 32279-63; 32279-64; 29323-92; 32279-62; 29323-90; 29323-89; 29323-88; 32279-59; 34000-VI-9; 31239-181; 30196-258; 29023-179; 31239-179; 31239-180; 33612-47; 21501-33-513; 33561-12; 29023-178; 33779-4; 33612-46; 34000-XIII-8; 34000-XIII-5; 21501-33-507; 30196-257; 28165-179; 28165-176; 32839-27; 34000-A-5; 27625-330; 27625-332; 33136-9; 30080-73; 27625-331; 22112-1917; 30080-72; 30080-71; 18106-228; 18106-227; 32698-19; 32698-18; 32698-20; 32698-17; 34000-J-5; 34000-J-7; 31710-33; 34000-J-4; 34000-J-6; 34000-J-8; 21501-03-81; 21501-07-1186; 30234-100; 29689-511; 28828-71; 29689-533; 29689-539; 29689-500; 29689-534; 29689-520; 32620-120; 31765-87; 29689-530; 32805-31; 29689-504; 29689-517; 29477-266; 2014Z13220; 29538-153; 24170-148; 29538-157; 29538-154; 29538-155; 33841-166; 33726-26; 2014Z20509; 21501-07-1187; 34000-X-36; 34000-X-13; 34000-X-4; 34000-X-6; 2014Z20369; 33997-22; 33573-9; 33268-25; 31142-46; 33829-4; 31142-42; 33268-24; 31142-44; 31142-43; 27923-186; 2014Z11569; 27923-189; 27923-183; 27923-188; 24587-605; 31568-141; 29270-90; 29628-472; 29270-88; 34000-X-15; 32678-29; 28676-212; 2014Z14086; 33750-X-72; 30139-138; 33763-49; 32733-149; 30139-139; 34000-X-34; 33763-55; 34000-X-14; 30545-140; 29817-133; 32681-13; 29628-476; 34000-VII-10; 33977-4; 33977-2; 34000-VI-10; 2014Z19706; 34000-VI-8; 29398-426; 29248-276; 22112-1923; 33344-10; 2014Z18768; 2014Z18728; 2014Z18542; 31293-218; 31289-200; 31289-197; 32033-15; 32824-76; 32824-75; 29614-35; 29407-196; 32824-52; 32824-64; 33009-7; 32647-38; 32647-36; 32647-35; 32647-33; 32647-34; 32647-37; 32647-31; 32647-27; 32647-20; 33750-VII-67; 33750-B-10; 33750-VII-65; 31839-409; 21501-02-1421; 21501-02-1424; 26643-334; 24095-374; 27561-42; 24095-375; 24095-373; 24095-371; 26643-319; 26643-321; 24095-369; 31490-145; 2014Z17167; 2014Z19773; 2014Z19778; 2014Z19717; 31066-218; 2014Z20041; 2014Z18996; 2014Z18977; 31839-416; 2014Z18876; 2014Z18756; 33897-4; 34000-IV-20; 34000-IV-19; 30010-21; 30010-20; 32734-23; 32734-24; 32734-25; 2014Z19180; 32620-138; 29893-174; 31409-69; 22112-1860; 29521-263; 29521-254; 29521-265; 29521-251; 2014Z17930; 2014Z20070; 32769-108. 

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten. 

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Merkies. 

De heer Merkies (SP):

Voorzitter. Gisteren kregen we via de media het bericht dat Nederland Brussel niet 642 miljoen euro, maar 1,1 miljard euro moet betalen. Dat is bijna een verdubbeling. Het heeft allemaal te maken met een impasse over de aanvullende begroting voor de EU. Ik wil daar graag een debat over aanvragen. In aanloop naar dat debat wil ik graag via een brief van de minister vernemen of de Nederlandse overheid sowieso die 1,1 miljard euro gaat betalen en hoe zeker het is dat we die 460 miljoen vervolgens weer terugkrijgen, waardoor we op 642 miljoen zouden komen. Kan de minister tekst en uitleg geven over de reden waarom het overleg over de EU-begroting is vastgelopen? 

De voorzitter:

De heer Merkies verzoekt om steun voor het houden van een debat over de naheffing uit Brussel. 

De heer Tony van Dijck (PVV):

Het is een grote schande. De ene cheque is nog niet uitgeschreven of er valt alweer een nieuwe op de mat. Ik steun dus het verzoek om een brief en een debat. Ik wil ook graag weten of we die 5 miljard euro aan boetes ook terugkrijgen. Of slokken ze die ook op daar in Brussel? 

De heer Harbers (VVD):

Er is op zich helemaal niets nieuws aan de hand. Het verschil tussen het bedrag van 1,1 miljard bruto en dat van 600 miljoen netto is al uitvoerig aan de Kamer gemeld en vorige week tijdens het debat aan de orde geweest. Even armpje drukken met de lidstaten hoort, helaas, bij het gewone begrotingsproces in Europa. Dat proces moeten we gewoon zijn gang laten gaan. Wij geven dus geen steun aan het verzoek om een debat. De heer Merkies heeft ook om een brief gevraagd. Ik denk dat alle vragen sowieso kunnen worden betrokken bij het verslag van de begrotingsraad van afgelopen vrijdag. Dat moet de Kamer nog ontvangen en dat zullen wij ongetwijfeld bespreken in het AO Eurogroep/Ecofin-Raad. 

De heer Omtzigt (CDA):

Ik steun het verzoek om een brief. Het bedrag van 1,1 miljard lag inderdaad vast, maar het feit dat de daaraan vastgekoppelde teruggave niet plaatsvindt, is nieuw. Dat dit mislukt is, is iets anders dan ons was voorgespiegeld. Namens de CDA-fractie heb ik vragen gesteld over het bni-rapport omdat er een vrij vernietigend rapport van de Europese Rekenkamer ligt over de wijze waarop een en ander berekend wordt. Aankomende maandag zou ik tegelijk met de brief waar de heer Merkies om vraagt ook de antwoorden op die Kamervragen willen ontvangen, want die zijn van belang voor de vaststelling hiervan. Verder steun ik het verzoek om een debat. 

De heer Nijboer (PvdA):

Ik denk dat het goed is dat de vragen beantwoord worden. Het verslag van de begrotingsraad kan misschien met een brief worden meegestuurd; dat laat ik aan het kabinet. Ik steun het verzoek om een debat niet. Ik wil hierover wel graag spreken in het AO Eurogroep/Ecofin-Raad. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Wel steun voor de brief, geen steun voor het debat. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Wel steun voor de brief, niet voor het debat. Dit onderwerp kan volgens mij bij het reguliere overleg betrokken worden. 

De voorzitter:

Dat vindt volgende week plaats, volgens mij. 

Mijnheer Merkies, u hebt niet de steun van de meerderheid voor het houden van een debat. Er is begrip voor de vragen die u wilt stellen. Er is de suggestie gedaan om die te betrekken bij het verslag, maar als u behoefte hebt aan een brief, kunt u daar om vragen, want daar hebt u voldoende steun voor. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet met het verzoek om die brief voor aanvang van het AO Eurogroep/Ecofin-Raad van volgende week aan de Kamer te sturen. Dan kan het onderwerp in ieder geval daarin aan de orde komen. De heer Omtzigt heeft nog gesproken over maandag. Wilt u de brief ook maandag? 

De heer Merkies (SP):

De brief wil ik sowieso graag ontvangen. Het AO Eurogroep/Ecofin-Raad wordt volgens mij op 3 december gehouden. Ruim voor die tijd zou ik dan de antwoorden willen ontvangen. 

De voorzitter:

Ik zal vragen of zowel de brief waar de heer Merkies om heeft gevraagd, met de antwoorden op de vragen die hij heeft geformuleerd, als de antwoorden op de Kamervragen die de heer Omtzigt heeft gesteld, dinsdag voor 12.00 uur in de Kamer kunnen zijn. Dat is dan ruim voor de regeling van werkzaamheden van die dinsdag en ook ruim voor het AO. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan mevrouw Karabulut. 

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter. Minister Blok voor Wonen wil het woningwaarderingsstelsel en de puntentelling aanpassen. Nu heeft de gemeente Amsterdam doorgerekend wat het voor deze gemeente zou betekenen als de desbetreffende wet ingevoerd en uitgevoerd wordt. Dat is schokkend. Het zou namelijk betekenen dat nog maar 1% van de woningen in de goedkope klasse komt te vallen. Ik heb het dan over de sociale volkshuisvesting. 16% ligt tussen goedkoop en de aftoppingsgrens. Tienduizenden woningen extra zullen potentieel worden geliberaliseerd, zonder huurbescherming. Dat is schrikbarend. Mijn fractie wil daar graag een debat over voeren met de minister. Voorafgaand aan dat debat ontvangen we graag een brief met een inhoudelijke reactie op het onderzoek zoals uitgevoerd door de gemeente Amsterdam. 

De voorzitter:

Verzoek om steun voor het houden van een debat over de nieuwe puntentelling voor huurwoningen, voorafgegaan door een brief. 

De heer Monasch (PvdA):

We hebben vanochtend snel kennis kunnen nemen van dat onderzoek. Bij eerste lezing blijkt al dat verschillende aannames niet kloppen en dat een aantal dingen is weggelaten. Het lijkt mij echter goed om een brief van het kabinet te vragen. Die kunnen we dan betrekken bij een te zijner tijd te plannen AO over het nieuwe woningwaarderingsstelsel. 

De voorzitter:

Geen steun dus voor het debat. 

De heer Van der Linde (VVD):

Geen steun voor een debat. Sowieso hebben we voor de komende tijd al heel veel debatmomenten ingelast. Een briefje is prima. 

De voorzitter:

Een brief is dus goed. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie is het daarmee eens. We steunen wel het verzoek om een brief, maar niet het debat. Er zijn AO's gepland waar dit bij betrokken kan worden. 

De heer Fritsma (PVV):

De PVV steunt de brief en het debat. 

De voorzitter:

Mevrouw Karabulut, u hebt niet de steun van de Kamer voor het houden van een plenair debat. Wel is er steun voor de brief, die dan betrokken kan worden bij een algemeen overleg. 

Mevrouw Karabulut (SP):

Dan beginnen we daarmee. 

De voorzitter:

Dank u wel. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Ik geef het woord aan de heer Remco Dijkstra van de VVD. 

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Voorzitter. Ik zou graag namens mijzelf en mijn collega voor landbouw, mevrouw Lodders, om een rappel vragen voor de beantwoording van schriftelijke vragen die wij op 29 september hebben gesteld over extra kosten voor ammoniakbeleid. Die antwoorden zou ik graag spoedig ontvangen, zodat we ze ook kunnen betrekken bij het algemeen overleg Milieuraad, dat op 4 december gepland staat. Graag een herinnering richting de staatssecretaris van Economische Zaken. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet, met het verzoek de antwoorden uiterlijk op 3 december naar de Kamer te sturen. 

Daarmee is er een einde gekomen aan de regeling van werkzaamheden. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Voorzitter: Berndsen-Jansen

Naar boven