Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, hedenmiddag ook te stemmen over de aangehouden motie-Koppejan c.s. (32500-XIII, nr. 56).

Op verzoek van de fractie van de PvdA benoem ik:

  • - in de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie het lid Smeets tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Timmermans;

  • - in de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu het lid Smeets tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Vermeij;

  • - in de contactgroep Verenigd Koninkrijk het lid Hamer tot lid.

Op verzoek van de GroenLinksfractie benoem ik:

  • - in de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie het lid Grashoff tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid El Fassed;

  • - in de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken het lid Grashoff tot lid in de bestaande vacature;

  • - in de vaste commissie voor Defensie het lid Grashoff tot lid in de bestaande vacature.

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda het VAO Groot Project RRAAM, met als eerste spreker de heer De Rouwe. Het AO over dit onderwerp heeft op 17 november plaatsgevonden.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van Gerven.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Gisteren is het rapport van de commissie-Van Dijk verschenen over het overheidsfalen inzake de bestrijding van de Q-koorts. Daarin staan harde feiten en zware conclusies. Daarom zou ik graag een plenair debat – dus geen spoeddebat – willen met de minister van Volksgezondheid en de staatssecretaris van Landbouw.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Vorige week stond ik ook achter de katheder omdat ik graag een debat wilde hebben over het groeiende aantal chronische Q-koortspatiënten. Toen hebben we al met elkaar afgesproken dat er een debat moest komen naar aanleiding van het rapport van de commissie-Van Dijk, dus steun voor dat verzoek. Het lijkt me echter wel belangrijk dat we meer dan vijf minuten spreektijd krijgen, gezien het belang van dit rapport.

Mevrouw Arib (PvdA):

Ook mijn fractie steunt het verzoek om een debat te houden en ook mijn fractie zou graag meer spreektijd willen hebben. Voorafgaand aan het debat wil ik graag een reactie van het kabinet hebben op het rapport van de commissie-Van Dijk.

Mevrouw Snijder-Hazelhoff (VVD):

Laat ik namens de VVD-fractie nog maar eens zeggen dat de volksgezondheid altijd voorop moet staan in de discussie over de Q-koorts. Laat ik helder zijn. Ik wil graag een brief van het kabinet met daarin een reactie op het onderzoeksrapport. We hebben vorige week ook hierover gesproken en toen is er even discussie geweest over de vraag of het een algemeen overleg zou moeten zijn, omdat dit wellicht sneller kan worden ingepland, gezien het feit dat de plenaire agenda nogal vol is. Het verzoek om een debat zouden we ook steunen, maar agendatechnisch zou het misschien verstandiger zijn om een AO te plannen.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Steun voor het verzoek van de heer Van Gerven.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Steun voor het verzoek van de heer Van Gerven. Ik verzoek de minister om in de brief vooral in te gaan op de verdeling van de verantwoordelijkheden tussen de twee departementen en de positie van de VWA.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Graag een reactie van het kabinet op het rapport. Dat lijkt mij een belangrijke voorwaarde om een goed debat te kunnen houden. Steun voor een debat. We zullen inderdaad wat spreektijd nodig hebben, denk ik. Omdat het vooral een evaluatie en een terugblik betreft, kunnen we er ook voor kiezen om daar in januari goed de tijd voor te nemen, mocht het voor het kerstreces niet meer lukken.

De heer Ormel (CDA):

Graag eerst een reactie van het kabinet en vervolgens graag zo spoedig mogelijk overleg. Gezien de volle agenda zou het onze voorkeur hebben om dat nog in december in de vorm van een algemeen overleg te doen.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Ook de SGP-fractie wil eerst een brief, met daarin graag aandacht voor de VWA en de doorzettingsmacht, twee hoofdpunten. De snelheid maakt mij niet zo heel veel uit. Plenair of AO is mij om het even.

Mevrouw Agema (PVV):

Vrijdag krijgen we de reactie van het kabinet, meen ik. We willen graag een debat. Ik kan mij voorstellen dat dit plenair lastig wordt. Ik heb het debat liever plenair, maar als dat over drie weken pas kan, dan zou ik het liever volgende week in een AO doen dan over drie weken midden in de nacht plenair.

De voorzitter:

Dank u wel. Mijnheer Van Gerven, u hebt steun van de volledige Kamer. Dat geldt in eerste instantie voor een brief. Volgens mij is al gezegd dat die vrijdag in het kabinet wordt besproken. Daarna gaan wij met u kijken naar een goede vorm om dat debat te houden, want er is geen twijfel over dat iedereen dit zeer belangrijk vindt. U weet dat we volgende week vier begrotingen te behandelen hebben, dus het is gewoon niet reëel om te zeggen dat dit volgende week plenair kan. Dan zou ik u iets wijsmaken, maar dat doe ik niet. Ik ga dus samen met u na wat een goede oplossing is. Dat er een debat over Q-koorts komt, en wel zo gauw mogelijk, staat als een paal boven water.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Als ik nog even mag: wij hechten aan ruim voldoende tijd.

