Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, aan de orde te stellen in de vergaderingen van 20, 21 en 22 april:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met het niet afleggen van een getuigenverklaring na een daartoe strekkende toezegging (28017).

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Klaas de Vries.

De heer Klaas de Vries (PvdA):

Mijnheer de voorzitter. Op 9 februari heeft de Kamer een debat gehad naar aanleiding van de nota Terugkeerbeleid. Daarin heeft minister Verdonk aan het eind toegezegd dat zij op een aantal aspecten met betrekking tot zieke asielzoekers of gewezen asielzoekers nog een nadere brief aan de Kamer zou sturen. Dat heeft zij voor één onderdeel wel gedaan, namelijk mensen die naar voren gebracht waren door de Nierstichting. Op een ander onderwerp deed zij dat niet, namelijk bij de zaken die ik had aangekaart. Ik heb daar enkele weken geleden uw aandacht voor gevraagd. U heeft het stenogram van dat deel van de vergadering toen doorgeleid. Ik moet tot mijn spijt zeggen dat wij nog geen reactie hebben gehad van de minister, hoewel dat nu zo langzamerhand bijna twee maanden geleden is. Daar komt bij dat wij volgende maand een inbreng moeten leveren op een rapport van de ACVZ over de medische aspecten van het vreemdelingenbeleid. Ik vraag met klem dat de minister de Kamer nog inlicht over vragen die ik heb gesteld over een artikel in Medisch Contact, met name ook over de aanbevelingen die bij dat artikel worden gedaan over verbetering van de medische bejegening van asielzoekers en gewezen asielzoekers. Ik zou het zeer op prijs stellen als wij dat antwoord nog volgende week krijgen, zodat wij daarmee rekening kunnen houden bij het leveren van een inbreng op dat ACVZ-advies, waartoe de commissie besloten heeft. Misschien mag ik daaraan toevoegen dat het, gelet op de recente publiciteit, ook heel goed zou zijn als de minister de recente opmerkingen over het uitzetcentrum Zestienhoven in die brief meeneemt. Anders moeten wij daar weer een afzonderlijk debat over voeren. Ik denk dat het beter is om de problematiek integraal te behandelen.

De voorzitter:

Over dat laatste zijn inmiddels door mevrouw Vos schriftelijke vragen gesteld met het verzoek om daarop per ommegaande te antwoorden.

De heer Klaas de Vries (PvdA):

Mooi, dan kunnen wij dat daarbij betrekken.

De voorzitter:

Deze discussie staat nu ook in het stenogram. Ik stel voor, dat door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie. Daarbij staat expliciet het verzoek om volgende week de door u gevraagde informatie naar de Kamer te sturen.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven