Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met de bestuursorganisatie van en medezeggenschap in universiteiten (modernisering universitaire bestuursorganisatie) (24646), en over:

- de motie-Van Gelder/J.M. de Vries over het in één hand brengen van verantwoordelijkheden en bevoegdheden (24646, nr. 67).

(Zie vergadering van 1 oktober 1996.)

De voorzitter:

Er is gevraagd om een heropening van de beraadslaging. Ik stel voor, aan dit verzoek te voldoen en tevens gelegenheid te geven tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

Daartoe wordt besloten.

Mevrouw Jorritsma-van Oosten (D66):

Voorzitter! Ik kan volstaan met een stemverklaring over twee amendementen en over de motie.

Het amendement-Rabbae op stuk nr. 77 gaat over het verplicht opnemen van een student in het faculteitsbestuur. Oorspronkelijk was dit een amendement van D66. Dit is om twee redenen ingetrokken. In de eerste plaats heeft de minister hierover zijn politiek onaanvaardbaar uitgesproken. Dit weegt zwaar voor ons als coalitiepartner. In de tweede plaats is de fractie van D66 ervan overtuigd dat de betrokkenheid van studenten bij de besluitvorming vooral tot uiting moet komen op het niveau waarop hun belangen zich bij uitstek bevinden, namelijk in het opleidingsbestuur waar vooral het onderwijs aan de orde is. Daarover heeft de fractie van D66 een ander amendement ingediend. Wij zullen dus tegen het amendement op stuk nr. 77 stemmen.

Het amendement-Rabbae op stuk nr. 65 strekt ertoe een student in het faculteitsbestuur op te kunnen nemen. Dit zou impliciet al in de wet staan. Evenwel, de D66-fractie wil, na het intrekken van ons eigen amendement, deze mogelijkheid op z'n minst met nadruk duiden en daarom expliciet in de wet opnemen. Wij zullen dus voor dit amendement stemmen.

In de motie van de fracties van de PvdA en de VVD wordt een kameruitspraak gedaan over de betrokkenheid van alle geledingen bij de besluitvorming aan de universiteit. Wij steunen deze motie niet, omdat deze voor mijn fractie echt overbodig is.

De heer Lansink (CDA):

Voorzitter! Ik sluit mij volstrekt aan bij hetgeen zojuist over de motie is gezegd. Ook ik vind haar overbodig. Wij zullen dus niet voor die motie stemmen. Een stemverklaring over de wet zelf wil ik graag volgende week afleggen, omdat wij dan over het wetsvoorstel stemmen.

Voorzitter! Ik wil u het volgende verzoeken. Is het mogelijk dat mijn amendement op stuk nr. 14 in stemming komt voor het amendement-Van Gelder c.s. op stuk nr. 72, IIB? Ik heb de indruk dat de minister de voorkeur geeft aan mijn wijzigingsvoorstel.

De voorzitter:

De heer Lansink stelt voor eerst te stemmen over zijn amendement op stuk nr. 14 en dan over het amendement-Van Gelder c.s. op stuk nr. 72, IIB. Zijn er bezwaren tegen het verzoek van de heer Lansink?

De heer Van Gelder (PvdA):

Ik hecht eraan om bij de stemming over mijn amendement op stuk nr. 72, I, uit te kunnen spreken dat wat mij betreft het gehele amendement in één keer aanvaard kan worden.

De voorzitter:

De vraag is of er bezwaar is om de volgorde van stemming om te draaien. Ik constateer dat dit niet het geval is. De consequentie hiervan is dat wij bij de stemming over amendement 72, I, niet tevens conclusies kunnen trekken over het gehele amendement. Dat is een tegenvaller, in ieder geval voor mij.

