Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 27 juni 2002 over milieuwethandhaving.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Mevrouw de voorzitter. Vanmorgen heeft de vaste commissie voor VROM gedebatteerd over de handhaving van de milieuwetgeving. Daarbij kwamen ook de chloortransporten aan de orde. Nog steeds rijden drie à vier keer per week treinen vol met chloor dwars door Nederland, en dat door dichtbevolkte gebieden. Een ongeluk met een dergelijke trein zal catastrofaal zijn. De minister onderhandelt met Akzo Nobel over een zo groot mogelijke beperking van deze transporten en is inmiddels in een beslissend stadium beland. Akzo Nobel is bereid tot een vermindering, als het maar geen financiële consequenties tot gevolg heeft, en de minister heeft inmiddels een financieel bod gedaan.

Deze onderhandelingen met Akzo Nobel staan echter op losse schroeven omdat de Kamer het onderwerp controversieel heeft verklaard. Om de minister een steun in de rug te geven bij de volgende onderhandelingen op donderdag 4 juli, dien ik de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Kamer het onderwerp veiligheid controversieel heeft verklaard en daarmee ook het onderdeel chloortransporten;

constaterende dat de minister van VROM op 4 juli a.s. een volgende onderhandeling met het bedrijf Akzo zal voeren over dit onderwerp;

overwegende dat de controversiële status van het onderwerp chloortransporten een remmende werking heeft op deze onderhandelingen;

van mening dat het van wezenlijk belang is dat er op zo kort mogelijke termijn afspraken tot stand worden gebracht over de reductie van het aantal chloortransporten;

spreekt uit dat het onderdeel chloortransporten niet langer controversieel is,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Velzen, Jense, Van der Ham en Crone. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 67(22343).

De heer Van der Ham (D66):

Mevrouw de voorzitter. In het overleg met de minister hebben de heer Duyvendak en later ook ik aangedrongen op meer openheid over het gedogen van milieunormen door provincies en gemeenten. De minister heeft daar iets over toegezegd, maar gezien zijn demissionaire status kon hij niet zoveel toezeggingen doen. Daarom hebben de heer Duyvendak en ik het initiatief genomen om een motie op te stellen, teneinde ook een volgende regering wat dwingender een opdracht te geven.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat het van groot belang is dat het gemeentelijk en provinciaal gedoogbeleid met betrekking tot milieuvergunningen transparant is;

constaterende dat de verplichte openbaarheid van gemeentelijke gedoogbeschikkingen met betrekking tot milieuvergunningen in de praktijk niet leidt tot bekendheid bij burgers;

verzoekt de regering, een wijziging van de gemeente- en provinciewet voor te bereiden teneinde lokale en provinciale overheden te verplichten gedoogbeschikkingen actief beschikbaar te stellen via internet,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van der Ham en Duyvendak. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 68(22343).

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Voorzitter. Ik spreek steun uit voor de motie van Krista van Velzen. Het zou een mooie afronding van zijn ministerschap zijn als de minister tot een goed akkoord met Akzo over de chloortreinen weet te komen. Ik wens hem veel succes en hoop dat de motie daarbij kan helpen.

Bij de tweede motie gaat het er vooral om dat, als wij in Nederland willen komen tot een betere handhaving van de wetten, het van groot belang is dat wij weten waar en wanneer gedoogbeschikkingen worden afgegeven. Daar is nu absoluut geen systematisch inzicht in. Zowel de burgers hebben daarin geen inzicht, behalve via een huis-aan-huiskrantje of op een gemeenteprikbord als zij de moeite nemen, als de beleidsmakers. Voor het opstellen van beleid is het nodig om overzicht te hebben en patronen te zien van plaatsen waar al dan niet gedoogd wordt. De minister stelde echter vanochtend in het algemeen overleg dat ook zijn eigen inspectieambtenaren bij gemeentes actief op zoek moeten naar gedoogbeschikkingen. Het is heel belangrijk en tamelijk eenvoudig om een en ander via internet direct zichtbaar maken. Mijn fractie steunt daarom de ingediende motie.

De voorzitter:

Ik feliciteer de heer Duyvendak met zijn maidenspeech.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Minister Pronk:

Voorzitter. Dat ik dit nog mag meemaken: de maidenspeech van de heer Duyvendak, en wel de meest constructieve die ik ooit van een lid van GroenLinks heb mogen horen.

In antwoord op hetgeen de geachte afgevaardigde Van der Ham naar voren heeft gebracht, het volgende. Als deze kabinetsformatie mislukt, een andere politieke constellatie een kans krijgt en ik gevraagd wordt om aan te treden als minister van VROM, voer ik deze motie gaarne uit. Aangezien de kans daarop niet groot is, kan ik niet anders dan het oordeel over deze motie over te laten aan de Kamer.

In antwoord op de motie die is ingediend door de geachte afgevaardigde Van Velzen geef ik aan dat ik blij ben met de steun van de kant van de SP, zoals ik altijd blij ben geweest met steun van de kant van de SP. Ik hoop evenwel dat die motie op een kamermeerderheid kan rekenen. Het verwerpen van een motie van deze strekking zou een contraproductief effect hebben. Aangezien er overleg heeft plaatsgevonden sinds vanochtend, reken ik er echter op dat er sprake zal zijn van een kamermeerderheid.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik stel voor, aanstaande dinsdag over de ingediende moties te stemmen.

Daartoe wordt besloten.

Sluiting 17.48 uur