Aan de orde is:

de herdenking van Maarten van Traa.

De voorzitter:

Geachte medeleden! Het was dinsdagavond, kwart over elf. De vergadering was net gesloten. Toen kwam opeens die onheilstijding: Maarten van Traa ernstig gewond bij een auto-ongeluk. Tien minuten later: Maarten van Traa is bezweken.

Verbijstering! Dat kan toch niet. Zeg dat het niet waar is. Weggerukt, midden uit het leven; uit zijn leven; uit het leven van zijn gezin, van zijn familie, zijn vrienden en uit ons leven.

Verdoving en verwarring; zoeken naar woorden om gevoelens te uiten. Die zijn moeilijk te vinden.

Berry Esselink, Broos van Erp en nu Maarten van Traa; heengegaan in een korte spanne tijds. Aardige collega's, integere mensen, gemotiveerde, gedreven politici.

Nu Maarten van Traa. Deze week was hij nog druk in de weer als voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken in een lange hoorzitting over de problemen rondom de Iraanse asielzoekers en later bij de ontvangst van een buitenlandse parlementaire delegatie. Druk in de weer. Een markante kop, een markante stem, een markante manier van formuleren; een markante persoonlijkheid, met een grote bereidheid tot luisteren en tot wisselen van argumenten. Een man met een rijke levenservaring, voelbaar ook voor wie de feiten van zijn leven niet precies kende. Hij liep daarmee ook niet te koop. Zijn biografie in Parlement en Kiezer is zeer summier.

Een man opgegroeid in het Leidse, in de sfeer van de universiteit, met gezinnen van wetenschappers van zeer verschillende politieke signatuur, waar het behoren tot een politieke richting vanzelf sprak, maar wederzijds respect niet uitsloot, integendeel. Amsterdammer geworden en gebleven; met journalistieke, politieke en artistieke vrienden.

Veel buitenland in zijn leven; buitenland, waar men hem echt Nederlands vond: staan voor je zaak, staan voor je principes, staan voor je keuzen, voor je visie op wat de wereld vooruit zou kunnen helpen, zonder dat alles te verabsoluteren en daardoor goede ontwikkelingen in de weg te staan, integendeel.

Maarten van Traa had heel gevoelige antennes en veel waardering voor wat anderen in binnen- en buitenland belangrijk vonden voor zichzelf, voor hun land en voor hun samenleving. Zo werd hij vanzelfsprekend voorzitter van de vriendschapsgroep met het Franse parlement. Ook toonde hij groot inzicht in en begrip voor de manier waarop Duitsland zijn plek en de Duitsers hun plek in Europa moesten hervinden, na de oorlog, vóór de val van de Muur en na de hereniging. Geen wonder dat beide landen hem een hoge onderscheiding verleenden. Maarten zelf was voor dit soort eerbetoon niet gevoelig. Het zegt wel veel over hoe men hem in het omringende buitenland beoordeelde. Een Europeaan pur sang!

Persoonlijk heb ik met Maarten intensief mogen samenwerken in de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken. Met vreugde. Eerst als vice-voorzitter op basis van een perfecte taakverdeling, daarna als zijn vervanger, toen Maarten voorzitter werd van een parlementaire enquêtecommissie.

Dat brengt mij op wat achteraf waarschijnlijk het hoogtepunt is geweest in zijn politieke loopbaan en wat hem ook grote nationale bekendheid heeft gegeven, namelijk het voorzitterschap van de parlementaire enquêtecommissie opsporingsmethoden, kortweg IRT. Hij gaf, leek het wel, zonder moeite leiding aan de enquête; hield de commissie, waar nodig, bijeen, onderhield persoonlijke contacten met alle leden en met de medewerkers. Voor bewindslieden, oud-bewindslieden en ambtenaren die voor de commissie verschenen, was hij niet mild, maar streng.