Ik ben er door mevrouw Sipkes terecht op geattendeerd dat het amendement-Lansink op stuk nr. 16 eerder in stemming moet worden gebracht dan het amendement-Van Gelder c.s. op stuk nr. 42. Ik stel voor, de volgorde aldus te wijzigen.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Ik deel ten overvloede mee dat de heer Lansink zijn amendementen op de stukken nrs. 10, 13 en 15, mevrouw J.M. de Vries haar amendement op stuk nr. 25, mevrouw Jorritsma-van Oosten haar amendement op stuk nr. 31 en de heer Van Gelder zijn amendement op stuk nr. 59 intrekken.

In de vergadering van 4 september 1996 is het amendement van de heer Lansink op stuk nr. 12 door de regering overgenomen.

De heer Van Gelder (PvdA):

Voorzitter! De discussie heeft ondanks alle uren die daaraan zijn besteed, er niet toe geleid dat de oppositie en de fractie van de PvdA dichter bij elkaar zijn gekomen. Om die reden zullen wij niet stemmen voor vrijwel alle amendementen van de fracties van het CDA en GroenLinks die uitgaan van een volstrekt ander uitgangspunt. Wij zijn dus tegen die amendementen.

Mijn fractie zal stemmen voor het amendement op stuk nr. 58 van mevrouw Jorritsma, omdat wij blij zijn met het resultaat van de discussie over de wijze waarop studenten op een meer directe manier kunnen participeren in besturen. Wat ons betreft is het inderdaad beter dit op decentraal niveau in de wet te regelen. Om die reden stemmen wij voor het amendement op stuk nr. 58.

In het verlengde daarvan is een discussie ontstaan over de vraag of studenten zouden moeten kunnen participeren in een faculteitsbestuur. Ik had daarover een amendement ingediend om die mogelijkheid expliciet vast te leggen. Wij hebben na alle discussies voortdurend kennis kunnen nemen van de opvattingen van de minister terzake, die buitengewoon duidelijk heeft gemaakt – hetgeen door iedereen in deze zaal wordt onderschreven – dat er alle ruimte is voor een universiteit om te besluiten dat een student deel uit kán maken van een faculteitsbestuur. Om die reden heeft het amendement zijn werking verloren en hebben wij het ingetrokken.

Mijn fractie heeft er nu geen enkele behoefte aan te stemmen voor het amendement van de heer Rabbae op stuk nr. 65, wat het oorspronkelijke standpunt van de PvdA was en waarover de minister zijn standpunt voldoende duidelijk tot uitdrukking heeft gebracht. Wat er ook gebeurt met dat amendement, voor ons staat dus vast dat een student in alle gevallen deel uit kán maken van een faculteitsbestuur.

De heer Rabbae (GroenLinks):

Voorzitter! Ik heb de amendementen zowel van de fractie van D66 als van de fractie van de PvdA overgenomen, omdat mijn fractie van mening is dat de participatie van studenten in een faculteitsbestuur niet echt in de wet geregeld is. Mijn fractie zal de motie van de PvdA en van de VVD afwijzen, omdat wij van mening zijn dat deze motie niet echt iets toevoegt aan het debat.

De beraadslaging wordt gesloten.

Artikel I, onderdelen A t/m F, worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 72, I) tot invoeging van een nieuw onderdeel Fa.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van het CDA tegen dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

De onderdelen G t/m O en artikel 9.1 van onderdeel P worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Lansink (stuk nr. 9).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, de groep-Nijpels, het AOV, de Unie 55+, GroenLinks, de SP en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel 9.2 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 39).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, D66, de RPF, de SGP, het GPV, de VVD, het AOV, de CD en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Artikel 9.3, eerste lid, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 39), wordt zonder stemming aangenomen.

Het tweede lid wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Jorritsma-van Oosten/Van Gelder (stuk nr. 29) tot het invoeging van een nieuw lid 2a.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de CD tegen dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Het derde lid wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 72, IIA).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, D66, de RPF, de SGP, het GPV, de VVD, het AOV en het lid Hendriks voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Het vierde lid, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 72, IIA), wordt zonder stemming aangenomen.

