Aan de orde zijn de stemmingen over elf moties, ingediend tijdens het debat over de Hoofdlijnennotitie structuurschema regionale en kleine luchthavens, te weten:

- de motie-Verbugt over een verhandelbaarheidssysteem (26893, nr. 6);

- de motie-Verbugt/Feenstra over de luchtverkeersbeveiliging (26893, nr. 7);

- de motie-Stellingwerf c.s. over aantal vluchten en geluids- en emissie-eisen (26893, nr. 8);

- de motie-Stellingwerf over cumulatieve geluidseffecten (26893, nr. 9);

- de motie-Th.A.M. Meijer over een standstill voor binnenlandse vluchten (26893, nr. 10);

- de motie-Feenstra over CO2-maatregelen in internationaal kader (26893, nr. 11);

- de motie-Feenstra over de milieuwinst (26893, nr. 12);

- de motie-Van Walsem/Stellingwerf over een vliegverbod boven stiltegebieden (26893, nr. 13);

- de motie-Van Walsem/Stellingwerf over een verbod op het reclamesleepvliegen (26893, nr. 14);

- de motie-Van der Steenhoven over Groningen Eelde Airport (26893, nr. 15);

- de motie-Van der Steenhoven/Stellingwerf over belangenverstrengeling (26893, nr. 16).

(Zie vergadering van 24 mei 2000.)

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Feenstra stel ik voor, zijn motie (26893, nr. 11) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

De motie-Stellingwerf c.s. (26893, nr. 8) is in die zin gewijzigd, dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat de handhaafbaarheid en helderheid van het beleid met betrekking tot de kleine velden verbeterd moet worden;

verzoekt de regering bij het opstellen van de PKB SRKL het beleid ten aanzien van de kleine velden omwille van de leefbaarheid te baseren op aan de vliegtuigen te stellen geluids- en emissie-eisen, die vervolgens worden vertaald in een per vliegveld vast te stellen maximumaantal vluchten per jaar,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 17 (26893).

De motie-Feenstra (26893, nr. 12) is in die zin gewijzigd, dat het dictum thans luidt:

"verzoekt de regering te bewerkstelligen dat bij de periodieke actualisatie van de vergunning de milieuwinst gelijkelijk ten goede komt aan de economische ontwikkeling en de verbetering van de leefbaarheid,".

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 18 (26893).

Ik stel voor, thans over deze gewijzigde moties te stemmen.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Verbugt (26893, nr. 6).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD en het CDA voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Verbugt/Feenstra (26893, nr. 7).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, D66, de VVD, het CDA, het GPV, de RPF en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Stellingwerf c.s. (26893, nr. 17).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, het GPV, de RPF en de SGP voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Stellingwerf (26893, nr. 9).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie- Th.A.M. Meijer (26893, nr. 10).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de VVD, het CDA en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

De heer Feenstra (PvdA):

Voorzitter! De motie op stuk nr. 10 is aangenomen, hoewel het kabinet aanvaarding van deze motie heeft ontraden. Ik zou daar dus graag een reactie van het kabinet op horen.

De voorzitter:

U weet dat ik er altijd van uitga dat moties die hier aangenomen worden, ook worden uitgevoerd. Tot wij tegenbericht horen, gaan wij daar dan ook van uit. Dat is mijn standaardantwoord op dit soort opmerkingen.

Overigens had ik zelf ook al geconstateerd dat ik de stemmingen begonnen ben zonder dat er iemand in vak K aanwezig was. Ik zal de minister-president daarover vandaag nog een brief schrijven. Wij hebben immers al eerder opgemerkt dat wij het niet goed vinden dat er helemaal niemand namens het kabinet aanwezig is. Wij willen het nog wel voor lief nemen dat de minister die bij het onderwerp hoort soms niet aanwezig kan zijn, maar wij nemen het niet voor lief dat er niemand in het vak zit.

Ik wil nu evenwel doorgaan met de stemmingen, omdat wij daar nu eenmaal aan begonnen zijn.

In stemming komt de gewijzigde motie-Feenstra (26893, nr. 18).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de VVD tegen deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Walsem/Stellingwerf (26893, nr. 13).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, het GPV, de RPF en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Walsem/Stellingwerf (26893, nr. 14).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, het GPV, de RPF en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Steenhoven (26893, nr. 15).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, het GPV, de RPF en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van der Steenhoven/Stellingwerf (26893, nr. 16).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, het GPV, de RPF en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven