Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, aanstaande dinsdag te stemmen over:

  • - de motie-Eerdmans/Timmermans over een openbare sollicitatieprocedure voor een nieuwe Eurocommissaris (29308, nr. 1).

Ik stel voor, aanstaande dinsdag ook te behandelen:

  • - de brief van de Enquêtecommissie Bouwnijverheid met haar afsluitend verslag (28244, nr. 56);

  • - de brief van de Tijdelijke commissie onderzoek Integratiebeleid over verlenging van het mandaat (28689, nr. 7).

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van de volgende week:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Penitentiaire beginselenwet (plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders) (plenaire afronding) (28980);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met de wijziging van het stelsel van de rechterlijke toetsing van vrijheidsontnemende maatregelen (28749);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000, houdende verlenging van de tijdelijkheid van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd (29224);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet personenvervoer 2000, houdende technische wijzigingen alsmede enige andere verbeteringen (28977);

  • - het wetsvoorstel Goedkeuring van de regeling van de staatssecretaris van Financiën van 24 september 2002, nr. WDB02/598M (Stcrt. 184) tot buiten toepassing stellen voor een gedeelte van 2002 van willekeurige afschrijving milieu-investeringen, energie-investeringsaftrek en milieu-investeringsaftrek (28742);

  • - het wetsvoorstel Herstel van wetstechnische gebreken en leemten alsmede aanbrenging van andere wijzigingen van ondergeschikte aard in diverse wetten op het terrein van het Ministerie van Justitie (Reparatiewet I Justitie) (29217);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Ambtenarenwet in verband met de invoering van een verbod van onderscheid in arbeidsvoorwaarden op grond van het al dan niet tijdelijk karakter van de aanstelling (28992).

Ik stel voor, te behandelen in de vergaderingen van 16, 17 en 18 december:

  • - het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2004 (29200-V);

  • - het debat over de Europese Top met maximumspreektijden voor:

  • CDA, PvdA en VVD 10 minuten;

  • SP, LPF, GroenLinks en D66 7 minuten;

  • ChristenUnie en SGP 5 minuten;

  • - de Najaarsnota 2003 (29315) met maximumspreektijden voor:

  • CDA, PvdA en VVD 10 minuten;

  • SP, LPF, GroenLinks en D66 7 minuten;

  • ChristenUnie en SGP 5 minuten;

  • - de suppletoire begrotingen te weten:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29319);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29320);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29321);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29322);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (III) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29327);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29328);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29329);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Diergezondheidsfonds voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29330);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29331);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Justitie (VI) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29333);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29334);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29335);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29336);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29339);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29340);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29341);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29342);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het BTW-compensatiefonds voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29343);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van de hoge colleges van staat, kabinet der Koningin, kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en van het kabinet van de Gouverneur van Aruba (II) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29345);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29346);

  • - het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2004 (29347);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Fonds economische structuurversterking voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (29351).

Ik stel op verzoek van de vaste commissie van Verkeer en Waterstaat voor, de wens te kennen te geven nadere inlichtingen te ontvangen over de voorgenomen oprichting van de Stichting Nationale Nautische Verkeersopleiding (NNVO) (29286).

Ik stel voor, dit bij hoge uitzondering vanwege het goede humeur van de voorzitter, indien vanmiddag inderdaad een derde termijn van de begroting VWS plaatsvindt, zoals de commissie mij heeft verzocht, aan alle fracties twee minuten extra spreektijd toe te kennen.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik wil een kleine correctie aanbrengen. Natuurlijk is het vanwege het goede humeur van de voorzitter, maar vooral ook vanwege de gedane belofte vorige week dat u dit voorstel doet!

De voorzitter:

U heeft zoals zo vaak het laatste woord.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Kant.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Ik sluit aan bij uw woorden: als er vanmiddag een derde termijn plaatsvindt. Er ligt inderdaad een verzoek van de commissie om die derde termijn vanmiddag te houden. Ik wil dat voorstel opnieuw ter discussie stellen, want ik voorzie toch problemen. Er komt morgen nog een kabinetsberaad over de veranderingen in verband met bijvoorbeeld de eigen bijdrage en de AWBZ. Dat speelt een belangrijke rol in de begroting VWS. Het lijkt mij niet correct om het onderwerp vandaag af te handelen. Wij moeten kiezen voor uitstel, op zijn minst tot na het kabinetsberaad. Bovendien zijn er gisterochtend de nodige nieuwe stukken en cijfers toegezegd. Ik zou daarop willen wachten voordat wij tot een afronding kunnen overgaan.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Voorzitter. Wij steunen mevrouw Kant in haar verzoek.

