Regeling van werkzaamheden
De voorzitter:
Ik stel voor om de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af
te voeren: 25657-40; 22894-280; 22894-279; 2010Z12938; 32263-12; 2010Z13114;
32040-18; 31289-92; 32123-VIII-155; 31015-51; 31954-30; 29453-169; 2010Z13702;
32500-X-3; 29232-8; 23645-383; 28694-86; 26150-91; 31954-36; 2010Z11930; 32123-IV-26;
31954-29; 31568-73; 2010Z13439; 32500-XI-3; 25422-82 en 30196-113.
Ik stel voor om toe te voegen aan de agenda het VAO visserij met als eerste
spreker het lid Ouwehand en het VSO inzake de vergunningverlening voor een
waterkrachtcentrale bij Borgharen, eveneens met als eerste spreker het lid
Ouwehand.
Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.
De voorzitter:
Mevrouw Ouwehand is aanwezig en wil graag het woord.
Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Voorzitter. Dank u voor het inplannen van zowel het VAO als het VSO.
De voorzitter:
Graag gedaan.
Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Mijn vraag is om het VAO nog deze week te houden. Het betreft dioxine
in paling. Naar mijn mening moet de zittende minister van LNV hierover verantwoording
afleggen voordat de nieuwe ploeg aantreedt.
De voorzitter:
Dat gaat lukken. Sterker nog, morgenochtend mag u meteen aan de bak.
Het woord is aan de heer Van der Ham.
De heer Van der Ham (D66):
Voorzitter. Gisteren heb ik tijdens het vragenuur de staatssecretaris
van Onderwijs ondervraagd over de problemen in het mbo. Zij heeft zich, daartoe
door mij uitgenodigd, bij die gelegenheid ook al uitgelaten over de doelstellingen
en de bezuinigingen van het volgende kabinet. Daarover heeft zij een aantal
zaken gezegd die niet in goede aarde vielen bij minister Rouvoet van Onderwijs.
Zij werd via de krant teruggefloten. Ik wil een spoeddebatje voeren over het
precieze standpunt van de regering met betrekking tot de toekomstige bezuinigingen.
Wat mij betreft kan het heel kort zijn. Een minuutje spreektijd is genoeg.
Ik heb gewoon één vraag die ik beantwoord wil hebben. Wij zouden
het morgen keurig kunnen koppelen aan het debat dat wij zullen voeren over
de profielen in het vmbo. Ik doe dit verzoek mede namens de fractie van de
Partij van de Arbeid.
Mevrouw Van Toorenburg (CDA):
Voorzitter. Om in actuele termen te spreken, ik kan mij goed voorstellen
dat u nu kucht. Wij hebben hieraan totaal geen behoefte. Laat dat duidelijk
zijn. Wij zullen zeer spoedig een debat voeren over de plannen van het nieuwe
kabinet, ook die ten aanzien van het passend onderwijs. Aan deze, toch ietwat
kinderachtige politieke dans hebben wij volgens mij totaal geen behoefte.
De voorzitter:
Misschien kunnen wij het iets korter en zakelijker houden. U steunt het
verzoek niet. Zijn er nog andere leden die kort en zakelijk willen reageren?
De heer Beertema (PVV):
Voorzitter. Heel kort en zakelijk. Wat ons betreft gaat het nergens over.
Wij steunen dit niet.
De heer Elias (VVD):
Voorzitter. Heel kort en zakelijk: laten wij met het nieuwe kabinet over
echte problemen praten.
De voorzitter:
Er is voldoende steun voor het spoeddebat. Over de planning zal de Kamer
geïnformeerd worden.
De heer Van der Ham (D66):
Ik heb een suggestie gedaan voor morgen.
De voorzitter:
Suggesties zijn altijd welkom. De Kamer hoort nader over de planning.
U hebt gevraagd om één minuut spreektijd. Dat lijkt mij meer
dan voldoende. Daar houden wij het dan ook bij.
De heer Van der Ham (D66):
Dank u wel.
Mevrouw Van Toorenburg (CDA):
Voorzitter. Mag ik hierop reageren? Als wij een spoeddebat voeren, voeren
wij een spoeddebat en dan wil ik graag voor alle partijen een spreektijd van
drie minuten. Wij moeten even bezien of dat in de agenda past.
De voorzitter:
Als u daaraan hecht, geef ik daar uiteraard ruimte voor. Ik wilde het
beperkt houden. Drie minuten per fractie dus.
Het woord is aan mevrouw Ouwehand.
Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Voorzitter. Bij het eerste onderwerp heb ik vergeten een vraag te stellen.
Het VAO over de paling zou ik graag deze week willen. Dat hebt u toegezegd;
hartstikke goed. Het VSO over de waterkrachtcentrale hoeft niet deze week
plaats te vinden, maar wel graag voor 1 november. Dan eindigt namelijk
de termijn waarbinnen de minister moet beslissen over de vergunning.
De voorzitter:
Dat zal vast wel lukken. Wij houden bij de planning rekening met dit verzoek.