De voorzitter:

Dat is mij allemaal duidelijk.

De heer Van Gerven (SP):

Maar het gaat mij niet om de snelheid. Ik vind dat we ruimschoots de tijd moeten krijgen. Ik begrijp uw agendatechnische probleem ...

De voorzitter:

Zo gauw als het kan.

De heer Van Gerven (SP):

... maar het gaat erom dat er voldoende tijd en ruimte moet zijn, plenair. Het hoeft echt niet 's nachts.

De voorzitter:

We gaan met de woordvoerders overleggen wat een goed moment is. Het moet gewoon kunnen. Aldus besloten.

Het woord is aan de heer Heijnen.

De heer Heijnen (PvdA):

Voorzitter. Voormalig senator Hillen heeft de wet overtreden door een van de vele functies die hij als Eerste Kamerlid had, niet te melden. Op zichzelf is dat geen reden om het hier aan de orde te stellen, ware het niet dat de reactie van de huidige minister Hillen niet overeenkomt met de manier die wij wensen.

De voorzitter:

Wat is uw voorstel?

De heer Heijnen (PvdA):

Wij willen van het kabinet en in het bijzonder van de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Defensie een brief waarin wordt ingegaan op de noodzaak van de regeling die erin voorziet dat je al je functies meldt, zeker die van betaalde lobbyist voor de rookindustrie ...

De voorzitter:

U hebt uw punt gemaakt.

De heer Heijnen (PvdA):

... en op hoe er moet worden omgegaan met het zijn van lobbyist en het zijn van volksvertegenwoordiger op ieder niveau.

De voorzitter:

Ik begrijp dat u die brief nog voor de begrotingsbehandeling wilt ontvangen.

De heer Heijnen (PvdA):

Ja.

De voorzitter:

Aangezien hiertegen geen bezwaar wordt gemaakt, gaan wij het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Karabulut.

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter. Ik wil graag een interpellatiedebat met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister voor Integratie en Asiel. Al twee jaar lang vragen wij om te stoppen met het subsidiëren van Stichting Witte Tulp, verbonden aan de streng islamitische en sektarische beweging Gülen. Deze stichting geeft huiswerkbegeleiding aan onze kinderen, maar afgelopen vrijdag is uit een artikel gebleken dat gemeenten volop doorgaan met het subsidiëren van deze lessen, waar kinderen niet alleen maar huiswerkbegeleiding krijgen, maar vooral worden geïndoctrineerd, en waar meisjes en jongetjes apart worden behandeld. Daarom moeten deze subsidies stoppen en wil ik een dergelijk debat.

De voorzitter:

Mevrouw Karabulut, mag ik u in overweging geven dat u volgende week een begrotingsdebat met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voert?

Mevrouw Karabulut (SP):

Ja, maar dit is echt een te groot onderwerp voor de begrotingsbehandeling, want daarbij hebben we al een heleboel andere punten af te handelen. Ik herhaal dat ik dit debat niet had aangevraagd als er eerder aan de wensen van de Kamer tegemoet was gekomen. Ik vraag al maanden naar het onderzoek en ik vraag al maanden om een ingreep. Dat gebeurt niet. De kinderen zijn de dupe.

De voorzitter:

Is er steun voor dit verzoek om een interpellatiedebat?

Mevrouw Van Nieuwenhuizen (VVD):

Voorzitter. Er staat ook een AO over de Gülenbeweging op de rol. Ik krijg daaraan voorafgaand graag een brief van de minister met zijn reactie op het stuk in Binnenlands Bestuur. Steun aan de interpellatie geef ik nu niet.

De heer Van Klaveren (PVV):

De PVV-fractie steunt het verzoek om een debat, maar zij ziet liever dat het een spoeddebat wordt.

De voorzitter:

Volgens mij hebt u sinds kort een bril.

De heer Van Klaveren (PVV):

Mijn lenzen waren op.

De voorzitter:

Ik ben dan zo dat ik mij afvraag: wie is dat? U bent het dus nog steeds, maar dan met bril. Dat heb ik dan toch goed gezien. Nu ben ik de clou wel vergeten. Als ik het goed heb, steunt u het verzoek om een interpellatiedebat.

De heer Van Klaveren (PVV):

Ja.

De voorzitter:

Dan zet ik uw verzoek op de lijst, mevrouw Karabulut.

Mevrouw Karabulut (SP):

Dank u wel.

De voorzitter:

Wij zijn gekomen aan het einde van deze regeling van werkzaamheden. Wij gaan nu stemmen.

Naar boven