7 Dierproeven

Aan de orde is de behandeling van:

  • - het verslag van een algemeen overleg over dierproeven (30168, nr. 35).

De voorzitter:

Ik heet de minister hartelijk welkom. Fijn dat u er weer bent.

De beraadslaging wordt geopend.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Ik heb vijf moties en die lees ik omwille van de tijd zo snel mogelijk voor.

De voorzitter:

Dat lijkt me u geraden.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het aantal dieren dat jaarlijks in proefdierfokkerijen en laboratoria in voorraad wordt gedood is gestegen tot bijna 500.000 in 2010;

overwegende dat zonder duidelijke doelstellingen en beleid gevreesd moet worden dat dit aantal de komende jaren nog verder zal stijgen;

verzoekt de regering, doelstellingen te formuleren voor het terugdringen en beheersen van het aantal dieren dat in proefdierfokkerijen en laboratoria in voorraad wordt gedood;

verzoekt de regering tevens, beleid te ontwikkelen om deze doelstellingen te kunnen realiseren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Ouwehand, Van Dekken en Voortman. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 36 (30168).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat verschillende instellingen hebben aangekondigd, te stoppen met dierexperimenten op apen;

van mening dat deze ontwikkeling moet worden toegejuicht;

verzoekt de regering, een plan van aanpak te presenteren voor het uitfaseren van proefdieronderzoek op apen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Ouwehand, Van Dekken en Voortman. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 37 (30168).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat in de medische wetenschap standaard wordt gewerkt met "systematic reviews", maar bij proefdieronderzoek niet;

verzoekt de regering, er zorg voor te dragen dat "systematic reviews" net als in de reguliere wetenschap de norm worden voor onderzoek met proefdieren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Ouwehand, Van Dekken en Voortman. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 38 (30168).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er op dit moment geen eenduidige registratie plaatsvindt van (de resultaten van) onderzoek met proefdieren, waardoor het onder meer voor kan komen dat sommige dierproeven dubbel worden gedaan;

verzoekt de regering, zorg te dragen voor gestructureerde dataopslag van het proefdieronderzoek in Nederland en voorstellen te doen voor de toegankelijkheid van deze data,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Ouwehand en Voortman. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 39 (30168).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat instellingen die proefdieronderzoek verrichten daarover gegevens moeten bijhouden en rapporteren aan de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit;

constaterende dat commerciële fokkers van en handelaren in proefdieren dat niet hoeven te doen;

verzoekt de regering, de registratie- en rapportageplicht ook op te leggen aan commerciële fokkers van en handelaren in proefdieren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Ouwehand, Van Dekken en Voortman. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 40 (30168).

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. De SP-fractie zal twee moties indienen.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het door het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie gefinancierde innovatieprogramma Food and Nutrition in bepaalde gevallen leidt tot gebruik van dierproeven;

verzoekt de regering, in overleg te gaan met het bedrijfsleven over alternatieven en een zeer substantiële afname van het aantal dierproeven te bereiken voor projecten die gesubsidieerd worden door het programma Food and Nutrition en de Kamer jaarlijks te rapporteren over de aantallen proefdieren bij dit programma;

verzoekt de regering tevens, erop toe te zien dat onder dit programma geen subsidiegeld meer wordt verstrekt aan aanvragen die vallen onder de categorie "valse gezondheidsclaims" en waarvoor het bedrijf dierproeven uitvoert of uit laat voeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Gerven en Ouwehand. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 41 (30168).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het aantal dieren, gefokt ten behoeve van dierproeven en gedood vanwege overtolligheid zonder dat een proef heeft plaatsgevonden, met 13% is gestegen;

van mening dat dieren geen wegwerpartikelen zijn;

verzoekt de regering, zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 1 januari 2013, een voorstel voor een wettelijk verbod op het doden van overbodige of boventallige proefdieren naar de Kamer te sturen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Gerven. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 42 (30168).