Het vijfde t/m zevende lid worden zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel 9.3 wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel 9.4 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Rabbae (stuk nr. 77, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP en het CDA voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit amendement de andere op stuk nr. 77 voorkomende amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

Artikel 9.5 wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel 9.6 en het eerste en tweede lid, eerste volzin van artikel 9.7, worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Rabbae (stuk nr. 46) tot invoeging van twee volzinnen.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks en de SP voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Poppe (stuk nr. 35) tot invoeging van een volzin.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks en het CDA voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van Gelder/Jorritsma-van Oosten (stuk nr. 50) tot invoeging van een volzin.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, D66, de SGP, het GPV, het CDA, de groep-Nijpels, het AOV, de Unie 55+ en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

De tweede en derde volzin worden zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde tweede lid wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Jorritsma-van Oosten/Van Gelder (stuk nr. 56) tot invoeging van een nieuw lid 2a.

De voorzitter:

Ik Voorzitterconstateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de CD tegen dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Het derde lid wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-J.M. de Vries (stuk nr. 53) tot invoeging van een nieuw lid 4.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van het CDA tegen dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Het vierde t/m zesde lid worden zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel 9.7 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van Gelder (stuk nr. 43).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, D66, de RPF, de VVD en het AOV voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Artikel 9.8, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van Gelder (stuk nr. 43), wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel 9.9 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Lansink (stuk nr. 14).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, de groep-Nijpels, het AOV, de Unie 55+, de CD, de RPF, de SGP, het GPV, GroenLinks, de SP en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 72, IIB).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, D66, de RPF, de SGP, het GPV, de VVD, de groep-Nijpels, de Unie 55+ en het AOV voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit gewijzigde amendement de overige op stuk nr. 72 voorkomende gewijzigde amendementen als aangenomen kunnen worden beschouwd.

Artikel 9.10, zoals het gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Van Gelder (stuk nr. 72, IIB), wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel 9.11 en het opschrift en eerste lid van artikel 9.12, worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Rabbae (stuk nr. 47).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP en het CDA voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Rabbae (stuk nr. 65).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP, D66 en het CDA voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het nader gewijzigde amendement-Van Gelder/J.M. de Vries (stuk nr. 74).

De voorzitter:

Ik constateer, dat dit nader gewijzigde amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Het tweede lid, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het nader gewijzigde amendement-Van Gelder/J.M. de Vries (stuk nr. 74), wordt zonder stemming aangenomen.

Het derde lid wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-J.M. de Vries c.s. (stuk nr. 27, I) tot toevoeging van een nieuw lid 4.

De voorzitter:

Ik constateer, dat behoudens het lid Hendriks de aanwezige leden van alle fracties voor dit amendement hebben gestemd, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 27 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Het gewijzigde artikel 9.12 wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel 9.13 opschrift en het eerste lid worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Jorritsma-van Oosten/Van Gelder (stuk nr. 57) tot invoeging van een nieuw lid 1a.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de CD tegen dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Het tweede lid wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Jorritsma-van Oosten (stuk nr. 32).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van D66, GroenLinks, de SP, de groep-Nijpels, het AOV, de Unie 55+ en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Het derde lid wordt zonder stemming aangenomen.

Het vierde en vijfde lid worden zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel 9.13 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 9.14 t/m 9.16 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Rabbae (stuk nr. 69).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP, het CDA en het lid Hendriks voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Rabbae (stuk nr. 70).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks en de SP voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Jorritsma-van Oosten (stuk nr. 58).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de PvdA, GroenLinks, de SP, het CDA, de groep-Nijpels, het AOV, de Unie 55+ en het lid Hendriks voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat wij nu niet meer behoeven te stemmen over het gewijzigde amendement-J.M. de Vries/Van Gelder (stuk nr. 54).