Ik had gehoopt dat er nog eens een gelegenheid zou komen, waarbij hij de ontwikkeling van zijn denken in de loop van die enquête zou kunnen toelichten. Waarschijnlijk stond hij op het standpunt, dat een enquête één van de weinige instrumenten in ons politieke bestel is waarbij niet steeds de noodzaak van het bereiken van compromissen in het achterhoofd hoeft te zitten. Door de wijze waarop Maarten deze functie heeft vervuld, heeft hij niet alleen een positieve bijdrage geleverd aan het goed functioneren van politie en justitie in ons land, maar ook aan het functioneren van ons parlement. Tenslotte heeft hij ook in die functie laten zien dat iemand met de buitenlandportefeuille op zak, zich zeer verantwoordelijk kan voelen voor het oplossen van nationale dilemma's op het grensgebied van gedogen en bestrijden.

Geachte medeleden. Ik herhaal: woorden schieten tekort om onze gevoelens te uiten bij het verongelukken van Maarten van Traa; een hartstochtelijk democraat, een bewogen sociaal-democraat, een vechter voor de rechtsorde, nationaal en internationaal, maar boven alles een integer mens en een medemens met het hart op de goede plaats.

Vandaar dat wij hem in de Kamer zeer zullen missen als collega. Vandaar dat de Partij van de Arbeid hem in het bijzonder zal missen als bewogen drager van het sociaal-democratische gedachtegoed. Vandaar dat degenen die hem in de persoonlijke sfeer nabij staan, hem zeer in het bijzonder zullen missen. Ik denk allereerst aan zijn vrouw, onze oud-collega Andrée van Es en aan de kinderen. Ik wens hen, mede namens u allen, dat zij, na de ontreddering van deze dagen, een nieuw houvast in het leven zullen vinden.

Minister Kok:

Maarten van Traa is om het leven gekomen. Die vreselijke tijding aan het begin van de nacht van dinsdag op woensdag sneed heel veel mensen in eigen land en daarbuiten recht door het hart. Het is niet voorstelbaar dat Maarten niet meer bij ons is. Met één fatale dramatische klap is hij uit het leven weggerukt, in volle bloei, met heel veel goede zin in wat hij wilde gaan doen. Wij zijn overmand door gevoelens van diepe verslagenheid en ook van intens verdriet.

Ik wil namens de regering in de eerste plaats onze gevoelens van medeleven en innige deelneming overbrengen aan zijn vrouw, aan beide kinderen, aan familieleden en nabestaanden en aan alle mensen die hem dierbaar waren, ook veel mensen op afstand, die van hem hielden om wie hij was, die van hem hielden om wat hem bewoog en wat hij in beweging bracht. Voor hen is het verdriet het meest intens. De stoel van het Kamerlid Van Traa, maar ook zijn stoel thuis is nu leeg. En het is niet goed te bevatten.

Wij herdenken vandaag een man met een, zoals de laatste dagen vaker is gezegd, markante persoonlijkheid. Een volksvertegenwoordiger met karakter, een warm mens, een overtuigd en ook overtuigend sociaal-democraat. Ook zijn partij lijdt een groot verlies. Hij werd in 1974 lid van de Partij van de Arbeid, de partij van Joop den Uyl, de man die Van Traa als geen ander inspireerde en die hij als zijn politieke vader beschouwde. Vijf jaar later werd hij internationaal secretaris, omdat hij niet aan de zijlijn wilde blijven staan. Die woelige jaren in de buitenlandse politiek hebben hem politiek gestimuleerd en ook verder gevormd.

De zeldzame combinatie van een scherp verstand, kennis van zaken en emotionele betrokkenheid, zeker ook, in zijn persoon verenigd, maakte hem uitermate geschikt voor het werk in de Kamer dat hij na de verkiezingen van 1986 mocht aanvangen. In de 11,5 jaren die daarop zijn gevolgd, heeft zijn stem in de oude en ook in deze vergaderzaal onophoudelijk en met gezag geklonken. Want Maarten van Traa was aanwezig.

Van Traa had een scherp oog en oor voor de schoonheid van het leven. Hij leed zichtbaar als de menselijke waardigheid in het gedrang kwam, als er sprake was – dichtbij of ver weg – van onrechtvaardigheid, van onmenselijkheid. Als hij zag dat wezenlijke waarden werden aangetast, kon hij in woede ontsteken. En als hij moest vrezen dat daaraan te weinig werd gedaan, kon zijn gevoel voor verantwoordelijkheid, voor verantwoordelijk zijn, hem tot wanhoop, tot neerslachtigheid brengen. Hij werd dan tobberig. Hij voelde zich echt in de steek gelaten. Maarten van Traa kon ook zichtbaar worstelen met zijn verantwoordelijkheid als volksvertegenwoordiger. Hij was zelfstandig en had de moed markant te zijn. Ook al was enige twijfel hem nooit vreemd, hij schuwde het duidelijke standpunt niet, ook niet als dat in de politieke verhoudingen van het moment soms moeilijk was.

Als voorzitter van de parlementaire enquêtecommissie opsporingsmethoden heeft Maarten van Traa grote bekendheid gekregen en veel gezag opgebouwd. Ook in die verantwoordelijkheid gaf hij blijk van een bijzondere combinatie van eigenschappen: een vaak loepzuivere analyse, afstandelijk, zeker in de verhoren, wanneer dat vereist was, uiterst betrokken bij geladen kwesties, met een ijzeren doorzettingsvermogen en een grote precisie in woord en geschrift. Wij zijn wakker geschud door harde feiten die boven tafel kwamen. De door Van Traa geleide enquête is van onschatbare waarde voor de kwaliteit van de rechtshandhaving in ons land, voor de strijd tegen de georganiseerde criminaliteit en voor de controlerende taak van het parlement.

Die fatale klap, dinsdagavond, heeft het leven van Maarten van Traa gebroken. En het besef van die harde realiteit, dat besef dat zo moeilijk en moeizaam doordringt, laat ons in verdriet en ontsteltenis achter. Maarten van Traa was een parlementariër in hart en nieren, een vertegenwoordiger van het volk van de zuiverste soort. Hij is veel te vroeg van ons weggegaan. Hij had nog zoveel kunnen doen in zijn persoonlijke leven, hier in het parlement, binnen zijn sociaal-democratie in eigen land en daarbuiten. De Kamer zal hem missen en velen zullen hem bijzonder missen. Wij zijn Maarten van Traa veel dank verschuldigd voor wie hij was en datgene waarvoor hij stond. Hij heeft voor veel mensen meer betekend dan hij wellicht zelf soms besefte. En zo hebben wij hem dat niet meer kunnen zeggen. Hij leeft in onze herinnering voort als een oprecht mens met grote talenten, met een rotsvaste overtuiging. Een man die stond voor zijn zaak. Een scherp debater, die dwars door politiek en samenleving heen zeer werd gerespecteerd. Een vriend in de ware zin des woords voor velen, ook voor mensen die zijn opvattingen niet of niet steeds konden delen.

Wij denken met grote warmte aan Maarten van Traa terug. En dat besef moge, zo hoop ik, tot enige troost zijn voor zijn vrouw, de kinderen en de overige familie, voor allen die hem dierbaar waren en hem lief hadden. Ik hoop dat zij de kracht mogen vinden om het grote verlies van zijn heengaan te dragen.

(De aanwezigen nemen staande enige ogenblikken stilte in acht.)

De vergadering wordt van 14.19 uur tot 15.00 uur geschorst.

De voorzitter:

De ingekomen stukken staan op een lijst die op de tafel van de griffier ter inzage ligt. Op die lijst heb ik voorstellen gedaan over de wijze van behandeling. Als aan het einde van de vergadering daartegen geen bezwaren zijn ingekomen, neem ik aan dat de Kamer zich met de voorstellen heeft verenigd.

Naar boven