7 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Aan de orde is een extra regeling van werkzaamheden.

Ik geef daartoe het woord aan de heer Sjoerdsma van de fractie van D66.

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter. Ik zal het kort houden. Ik vraag het kabinet om een brief over de verhoging van de VN-status van de Palestijnse Autoriteit, de zogenaamde Vaticaanstatus. De premier kon net geen opheldering geven over het kabinetstandpunt, maar de minister van Buitenlandse Zaken schijnt dit in de wandelgangen tegenover journalisten wel te hebben gedaan. Daarom doe ik een simpel verzoek om informatie. Is het kabinet voor deze ophoging of ertegen? Een brief daarover zou ik graag ontvangen twee uur voor aanvang van het algemeen overleg morgen over de Raad Buitenlandse Zaken.

De heer Ten Broeke (VVD):

Mij is niet bekend wat de minister van Buitenlandse Zaken tegen journalisten zou hebben gezegd. De premier heeft een heel helder aanbod gedaan om binnenkort, nadat de regering daarover heeft kunnen vergaderen, een integrale brief te sturen over dit issue en andere zaken die het vredesbeleid voor het Midden-Oosten betreffen. Het punt dat de heer Sjoerdsma nu noemt, heeft betrekking op de statusaanvraag van de Palestijnen op het moment dat zij die bij de Algemene Vergadering der Verenigde Naties inbrengen voor stemming. Dit is op zijn vroegst over twee weken het geval. Ik zie daarom de haast hiervan niet in. Ik snap de aard van het verzoek dus niet helemaal tegen de achtergrond van wat er reeds is aangeboden.

De voorzitter:

U steunt het verzoek dus niet.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Wij vinden het ook allemaal vrij onduidelijk, dus wij willen die brief zo snel mogelijk.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

De haast komt doordat er aanstaande maandag in Europa hierover een gemeenschappelijk standpunt zal worden ingenomen. Daarom steunt de fractie van GroenLinks het verzoek van de heer Sjoerdsma.

De heer Omtzigt (CDA):

Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Van Ojik. Er wordt maandag een standpunt ingenomen in Europa. Wij debatteren morgen over wat de Kamer daarvan vindt. Twee uur van tevoren is dus wel het uiterste tijdstip waarop wij zouden moeten weten wat het kabinet zelf voorstelt.

De heer De Roon (PVV):

Mijn fractie steunt het verzoek van de heer Sjoerdsma.

De heer Van Bommel (SP):

Mijn fractie steunt het verzoek.

De heer Van Dam (PvdA):

Mijn fractie heeft geen bezwaar tegen dit verzoek. Of de Kamer dit nu om 16.00 uur uit de mond van de heer Timmermans hoort of iets daarvoor op papier krijgt, maakt niet zo heel veel verschil.

De voorzitter:

Ik zal dit gedeelte van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Hiermee is er een einde gekomen aan de regeling van werkzaamheden.