Artikel 9.17, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Jorritsma-van Oosten (stuk nr. 58) en het amendement-J.M. de Vries c.s. (stuk nr. 27, II), wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Lansink (stuk nr. 16).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, de groep-Nijpels, het AOV, de Unie 55+, de CD, de RPF, de SGP, het GPV, GroenLinks en de SP voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 42).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de CD tegen dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Rabbae (stuk nr. 64).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks en de SP voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel 9.18, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 42), wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het nader gewijzigde amendement-Lansink (stuk nr. 71).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de CD tegen dit nader gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Artikel 9.19, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het nader gewijzigde amendement-Lansink (stuk nr. 71), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 9.20 t/m 9.28 worden zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde onderdeel P wordt zonder stemming aangenomen.

Onderdeel Q, artikel 9.29 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Lansink (stuk nr. 62, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, de groep-Nijpels, het AOV, GroenLinks, de SP en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit amendement de andere op stuk nr. 62 voorkomende amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

Artikel 9.30 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 73, I) tot invoeging van een nieuw artikel 9.30a.

De voorzitter:

Ik constateer, dat dit gewijzigde amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit gewijzigde amendement het andere op stuk nr. 73 voorkomende gewijzigde amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Artikel 9.31, eerste lid, wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Lansink (stuk nr. 60, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, de groep-Nijpels, de Unie 55+, GroenLinks, de SP en het lid Hendriks voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit gewijzigde amendement het andere op stuk nr. 60, I, voorkomende gewijzigde amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Het tweede lid wordt zonder stemming aangenomen.

Het derde en vierde lid worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Jorritsma-van Oosten (stuk nr. 34) tot het laten vervallen van het vijfde lid.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de RPF, de SGP, het GPV, het AOV, de Unie 55+ en de groep-Nijpels voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Het vijfde lid wordt zonder stemming aangenomen.

Het zesde t/m achtste lid worden zonder stemming aangenomen.

Artikel 9.31 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Lansink (stuk nr. 19).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, het AOV, de Unie 55+, GroenLinks, de SP, de groep-Nijpels en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Lansink (stuk nr. 20).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, het AOV, de RPF, de SGP, het GPV, GroenLinks, de SP en de groep-Nijpels voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Rabbae (stuk nr. 66, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, het CDA, de SP en de Unie 55+ voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 66 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Artikel 9.32 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Lansink (stuk nr. 37, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, het AOV, de Unie 55+, GroenLinks, de SP en het lid Hendriks voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit gewijzigde amendement het andere op stuk nr. 37 voorkomende gewijzigde amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Artikel 9.33 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 9.34 t/m 9.37 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Lansink (stuk nr. 38, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, de Unie 55+, GroenLinks, de SP, de groep-Nijpels en het lid Hendriks voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit gewijzigde amendement de andere op stuk nr. 38 voorkomende gewijzigde amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

Artikel 9.38 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van Gelder (stuk nr. 44, I) tot invoegen van twee nieuwe artikelen 9.38a en b.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, D66, de RPF, de SGP, het GPV, de VVD, het AOV, de Unie 55+ en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 44 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

De artikelen 9.39 t/m 9.50 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Van Gelder/Jorritsma-van Oosten (stuk nr. 55, I) tot invoeging van een nieuwe paragraaf en een nieuw artikel 9.50a.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, D66, de VVD, de RPF, de SGP, het GPV, GroenLinks, de SP en de Unie 55+ voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit gewijzigde amendement het andere op stuk nr. 55 voorkomende gewijzigde amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Het gewijzigde onderdeel Q wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen R t/m V worden zonder stemming aangenomen.

Onderdeel W, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het nader gewijzigde amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 72, III), wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen X en Y worden zonder stemming aangenomen.

Onderdeel Z, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het nader gewijzigde amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 72, III), wordt zonder stemming aangenomen.

Onderdeel AA wordt zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Ik stel vast, dat omdat het gewijzigde amendement-Van Gelder/Jorritsma-van Oosten (stuk nr. 55, I) is aangenomen, wij nu niet meer behoeven te stemmen over het gewijzigde amendement-Rabbae (stuk nr. 68, I).

De onderdelen BB t/m TTa worden zonder stemming aangenomen.

Onderdeel UU, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 72, IV), het gewijzigde amendement-Van Gelder c.s. (stuk nr. 73, II), het amendement-Van Gelder (stuk nr. 44, II) en het nader gewijzigde amendement-Van Gelder/Jorritsma-van Oosten (stuk nr. 55, II), wordt zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel I wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen II t/m V worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Lansink (stuk nr. 8).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, de Unie 55+, GroenLinks, de SP, de groep-Nijpels en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

De beweegreden wordt zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Ik stel voor, volgende week te stemmen over het wetsvoorstel.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Van Gelder/J.M. de Vries (24646, nr. 67).

De heer Lansink (CDA):

Voorzitter! Ik verzoek om hoofdelijke stemming over deze motie. Die motie is weliswaar overbodig, maar hoofdelijke stemming zou toch wel aardig zijn.

De voorzitter:

Weet u het zeker?

De heer Lansink (CDA):

Ja.

Tegen stemmen de leden: Heerma, Van der Heijden, Hoekema, Van der Hoeven, De Hoop Scheffer, Ten Hoopen, Jeekel, De Jong, Jorritsma-van Oosten, Koekkoek, De Koning, Lambrechts, Lansink, Leerkes, Leers, Mateman, R.A. Meijer, Van Middelkoop, Mulder-van Dam, Nijpels-Hezemans, Oedayraj Singh Varma, Poppe, Rabbae, Roethof, Van Rooy, Rosenmöller, Rouvoet, Scheltema-de Nie, Schimmel, Schutte, Sipkes, Smits, Stellingwerf, Terpstra, Ter Veer, Verhagen, Verkerk, Versnel-Schmitz, Van der Vlies, Van Vliet, M.B. Vos, Van Walsem, Van Waning, Van Wingerden, Wolffensperger, Wolters, Ybema, Aiking-van Wageningen, Van Ardenne-van der Hoeven, Assen, Augusteijn-Esser, Bakker, Beinema, Van den Berg, Bijleveld-Schouten, Van den Bos, Van Boxtel, Bremmer, Bukman, V.A.M. van der Burg, Van de Camp, Dankers, Deetman, Van Dijke, Dittrich, Doelman-Pel, Fermina, Gabor, Giskes en De Graaf.

Vóór hebben gestemd de leden: Hendriks, Hessing, Hofstra, Van Hoof, Hoogervorst, Houda, Huys, Janmaat, Kalsbeek-Jasperse, H.G.J. Kamp, Keur, Klein Molekamp, Korthals, Liemburg, Lilipaly, Middel, Van Nieuwenhoven, Noorman-den Uyl, Oudkerk, Van Oven, Passtoors, Van der Ploeg, Rehwinkel, Remkes, Van Rey, Rijpstra, Schuurman, Sterk, Van der Stoel, Swildens-Rozendaal, Van Traa, Te Veldhuis, Verspaget, Vliegenthart, O.P.G. Vos, Voûte-Droste, Vreeman, B.M. de Vries, J.M. de Vries, Weisglas, Witteveen-Hevinga, Woltjer, Van Zijl, Zijlstra, Zonneveld, Van Zuijlen, Adelmund, Apostolou, Blauw, Van Blerck-Woerdman, Bolkestein, M.M. van der Burg, Cherribi, De Cloe, Cornielje, Crone, Dijksma, Dijksman, Van den Doel, Van Erp, Essers, Van Gelder, Van Heemskerck Pillis-Duvekot en Van Heemst.

De voorzitter:

Ik constateer dat de motie met 70 tegen 64 stemmen is verworpen.

Naar boven