De heer Van Dekken (PvdA):

Voorzitter. Ik heb een achttal moties. Nee, dat is niet waar, het zijn er drie. Ik lees mijn moties direct voor, voorzitter.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat hoewel er een Europees verbod is op het gebruik van dierproeven voor cosmetica, verschillende cosmeticafabrikanten gebruikmaken van de uitzonderingsbepaling en dus nog steeds ingrediënten op proefdieren testen;

overwegende dat op dit moment niet algemeen bekend is welke cosmeticafabrikanten gebruikmaken van deze uitzondering voor dierproeven en consumenten dus geen bewuste keuze kunnen maken;

verzoekt de regering, een openbaar register op te stellen waarin vastgelegd wordt welke cosmeticafabrikanten gebruikmaken van dierproeven voor cosmeticaproducten en -ingrediënten en dit register voor consumenten toegankelijk te maken voor 1 april 2012,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Dekken. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 43 (30168).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het in Nederland sinds 1997 verboden is om cosmeticaproducten te testen op dieren en binnen de EU sinds 2004, maar dat er tot 2013 een uitzondering geldt voor bepaalde ingrediënten van cosmeticaproducten waarvoor nog geen goede alternatieven zijn voor dierproeven;

overwegende dat producenten van cosmeticaproducten al jaren op de hoogte zijn van het naderende totale verbod op het testen van ingrediënten per 2013;

overwegende dat alternatieven voor deze testen alleen ontwikkeld kunnen worden als er voldoende doelgerichte investeringen worden gedaan en daarmee afhankelijk zijn van de inzet van de cosmeticafabrikanten zelf;

verzoekt de regering, ervoor te zorgen dat het totaalverbod op dierproeven voor cosmeticaproducten en -ingrediënten per 2013 gehandhaafd blijft en de Kamer voor 1 april 2012 te informeren op welke wijze zij vorm geeft aan deze inzet en over de resultaten daarvan,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Dekken en Ouwehand. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 44 (30168).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat in het Actieplan Alternatieven voor dierproeven is beschreven dat de minister van VWS aanvullende, 3V-bevorderende criteria en verplichtingen opstelt waaraan onderzoek dat uit VWS-middelen wordt betaald, moet voldoen;

overwegende dat niet alleen vanuit het ministerie van VWS onderzoeken worden gefinancierd waarvan dierexperimenten deel uit maken, maar ook door onder andere het ministerie van Defensie en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

verzoekt de regering de 3V-bevorderende financieringsvoorwaarden voor dierexperimenteel onderzoek te verplichten bij alle onderzoeken die door de overheid gefinancierd worden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Dekken. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 45 (30168).

Het woord is aan mevrouw Voortman.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Voorzitter, mevrouw Ouwehand heeft heel goed verwoord wat GroenLinks vindt, dus ik zie bij dezen af van mijn bijdrage. Dank u wel.

De voorzitter:

Geweldig. U was de laatste spreker van de zijde van de Kamer. Ik begrijp dat de minister nog niet alle moties heeft. Ik schors daarom de vergadering enkele minuten.

De vergadering wordt van 17.39 uur tot 17.48 uur geschorst.

Minister Schippers:

Voorzitter. Ik ga meteen over tot het beoordelen van de moties.

In de motie op stuk nr. 36 van mevrouw Ouwehand c.s. wordt de regering verzocht om doelstellingen te formuleren voor het terugdringen en het beheersen van het aantal dieren dat in proefdierfokkerijen en laboratoria in voorraad wordt gedood. Ik heb hier de CCD-adviezen vorig jaar over ontvangen. Het veld is hiermee aan de slag. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit ook. Die voert samen met het veld een evaluatie uit. Ik wacht deze evaluatie af, want ik vind het erg voorbarig om doelstellingen vast te stellen, voordat ik de evaluatie heb gezien. Ik ontraad daarom aanneming van de motie.

