5 Belastingdienst

Aan de orde is het VAO Belastingdienst (AO d.d. 20/11).

De voorzitter:

Ik heet de staatssecretaris van Financiën van harte welkom, evenals de mensen op de publieke tribune. Fijn dat u er bent.

Ik geef als eerste het woord aan de heer Bashir van de SP.

De heer Bashir (SP):

Voorzitter. De Belastingdienst heeft nu al personele problemen. Vorig jaar zijn duizenden boekenonderzoeken minder gedaan, omdat de Belastingdienst personeel tekortkwam, en omdat de beschikbare mensen ingezet moesten worden om bijvoorbeeld bezwaren af te handelen. Nu wil de staatssecretaris bij de Belastingdienst nog eens 1.000 mensen minder aan het werk houden.

Wij hebben gezien wat voor problemen er bij de Belastingdienst kunnen ontstaan. Het gaat om geld dat voor alle andere werkzaamheden van de overheid ingezameld moet worden en om de toeslagen die betaald moeten worden. We hebben ook gezien wat er kan gebeuren met bijvoorbeeld Bulgaren als er gefraudeerd wordt en er niet hard ingegrepen kan worden. Daarom is het van belang dat de Belastingdienst op sterkte blijft. Vandaar dat ik de volgende motie indien.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het aantal banen bij de Belastingdienst als gevolg van de bezuinigingen fors zal dalen;

overwegende dat er met de huidige bezetting soms al een tekort aan personeel is;

van mening dat de Belastingdienst een cruciale rol speelt in de Nederlandse samenleving;

spreekt uit dat een daling van het aantal banen bij de Belastingdienst ongewenst is,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Bashir. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 182 (31066).

De heer Van Vliet (PVV):

Voorzitter. Wij hebben een aardig debat gevoerd over de Belastingdienst en ik heb daarin ook mijn waardering uitgesproken voor de organisatie die in Nederland de centen binnen harkt die wij nodig hebben. In dat debat heeft de staatssecretaris met ons ook gesproken over zwartspaarders en inkeerregelingen. Ik heb uit de mond van de staatssecretaris gehoord dat hij voorlopig niet van plan is om met een inkeerregeling te komen. Ik denk dat dit tekortschiet als je het hebt over inkeerregelingen en fraude. Vandaar de volgende motie, ter aansporing van de staatssecretaris.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de regering recentelijk twee keer een inkeerregeling voor zwartspaarders heeft gehanteerd, op grond waarvan belastingontduikers zonder boete hun buitenlandse tegoeden konden aanmelden bij de Belastingdienst;

overwegende dat zo'n regeling niet past in een beleid van keiharde fraudebestrijding en ook niet fair is in tijden van crisis waarbij de belastingmoraal hoog gehouden moet worden;

verzoekt de regering, in de toekomst geen inkeerregelingen meer te hanteren zonder boeteoplegging of enige andere vorm van fiscale vervolging,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Vliet. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 183 (31066).

De heer Groot (PvdA):

Voorzitter. Geen motie, maar wel een enkele opmerking en reactie op de motie van de heer Bashir. Ook voor de Partij van de Arbeid is de capaciteit van de Belastingdienst een heel aangelegen punt. Wij kunnen echter geen ongedekte motie steunen, temeer daar bekend is dat de staatssecretaris veel middelen heeft uitgetrokken om de bezuinigingen die voor de Belastingdienst gepland waren, aanzienlijk te verzachten. Ik wil nog wel een oproep doen aan de staatssecretaris om het aan de Kamer te melden indien zich toch nog knelpunten voor zouden doen ten aanzien van de personele bezetting van de Belastingdienst. Dan kan de staatssecretaris met de Kamer in overleg treden om daar een oplossing voor te bedenken. Geen steun dus voor de motie van de heer Bashir.

De voorzitter:

Dank u wel. Daarmee is er een einde gekomen aan de termijn van de zijde van de Kamer. De staatssecretaris staat op en kan direct reageren op de ingediende moties. Het woord is aan de staatssecretaris van Financiën.

Staatssecretaris Weekers:

Voorzitter. Ik bedank de Kamer voor haar inbreng. Onlangs hebben wij een algemeen overleg over de Belastingdienst gehad. Wij hebben ook hoofdstuk IX van de begroting behandeld middels de algemene financiële beschouwingen. Daarin had het de heer Bashir uiteraard vrijgestaan om met een amendement op begroting IXB te komen en middelen toe te voegen aan het hoofdstuk Belastingdienst van de begroting voor Financiën. De heer Bashir had dan wel moeten aangeven waar elders geld zou moet worden weggehaald. Ik vind het dus wat erg gemakkelijk om dat niet te doen, maar nu wel een motie in te dienen waarin wordt verzocht om de Belastingdienst uit te breiden met extra capaciteit.

