Regeling van werkzaamheden
De voorzitter:
Op verzoek van de CDA-fractie benoem ik:
- in de commissie
voor de Werkwijze der Kamer het lid Buijs tot plv. lid in de bestaande vacature,
het lid Van der Hoeven tot lid in plaats van het lid Bijleveld-Schouten, het
lid Bijleveld-Schouten tot plv. lid in de bestaande vacature, het lid Biesheuvel
tot lid in de bestaande vacature, het lid Van der Knaap als plv. lid in de
bestaande vacature, het lid Verhagen als lid in de bestaande vacature, het
lid Van Wijmen als plv. lid in de bestaande vacature, het lid Van de Camp
tot lid in de bestaande vacature en het lid Dankers tot plv. lid in de bestaande
vacature;
- in de commissie voor de Verzoekschriften het lid Van Wijmen
tot lid in de bestaande vacature, het lid De Haan tot lid in de bestaande
vacature en het lid Wijn tot plv. lid in de bestaande vacature;
-
in de gemengde commissie van Toezicht op de Griffie voor de Interparlementaire
Betrekkingen het lid Verhagen tot lid in de bestaande vacature;
-
in de Raadgevende Vergadering van de Raad van Europa en West-Europese
Unie het lid Leers tot lid in plaats van het lid Van der Linden en het lid
Verhagen tot plv. lid in plaats van het lid Leers;
- in de Noord-Atlantische
Assemblee het lid Van Ardenne-van der Hoeven tot lid in de bestaande vacature;
- in de OVSE-Assemblee het lid De Milliano tot lid in de bestaande
vacature;
- in de Raadgevende Interparlementaire Beneluxraad het lid
Van der Knaap tot lid in de bestaande vacature, het lid Verburg tot plv. lid
in de bestaande vacature, het lid Verhagen tot plv. lid in de bestaande vacature
en het lid Eurlings tot lid in de bestaande vacature;
- in de interparlementaire
commissie inzake de Nederlandse Taalunie het lid Ross-van Dorp tot lid in
de bestaande vacature en het lid Atsma tot lid in de bestaande vacature;
- in de Contactgroep Groot-Brittannië het lid Balkenende tot lid
in de bestaande vacature;
- in de Contactgroep Frankrijk het lid De
Milliano tot lid in de bestaande vacature en het lid Stroeken tot lid in de
bestaande vacature;
- in de Strategisch Overleg Informatievoorziening
Tweede Kamer het lid Wijn tot lid in de bestaande vacature;
- in de
vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen het lid Visser-van
Doorn tot plv. lid in plaats van het lid Hillen.
Aangezien voor de stukken gedrukt onder de nummers 26064, 26066 (R1618)
en 26068 de termijnen zijn verstreken, stel ik voor, dat wat deze Kamer betreft,
de daarbij ter stilzwijgende goedkeuring overlegde stukken zijn goedgekeurd.
Ik stel voor, deze stukken voor kennisgeving aan te nemen.
Aangezien voor de stukken 26050, 26055, 26056, 26059, 26061, 26080, 26083,
26105 en 26107 de termijnen zijn verstreken, stel ik voor, deze stukken voor
kennisgeving aan te nemen.
Ik stel voor, de stukken 22187, nr. 61, 25263, nr. 44, 22054, nr. 36,
22236, nr. 55, en 24578, nr. 12, voor kennisgeving aan te nemen.
Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.
De voorzitter:
Het woord is aan de heer De Wit.
De heer De Wit (SP):
Mevrouw de voorzitter! Op 21 juli van dit jaar heeft de staatssecretaris
van Sociale Zaken aan de Kamer een brief gestuurd over de uitvoering van de
motie-Poppe betreffende de invoering van een algehele vervangingsplicht inzake
oplosmiddelen. De staatssecretaris geeft in de brief aan dat hij de motie
niet wil uitvoeren in de door de Kamer beoogde zin. Dat is naar de mening
van de SP-fractie een zaak die niet in de haak is. Ik zou u daarom willen
verzoeken deze brief op de agenda van de Kamer te plaatsen, zodat de Kamer
er op korte termijn een debat over kan voeren.
De voorzitter:
Ik zal daarover op een nader tijdstip een voorstel doen. Het lijkt mij
goed de vaste commissie advies te vragen over de verdere behandeling.
Het woord is aan mevrouw Karimi.
Mevrouw Karimi (GroenLinks):
Mevrouw de voorzitter! Uit de media hebben wij vernomen dat er in de een
of andere la in het ministerie van Buitenlandse Zaken een interessant rapport
ligt over de relatie tussen Nederland en Suriname in de afgelopen 23 jaar,
met als titel De witkwast aan de regenboog. Volgens de berichten zou de publicatie
van het rapport tegengehouden zijn door de voormalige minister voor Ontwikkelingssamenwerking.
Wij zouden graag minister Herfkens, de huidige minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
willen vragen om het rapport naar de Kamer te sturen, vergezeld van een brief
met haar reactie op de berichten in de media en met name op het bericht dat
de publicatie van het rapport bewust is tegengehouden. Voorts zouden wij van
haar willen vernemen welke politieke consequenties zij aan het rapport verbindt
voor haar beleid.
De voorzitter:
Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te
geleiden naar het kabinet.
Ik merk op dat over hetzelfde onderwerp schriftelijke vragen zijn gesteld
door de CDA-fractie. Dan weet men op het departement meteen dat de Kamer eraan
hecht dat aan beide zaken recht wordt gedaan in het antwoord.
Overeenkomstig het voorstel van de voorzitter wordt besloten.
De voorzitter:
Het woord is wederom aan mevrouw Karimi.
Mevrouw Karimi (GroenLinks):
Voorzitter! Zoals iedereen weet, wordt de situatie in de Democratische
Republiek Kongo met de dag ernstiger. Wij zouden graag zien dat minister Van
Aartsen van Buitenlandse Zaken en minister Herfkens voor Ontwikkelingssamenwerking
in een brief aan de Kamer uiteenzetten wat het beleid in het kader van de
Europese Unie is ten aanzien van de ernstige situatie in Kongo en hoe kan
worden voorkomen dat deze situatie leidt tot een conflict in Centraal Afrika.
De voorzitter:
Ik stel voor, ook het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door
te geleiden naar het kabinet.