Mevrouw Bibi de Vries (VVD):

Voorzitter. Het lijkt mij dat wij langzamerhand tot een afronding kunnen komen. Als die derde termijn vandaag kan worden gehouden, moet het ook maar het einde zijn.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik ben wel gevoelig voor de argumenten van mevrouw Kant. Gisteren is door staatssecretaris Wijn aangegeven dat in ieder geval nog het voorbehoud moest worden gemaakt dat eventuele aanpassingen vrijdag in het kabinet zouden worden besproken. Wij moeten voorkomen dat wij vanmiddag een derde termijn hebben, met extra minuten – waarvoor dank – en dat wij volgende week moeten besluiten dat een vierde termijn nodig is vanwege het kabinetsberaad dat morgen zal plaatsvinden. Wij kunnen vanmiddag in ieder geval geen punt achter de behandeling zetten. Ik steun het voorstel van mevrouw Kant om het korte debat, die derde termijn, volgende week te houden.

De heer Atsma (CDA):

Voorzitter. De CDA-fractie denkt dat het wijs en verstandig is om het nu wel volgens uw planning te laten doorgaan.

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. Ik vind dat het nu wel afgerond mag worden.

Mevrouw Noorman-den Uyl (PvdA):

Voorzitter. Wij moeten kennis hebben genomen van het kabinetsbesluit dat door de minister van SZW is aangekondigd voor aanstaande vrijdag. Ik kan mij voorstellen dat wij dinsdag de derde termijn houden. Ik stel het wel op prijs om de afronding van de behandeling van de begroting van VWS te laten plaatsvinden voordat wij een punt zetten achter de begroting van SZW.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Het gaat niet alleen om de koopkrachtcijfers, maar ook om een echt inhoudelijke wijziging in de eigen bijdrage in de thuiszorg. Dat is een wezenlijk onderdeel van de begrotingsbehandeling VWS. Ik zou niet weten hoe ik dat debat vanmiddag zou moeten afronden. De heer Rouvoet voert het argument dat wij het kunnen behandelen, maar dat er dan nóg een ronde komt. Dat vind ik een goed argument.

Een aantal woordvoerders wil het debat vanmiddag afronden. Zij geven niet aan waarom mijn argumenten geen hout zouden snijden. Evenmin geven zij aan waarom het bezwaarlijk zou zijn om het korte debat volgende week te houden. Er ligt een duidelijk verzoek van een aantal fracties om het volgende week te doen. Wij moeten een vierde termijn voorkomen.

De voorzitter:

Mijn voorstel is om de minderheid van de Kamer die het verzoek van mevrouw Kant steunt, te volgen. Wij moeten er wel naar streven om de korte derde termijn VWS te houden vóór de afronding van de begroting van SZW, bij voorkeur op dinsdag, maar daarbij moet ik het voorbehoud maken dat ik de agenda's van de bewindslieden van VWS niet uit mijn hoofd ken.

Mevrouw Bibi de Vries (VVD):

Voorzitter. Wij blijven de begrotingen uitstellen. Straks gaat het dinsdag weer schuiven. Ik denk dat de gegevens om het debat te kunnen afronden nu wel aanwezig zijn. Het hele veld zit erop te wachten, wij moeten door. Wij kunnen wel keer op keer blijven uitstellen, maar straks zitten wij na de kerst.

De voorzitter:

Zeker niet na de kerst!

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Voorzitter. Het is zeker niet mijn bedoeling om te traineren. Als ik mevrouw Kant goed beluister, geldt voor haar hetzelfde. Ik wil de begroting ook graag afronden. Vorige week hebben wij geconstateerd dat wij een derde termijn nodig hebben. Als wij onszelf een plezier willen doen, moeten wij ervoor zorgen dat de afronding van de begroting van VWS, waarbij het om het cruciale punt van chronisch zieken en gehandicapten gaat, ook echt een afronding kan zijn. Als wij het nu doen, zonder de gegevens die morgen uit het kabinet komen, dan komt er een vierde termijn aan. Daarom steun ik het voorstel van de voorzitter om het dinsdag te doen.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Als de Kamer op een effectieve manier wil vergaderen, denk ik dat het verstandig is om te zeggen dat wij die cijfers willen hebben. Zij zijn gisteren toegezegd, dus laten wij het volgende week doen, en dan zo snel mogelijk.

De voorzitter:

Ik denk dat de argumenten gewisseld zijn. Ik stel voor om in te stemmen met mijn voorstel.

Mevrouw Verburg (CDA):

Dat betekent dat wij volgende week dinsdagmiddag na de stemmingen de behandeling van de begroting van VWS afronden.

De voorzitter:

Onder enig voorbehoud, omdat ik de agenda van de minister en de staatssecretaris niet ken.

Mevrouw Verburg (CDA):

Dat begrijp ik. En dan eventueel woensdag, maar in ieder geval daarna, de tweede termijn van de begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Akkoord.

Mevrouw Bibi de Vries (VVD):

De VVD-fractie vindt dit een slecht voorstel.

De voorzitter:

Dat had ik al van u begrepen.

Overeenkomstig het voorstel van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Vos.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Voorzitter. Gisteren in het debat over de inkomenspositie van de minima, chronisch zieken en gehandicapten heeft het kabinet na veel touwtrekken een aantal toezeggingen gedaan. Wij zullen nog een nieuwe brief ontvangen van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de koopkracht. Wij krijgen een brief van de minister van VWS over de eigen bijdrage AWBZ. Wij krijgen ook nog een novelle over het Belastingplan 2004 van de staatssecretaris van Financiën. Het kabinet zal daar morgen over spreken.

Gisteren werd ook bekend dat volgens het Centraal planbureau het begrotingstekort het komend jaar boven 3% van het BBP uitkomt. De premier zei in een eerste reactie dat volgend jaar moet worden bezien welke maatregelen dat vraagt. Wij vermoeden dat hij daarbij aan de Voorjaarsnota 2004 denkt. Eerlijk gezegd zien wij het lijk al drijven. De voorstellen van het kabinet over de zorg leiden nu al tot dramatische gevolgen voor de koopkracht van minima, chronisch zieken en gehandicapten. Als het kabinet wacht met nieuwe maatregelen om het begrotingstekort te verminderen, zijn wij bang dat het vrijwel uitsluitend bezuinigingen zullen zijn op de uitgaven.

De voorzitter:

U bent begonnen met een debat waar wij helemaal niet toe besloten hebben. U moet gewoon even vragen wat u procedureel wilt.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Ik kom met een voorstel voor een brief. Wij zijn bang dat die extra bezuinigingen waar het kabinet aan denkt, juist weer terechtkomen bij de groep waar wij nu over spreken. Daarom willen wij een brief van de premier over de toezeggingen die het kabinet gisteren heeft gedaan over de koopkracht van minima, chronisch zieken en gehandicapten, in het licht van de belofte die hij heeft gedaan bij de algemene beschouwingen: niet meer dan 1% koopkrachtachteruitgang. Daarin kan hij tevens ingaan op zijn visie op de dreigende overschrijding van 3%. Hoe wil hij de extra bezuinigingen die het kabinet wellicht nodig acht, inzetten? Wij vragen hem om aan te geven hoe de sterkste schouders de zwaarste lasten kunnen dragen. Wij willen uiterlijk maandag om 18.00 uur over deze brief kunnen beschikken. Wij vinden het van belang om hierover zo mogelijk volgende week een spoeddebat met de premier te hebben.

De heer Weekers (VVD):

Ik heb hier toch wel erg grote moeite mee. Er zijn al zoveel brieven gevraagd over koopkrachteffecten. Wij hebben gisterochtend een heel goed debat gehad met drie leden van het kabinet. Er zijn een aantal afspraken gemaakt, waarover wij na afloop van het kabinetsberaad worden geïnformeerd. Dat moet toch voldoende zijn om dit onderwerp volgende week bij de begroting voor Sociale Zaken te kunnen afronden? Ik vrees dat wij anders elke dag opnieuw over koopkrachtplaatjes en -effecten kunnen spreken. Ik steun het verzoek van mevrouw Vos in elk geval niet.

De voorzitter:

Het verzoek behelst het vragen van een brief. Mevrouw Vos noemde een spoeddebat, maar dat is een aparte beslissing, waar wij vandaag in geen geval toe overgaan.

De heer Van der Vlies (SGP):

Het nieuwe punt dat mevrouw Vos opvoert, is de dreigende overschrijding van de tekortnorm van 3%. Ik heb zojuist met mijn fractieteam reguliere schriftelijke vragen gesteld over het openstellen van de stukken over de najaarsnota en de suppletoire begrotingen. Daarin heb ik vragen gesteld over de dreigende overschrijding van de 3%-tekortnorm en de consequenties die daaraan verbonden worden voor de komende tijd. Als ik mij goed herinner, krijgen wij niet volgende week, maar de week daarop een debat over de najaarsnota. Naar mijn bescheiden mening past het daar heel goed bij. Dat zou ik als alternatieve route naast het voorstel van mevrouw Vos willen leggen.

Mevrouw Noorman-den Uyl (PvdA):

Wij moeten de dingen niet moeilijker maken dan zij al zijn. Er zijn nieuwe cijfers, hoewel ik heb begrepen dat het ministerie van Financiën die bestrijdt. Naar mijn mening is er alle aanleiding, de regering op korte termijn een brief te vragen over haar opvatting over de nieuwe cijfers en wat daaraan gedaan zal worden. Hoe de Kamer na ommekomst van die brief acteert, wil ik nog even openlaten. Als de heer Van der Vlies die vragen al gesteld heeft, kan het antwoord daarop in één brief komen, maar wel op zeer korte termijn.

Mevrouw Verburg (CDA):

De heer Van der Vlies is buitengewoon helder in het onderscheid dat hij maakt tussen hetgeen nu aan de orde is over de koopkracht en de afspraken voor volgend jaar en de mogelijke overschrijding van het EMU-saldo. Ik benadruk dat het om een mogelijke overschrijding gaat. Het is een raming. Het zijn nog geen feitelijke gegevens. Die mogelijke overschrijding dient naar de mening van de CDA-fractie te worden behandeld, gezien de eventuele consequenties bij de behandeling van de najaarsnota. Gisteren hebben wij een uitvoerig debat gehad waarin toezeggingen zijn gedaan. Na het kabinetsberaad krijgen wij uitsluitsel over die toezeggingen. Met andere woorden: wij steunen het voorstel van de heer Van der Vlies.

Mevrouw Bibi de Vries (VVD):

De VVD-fractie sluit zich aan bij het voorstel van de heer Van der Vlies.

Mevrouw Kant (SP):

Ik steun het verzoek van mevrouw Vos en voeg er nog een argument aan toe. Zij koppelt de tegenvallende nieuwe cijfers aan de maatschappelijke onrust over de gevolgen van de huidige bezuinigingen. Het is cruciaal dat daarover een debat in de Kamer gevoerd wordt. Je moet dan wel weten wat de mening van de minister-president is. Een brief aan de Kamer over de koppeling van die twee onderwerpen lijkt mij heel zinvol.

De heer Van der Ham (D66):

Ik sluit mij aan bij de opmerkingen van de heer Van der Vlies.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Als wij debatteren, debatteren wij over een kabinetsbesluit en niet over ramingen. Ik zie de onrust, maar er moet eerst een besluit zijn waarover wij kunnen debatteren. Het verzoek om vandaag een spoeddebat te houden, steun ik niet.

De voorzitter:

Het gaat over een brief en niet over een spoeddebat.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Ik noem nog een inhoudelijk argument waarom het naar mijn mening belangrijk is, de visie van het kabinet te vernemen over de wijze waarop het de overschrijding van de 3%-norm wenst aan te pakken. Binnenkort spreken wij nog over de novelle bij het belastingplan. Als dat is afgehandeld, kan het kabinet volgend jaar alleen aan de 3%-norm voldoen door in te grijpen in de uitgaven. Wij zijn heel bang dat dat ten koste gaat van de groepen waarover wij vandaag spreken. Daarom vinden wij het belangrijk, heel spoedig te horen wat het inzicht van het kabinet is, zodat wij bij het debat over de novelle bij het belastingplan kunnen nagaan of het zinvol dan wel wenselijk is om in dat plan rekening te houden met mogelijke extra tegenvallers volgend jaar. Daarom hecht ik eraan, die brief nu snel te ontvangen, zodat wij daarover kunnen debatteren.

De voorzitter:

Ik stel voor, het parcours van het fractieteam-Van der Vlies te volgen. Dat houdt in dat er vragen over dit onderwerp zijn gesteld in het kader van de schriftelijke voorbereiding van de behandeling van de najaarsnota. De sluitingstermijn voor het stellen van die vragen is vier uur vanmiddag, zeg ik uit het hoofd. Mocht het twee uur vanmiddag zijn geweest, dan maken wij er nu vier uur vanmiddag van. Andere fracties hebben dus nog de mogelijkheid aanvullende vragen te stellen op die van de SGP-fractie. De fractie van GroenLinks zou dat ook kunnen doen. Het antwoord op die vragen komt dan regulier in behandeling bij het debat over de najaarsnota. Kan de Kamer daarmee akkoord gaan?

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Mijn fractie hecht eraan dat het antwoord op die vragen zeer snel komt.

De voorzitter:

Daar staan termijnen voor.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Mijn probleem met uw voorstel is dat ik maandagavond 18.00 uur inzicht wil hebben in de visie van het kabinet. Hoe wij dat verder afhandelen, is een andere vraag.

De voorzitter:

Ik stel voor, te besluiten conform mijn voorstel en dit deel van het stenogram door te geleiden naar het kabinet, met name naar de minister-president, de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de minister van Financiën en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De opmerking van mevrouw Vos over de termijn staat er ook in.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Atsma.

De heer Atsma (CDA):

Voorzitter. Vanmorgen was er een algemeen overleg met een aantal vaste Kamercommissies, onder meer de vaste commissie voor LNV en de vaste commissie voor VWS, over co-existentie in relatie tot het toestaan van de verbouw van GGO-gewassen. De commissie heeft mij gevraagd om u te verzoeken, het onderwerp met voorrang op de plenaire agenda te plaatsen. De voorkeur van de commissieleden gaat uit naar dinsdagmiddag, omdat de twee betrokken bewindslieden dit jaar alleen nog dinsdag gezamenlijk aanwezig zijn.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan dit verzoek te voldoen. Wij zullen ons ervoor inspannen om het te doen op het moment dat de heer Atsma aangaf. Dat moment hadden wij namelijk ook al gepland voor de derde termijn van de begrotingsbehandeling van VWS. Maar goed, een middag heeft meer uren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van Dam.

De heer Van Dam (PvdA):

Voorzitter. De minister van Economische Zaken heeft de laatste tijd wat moeite om de Kamer tijdig te informeren als er internationale aangelegenheden op de agenda staan en dit is ook zo'n punt. Volgende week vindt in Genève de wereldtop over de informatiesamenleving plaats. Op 28 oktober heeft de vaste commissie voor Economische Zaken de minister verzocht om de Kamer in een brief mede te delen wat de inzet van het kabinet zal zijn, maar die brief is tot op heden niet binnengekomen. Ik denk dat het met het oog op de voorbereiding van de Kamerleden prettig is als die brief binnen is voordat de top begint. Ik verzoek het kabinet dus via u om de Kamer nog deze week een brief te sturen over de inzet van de Nederlandse regering tijdens de top.

De voorzitter:

Het ligt voor de hand om een verzoek dat in de commissie is gedaan ook in de commissie voort te zetten, maar ik zal u laten profiteren van mijn goede humeur. Ik stel de Kamer voor, dit deel van het stenogram door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister van Economische Zaken.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Duyvendak.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Voorzitter. Ik vraag u, het verslag van het algemeen overleg van gistermiddag over het spoor op de plenaire agenda te plaatsen.

De voorzitter:

Ik stel de Kamer voor, aan dit verzoek te voldoen en dit punt toe te voegen aan de agenda van volgende week, op een nader te bepalen moment.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer De Wit.

De heer De Wit (SP):

Voorzitter. Ik heb een heel huiselijke vraag. Wat doen wij met de terroristen, nu het debat over de begroting van VWS niet doorgaat?

De voorzitter:

Ik ga ervan uit dat wij uiterlijk 17.00 uur klaar zijn met de begrotingsbehandeling van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Ik zal nagaan of de minister van Justitie om 17.00 uur beschikbaar is. Als dat zo is, dan beginnen wij om 17.00 uur met de voortzetting van de behandeling van de Wet terroristische misdrijven. Mocht de minister andere verplichtingen hebben die hij niet op zo korte termijn kan omzetten, dan zit er niets anders op dan tot 19.00 uur te wachten. Daar zit de dinerpauze van anderhalf uur toch al in. Het maakt dus niet zo heel veel uit. Ik hoor overigens net van de minister van Sociale Zaken dat minister Donner in het buitenland is en pas aan het eind van de dag zal terugkomen. Ik zal het nog even nagaan. Laten wij er maar van uitgaan dat wij daar om 19.00 uur mee beginnen.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven