Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Vos.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Voorzitter. De Kamer heeft gisteren in een algemeen overleg met de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie gesproken over asielbeleid. Ik verzoek u het verslag van dit algemeen overleg op de agenda van de Kamer te plaatsen. Dit hoeft niet vandaag; het kan ook op een later tijdstip.

De voorzitter:

Naar mij blijkt, kan de Kamer hiermee instemmen. Wij zullen dit verslag op de agenda plaatsen. In verband met de algemene politieke beschouwingen zal dit dan na de volgende week zijn.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Duyvendak.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Voorzitter. Op 8 juli stuurde het kabinet een brief naar de Kamer over de Agenda bestuurlijke vernieuwing, onder het motto: herstel van vertrouwen. Een van de centrale punten in deze brief is een wens van het kabinet ter zake van aanpassing van het kiesstelsel, wat zou dienen plaats te vinden via de route van het instellen van een burgerforum dat met voorstellen daarover zou moeten komen. Gisteren verscheen een interview met premier Balkenende, waarin hij zei dat hij door wilde gaan met het huidige kiesstelsel en dat hij geen verandering wilde. In de loop van de dag reageerde minister Pechtold daarop met de woorden: "Dat is de persoonlijke opvatting van de premier, zo heeft hij mij uit New York laten weten."

Ik stelde daar gisteren al schriftelijke vragen over aan minister Pechtold. Maar het hield niet op, want vanochtend en, naar ik meen, ook al in de loop van gisterenavond verklaarde de premier: "Ik spreek altijd als premier; ik heb geen persoonlijke mening." Nu is het wel de vraag wat de positie van de premier, van minister Pechtold en van het kabinet in dezen op dit moment is. Ik heb te dien aanzien drie concrete vragen die ik aan de premier zou willen stellen, mede namens de fractie van de PvdA, en waarop mijn fractie graag vóór woensdag, vóór de algemene politieke beschouwingen, antwoord heeft. Het betreft de volgende vragen.

1. Heeft de premier het burgerforum, dat vanochtend van start is gegaan, niet op een onfatsoenlijke manier getackeld? Heeft hij het debat over het nieuwe kiesstelsel niet beëindigd voordat het begonnen is?

2. Is de wens tot wijziging van het kiesstelsel nu nog kabinetsbeleid of niet? Staat, met andere woorden, de brief van 8 juli nog overeind?

3. Gegeven dat deze brief voortkwam uit het Paasakkoord, laat zich in het verlengde hiervan de vraag stellen of dit reden is voor aanpassing van het Paasakkoord.

De heer Nawijn (Groep Nawijn):

Ik steun deze vragen van de fracties van GroenLinks en de PvdA, maar ik zou er een vraag aan willen toevoegen. Ik wil er duidelijkheid over hebben of de minister-president nu wel of niet zijn privé-mening heeft gezegd. Ik zou daarover graag uitleg willen verkrijgen van de minister-president, mede gelet op wat wij een paar jaar geleden hebben meegemaakt, waarbij naar voren kwam dat een minister of een minister-president geen privé-mening mag hebben.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Dat herinner ik me nog. Ik heb er uiteraard geen bezwaar tegen dat deze vraag wordt toegevoegd.

De voorzitter:

Dan wordt de vraag van de heer Nawijn toegevoegd aan de drie vragen van de heer Duyvendak. Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van donderdag 22 september:

  • - Brief van het Presidium over een parlementair onderzoek naar het tbs-stelsel (30250);

  • - Brief van het Presidium over een onderzoek naar de strafrechtelijke afwikkeling van de vuurwerkramp in Enschede (30251).

Voorts stel ik voor, toe te voegen aan de agenda van 27, 28 en 29 september:

  • - Wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 in verband met intrekking Wet deelneming Grevelingen (30177);

  • - Regeling van een onafhankelijke uitoefening van risicobeoordeling door de Voedsel en Waren Autoriteit (Wet onafhankelijke risicobeoordeling Voedsel en Waren Autoriteit) (29863);

  • - Regels inzake beëdiging, kwaliteit en integriteit van beëdigde vertalers en van gerechtstolken die werkzaam zijn binnen het domein van justitie en politie (Wet gerechtstolken en beëdigde vertalers) (29936);

  • - Wijziging van de Gemeentewet in verband met het afschaffen van het gebruikersdeel van de onroerendezaakbelasting (ozb) op woningen en het maximeren van de resterende ozb-tarieven (Afschaffing gebruikersdeel ozb op woningen) (30096);

  • - Voorstel tot wijziging van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer der Staten-Generaal in verband met het openbaar maken van de neveninkomsten van de leden (30181);

  • - Wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 in verband met de aanpak van constructies met betrekking tot (on)roerende zaken alsmede in verband met een aanpassing op enkele onderdelen (30061);

Aangezien voor de stukken gedrukt onder de nummers 30126, 30127, 30141, 30152, 30153, 30154, 30156 (R1791) en 30159 (R1794) de termijnen zijn verstreken, stel ik voor dat wat deze Kamer betreft, de daarbij ter stilzwijgende goedkeuring overgelegde stukken zijn goedgekeurd.

Ik stel voor, deze stukken voor kennisgeving aan te nemen.

Aangezien voor de stukken 23490, nr. 384, 24095, nr. 178, 28884, nr. 4, 30064, 30119, 30155, 30129, 30132 en 30191 de termijnen zijn verstreken, stel ik voor, deze stukken voor kennisgeving aan te nemen.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Ik deel mee dat ingevolge artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde de aangehouden moties 19637, nr. 930, 24077, nr. 152, 28333, nrs. 58 en 59, 28719, nrs. 7, 8, 11 en 13, 28808, nrs. 33 en 34, 29743, nr. 24, 29800-XI, nr. 119, 29893, nr. 5, en 30076, nr. 3, zijn vervallen.

Naar boven