2 Herdenking

Aan de orde is de herdenking naar aanleiding van het busongeluk in Zwitserland.

De voorzitter:

Ik heet de minister-president en de ambassadeur van België welkom. Ik verzoek u allen, ook de gasten op de publieke tribune, te gaan staan, voor zover u daartoe in staat bent.

Waarde medeleden. Vorige week woensdag bereikten ons de berichten over een ernstig ongeluk in Zwitserland. Een Belgische bus met 46 schoolkinderen en hun begeleiders is vorige week dinsdagavond in een tunnel in Sierre verongelukt. De tergende onzekerheid na het bekend worden van dit ongeluk moet zeer groot zijn geweest voor alle betrokkenen. Bij het ongeluk kwamen 6 volwassenen en 22 kinderen om, onder wie 6 Nederlandse kinderen. Bovendien raakten 24 kinderen gewond.

De bus zou de kinderen terugbrengen naar huis, na een skivakantie in Zwitserland. Deze skivakantie had voor de kinderen een mooie herinnering moeten worden aan hun tijd op de basisschool. De reis eindigde echter in een nachtmerrie. De beelden van vertwijfelde ouders, opa's en oma's en andere familieleden zullen we niet licht vergeten, maar ook de beelden van schoolgenootjes die nietsvermoedend woensdagochtend naar school gingen en daar het nieuws hoorden. Hun gezichten spraken boekdelen. Al deze beelden staan op ons netvlies gegrift.

Vandaag willen we nadrukkelijk stilstaan bij het verdriet dat dit ongeluk met zich meebracht. Wij willen onze deelneming betuigen aan alle familieleden, schoolgenoten, docenten en vrienden van allen die zijn omgekomen bij dit tragische ongeluk, kinderen en volwassenen. Wij wensen hun veel sterkte bij het verwerken van dit grote verdriet. Onze gedachten gaan ook uit naar de gewonden en hun familie. Wij wensen hun een voorspoedig herstel toe.

Minister Rutte:

Voorzitter. Het busongeluk bij het Zwitserse Sierre, in de avond van 13 maart, is een drama dat zo veel verdriet losmaakt bij zo veel mensen, dat het menselijkerwijs nauwelijks is te bevatten. 28 mensen, onder wie 22 jonge kinderen, werden vorige week met één harde klap weggerukt van hun ouders, familie en vrienden. Een week vol vrolijkheid en ongecompliceerd plezier in de sneeuw eindigde in een afschuwelijke nachtmerrie. Dat geldt voor de vaders en moeders, de broers en zussen van de overleden kinderen, die het ergste moeten doormaken wat een gezin kan overkomen. Het geldt voor de nabestaanden van de zes volwassenen, die ook nooit meer thuis zullen komen. En het geldt ook voor de gewonden en hun families, van wie sommigen plotseling te maken krijgen met een zeer onzekere toekomst.

Dit verschrikkelijke ongeluk heeft ons allen diep geschokt. Namens het kabinet spreek ik ons intense medeleven uit in de richting van de nabestaanden van de slachtoffers, de gewonden en hun families en iedereen die door dit drama is geraakt. Op momenten als deze zijn grenzen irrelevant. Heel België en Nederland staan om de getroffenen heen. Ook al kan niemand hun verbijstering wegnemen of ongedaan maken wat er is gebeurd, wij kunnen wel delen in het verdriet door een helpende hand toe te steken en een troostende arm te bieden.

Ik wil hier ook het grootst mogelijke respect uitspreken in de richting van de Zwitserse hulpverleners, die onder de moeilijkste omstandigheden hun werk moesten doen. Er is snel en adequaat gehandeld, terwijl de zorgvuldigheid en de privacy van slachtoffers en van nabestaanden geen moment uit het oog werden verloren. Daarvoor zijn wij zeer dankbaar. Dat heb ik ook aan de Zwitserse president overgebracht.

Wij kunnen alleen maar hopen dat de getroffen families en alle betrokkenen de kracht zullen vinden die nodig is om met het enorme verdriet, het gemis en alle emoties om te gaan. Dat zal voor velen een zeer zware opgave zijn. Namens het kabinet wens ik iedereen die door het verschrikkelijke ongeval is geraakt, heel veel sterkte toe.

(De aanwezigen nemen enkele ogenblikken stilte in acht.)

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven