Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 29 juni 2005 over de ontwikkeling van de lokale lasten en over vernieuwingen in de verhoudingen tussen de verschillende bestuurslagen.

Mevrouw Fierens (PvdA):

Voorzitter. Het is al enige tijd geleden, in juni, dat wij een algemeen overleg hadden over de lokale lasten en over het rapport-Brinkman over het "onttuttelen" van de uitkeringen. Wij waren gelukkig met dat voorstel van Brinkman. De minister heeft gedurende dat debat een paar toezeggingen gedaan, onder andere over de herverdeeleffecten. Herverdelen brengt soms verkapte voor- en nadeelgemeenten met zich en dat willen wij niet. Op een punt heeft hij echter geen toezegging gedaan. Ik dien daarover een motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

over het rapport van de commissie-Brinkman "Anders gestuurd, beter bestuurd. De specifieke uitkeringen doorgelicht";

overwegende dat door vermindering van de verantwoordingsbureaucratie de apparaatskosten en loonkosten bij de rijksoverheid zullen dalen;

verzoekt de regering, inzicht te geven in de precieze besparingen op apparaats- en loonkosten die de vermindering van het aantal specifieke uitkeringen oplevert en voorstellen te doen voor een andere bestemming,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Fierens, Bakker en Vendrik. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 18(26213).

Minister Remkes:

Voorzitter. Er ligt bij dit kabinet een omvangrijk pakket bezuinigingen op de overheidsuitgaven; de uitvoering daarvan loopt. Daarvoor zijn heldere en duidelijke taakstellingen afgesproken. Die taakstellingen zijn, weliswaar door andere woordvoerders dan de woordvoerder van de PvdA-fractie nu, wel eens stevig bekritiseerd. De doelstelling van de operatie-Brinkman was niet aanvullend bezuinigen. De doelstelling was en is primair meer gemeentelijke autonomie. Ik ben blij dat mevrouw Fierens in het algemeen overleg zelf haar instemming daarmee heeft betuigd. Helaas moet ik constateren dat mevrouw Fierens nu een aanvullende taakstelling als gevolg van deze operatie wil formuleren. Daar voelt het kabinet niet voor, gegeven de huidige omvangrijke taakstellingen. Ik ontraad dan ook aanneming van de motie.

Mevrouw Fierens (PvdA):

Het is geen aanvullende taakstelling. Het is een soort principe: wanneer landelijke ontbureaucratiseringsmaatregelen worden genomen, kunnen de besparingen die daarvan het resultaat zijn, worden toegeschreven naar de uitvoering. Wij hebben liever handen in de uitvoering dan extra handen op het ministerie. Dat beoogt deze motie duidelijk te maken.

Minister Remkes:

Op zichzelf verschillen wij daarover niet van mening, maar ik denk dat je dergelijke operaties niet tussentijds moet uitvoeren. Aan het begin van een kabinetsperiode moet je een heldere doelstelling formuleren. Daarbij kunnen de ontwikkelingen in de loop van de voorafgaande kabinetsperiode worden betrokken, bijvoorbeeld dit. Je moet echter niet maatregel op maatregel stapelen. Ik ben er bovendien van overtuigd dat het niet om gigantische aantallen formatieplaatsen gaat.

Mevrouw Fierens (PvdA):

Het gaat om het principevraagstuk.

Minister Remkes:

Ik heb net geconstateerd dat het kabinet op dit onderdeel andere principes is toegedaan dan mevrouw Fierens. Ik blijf bij mijn oordeel dat aanneming van de motie wordt ontraden.

De beraadslaging wordt gesloten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.