6 Vragenuur

Vragen van het lid Voortman aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat meer dan de helft van de ggz-patiënten overweegt te stoppen met de behandeling vanwege de eigen bijdrage.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Voorzitter. Afgelopen jaar heeft de kleinst mogelijke meerderheid van deze Kamer ingestemd met de invoering van een eigen bijdrage in de tweedelijns geestelijke gezondheidszorg. Toen al wezen veel mensen op het risico dat mensen de zorg zullen mijden en de problemen zich verplaatsen naar de straat. Dit is niet sociaal en financieel onverstandig. De kosten voor politie en justitie zullen ook alleen maar toenemen. Geen wonder dus dat staatssecretaris Teeven wil dat de eigen bijdrage in de geestelijke gezondheidszorg wordt teruggedraaid. Het onderzoek van het Landelijk Platform GGz van vorige week bevestigt deze zorgen: 35% van de patiënten overweegt om te stoppen met de behandeling vanwege de eigen bijdrage en 17% heeft dat reeds gedaan. De fractie van GroenLinks vindt dit schokkende cijfers. Met zulke hoge getallen moet zelfs dit kabinet wakker worden geschud. Hier moeten ook mensen onder zitten die langdurige zorg nodig hebben maar die zorg eenvoudigweg niet kunnen betalen.

Mijn vragen aan de minister zijn als volgt. Wat is haar reactie op het feit dat zo veel mensen hun behandeling stoppen? Zijn dit allemaal mensen die deze zorg niet nodig hebben en is het dus eigenlijk maar goed dat zij afzien van zorg? Wat is haar reactie op de vrees van haar collega Teeven dat de kosten voor politie en justitie juist toenemen? Wat is de reactie van de minister op de kritiek dat het beeld dat zij schetst van mensen die een beroep doen op geestelijke gezondheidszorg niet klopt en dat er ook veel mensen afzien van zorg die er echt niet met tien behandelingen in de eerstelijns geestelijke gezondheidszorg bovenop zijn, bijvoorbeeld mensen met schizofrenie of een bipolaire stoornis? Hoe borgt de minister de zorg voor deze mensen, die vaak een laag inkomen hebben?

De minister zal zeggen dat zij de maatregel monitort en dat de uitkomsten daarvan in september verwacht worden. De mensen hebben echter nú zorg nodig. Ik sprak vorige week nog een mevrouw wier man meerdere stoornissen heeft en die van een laag inkomen zowel € 200 eigen bijdrage moet betalen als € 145 per maand voor opname in een instelling. Dit gezin gaat financieel kopje-onder. Wat zegt de minister tegen deze mensen, die nu zorg nodig hebben?

Minister Schippers:

Voorzitter. Ik ben bekend met het onderzoek van het Landelijk Platform GGz. Het platform heeft mij ook over de tussenresultaten geïnformeerd. De eigen bijdrage voor de tweedelijns geestelijke gezondheidszorg, dat wil zeggen de gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg, is nu twaalf weken oud. Het gaat om € 200 per jaar, omgerekend € 16,50 per maand.

Deze maatregel is ingevoerd omdat de uitgaven aan de geestelijke gezondheidszorg heel snel stegen. De geestelijke gezondheidszorg groeide zo hard dat dit uiteindelijk ten koste zou gaan van de rest van de zorg. Ieder jaar kwamen er zo'n 10% patiënten bij, terwijl het voorkomen van deze ziekten onder de bevolking gelijk blijft. In de eerstelijns geestelijke gezondheidszorg, de zorg in de buurt, gold wel een eigen bijdrage. Die is ingevoerd door het vorige kabinet en stimuleerde de mensen om de eenvoudige zorg over te slaan en zich te melden bij de specialistische ggz. Dat is met deze maatregel rechtgezet.

Ik wil net als mevrouw Voortman weten waar de mensen blijven die ervoor kiezen geen beroep meer te doen op de tweedelijns geestelijke gezondheidszorg. Gaan ze naar de eerste lijn of gaan ze elders? Wie zijn het? Zijn de effecten de beoogde effecten of is er meer aan de hand? Daarom houd ik ook zelf de vinger aan de pols. Ik heb met de Kamer een monitoring afgesproken. Van deze monitoring krijg ik in september de resultaten.