Mevrouw Ouwehand c.s. verzoekt de regering in de motie op stuk nr. 37, een plan van aanpak te presenteren voor het uitfaseren van proefdieronderzoeken op apen. Voor dierproeven op apen zijn de regels – terecht – ongelooflijk streng. Wij verbinden zware voorwaarden aan dit soort onderzoeken. Ik volg hierin de richtlijnen. Ik hoop dat dergelijke proeven uitgefaseerd kunnen worden, maar, zoals ik de Kamer al eerder meedeelde, zal ik ze niet verbieden als ze echt onvermijdelijk zijn. Daarom ontraad ik aanneming van de motie.

De moties op stuk nrs. 38 en 39 behandel ik tegelijk. In de motie op stuk nr. 38 wordt gevraagd om systematic reviews, net zoals in de reguliere wetenschap. In de motie op stuk nr. 39 wordt gevraagd om gestructureerde dataopslag. Dit zijn onderdelen van het actieplan. Het is niet verplicht, maar in de masteropleiding in Nijmegen is de systematic review al in de artikel 9-cursus ingevoerd. Ik ben met de indieners van de motie eens dat we dit moeten nastreven. Als het wordt bedoeld als een verplichting, ontraad ik aanneming van de moties. Als je een verplichting oplegt, gaan namelijk de hakken in het zand en wordt iedereen die nu zo goed daarmee bezig is, eigenlijk achteropgezet. Als bedoeld wordt dat wij deze norm moeten stellen en de projecten, zoals in het actieplan vastgelegd, moeten voortzetten, zie ik de motie als steun voor het beleid. Daar hangt het dus een beetje van af. Ik ben het ermee eens dat systematic reviews uiteindelijk de norm moeten worden, maar ik vind dat we dat rustig moeten laten indalen.

De voorzitter:

U ontraadt dus de motie op stuk nr. 38?

Minister Schippers:

Dat hangt ervan af.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik heb de motie zo bedoeld dat ik graag van de minister wilde weten en de Kamer wilde laten uitspreken dat we deze kant op moeten. In de motie wordt niet gevraagd om een verplichting. Ik kan mij echter voorstellen, als wij onze schouders eronder zetten, uitspreken dat we het wenselijk vinden en de minister die ambitie deelt, dat wij het tot norm kunnen verheffen, hopelijk binnen een aantal jaar. Het is dus geen verplichting. In dat opzicht ben ik blij dat de minister de motie als steun voor het beleid beschouwt.

Minister Schippers:

Steun beleid, oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 39 gaat over de gestructureerde dataopslag van het dierproefonderzoek in Nederland. Een goede databank is van groot belang. Dat betekent echter niet dat ik zonder meer voorstander van een nieuwe databank ben, want er zijn al veel databanken. We moeten oppassen dat we er niet weer eentje naast gaan zetten. De bestaande databanken zouden eerst door het NKCA geëvalueerd moeten worden op het voorzien in een behoefte en op inhoud en kwaliteit. Als dat gedaan is, wil ik bekijken of een van de huidige databanken uitgebouwd kan worden of dat een nieuwe databank nodig is. Ik kan de Kamer dus toezeggen dat ik het NKCA zal vragen om relevante databanken te evalueren. Op basis van die evaluatie kunnen we er hopelijk een aanwijzen die uitgebouwd kan worden.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik hoor de minister eigenlijk zeggen dat zij de motie beschouwt als steun voor het beleid. Ik ben nog wel benieuwd wanneer die evaluatie klaar kan zijn, zodat we ook weten wanneer een volgende stap gezet kan worden.

Minister Schippers:

Ik heb geen idee hoe ingewikkeld dat is. Eind van het jaar.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Oké, dan hebben de minister en ik dezelfde opvatting over deze motie, heeft de minister de motie goed begrepen en begrijp ik goed dat het ondersteuning beleid is en oordeel Kamer.

Minister Schippers:

Oordeel Kamer, als mevrouw Ouwehand het geduld heeft om tot het eind van het jaar af te wachten wat er uit de evaluatie komt, zodat we met elkaar kunnen bepalen welke hiervoor geschikt is en of er een geschikt is.

In de motie-Ouwehand c.s. op stuk nr. 40 wordt de regering verzocht, de rapportageplicht ook op te leggen aan commerciële fokkers van en handelaren in proefdieren. Nergens in de Europese Unie wordt dit geregistreerd. Het grote probleem hierbij, dat we ook in het algemeen overleg aan de orde hebben gehad, is de traceerbaarheid naar één fokker. Dat geeft een onevenredige benadeling van deze fokker in de Europese Unie en daarom ontraad ik aanneming van deze motie.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik wijs de minister op het gelijke speelveld dat het kabinet altijd voor alle partijen wil organiseren. Het is ten opzichte van de instellingen die wel moeten rapporteren en gegevens moeten bijhouden gewoon niet eerlijk dat commerciële fokkers dat niet hoeven te doen. Ik noem bijvoorbeeld handelaren in apen, zoals Hartelust. Ik wijs de minister er ook op dat dit verband houdt met het doden van dieren in voorraad, omdat een commerciële fokker als Harlan ook dieren levert die wellicht door middel van genetische manipulatie tot stand zijn gekomen of al een apparaatje in hun hoofd hebben zodat een infuus ingebracht kan worden. Daar worden dus ook proefdierkundige handelingen uitgevoerd. Volgens mij moeten we al die gegevens netjes op een rij hebben: wat wordt daar gefokt, wat wordt daar gedood? Het zou niet eerlijk zijn om voor deze twee commerciële partijen een uitzondering te maken.

Minister Schippers:

Maar het probleem is dat in de rest van Europa niets geregistreerd wordt over dieren in voorraad. In de jaarrapportage van de nVWA geven we zodoende wel in algemene zin een overzicht van proefdieren en dierproeven. Ook zijn in de jaarrapportage de dierproeven en proefdieren van de commerciële instellingen opgenomen. De herkomstgegevens en fokgegevens van professionele proefdierfokkers zijn niet opgenomen, omdat deze dieren dan dubbel geteld zouden worden. En dat is natuurlijk ook niet de bedoeling. Ze worden dan eerst geteld bij de vergunninghouder en daarna nog eens bij de fokker.

De voorzitter:

Helder. Aanneming van de motie is ontraden. Ik stel voor dat we naar de motie op stuk nr. 41 gaan.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter, …

De voorzitter:

Even heel kort, puntig.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Even heel kort. Wat de minister hier beweert, is niet waar. Er wordt niet dubbel geteld omdat we nu juist geen registratie bijhouden van de dieren in de laboratoria. Er wordt wel geregistreerd welke proefdieren er worden gedood – dieren gedood in voorraad – maar daar zit het hele traject bij de commerciële instellingen niet in. Wat de minister beweert klopt dus gewoon niet.

Minister Schippers:

Daar verschillen we dan over van mening.

De voorzitter:

De volgende motie graag.

Minister Schippers:

In de motie-Van Gerven/Ouwehand op stuk nr. 41 wordt de regering ten eerste verzocht om in overleg te gaan met het bedrijfsleven over alternatieven, en een zeer substantiële afname van het aantal dierproeven te bereiken voor projecten die gesubsidieerd worden voor het programma Food and Nutrition. Ik heb in het overleg toegezegd dat ik hier werk van maak. Ik heb in het overleg echter ook gezegd dat ik erover ga als iets door VWS wordt gesubsidieerd. Dan kan ik zeggen: u doet het of u krijgt geen subsidie. Als het gedaan wordt door een ander ministerie ga ik er niet over. Dan kan ik wel een oproep doen en er werk van maken – dat heb ik toegezegd – maar dan kan ik het niet afdwingen.