De veronderstelling van de heer Bashir dat de Belastingdienst in grote problemen zou komen vanwege een forse personeelsreductie, klopt ook niet. Het aantal formatieplaatsen, de capaciteit, loopt wel wat terug, maar dat is niet zo dramatisch als de heer Bashir kennelijk veronderstelt. In 2014 zijn er 29.600 formatieplaatsen en dat loopt terug naar 28.400 in 2017. Dat is een reductie van 4%. Dat is buitengewoon goed op te vangen met een aantal efficiencymaatregelen, door te besparen op stenen en niet de besparing op mensen te zoeken. Dit wordt vooral gerealiseerd in de ondersteunende processen, dus door efficiënter en slimmer te werken, in combinatie met eenvoudigere wet- en regelgeving. Bij dat laatste heb ik uiteraard ook de steun van de Kamer nodig.

Voor de extra handhavingscapaciteit die wij mijns inziens nodig hebben en die niet te realiseren is met de capaciteit die bij mijn aantreden was voorzien, heb ik zelf voorzien in extra businesscases. Daardoor heeft de Belastingdienst in het regeerakkoord van kabinet-Rutte II extra middelen gekregen om te investeren in met name handhaving en invordering, om precies te zijn 157 miljoen. Verder heeft de Kamer vorige week wetsvoorstellen aanvaard om toeslagenfraude stevig aan te pakken en fraudepogingen te voorkomen. Die worden geflankeerd door extra capaciteit, waarvoor het kabinet 25 miljoen beschikbaar heeft gesteld. Ik zeg de heer Groot graag toe dat ik aan de bel zal trekken zodra ik zie dat de kwaliteit van de dienstverlening, de handhaving of de invordering onverantwoord veel te lijden heeft onder taakstellingen. Ik zal dat in de eerste plaats binnen het kabinet doen, maar de Kamer heeft het budgetrecht, dus uiteraard zal de Kamer hierover het laatste woord hebben.

Wij moeten in deze tijd alle zeilen bijzetten om het huishoudboekje op orde te brengen. Het ministerie van Financiën kan daarbij niet buiten schot blijven, maar wij bezuinigen op verantwoorde wijze. Omdat de dekking in de motie van de heer Bashir ontbreekt, moet ik die motie met kracht ontraden. Ik vind de motie financieel volstrekt onverantwoord.

De heer Van Vliet verzoekt de regering met zijn motie om in de toekomst geen enkele regeling meer te hanteren zonder boeteoplegging of een andere vorm van fiscale vervolging. Ik kan de heer Van Vliet geruststellen, want in wezen is deze motie ondersteuning van mijn beleid. Ik heb afgelopen augustus een inkeerregeling voor de duur van maximaal één jaar voorgesteld. Die hing samen met het wetsvoorstel Wet vereenvoudiging formeel verkeer Belastingdienst. Daarmee wordt de navorderingstermijn bij fraude en opzettelijke misleiding van de Belastingdienst verlengd van vijf naar twaalf jaar, ook in binnenlandse situaties. Voor buitenlandse situaties was dat al het geval. Om dat van flankerend beleid te voorzien, heb ik een inkeerregeling voorgesteld om niet te worden opgeschept met een ellenlange overgangstermijn. Deze inkeerregeling geldt tot 1 juli aanstaande. Per 1 juli 2014 geldt een boete van 30% en per 1 juli 2015 wordt die boete verhoogd naar 60%. Dat is dus een aanscherping van het boetebeleid zoals dat voordien gold. Ik denk dat ik daarmee volledig handel in de geest van wat de heer Van Vliet bedoelt.

De voorzitter:

Is daarmee het oordeel over deze motie dat zij ondersteuning van beleid is?

Staatssecretaris Weekers:

Ik zou eigenlijk de heer Van Vliet willen vragen om, gezien mijn uitleg, de motie in te trekken. Zij is daarmee immers overbodig geworden.

De heer Van Vliet (PVV):

Hiermee hebben wij wat meer duidelijkheid gekregen dan in het algemeen overleg. Daarin werd gesproken over voorlopige inkeerregelingen. Inkeerregelingen kun je noemen zoals je wilt, maar ik wil dat er boetes worden gehanteerd. Ik begrijp dat dit na afloop van deze regeling altijd het geval zal zijn.

Staatssecretaris Weekers:

Het antwoord is heel kort: ja.

De heer Van Vliet (PVV):

Dan trek ik mijn motie in.

De voorzitter:

Aangezien de motie-Van Vliet (31066, nr. 183) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Stemming over de ingediende motie vindt plaats op dinsdag 3 december 2013.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven