Regeling van werkzaamheden
De voorzitter:
Ik deel aan de Kamer mede dat het wetsvoorstel Wet op het LSOP en het
politieonderwijs (28046), dat voor het einde van de middag op de agenda stond,
om een aantal praktische redenen van de agenda van vandaag is afgevoerd en
aan de agenda van volgende week zal worden toegevoegd.
Ik deel aan de Kamer mede dat er, mede in het licht van de vorige mededeling,
volgende week ook in de avonduren zal worden vergaderd.
Verder deel ik mee dat volgende week, naast de reguliere stemmingen op
dinsdag, ook op donderdag aan het slot van de vergadering, zoals dit gebruikelijk
is voordat er een reces begint, stemmingen zullen plaatsvinden.
Het woord is aan mevrouw Giskes.
Mevrouw Giskes (D66):
Voorzitter. Vandaag bleek mij dat er duidelijke signalen zijn dat de minister
van Verkeer en Waterstaat langs allerlei wegen toch nog weer
een extra bijdrage aan de Noord-Zuidlijn in Amsterdam vrijgemaakt heeft. Dat
staat onzes inziens haaks op de afspraak die er tot op heden was, namelijk
dat er een eenmalige afspraak is gemaakt over het bedrag dat erbij gelegd
wordt. Daarom zou ik de minister willen vragen ons een brief te sturen, waarin
aangegeven wordt hoe dit precies zit en of die berichten kloppen. Voorts verzoek
ik, deze brief vóór morgenochtend 10.00 uur bij ons te doen
zijn, opdat wij dan in een procedurevergadering als commissie voor Verkeer
en Waterstaat nog even, in samenhang met een aantal onderwerpen, kunnen kijken
hoe wij hier verder mee omgaan.
Er is mij zo-even gezegd dat er twee weken geleden al een soortgelijke
vraag richting de minister is gegaan. Welnu, dat mag allemaal als één
pakket terugkomen.
De voorzitter:
Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te
geleiden naar het kabinet, in het bijzonder aan de minister van Verkeer en
Waterstaat.
De voorzitter:
Het woord is aan de heer Koopmans.
De heer Koopmans (CDA):
Voorzitter. Ik zou u willen vragen om het verslag van het algemeen overleg
inzake knelgevallen varkenshouderij, dat wij gisteren hebben gevoerd, op de
agenda te zetten.
De voorzitter:
Ik stel voor, dit verzoek in te willigen en het verslag van het algemeen
overleg varkenshouderij toe te voegen aan de agenda van volgende week.
De voorzitter:
Het woord is aan de heer Hofstra.
De heer Hofstra (VVD):
Voorzitter. Als fungerend voorzitter van de vaste commissie voor Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer kan ik u melden dat wij hedenochtend
een algemeen overleg hadden met de minister over de handhaving van het ruimtelijkeordeningsbeleid,
met een bijzonder accent op de NAVO-basis Geilenkirchen. Wij zouden graag
het verslag van dit algemeen overleg volgende week op de plenaire agenda geplaatst
willen zien.
De voorzitter:
Ik stel voor, dit verzoek in te willigen en het verslag van dit algemeen
overleg eveneens toe te voegen aan de agenda van volgende week. Er komt nog
een nader bericht over het tijdstip waarop het aan de orde kan komen.