In de motie wordt de regering ten tweede verzocht om erop toe te zien dat onder dit programma geen subsidiegeld meer wordt verstrekt voor aanvragen die vallen onder de categorie "valse gezondheidsclaims". Je weet echter niet van tevoren of iets een valse claim is. Dat blijkt pas uit onderzoek. Ik ontraad dus aanneming van deze motie.

De heer Van Gerven (SP):

Ik vind dit een merkwaardige stellingname van de minister, want ik dacht dat het kabinet met één mond sprak. De minister kan dit toch gewoon afspreken met haar collega's? En dan de valse gezondheidsclaims. Ik heb eerder een percentage genoemd van 95 en dat komt niet uit de lucht vallen. Bij de beoordeling van een onderzoek kan dat oordeel dus wel degelijk worden geveld, naar mijn oordeel.

Minister Schippers:

Naar mijn oordeel niet.

In de motie op stuk nr. 42 wordt de regering verzocht om zo spoedig mogelijk een voorstel voor een wettelijk verbod op het doden van overbodige of boventallige proefdieren naar de Kamer te sturen. Ik ontraad deze motie. Een verbod is onmogelijk, omdat er bij de fok altijd overtollige dieren zijn.

In de motie op stuk nr. 43 wordt de regering verzocht om een openbaar register op te stellen waarin wordt vastgelegd welke cosmeticafabrikanten gebruikmaken van dierproeven voor cosmeticaproducten en -ingrediënten. In mijn ogen is dit niet te realiseren. Ik ben wel tegen het uitstellen van het handelsverbod, zoals ik in het algemeen overleg ook expliciet heb aangegeven. Ik zal me ervoor inzetten dat we wat dat betreft doen wat we al jaren met elkaar hebben afgesproken. Deze motie ontraad ik echter.

In de motie op stuk nr. 44 wordt de regering verzocht om ervoor te zorgen dat het totaalverbod op dierproeven voor cosmeticaproducten en -ingrediënten gehandhaafd blijft. Ik ben ervoor dat er geen uitzonderingen worden gemaakt en dat het verbod gehandhaafd wordt. Ik heb toegezegd dat ik me daarvoor op Europees niveau zal inzetten, en dat doe ik ook. Ik kan er echter niet voor zorgen dat dit gebeurt. Uiteindelijk wordt het in de Europese Unie besloten. Ik besluit dus niet zelf. Ik kan deze motie niet uitvoeren en daarom ontraad ik haar.

De heer Van Dekken (PvdA):

Klopt het dat de minister het voorstel van de Europese Commissie wil afwachten?

Minister Schippers:

Nee. Ik heb van het begin af aan gezegd dat we dit al jaren met elkaar hebben afgesproken en dat we het dus ook moeten gaan doen. Ik voel er dus helemaal niets voor om het uit te stellen.

De heer Van Dekken (PvdA):

De minister is dus niet van plan om dat in Europees verband nog eens stevig aan de kaak te stellen?

Minister Schippers:

Ja, dat doe ik dus wel. Ik stel het aan de kaak, maar uiteindelijk zijn 27 landen lid van de Europese Unie en Nederland is daar één van. Wij in Nederland zijn het wel eens over hoe het moet. Nu de 26 andere lidstaten nog.

In de motie op stuk nr. 45 wordt de regering verzocht de set 3V bevorderende financieringsvoorwaarden voor dierexperimenteel onderzoek te verplichten bij alle onderzoeken die door de overheid gefinancierd worden. Voor dit verzoek geldt eigenlijk hetzelfde als voor de motie die de heer Van Gerven heeft ingediend. In het actieplan heb ik terecht opgenomen dat ik dit zal doen voor door VWS gefinancierd onderzoek. Andere departementen verzoek ik hetzelfde. Ik praat met de mensen daar en oefen enige druk op hen uit. Uiteindelijk ga ik er echter niet over. Daarom moet ik de motie ontraden.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik dank de minister voor haar aanwezigheid en deelname aan het debat. Aanstaande dinsdag zal er gestemd worden over de ingediende moties.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Voorzitter: Berndsen

Naar boven