Aan de orde is de behandeling van:

het verslag van een schriftelijk overleg inzake de geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad van 17 mei en informele Landbouwraad van 31 mei tot 1 juni (21501-32, nr. 396).

De beraadslaging wordt geopend.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Ik ga één motie indienen. Het Europees actieprogramma voor dierenwelzijn loopt dit jaar af. De resultaten van het huidige actieprogramma zijn niet om over naar huis te schrijven. Het moet dus beter!

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het huidige Europees Actieprogramma Dierenwelzijn onvoldoende resultaten heeft opgeleverd voor de verbetering van welzijn van dieren in Europa;

constaterende dat het huidige programma afloopt in 2010 en dat een nieuw actieprogramma de komende maanden zal moeten worden voorbereid;

verzoekt de regering, heldere ambities te formuleren voor een nieuw Europees Actieprogramma Dierenwelzijn;

verzoekt de regering tevens, een concreet stappenplan te ontwikkelen voor de Nederlandse inzet om deze ambities voor Europees dierenwelzijn te realiseren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Ouwehand, Waalkens en Van Gent. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 395(21501-32).

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Minister Donner:

Voorzitter. Het is mij een genoegen dit onderwerp te mogen behandelen. In de motie wordt vastgesteld dat er onvoldoende resultaten zijn behaald met het huidige Europese actieprogramma, maar dat ligt aan de wijze waarop je ernaar kijkt. De ambities voor het nieuwe programma liggen eenduidig vast in de Nota Dierenwelzijn. Hierin wordt aangegeven wat voor Nederland de prioriteiten zijn. Dat zijn: de uitfasering van legbatterijen, de herziening van de transportverordening en het stoppen met de castratie van biggen. De prioriteiten wisselen niet iedere keer; het is gewoon voortzetting van het Nederlandse beleid. Ik denk dat de ambities, waarover is gewisseld in de Kamer, duidelijk zijn.

De prioriteiten liggen vast in een stappenplan voor de Nederlandse inzet. De eerste stap is om dit duidelijk bij de Commissie neer te leggen bij de voorbereiding van het programma. De tweede stap is om dit zo goed mogelijk in de Raad tot uitdrukking te brengen. Ik weet niet welke andere stappen nog zouden moeten worden verwacht. Ik ben derhalve bang dat de motie ondersteuning van beleid is in die zin dat de prioriteiten vastliggen, of dat zij overbodig is.

De voorzitter:

Wat is uw oordeel?

Minister Donner:

Mijn oordeel is dat de motie overbodig is.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Dat zou ik graag geloven, maar dan moet het wel waar zijn. Er zijn enkele ambities geformuleerd, waarover het Europees Parlement al in beraad is. De resultaten zijn niet om over naar huis te schrijven. De motie is eigenlijk een duwtje in de rug van het kabinet: word nu iets concreter en zorg ervoor dat de Kamer weet op welke momenten – dat hoeft echt niet tot op de dag te worden vastgelegd, maar wel globaal – de Nederlandse regering zich gaat inzetten voor de ambities die zij graag wil realiseren in Europa. De motie gaat dus een stapje verder. Ik zou graag zien dat de minister dat omarmt; dan kan ik mijn motie intrekken. Als dat niet het geval is, dan zal de Kamer de regering hopelijk vragen om net iets concreter te worden dan nu het geval is.

Minister Donner:

Mag ik dan het volgende voorstellen? De minister van Landbouw – ik zal niet zeggen "ik" – zal de Kamer een brief sturen met een duidelijke omschrijving van de ambities, waarin staat wanneer, wat, waar speelt en op welk moment Nederland daarin zal interveniëren.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Die brief wacht ik graag af, maar ik ontvang hem wel graag voordat de Kamer op verkiezingsreces gaat, zodat de Kamer kan beslissen of over deze motie moet worden gestemd. Ik stel voor dat de brief voor aanstaande maandag wordt verstuurd.

De voorzitter:

Op verzoek van mevrouw Ouwehand stel ik voor, haar motie (21501-32, nr. 395) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Minister Donner:

Moet de Kamer de brief echt maandag ontvangen?

De voorzitter:

Daarover gaan wij niet op deze manier overleggen.

Minister Donner:

Mag het voor de volgende vergadering, aanstaande dinsdag?

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

De beraadslaging wordt gesloten.

Naar boven