Intussen heb ik wel al eerste signalen over de invoering van de eigen bijdrage geïnventariseerd. Hieruit blijkt dat het nu nog te vroeg is om conclusies te trekken. Uit de inventarisatie blijkt dat er inderdaad substantiële uitval is van vraag in de gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg. De eigen bijdrage heeft dus een remmend effect. Tegelijkertijd lijkt het erop dat bij de huisartsen de praktijkondersteuning huisartsen ggz meer wordt ingezet. Er zijn ook huisartsen die voor het eerst zijn gaan samenwerken met de praktijkondersteuning huisartsen ggz, maar ook hierbij is het veel te vroeg om conclusies te trekken.

Wel krijg ik ook signalen van lokale initiatieven, bijvoorbeeld van gemeenten die in hun collectieve contract voor bijstandsgerechtigden de eigen bijdrage ggz hebben afgekocht.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik geef het woord aan mevrouw Voortman voor haar vervolgvraag.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Voorzitter. Dank u wel. Het remgeldriedeltje kennen we nu wel en ook het monitoren is bekend, maar dat biedt mensen nu geen soelaas. Ik wil graag van de minister horen wat zij vindt van de mevrouw die ik net noemde. Ik wil ook graag van haar weten wat zij vindt van mensen die om financiële redenen afzien van zorg die ze wel echt nodig hebben. Zegt ze "zoek het maar uit", met alle gevolgen van dien voor die persoon en de samenleving? Of garandeert de minister dat de druk op politie en justitie niet zal toenemen? Garandeert zij dat niemand zal ontsporen, dat niemand eraan onderdoor gaat? Als de minister gelooft in de maatregel, kan zij dat gemakkelijk beloven.

Minister Schippers:

Er zijn zieke mensen. Die waren er vorig jaar en die zijn er dit jaar. Het is een illusie te denken dat wij kunnen voorkomen dat iemand ontspoort. Ik heb wel gemeenten en de politie benaderd. Ik heb hen gevraagd of ze effecten van de maatregel zien. Zij zeggen dat zij nu geen gefundeerde uitspraken kunnen doen over de maatregel en de gevolgen ervan. Zij vinden het te vroeg om vooruit te lopen op uitkomsten. Ik vind dat we moeten regeren op basis van feiten en wat mensen ons onderbouwd aangeven. We hebben zelf die inventarisatie gedaan en eigenlijk zei iedereen: het is gewoon te vroeg om deze conclusies te trekken.

De heer Van Gerven (SP):

20% van de mensen of meer ziet af van gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg, vanwege de ingevoerde eigen bijdrage. Nu weten we van eigen bijdragen dat het heel moeilijk is voor patiënten om zelf te onderscheiden wanneer zorg wel of niet nodig is. Onderkent de minister het risico dat mensen niet zelf goed dat onderscheid kunnen maken? Hoe groot schat zij de risico's in? Wanneer is voor de minister de grens bereikt? Waar legt zij de grens van aanvaardbaarheid?

Minister Schippers:

Ik onderken zeker het risico. Daarom hebben wij ook met elkaar een monitoring afgesproken. Een heleboel maatregelen die wij nemen ten aanzien van het zorgpakket, monitoren wij niet op deze manier. Het is ook niet zo dat wij bij heel veel andere maatregelen al zelf de eerste uitkomsten inventariseren. Dat doen we bij deze maatregel wel. Als ik dan consequent te horen krijg dat het eigenlijk te vroeg is om gefundeerde uitspraken te doen en conclusies te trekken, is het voor mij ook te vroeg om aanvullende activiteiten te ontplooien.

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

De minister geeft terecht aan dat bezuinigd wordt op mensen met heel ingewikkelde psychische ziekten in de tweedelijns-ggz. De minister vertelt heel vaak dat ze gaat monitoren. Dan gaan ze een halfjaartje kijken, maar de Partij van de Arbeid wil straks niet opmaken hoe groot de schade is. De PvdA wil van de minister weten hoe zij gaat voorkomen dat de verkeerde mensen uit de zorg vallen en daarmee een gevaar vormen voor zichzelf en de samenleving. Daar waarschuwen de politie en de hele ggz voor. Hoe voorkomt de minister dat?

Minister Schippers:

Voor deze maatregel constateerden wij dat veel mensen in de verkeerde zorg zaten, doordat er een eigen betaling was in de eerste lijn voor de lichte zorg en niet in de tweede lijn. Daardoor slaan mensen de lichte zorg over. Daar is deze maatregel uit ontstaan. Wij kijken en monitoren strak hoe deze maatregel uitpakt. Daar weten wij in september iets deugdelijks van. Ondertussen houden wij de vinger aan de pols. Veel meer kan ik ook niet doen.

Naar boven